INCASSO-BANK
FINANCIEELE KRONIEK.
BIOSCOOP.
HANDELS-
CREDIETEN
haarlem's dagblad
zaterdag 20 mei 1933
Nieuwe lijnen in de groote politiek.
Hoopvolle verwachtingen. Opleving
in de Amerikaansclic bedrijven. De
teleurstellingen over de Goudclau
sule. Ook de Koninklijke zal in
papier betalen. Een „regeling"'
voor de Duitsche obligaties in zicht.
De achteruitgang van Nederland's
financieelen toestand. De Aandee-
lenmarkt doorgaans beter gedispo
neerd.
De lichtpuntjes, waarop we aan het eind
van ons vorig artikel wezen, zijn ook dit
maal aan den beurshemel blijven flikkeren
en in hun schijnsel zoekt men op de aan-
deelenmarkt een hooger niveau te berei
ken. Op alle beurzen was deze week de
stemming min of meer hoopvol, niet alleen
doordien uit Amerika, Duitschland en En
geland over den economischen toestand de
berichten wat gunstiger luiden, maar mede
als gevolg van de nieuwe lijnen, welke in
de „groote politiek" worden getrokken. Er
worden krachtige pogingen gedaan om de
volkeren op een basis van vredelievendheid
en rechtsgelijkheid tot elkaar te brengen en
de wereld ziet met nieuwe verwachting uit
naar de ontwapenings- en de economische
conferentie.
Daar kwam deze week dan nog bij, dat
de berichten uit de Unie de haussiers op
nieuw in het gevlei kwamen. Vooral de
staalnijverheid met een productie van 35
procent der capaciteit is voor de beurs een
sterke stimulans, omdat met een ver
levendiging der staalnijverheid doorgaans
een algemeene uitbreiding van de industrie
gepaard gaat. 't Is moeilijk te zeggen, waar
het begin lig.t maar de sterke samenhang
tusschen landbouw, handel en industrie
blijkt zoowel in tijden van depressie als
van opleving. Gelijk we vroeger hebben
opgemerkt, is vooral de landbouw In de
Unie door de sterke stijging der graanprij
zen in een betere conditie gekomen, het
geen onmiddellijk op handel en industrie
terugslaat. De prijzen in den Amerikaan*
schen groothandel stijgen niet meer noe
menswaard, hetgeen trouwens ook niet
wenschelijk is, omdat het op een verdere
inflatie zou wijzen. De prijsstijging van
landbouwproducten en grondstoffen in de
Vereenig'de Staten bedraagt sinds enkele
maanden weinig minder dan 50 pCt. en is
dus belangrijk grooter dan de daling van
de waarde van den Dollar op de buiten-
landsche beurzen. Voorloopig hebben de
boeren en de grondstofproducenten dus
een voordeel te boeken. Er gaan dan ook
reeds stemmen op, die de uitvoering der
ontworpen inflatieplannen achterwege wil
len laten. Reeds de aankondiging daarvan
heeft gebracht wat men wenschte. n.l. een
stijging van de prijzen der grondstoffen en
meer behoeft er voorloopig niet te gebeu
ren. Hierin ligt veel waars. En het is op
merkelijk dat. inderdaad de uitvoering der
Amerikaansche inflatieplanncn op zich laat
wachten.
De Amerikaansche Dollar komt langzamer
hand tot rust op een niveau, dat ca. 15 pCt.
beneden zijn goudwaarde ligt. Er is echter
door een bekend Londensch bankiershuis
dezer dagen nog eens weer op gewezen, dat
aan den concurrentiestrijd tusschen Amerika
en Engeland met behulp van den bewege-
lijken wisselkoers, zoo spoedig mogelijk een
einde moet worden gemaakt: op de econo
mische conferentie zal daarom ongetwijfeld
het vraagstuk van een nieuwe vaste verhou
ding tusschen Pond en Dollar aan de orde
worden gesteld.
