If do Stoiauim
LETTEREN EN KUNST
Het afgeloopen Tooneelseizoen.
Radiomuziek der week.
EEN VOORBESPREKING
door KAREL DE JONG.
Het is niets ongewoons, eerder iets zeer ge
woons dat een instrumentalist nu hier, dan
daar in verschillende landen voor de micro
foon van den omroep speelt. Eigenlijk moest
het vrij overbodig heeten, de menschen
daarvoor nog groote reizen te laten doen,
want de gevoeligheid en de selectiviteit der
moderne radio-toestellen brengen de meeste
belangrijke Europeesohe stations binnen het
bereik van den luisteraar en het kan hem
evenals mij volkomen onverschillig zijn of hij
den heer X of mej. IJ door middel van een
Engelsch, Deensch, Poolsch of ander station
hoort, evenals het. voor mij precies hetzelfde
is(.' of een muzikale voordracht via Hilversum
dan wel Huizen tot mij komt en ik er zelfs
niet aan hooren kan of de eene dan wel de
andere omroepvereeniging ze heeft verzorgd.
Het verwonderde mij dan ook in een radio-
tijdschrift op een in 't oog vallende plaats
tusschen de Zondag-programmas een recla
me te zien voor een Engelsche uitzending op
Dinsdag. Betrof het nu nog een Nederlandsch
kunstenaar dan zou er misschien eenige aan
leiding voor te vinden zijn, maar het be
treft een Hongaarsch violist, die ook wel eens
voor een Nederlandsche omroepvereeniging
gespeeld heeft. Zonder nadere aanduiding
daarentegen zag ik het optreden van den in
ternationaal bekenden violist Stefan Frenkel
voor de Hilversumsche microfoon op Woens
dag a.s. Ook het verdere deel van dit pro
gramma verdient de aandacht ten volle.
Minder aanbevelenswaard schijnt me een
nummer als de bewerking van Beethoven's
Vijfde Pianoconcert tot „Feestmarsch" (Hil
versum Zondagnam.) Dergelijke mishande
ling moest verboden worden evenals de ver-
jazzing van meesterwerken der toonkunst. Ik
meen dat dit nu in Duitschland verboden
is of althans binnenkort verboden zal wor
den, en dat is dan een der weinige maatre
gelen ten opzichte van het muzikale leven die
het nieuwe bewind vrij algemeen tot eer zul
len gerekend worden. Mendelssohn en Mahler
zijn als niet-Arisch van de Duitsche pro
gramma's verdwenen en het is voor Bach en
Beethoven te hopen dat een nauwkeurig on
derzoek naar hun afstamming gunstig voor
hen moge uitvallen, want anders gaan die,
als zijnde gevaarlijk voor de volkspsyche, ook
de laan uit. Ons land bezit minder „Kultur"
en daarom zal men de prachtige „Hebriden"-
Ouverture Zondag uit Huizen en Mendels
sohn's Vioolconcert, dat ondanks zijn niet-
Arische herkomst toch nog steeds een der
allereerste plaatsen in de vioollitteratuur in
neemt, Donderdag uit Hilversum. Het^ zal
daar gespeeld worden door een jong, talent
vol Nederlandsch violist, wiens optreden met
het U. S. O. ik dezer dagen te Utrecht aange
kondigd zag met de bijvoeging ..14-jarig,"
maar die toch nauwelijks de 16-jaren zal be
reikt hebben, al doet het portret, dat in het
radio tijdschrift voorkomt hem naar schat
ting op ongeveer 10-jarigen leeftijd zien.
Hoofdzaak is, net als Scribe aan het slot van
zijn blijspel „La Cameraderie" zegt, of men
talent bezit, en dat is in dit geval, naar ik
van onbevooroordeelde zijde vernamen, ruim
schoots aanwezig, al mogen we geen con
current van Menuhim verwachten.
Om op het Huizer Zondagprogramma te
rug te komen: de hoogst eigenaardige Sere
nade van Valkmann, eigenlijk meer een solo
stuk voor violoncel, verdient de aaridacht
evenzeer als Wagner's „Kaisermarsch", die,
voor den zegevierenden intocht der Duitsche
troepen in 1871 te Berlijn gecomponeerd, nu
wel 'wat van zijn actualiteit verloren heeft
en voorzeker geen pacifistische ideeën wak
ker roept, maar op zich zelf een imposant
muziekstuk is, dat een Wagner ten volle
waardig is. En van Mendelssohn kunnen we
een zijner beste werken, nl. zijn Italiaansche
symphonie uit Brussel VI. hooren. Het levens
lustige, overschuimende eerste Allegro en de
melodieuze Menuet met het origineele Trio
behooren tot de meest frissche orkestcompo
sities. Moge het eerste hoofddeel onder den
indruk van den zonnigen Italiaanschen he
mel ontstaan zijn: haar naam dankt het
werk voornamelijk aan de tarantella-achtige
Finale.
Het concert van Tartini voor viola da
gamba („been-viool" in tegenstelling met de
viola di bracchio of arm-viool", Duitsch
„Bratsche"), een kleiner instrument dan de
cello en met meer snaren dan deze, een werk
dat Dinsdagavond door Huizen uitgezonden
wordt, noem ik meer wegens de merkwaar
digheid een der oude en in onbruik geraak
te instrumenten te kunnen hooren, dan we
gens de muzikale belangrijkheid van het stuk
zelf. De toon van de viola da gamba is dun
ner dan die der cello.
Ik hoop dat men mij niet van imperialis
tische neigingen zal beschuldigen, wanneer
ik na mijn opmerkingen over Wagner's „Kai
sermarsch" ook nog op de uitzending van
Haydn's „Kaiserquartett" (Hilversum, Dins
dag) wil wijzen. Dit strijkkwartet dankt zijn
naam aan de variaties op de melodie van
„Gott erhalte Franz den Kaiser", de door
Haydn gecomponeerde hymne. De variaties
zijn uiterst sober, maar daarom niet minder
mooi.
De uitzending „Nabootsende muziek" (Brus
sel Fr.. Dinsdag) bevat enkele nummers, als
die van Riinsky-Korsakof en Rameau. ten
opzichte waarvan de benaming juist is, in
zooverre daar dierengeluiden geïmiteerd wor
den. Rameau heeft zelfs boven de noten van
het thema van zijn „La Poule" geschreven
„co-co-co-co-co-dai" (men bedenke dat hij
een Fransche kip op het oog had, maar veel
verschilt de Fransche-kippentaal van de
Hollandsche niet!) En ..Le Vol du Bourdon"
van Rimsky-k. verwekt bij den hoorder de
neiging om den ongcwenschten gast van zich
af te slaan. Onjuist is m i. de benaming ten
opzichte van Saint-Saëns' „Le Carnaval des
Animaux" dat meer parodie en satire dan na
bootsing bevat.
Goedige ironie kenmerkt een aria als die
uit Bach's Kaffeekantate: „Hat man doch
rnit seinen Kindern hunderttausend Hudde-
lei". Het grappige is voornamelijk, dat Bach
in deze vroolijke cantate eenigszins een
loopje met zijn eigen stijl heeft genomen: de
groote da-capo-aria waarin Lieschen zingt
dat ze koffie hebben wil kon in een der ern
stige cantates een goed figuur maken. De
guitigheid en humor van den ouden cantor,
dien men zich ten onrechte als een vromen
femelaar moet voorstellen, spreekt uit meer
dere zijner wereldsche cantates, zoodat ik
bewonderaars van Bach's muziek de ..Grond
slagen" van Daventry van aanstaande week
kan aanbevelen.
Een bonter programma dan dat van het
Europeesche concert iHuizen. Maandag) is
nauwelijks denkbaar. Maar belangrijk is het
in hooge mate. De Suite in van v. Otterloo
is het werk dat bij een onlangs hier te lande
uitgeschreven prijsvraag de eerste bekro
ning kreeg.