Teleurstellend was deze week wat bekend
werd over het al of niet naleven der
„Goudclausule" door de debitrices, die
toen geld moeilijk te krijgen was. den
belegger met die clausule hebben gevan
gen. Die goudclausule is in verschillende
bewoordingen opgesteld, maar zelfs in ge
vallen. waarin de tekst naar het oordeel
van elk gezond verstand geen tweeërlei
uitleg toelaat, betaalt men de dollarcou
pons eenvoudig in papier uit, niet alleen
aan de houders in Amerika, maar ook aan
die in andere landen. Een uitzondering
maakt als bekend Nederlandsch-Indië,
daarin door Frankrijk en enkele Fransche
ondernemingen en door België gevolgd.
Maar overigens wordt het recht van den
obligatiehouder met voeten getreden. De
regeering van Duitschland stelt zich op het
gelegenheidsstandpunt, dat, nu Amerika is
voorgegaan met de uitbetaling in papier,
waar goud was bedongen en niet toelaat,
dat goud wordt geremitteerd voor de be
taling in het buitenland, ook Duitschland
zijn betaling in gouden dollars niet behoeft
voort te zetten, zoodat de coupons der
Dawesleening en der Youngleening, voor
zoover zü in dollars luiden, voortaan in
papier worden voldaan. De Bank voor In
tern. Betalingen heeft daartegen geprotes
teerd. maar de Duitsche regeering beroept
zich op een „wijziging in het internatio
naal recht". Dat een corncern als Konink
lijke Petroleu mMpij zich blijkens de gedane
mededeelingen ook op dit bedenkelijke
standpunt stelt, is wel een groote tegen
valler. Zij had althans maatregelen kunnen
treffen de Hollandsche houders harer dollar-
obligaties tegen de waardevermindering der
Amerikaansche valuta te vrijwaren, hoewel
zij naar onze meening ook verplicht is de
Amerikaansche houders het volle pond te
betalen. De Koninklijke profiteert dus ten
koste van haar obligatiehouders van de Dol
lar-depreciatie en brengt daarmede aan haar
goeden naam een geduchte slag toe. Het
schijnt dat Rotterdam, die een valuta-voor
deeltje thans opperbest gebruiken kan, ook
naar een formeele verklaring zoekt om be
taling in papier van haar dollarcoupons te
verdedigen. Inderdaad de positie van
obligatiehouder is in dezen tijd niet be
nijdenswaard. Men kan zijn débitrice wel voor
den rechter dagen, maar deze zal, als de
coupons in New-York betaalbaar zijn, ver
moedelijk in de Unie gezocht moeten worden
en of de rechter zich daar tegenover den
Wetgever zal plaatsen, is zeer twijfelachtig.
Geen wonder dus, dat Dollarobligaties
doorgaans flauw waren, spelciaal Duitsche
obligaties waarvoor, naar dezer dagen is
medegedeeld, een „regeling" zal worden ge
troffen. Al te zeer behoeft dit niet te ver
donderen. Men zoekt in Duitschland zijn
verplichtingen aan het buitenland zooveel
mogelijk te verminderen en reeds lang stond
het vast. dat de hooge rentepercentages niet
konden worden gehandhaafd. Te accepteeren
ware dan ook een billijke renteverlaging,
welke voor de koersen der obligaties geen
nieuwe daling behoefde te beteekenen. Maar
het vermoeden bestaat, dat wel de rente
misschien zal worden verlaagd, doch boven
dien in „Sperr-marken" zal worden voldaan,
zoodat de Nederlandsche obligatiehouder
over zijn rente niet de vrije beschikking
krijgt. Ze wordt te zijnen name op een bank
rekening gestort en hij kan een dergelijke
vordering alleen met een groote disagio op
den koers quiteeren
Op de Amsterdamsche Beurs was de ten-
denz niet ongunstig, hoewel de Obligatiemarkt
haar oude fleur nog lang niet heeft terug
gewonnen. Hoezeer men aan de beurs den
ernst beseft van den financieelen toestand van
ons land, blijkt wel uit de gevoeligheid voor
de pogingen van Dr. Colijn om een kabinet
te formeeren. Zijn welslagen wordt als de
laatste hoop op het voorkomen van een in
eenstorting beschouwd. De staat der Rijks
middelen over de maand April heeft de
verdere achteruitgang van het volksinkomen
opnieuw en duidelijk gedemonstreerd. De
eerste vier maanden van 1933 blijven reeds
4 millioen bij de raming en 16 millioen
bij de opbrengst in 1932 ten achter, ondanks
tal van nieuwe heffingen. En nog altijd zijn
er velen, die meenen, dat de publieke licha
men maar kunnen blijven uitgeven. Ook in
ons land dient op dit punt krachtig te
worden gegrepen, wil men een ontreddering
der financiën voorkomen. Op de aandeelen-
markt hadden de meeste koersen een neiging
tot stijgen, omdat men vooral ten opzichte
van de Indische cultures den zwaarsten tijd
achter den rug heeft, niet in de laatste plaats
door de scherpe kostprijsverlaging.
Geld op prolongatie, wegens minder aan
bod. iets hooger genoteerd, 2 a 2 12 pC.
REMBRANDT THEATER
Het Teckcn des Kruises.
Cecil B. de Mille is de schepper van
grootsch-opgezette films op religieuien
grondslag- Wij kennen van hem o.a. De Tien
Geboden en Koning der Koningen. Ook het
Teeken des Kruises is een religieus histori
sche film spelende ten tijde van den wreeden
Romeinschen keizer Nero en ook in deze film
heeft hij gewerkt met honderden figuranten,
machtige bouwwerken en massa-regie. Maar
als wij de bioscoop verlaten, dan ligt ons het
indrukwekkende, dat van sommige gedeel
ten toch ongetwijfeld uitgaat, minder bij,
dan de wreedheden, die er is geen ander
woord voor op sadistische wijze zijn uit
gesponnen. Als men ziet, hoe een Pygmee
wordt afgemaakt, hoe de gedoode gladiatoren
worden weggesleept, enz., dan vraagt men
zich af, of dat niet „iets minder" had gekund.
De film behandelt de Christenvervolgingen
in het jaar 64 na den grooten brand van
Rome. welken brand Nero als voorwendsel
gebruikte om de Christenen te vervolgen. Aan
afschuwelijke wreedheden prijsgegeven gin
gen de slachtoffers zingend den dood tege
moet, gesterkt door een krachtig geloof. De
Romeinsche prefect Marcus Superbus, die een
Christenmeisje. Mercia, liefheeft, wil haar
redden, doch zij weigert en verkiest het lot
te deelen harer geloofsgenooten. En Marcus,
hoewel hij niet kan gelooven in Mercia's God.
gelooft in haar en samen betreden zij de
arena om aan de verscheurende dieren te
worden prijsgegeven.
De Mille heeft dit gegeven naar het stuk
van Wilson Barrett aangegrepen om eenige
groote en geslaagde scènes op te nemen. Al
lereerst is het begin van de film machtig en
suggestief. Terwijl de geweldige brand het
grootste deel van Rome verwoest, heeft Nero
slechts aandacht voor zijn stem en zijn mu
ziekinstrument met een gesprongen snaar.
Uitstekend van sfeer is ook de geheime bij
eenkomst der Christenen, die een bloedig
einde neemt door den overval der boogschut
ters van den praefectus praetorio Tigellinus,
den man, die Nero tot zijn gruwelijke daden
Volgestort Kapitaal Reserve
I 3 O.O O O. O O O.— I 9.300.000.—
kantoor: HAARLEM
KRUISWEG 59 TEL. 13843
lil*
(Adv. Ingez. Med.)
verslag van den filmdeskundige A. J. C. V!
in hei nummer van Vrijdag.
Het voorprogramma heeft als bijzondere
attractie een film over Ceylon, die hot na-
tuurschoon en de gebruiken der Sir.galeezei
toont. Er gaat van deze film een bijzonder
bekoring uit.
aanspoorde. En dan is er een v&n de spelen,
waar Nero om beroemd was en die de Mille
ons laat zien in allen omvang en wreedheid,
met gladiatorengevechten van man tegen
man en man tegen stier en tenslotte met de
martelingen der Christenen. Vooral daarin
is de Mille n zijn element. Zijn toestellen leg
gen het gewoel van vele zijden vast en schep
pen een uitmuntenden indruk van het geheel.
De dankbare rol van Nero is in de goede
handen van Charles Laughton, die den wree
den, slappen en hoogmoedigen keizer volko
men aannemelijk uitbeeldt, van Nero, die zich
door zijn grillen en zijn zedelooze gemalin
Poppaea (Claudette Colbert) laat leiden en
die zich, volslagen onbewogen tijdens de door
hem ontketende gruwelen, de uitgezochtste
spijzen voor laat zetten. Elissa Landi is het
Christenmeisje Mercia met haar sterk geloof.