AMSTERDAM'S ZOMERFEESTEN
BEGONNEN.
INTERNATIONAAL MUZIEKFEEST
GEOPEND.
Vrijdag begon te Amsterdam het elfde in
ternationale muziekfeest. De belangstelling
is zeer groot. De voornaamste landen zenden
I gedelegeerden. De muziekcritici van de be
langrijkste bladen uit België, Denemarken,
Duitschland, Engeland, Frankrijk. Hongarije,
Italië, Oostenrijk, Polen. Spanje. Tsjechoslo-
wakije, Zweden. Zwitserland, zullen het feest
bijwonen. In het geheel beloopt het aantal
buiienlandsche critici ongeveer 70.
Nadat de heer Ed. van Beinum in de
voorafgaande weken reeds verschillende
voorbereidende repetities had geleid, zijn
thans ook de dirigenten Edmund von Borck
uit Berlijn, Karl Ancerl uit Praag, Ignaz
Neumark uit Warschau aangekomen, en
wordt er regelmatig met het Concertgebouw
orkest waaraan in deze warme dagen de
hoogste eischen worden gesteld, gewerkt.
De Londensche dirigent Constant Lambert is
intusschen te Rotterdam aangekomen om
met de Kon. Chr. Oratoriumvereeniging
„Excelsior" te repeteeren, waar de voorbe
reidende werkzaamheden door den heer Ed.
Flipse zijn verricht.
Vrijdag was te kwart voor vijf de ontvangst
door het gemeentebestuur van Amsterdam in
het paviljoen Vondelpark.
Te kwart voor zes was er op dezelfde plaats
een uitvoering van het Carmen Saeculare
van Alphons Diepenbrock, 's avonds 8,15
werd in het Concertgebouw het eerste or
kestconcert gegeven.
Het muziekfeest duurt van 9 tot 15 Juni.
In het Eere-comité hebben zitting genomen,
als voorzitters de Ministers van Buitenland-
sche Zaken en van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen; de Commissaris van de Ko
ningin in de Provincie Noord-Holland: de
burgemeester van Amsterdam; Dr. Willem
Mengelberg;
als leden: de Gezanten (c.q. Zaakgelastig
den) van Argentinië, België. Tsjecho-Slowa-
kije, Denemarken. Duitschland. Engeland,
Hongarije. Italië. Noorwegen. Oostenrijk. Po
len, Spanje, de Vereenigde Staten van Noord-
Amerika en Zweden.
De programma's bevatten werken van Ame-
rikaansche Argentijnsche, Tsjechische, Duit
sche, Engelsche, Hongaarsche, Italiaansche,
Joego-Slavische, Nederlandsche, Oostenrijk-
sche Poolsche en Spaansche componisten.
Zij werden gekozen: door de internationale
jury, benoemd door de gedelegeerdenvergade
ring te Weenen en bestaande uit de heeren
Max Butting (Duitschland), G. Francesco
BIJ VOL ZIJN, ongewone gistingsprocessen in
den dikken darm. bloëddrang naar den lever,
storing in de galfuncties. steken in de zij,
benauwde borst, hartkloppingen, verzekert het
natuurlijke „Franz-Josef-bitterwater een
goeden stoelgang, waardoor de bloedaandrang
vermindert. Door medici ten zeerste aanbev.
(Adv. Ingez. Med.)
Malipiero (Italië). Willem Pijper (Nederland).
Roger Sessions (Vereenigde Staten». Vaclav
Talich (Tsiecho-Slowakije'. die hiertoe, onder
voorzitterschap van den president der R I.
I. C. M„ Prof. Edw. J. Dent, te Amsterdam
vergaderen van 8 tot 11 December 1932.
Het wekprogramma vermeldt voor de vol
gende dagen:
Zaterdag 10 Juni: koorconcert (koor en
orkest).
Zondag 11 Juni: uitvoering van oude en
nieuwe Nederlandsche a capella werken;
Maandag 12 Juni: tweede orkestconcert.
Dinsdag 13 Juni: uitvoering door de Wag-
nervereeniging van Halewijn", symphonisch
drama van Willem Pijper.
Woensdag 14 Juni: kamermuziek-uitvoe-
ring.
Donderdag 15 Juni: concert van het Con
certgebouworkest onder leiding van Dr. Wil
lem Mengelberg.
De concerten en uitvoeringen zullen plaats
vinden in 't Concertgebouw, in de Gehoorzaal
van het Amsterd. Conservatorium en in den
Stadsschouwburg, met medewerking van het
Concertgebouworkest, het Utrechtsch Stede
lijk Orkest, de R.K. Oratoriumvereeniging en
de Haarlemsche Motet- en Madrigaalvereeni-
ging. waarbij als dirigenten o.m. zullen op
treden Sem Dresden, Dr. Willem Mengelberg,
Pierre Monteux.
Een kern van de beste Amsterdamsche ora-
torlumvereenigingen zal een openluchtuit
voering geven, onder leiding van Sem Dres
den: door een massaal mannenkoor, onder
leiding van Fred. J. Roeske. zullen heden
avond oud-Nederlandsche volksliederen ge
zongen worden met begeleiding van Carillon
en een orkest van blaas- en slaginstrumenten
op den Dam van het Koninklijk Paleis.
Het Gemeentebest-uur van de stad Amster
dam heeft de gasten officieel ontvangen en
hun een boottocht en thee aangeboden, ter
wijl de havenwerken en de sluizen bezichtigd
werden.
In het Gooi wordt den officieelen gasten
en gedelegeerden een „Garden Party" aange
boden.
Tijdens het muziekfeest vindt in het Stede
lijk Museum een tentoonstelling plaat-s van
de uitgebreide muziekinstrumenten-verzame
ling uit de wereldberoemde colletcie-Scheur-
leer en van de interessante verzameling mu-
ziekpenningen uit de Collectie-Alsbach,
Tevens zullen in Rijks- en Stedelijk Mu
seum belangwekkende schilderijen-tentoon
stellingen worden gehouden. Er zal gelegen
heid zijn het. Rijksmuseum en het Stedelijk
Museum moderne schilderkunst onder
deskundige leiding te bezichtigen. Er bestaan
voorts plannen voor uitstapjes in auto-cars.
In het Museum Willet-Holthuysen, ge
vestigd in een fraaie oud patriciërshuis aan
de Heerengracht 605, wordt Maandagavond
12 Juni een tentoonstelling geopend van het
werk van den jong gestorven kunstenaar Jan
Mankes. Verwacht mag worden, dat velen, die
het Museum WilletHolthuysen nog niet
kennen, van deze gelegenheid gebruik zullen
maken om zoowel dit museum als de daarin
ondergebrachte expositie van het werk van
Jan Mankes te gaan bezoeken.
Ten slotte wordt op Zaterdag 17 Juni eer.
tentoonstelling gehouden van werk van Jan
en Caspar Luyken in tet Museum Fodor. Kei
zersgracht 609, benevens een expositie in het
Amsterdamsch Historisch Museum, welke een
beeld geeft van het Amsterdamsche woonhuis.
HET TOONEEL.
(Slot)
Abonnements-, Volks- en Schoolvoorstellingen.
Het is wel zeer moeilijk, ja bijna ondoenlijk
voor een schouwburgdirecteur om het alle be
zoekers var. de abonnementsvoorstellingen
naar den zin te maken. Er gaat bijna geen
abonnementsvoorstelling voorbij, of v ij hoo
ren klachten over de keuze van het stuk. De
schouwburgdirecteur doet maar het best zich
daarvan zoo weinig mogelijk aan te trekken.