Minder overtuigend is Marcus Superbus
(Frederic March) in zijn ommekeer van hei-
densch Romein tot martelaar. Opmerkelijk
goed vertolkt Tommy Conlon de rol van den
jongen Stephanus. die voor de folteringen
bezwijkt, de plaats van samenkomst dei-
Christenen verraadt en zoodoende den dood
van velen op zijn geweten heeft.
Over het geheel is het een film, die be
houdens enkele zwakke punten 'de wat lange
bespreking tusschen de twee philosofen ten
huize van Mercia o.a.) het publiek boeit.
Het doet echter even vreemd aan deze Ro
meinen.... Amerikaansch te hooren spre
ken! Het Ave. Imperator, morituri te salu-
tant op zijn Amerikaansch maakt een eenigs-
zins komisch effect.
CINEMA PALACE
Een droom van Liefde. Martha
Eggerth en Hermann Thimig.
Deze week gaat in
Cinema Palace een
programma, waar vrij
wel iedereen van zal
genieten. Een film
met Martha Eggerth
is al voor 98 pet- ge
wonnen spel. Met
haar mooie spreken
de gezichtje, haar be
nijdenswaardige fi
guurtje en last not
'.east haar stem en
haar maniertjes
"neemt ze den groot
sten Nurks op filmgebied voor zich in. Her
mann Thimi is een waardige tegenspeler
voor Martha. Hij mag dan, voor iemand die
hem veel ziet, wat vervelend worden dooi
de in iedere film van hem telkens weer
zelfde kleine hebbelijkheidjes, zooals bijvoor
beeld de bijzondere, opvallende manier,
waarop hij steeds met de mond trekt, het is
en blijft een feit, dat er een groote charme
van hem uitgaat, vooral voor jonge meisjes.
En dan brengt zijn rol ook altijd mee, dat hij,
door zijn beheerschte en zekere optreden, de
vrouwtjes precies krijgt, waar hij ze hebben
wil. niet alleen, maar dat hij het altijd zoo
weet te arrangeeren, dat het voor de arme
dingen lijkt of het van hem een gunst is,
dat hij ze in genade aanneemt. Bovendien
is hij de tip-top gentleman.
Hans Junkermann als oppereeremoniemees
ter is onvergelijkelijk goed. Hij doet het pu
bliek herhaaldelijk schateren door een even
aangegeven emotie op zijn gezicht, een en
kele kleine, maar desalniettemin veelzeggen
de en door 't publiek begrepen wordende be
weging.
In het kort is de geschiedenis de volgende:
Prinses Christine (Martha Eggerth) wordt
uitgehuwelijkt aan Prins von Lüneburg (Her
mann Thimig) Christine wil er niets van
weten, ze wenscht niet te trouwen met een
man. diei* ze niet kent en van wien ze niet
houdt, Baloorig loopt ze het paleis uit en
wandelt wat door Weenen. Plots ziet ze een
hof rij tuig aankomen. Ze begrijpt, dat men
haar zoekt. Ze vlucht haastig in een rijtuigje,
dat vlak bij toevallig staat. Angstig kijkt ze
naar het voorbijrijden van het hofrijtuig en
zoo ingespannen, dat ze niet direct merkt,
dat er aan den anderen kant iemand in het
rijtuig stapt- Wederzijdsche groote verbazing
Ze maken zich niet aan elkaar bekend, maar
rijden toch heel genoegelijk een poosje met
elkaar door Weenen. Hij weet niet. dat zij
prinses Christine; de voor hem bestemde
bruid is, en zij weet niet, dat hij Prins von
Lüneburg de voor haar bestemde bruide
gom is. Natuurlijk komen daar prachtige ver
wikkelingen van, en moet er nog heel wat ge
beuren voor alles zich oplost en een zielsge
lukkig jong paar zich bij den keizer aandient.
Maar alles wat gebeurt is voor ons toeschou
wers uiterst amusant. Heel opgewekt en te
vreden stappen we dan ook na afloop in den
heerlijken lenteavond naar buiten.