Allereerst ls hij er slechts ten deele voor ver
antwoordelijk, want hij kan niet altijd voor
de abonnementen de stukken krijgen, welke
hij het liefst op die avonden zou willen laten
opvoeren, Er is bijvoorbeeld al heel weinig
kans. dat de tooneeldirecties genegen zullen
zijn als abonnementsvoorstellingen hun groot
ste successen de zoogenaamde Schlagers
te geven. Ik wil hiermee volstrekt niet zeggen,
dat dit verstandig is van de directies, want
ik houd altijd nog vol. dat het ook in het
belang van de gezelschappen is. als er bij het
publiek een groote animo blijft bestaan voor
de abonnementen en dit zal alleen het geval
zijn, wanneer ook op zulke avonden het beste
van het repertoire wordt gebracht. Maar het
is ook begrijpelijk, dat tooneeldirecties in de
zen tijd van malaise, nu zij alles moeten in
het werk stellen om te blijven bestaan, hun
successen zoo veel mogelijk uitbuiten en zij
hun Schlagers dus geven op gewone speel"
avonden, omdat zij dan bij een vollen schouw
burg veel meer recette maken dan op de
abonnementsvoorstellingen met sterk geredu
ceerde prijzen. Zoo moeten de Schlagers en d'
zeer dure voorstellingen - zooals van Elisabeth
van Engeland dus voor abonnementsavon
den reeds van te voren worden uitgescha
keld en blijft alleen de keuze van de gewone
stukken over.
Maar ook daarin zijn de directeuren nog be
perkt en kunnen zij niet altijd krijgen, wat
zij gaarne zouden willen hebben. De meeste
gezelschappen al zal dat in de toekomst
met de versnippering der gezelschappen ge
lukkig wel minder worden spelen ..in
doublure", dat wil zeggen twee stukken „te
gen elkaar" op een zelfden avond en zij moe
ten altijd rekening houden met de stad en
den schouwburg, waar het andere gezelschap
speelt.
Wanneer het Hofstad-Tooneel bijvoorbeeld
op een avond, dat het in Amsterdam speelt
ook tegelijk te Haarlem optreedt, zal door
gaans Amsterdam den doorslag geven en zal 't
niet vrij zijn in zijn keuze, maar moet deze wel
afhangen van wat er op denzelfden avond in
Amsterdam gaat. Want daar is allicht een
hoogere recette te maken en liggen voor het
gezelschap dus grooter belangen dan te
Haarlem.
Maar zelfs al is de directeur geheel vrij In
zijn keuze, dan zal hij nog nooit allen kun
nen voldoen. Een deel van het publiek geeft
de voorkeur aan ernstige, dramatische stuk
ken. een ander deel aan het meer vroolijke
luchtige genre. De schouwburgdirecteur zal
dan ook zoo veel mogelijk bij zijn keuze re
kening houden met die verschillende smaken
en in elke serie beide soort stukken opnemen,
doch hij weet al van te voren, dat de eene
helft zal veroordeelen, wat de andere prijst,
Hoe moeilijk het is een ieder te voldoen
hebben wij dit jaar weer kunnen zien met
„De Reis van Noach op de Wateren". Stuk
en opvoering waren door de kritiek in Neder
land unaniem uitbundig geprezen en het was
dus alleszins begrijpelijk, dat de heeren Kaart
en Van Hees het respectievelijk voor een
(Adv. Ingez. Med.)
DUBBEL ZUIGVERMOGEN
LAAGSTE PRIJS -
VRAAG DEMONSTRATIE
NEDERLANDSCH FABRIKAAT
BUITENGEWONE CONDITIëN
FILIAAL VELO WASCHMACHINE MIJ.
HAARLEM'S VOCAAL MANNEN-
KWARTET „EUPHONIA".
BIJ HET 20-JARIG BESTAAN.
Op 22 Juni 1913 werd. het kwartet opge
richt, zoodat het over eenige weken zijn 20-
jarig bestaan herdenkt. Bij de oprichting
was de samenstelling als volgt: J. H. Donkel,
le tenor, J. Misset, 2e tenor, H. F. van Para
dijs le bas en B. van Gerven 2e bas. De heer
Van Gerven, een uitnemend baszanger, moest
al spoedig door verandering van woonplaats
het kwartet verlaten, terwijl de heer Mis
set door andere omstandigheden zijn mede-,
werking niet langer kon verleenen. Toen
De heer J. H. Donkel, die 18 jaar, van de
oprichting af. deel uitmaakt van het
kwartet.
werd de samenstelling als volgt: J. II. Don
kel, le tenor, Th. Geutskens 2e tenor. G. Wil-
legers le bas en H, F. van Paradijs 2e bas.