In een comedie in twee acten „Ik wil niets"
heeft Szoke Szakall de hoofdrol. Een grap
pig zot ding. dat natuurlijk veel succes heeft.
Tot slot vermelden we van het programma
nog het tooneelnummer dat ongetwijfeld
tot het beste behoort, dat we den laatsten
tijd op dit gebied gezien hebben, Deze muzi
kale imitator die zijn sax en zijn harmonica
met veel talent bespeelt, is buitengewoon
goed in zijn imitaties van Maurice Chevalier
en van Charlie Chaplin: de gelijkenis met
Chaplin is frappant en van Chevalier weet
hij eenige karakteristieke manieren in zang
en voordracht schitterend naar voren te
brengen. r
Het langdurige spontane applaus voor hem
en zijn partnerin was dan ook ten volle ver
diend.
LUXOR THEATER
Titanen der lucht-
Het Luxor theater heeft deze week als
hoofdfilm "Titanen der Lucht in het pro
gramma opgenomen. Voor de uitvoerige be
spreking van dit werk verwijzen wij naar het
Wallace Beery in Titanen der
Lucht.
Een sport filmpje en een teekenfilm gaan
vooraf. Het Luxor nieuws brengt als bijzon
derheid de opening der Nederlandsche Ford
fabriek. de Amsterdamsche week. met Am-
sterdamsch stedenschoon, de ontploffing en
en brand te Rotterdam, en een estafette
wedstrijd in den Haag.
Tezamen weer een aantrekkelijk program
ma. dat men niet mag verzuimen te gaan
zien.
MUZIEK.
BLOEMENDAALSCH
GEMENGD KOOR.
In het vorig muziekseizoen heeft dit koor
een uitvoering gegeven, die mooie beloften
inhield. Het was de tweede sinds de oprich
ting. Thans hebben w- de derde gehoord,
niet zooals de twee vorige in het Jeugdge-
bouw te Bloemendaal, maar in de Ned. Herv.
Kerk aan de Ramplaan. Ik wijs met na
druk op die plaats van uitvoering, omdat zij
voor dit jonge koor. dat zich op een vreemd
podium onwennig moet voelen, in zekeren zin
noodlottig werd. En wel door twee oorzaken.
Ten eerste heeft- het koor de keuze der mu
ziek opgevoerd op een wijze die geen tred
houdt met zijn ervaring. Want Psalm 95 van
Mendelssohn en Psalm 150 van César Franck
stellen aan de zangtechniek geen geringe
eischen. Ten tweede is de plaats van uitvoe
ring. boven naast het orgel, voor het koor
niet gunstig geweest. Het moet daar in die
te eng begrensde ruimte zeer luid hebben ge
klonken voor de dames en heeren van het
koor. Hoe kon anders het contact met het
orgel zoo bij voortduring zoek zijn? Ryth-
misch ging het natuurlijk goed. daarvoor
zorgde de leider, de heer Piet Halsema. Maar
als het toonpeil eenmaal op weg was naar de
diepte, bleek geen dirigentenbekwaamheid In
staat, dit weer op te voeren, en brachten al
leen eenige maten rust hier uitkomst.
Nu is deze omstandigheid (de voor koor
zang ongunstige ruimte) wel in hoofdzaak
de reden, dat- wij in het luisteren naar de
twee groote werken niet meer bevrediging
vonden Maar de eenige reden is zij niet. Het
koor, afgezien van de kwaliteit van het mate
riaal. is nog niet in staat om reeds nu zulke
veelomvattende werken te zingen. Mendels
sohn lec donder deze minder volmaakte uit
voering nog het meest: wanneer ouderwet-
sche klcedij niet met eenige oplettendheid
wordt gedragen .werkt zij potsierlijk. Veel
beter ging het met César Franck (de zetting
voor orgel is niet van Franck; 't is een nage
laten werk. dat door Jadassohn is ingericht
voor Breitkopf). Het stamt uit Franck's
besten tijd en verraadt overal den schepper
der vioolsonate en der symphonie. De Fran
sche beknoptheid contrasteerde al heel sterk
tegen Mendelssohns breedsprakigheid en de
frissche harmonieën, zelfs al was de zuiver
heid af en toe zoek (wat heel jammer was
voor de mooie none-harmonieën), wekten
toch een eigen atmosfeer.
Dat onverwoestbare eigen-ik in de muziek
was ook de reden, dat de tenor-solist Willem
Schansman, wiens zangkunst in velerlei op
zicht niet zonder bedenkingen is. een zoo
goeden indruk maakte met twee zangen van
Hendrik Andriessen.
„Cantique spirituel" verklankt heel de mid-
deleeuwsche soberheid in den tekst van St
Jean de la Croix, en ..Magna res est amor"
kent de lezer uit de stralende vertolking door
Mia Pelten burg. Maar in beide zangen gaf
de solist blijk, geen taalstudie te hebben ge
maakt, Oud-Fransche schrijfwijze in
„saincteV in „cstant". in „nostre" bleek hem
vreemd. Uitspraak van het Latijn in ..Magna
res" toonde onjuistheid in „fortius, altius
latius". Voorts is ook het inlasschen der
stomme e tusschen twee medeklinkers zeer te
laken (und-e-niederfallen; an-c-betcn).
Schansman toont overigens een prijzenS'
waardigen zin voor mooien klank en zijn goed
gehoor was voor het koor. waar dit faalde in
de reine intonatie, menigmaal een goede
steun.
Met mej. Nel Hogenbirk (die voor Psalm 95
en ook voor de aria uit Elias „Höre Israël"
jiog geen voldoende uithoudingsvermogen
heeft) nam hij de soli bij Mendelssohn voor
zijn rekening, terwijl mej. Riek v. d. Velden
de orgelpartij speelde in beide groote koor
werken.
Halsema had als inleiding de zeer sober
gehouden Choralvariazionen van Joh. Gotfr.
Walther gegeven, en daarmee evenals met de
zangen van Hendrik Andriessen het orgel van
dit kerkgebouw getoond van zijn allerbesten
kant. Dat hiervoor persoonlijke smaak en
technische beheerschïng noodig zijn, spreekt
van zelf.
G. J. KALT.
IIAARL. ORKESTVEREENIGING.
Programma van het concert in den Hout
op Zondag 21 Mei 1933 onder leiding va
Marinus Adam.
1. Loyale Legion fmarsch), J. P. Sousa.
2. Ouverture „Nakiris Hochzeif. P. Lincke.
3. Fragmenten uit het Ballet „Coppelia",
Delibes.
4. Fragmenten uit de Opera „La Bohème".
Puccini.
5. Venus auf Erden P. Lincke.
6. Künstlerlcben (walzer). Joh. Strauss.
7. Fragmenten uit de Opera „Rigoletto". C
Yerdi
(Adv. Ingez. Med.)
DE WAACSPELERS.
SCHIMMENSPEL.
Parthenopeus en Méliore.
In het bovenzaaltje van het Waaggebouw
hebben de Waagspelers gisteravond het- derde
Schimmenspel van T, H. Smit, dat getiteld
is Parthenopéus en Méliore vertoond.
In dat knusse, intieme zaaltje is er on
middellijk reeds dc ware stemming voor
zoo'n schimmenspel en voor de rest- zorgt
steeds weer op zulke avonden op onnavolg
bare wijze de lieer Smit.
Gisteren voerde hij ons met- Parthenopéus
haar de Hellespont, waar deze Fransche
kruisridder en volgeling van Godfried van
Bouillon de schooiie Méliore ontmoette en
om haar hand en hart te winnen den
vreeselijke Soudan van Perzië versloeg.
Men "zou dus op het eerste gezicht zoo
zeggen: een Middeleeuwse!) ridderverhaal van
klassieke allure, maar wij weten van te
voren reeds, dat het met het klassieke bij
den heer Smit zoo'n vaart niet loopt. Hij
bezingt de heldendaden van den dapperen
Parthenopéus niet in zware alexandrijnen,
maar in een rijm, dat aan drastische uit
drukkingen niets tie wenschen overlaat. Het
knuppelrijm van F. Smit met zijn meest
onverwachte, huiselijke ook wel eens wat
goeakoope wendingen is zooals het- dat
ook bij Ko Doncker was een der voor
naamste factoren van zijn succes. Het. is den
heer Smit voornamelijk ook in zijn schim
men te deen om het komisch effect al
sluit dat volstfekt niet altijd het artistieke
element uit. Er zijn bij zijn schimmen uit
stekend geslaagde, vooral wanneer hij mot
groepen werkt. Zoo was de legerstoet van den
soudan van Perzië met zijn kameelen. paar
den en olifanten er een. waar werkelijk actie
in zat en die ook trof door de zeer knappe
details van verschillende figuren.