In deze samenstelling heeft het kwartet een
van zijn mooiste perioden medegemaakt,
welke periode ongeveer 5 jaar heeft geduurd,
tot dat de heer Willegers door minder goede
gezondheid zich geheel uit het zangersleven
terugtrok en zoodoende ook het kwartet,
hoe noode ook. verliet. Zijn lidmaatschap
blijft „Euphonia" steeds met eere cn dank
baarheid gedenken. Willegers werd door den
heer F. Jansen vervangen, maar ook deze ba
riton verliet na eenige jaren het kwartet,
waarna „Euphonia" de samenstelling kreeg,
zooals de meeste in Haarlem het ver daarbui
ten die kennen, nl. J. H. Donkel le tenor. Th.
Geutskens, 2e tenor. H. F. van Paradijs le bas
en Ph. J. J. Smit. 2e bas. Deze samenstelling
bleef ongeveer 11 jaar bestendigd. Toen
achtte de heer Donkel. die onafgebroken 18
jaren zijn gave als tenorzanger in dienst var
„Euphonia' had gesteld de i tijd aangebro
ken zijn plaats aan een jongere kracht in
het belang van het kwartet, af te staan. Wat
dit voor de 3 overblijvende zangers en niet
het minst voor den heer Donkel zelf heeft
beteekend ls moeilijk in woorden uit te druk
ken.
Een woord van hartëlijken dank voor zijn
aanhankelijkheid, zijn trouw en bovenal voor
zijn mooie prestaties in al die jaren bewezen,
zij hem gebracht. De Euphonia-menschen
zullen hem nimmer vergeten.
Nadat de heer G. M. Neuman eenigen tijd
op een hoogst verdienstelijke wijze den heer
Donkel had vervangen, achtte hij den heer G.
Drogtrop Sr. beter op zijn plaats in Euphonia.
Neuman wist Drogtrop voor zijn plan te win
nen. Het solo-kwartet „Euphonia" bestaat
nu uit de heeren: G. Drogtrop Sr. le tenor,
Th. Geutskens 2e tenor, H. F. van Paradijs le
bas en Ph. Smit 2e bas. In deze samenstel
ling heeft het kwartet reeds eenige mooie
successen mogen boeken o.m. op de laatste
Internationale kwartetwedstrijden te Roer
mond en Eindhoven. „Euphonia" heeft zich
steeds in het bezit van uitnemende muzikale
leiders mogen verheugen. We noemen hier de
namen van W. A. Kwantes, K. H. Kerkhoff
en A. v. d. Velden aan wien het zeer veel
dank verschuldigd is. De laatste 12 jaren
staat het kwartet onder leiding van den be
kenden Haarlemschen musicus Nico Hooger-
werf tot volle tevredenheid.
Het moge dan waar zijn, dat vele kwartet
ten zijn samengesteld om de talrijke wed
strijden af te loopen, niet alzoo het kwartet
„Euphonia". Zeker, ook „Euphonia" heeft
aan talrijke wedstrijden medegedaan en bleek
dan een geduchte concurrent te zijn, doch
daarbij heeft het kwartet immer de liefda
digheid betracht door in gestichten, zieken
huizen en gevangenissen te concerteeren.
Dikwijls ook heeft het kwartet zijn mede
werking gegeven bij concerten van muziek en
zangverenigingen, op lezingen en voor
drachtsavonden enz.