Maar ook in zoo'n groep verloochent lilj
zich niet als humorist .wanneer hij den stoet
laat sluiten met een klein hondje, dat achter
een reusachtige olifant aantippelt. In die
legerstoet en zeer goed was ook de groep
van Godfried van Bouillon is Smit op
zijn best. toont hij vooral, wat hij artistiek op
dit gebied kan prestecren.
Dat hij ook met eenvoudige middelen aller
aardigste. zelfs verrassende effecten weet te
bereiken, zagen wij in de zeilende schepen
der kruisvaarders en het gezicht op Constan-
tinopel met hoog boven de minarets der
kleine moskeeën de Aya Sofia.
Maar toch is de heer Smit het meest in
zijn element, als hij zijn komisch talent in
zijn schimmen kan botvieren. Dan heeft hij
kostelijke vondsten - zooals de knipoogende
Meliore. de ondergaande zon. de vier hoofd
schuddende Turken, dc op en neer wippende
traan, de gesluierde maagd die telkens
weer 't plubliek deden schateren van lachen.
En zijn vis comica kwam ook sterk uit in die
volksgroep .waarin Urker visschers. heeren
met stroohoedjes en Turken met tulbanden
gezamenlijk de schoonc Meliore achtervolg
den. En telkens weer treffen in zijn schim
men van die kostelijk details zooals de
neerhangende slof van Z.M. den keizer,
de roode vaan van don tot: de S.D.A.P. over-
geloopen sultan en zoo vele andere welke
hei komisch talent van den maker van het
schimmenspel zoo duidelijk doen uitkomen.
Het lijdt geen twijfel, of de heer Smit zal
van zijn Parthenopeus en Meliore dat zon
der eenige pretentie is - evenveel plezier be
leven als van zijn „Strijd door alle tijden" en
Dante en Beatrice. Het publiek, dat gisteren
was opgekomen voor deze première heeft zich
uitstekend vermaakt en de Waagspelers aan
het slot met geestdriftig applaus hartelijk ge
huldigd.
J. B. SCHUIL.
GOEBBELS OVER DE FILM.
HIJ KOMT MET EEN „GROOTSCH
IT N A N CIE RIN G S P L AN
BERLIJN. 19 Mei i Wolffbureau)Minis
ter Goebbels heeft op een vergadering van »n
het filmbedrijf werkzame Nat. Socialisten
over de Duitsche film gesproken.
Ook dc film, zoo zeide hij kan zich niet aan
de geestelijke en politieke omwenteling ont
trekken. Wij willen de Duitsche kunst een
nieuwe levensbasis geven. Wij willen niet in
grijpen in de innerlijke wetten der kunst,
maar de artisticiteit de mogelijkheid geven
zich vrij te ontplooien, opdat zij de stimulans
van het geestes- en gemoedsleven kan wor
den.
De film van tegenwoordig, aldus de minis
ter. Ls voor het grootste deel geen kunst, maar
domme society-kitsch". Goebbels verklaarde
verder, dat hij binnenkort met een grootsch
financieringsplan voor het filmbedrijf zal
komen.
De toekomstige film moet het typisch Duit
sche leven weerspiegelen: zij moet haar eigen
karakter krijgen en geen blindelingsche en
van geest ontbloote na-aperij van buitfci-
landsche voorbeelden zijn.
SEVERING OVERSPANNEN.
IN DEN TREIN ZENDVINSTORTING
GEKREGEN
BIELEFELD, 19 Mei (Wolff). De vroe
gere minister van Blnnenlandsche Zaken Se
vering heeft op zijn reis Bielefeld—Berlijn in
den trein oer. zenuwinstorting gehad. HIJ ls
in een sanatorium opgenomen, waar hij ver
moedelijk langen tijd moet blijven.