Ook als „fortensemble" was Euphonia In
samenwerking met den humorist- kees Pruis
een graag geziene en gehoorde gast. En. het
zij in alle besevhe Idenheid gezegd, het kostte
vaak groote opofferingen om in de Mobilisa
tietijd in de barre wintermaanden de diverse
forten af te loopen om de landsverdedigers
eenige uren van verpoozing te bezorgen.
Doch, het dankbare succes dat bij ieder op
treden werd geoogst, stemde toch ook alweer
tot groote tevredenheid wat de opofferingen
veel lichter maakte.
Het kwartet trad ook enkele malen voor den
microfoon op o.a. voor dc K.R.O. en
N.C.R.V.
Het kwartet ls ook veel dank verschuldigd
aan de heeren Critici, die in de 20 jaren dc
prestaties in hun bladen hebben beoordeeld.
Die beoordeelingen waren steeds zeer lof
waardig. dus ook hierover heeft het kwartet
niet te klagen.
Natuurlijk kan in dit korte bestek niet al
les gememoreerd worden, doch mogelijk ge
ven bovenstaande regelen een indruk van ae
wijze waarop het kwartet de muze heeft ge
diend en dc leden hun vrijen tijd hebben be
steed. Het is natuurlijk de wensch van
Euphonia dat het op den ingeslagen weg
moge voortgaan en de koorzangkunst nog
vele jaren mag dienen voor de zangminnen-
den in het algemeen en voor het kwartet in
het bijzonder.
Er heeft zich ter viering van het 20-jarig
bestaan op 22 Juni een commissie gevormd.
Haarlem's vocaal mannenkwartet Euphoniamet-den dirigent I^coHoogeriverX,
abonnements- en volksvoorstelling kozen.
Wat was het gevolg? Dat vooral op de
volksvoorstelling een groot deel van het
publiek, hetwelk de schoonheid van stuk en
opvoering onmogelijk kon waardeeren, hoogst
ontevreden was en zich dien avond min of
meer „bekocht" vond voor zijn goede geld.
Maar het is wel zeker, dat juist een ander
deel zeer Ingenomen was met de keuze van
dit stuk en dien avond bijzonder genoten
heeft. Heeft men nu het recht den schouw
burgdirecteuren een verwijt te maken voor
hun keuze?
Ik sprak na Mr. Rosenfeldt, advocaat en
procureur van Cor Ruys schouwburg
bezoekers. die zich kostelijk hadden ver
maakt. anderen, die zich geërgerd hadden
over „zoo'n flauwiteit", „zoo'n stuk. waar nu
niets Inzat". Zoo zal er altijd op abonnements'
voorstellingen meer dan op andere avon
den groot verschil van meening zijn, om
dat er bij zulke voorstellingen steeds een d:el
van het publiek is. dat als het zijn eigen
keuze had gevolgd, dien avond niet naar den
schouwburg zou zijn gegaan.
Ook hoorde ik van verschillende kanten de
klacht, dat de stukken der abonnements
voorstellingen in den Stadsschouwburg altijd
zoo laat dikwijls pas 2 of 3 dagen vóór de
voorstelling worden geannonceerd. Mis
schien is het mogelijk met deze klacht in de
toekomst rekening te houder..
Hieronder laten wij de stukken volgen, die
op de verschillende abonnementsvoorstellin
gen dit seizoen zijn gegeven.
STADSSCHOUWBURGSerie I.
Masker en Mensch, door Het Schouwtooncel
Als ouders slapen, door Rott. Hofstad-Too
neel.
Zijne Majesteit Het Publiek, door Het Ge
zelschap Saalborn.
In de groene Papegaai en Blanco Posnet's
Ware Gedaante door de Amsterdamsche Too-
neelvereeniging.
De Markiezin door Het Gezelschap Verkade
Pas op de Verf door Rott. Hofst. Toonecl.
STADSSCHOUWBURG. Serie II
Graaf X. door Rott. Hofstad Tooneel.
Masker en Mensch door Het Schouwtooncel.
Mr. Rosenfeld. advocaat en procureur door
Gezelschap Cor Ruys,
Voor Zonsondergang door Rott. Hofstad
Tooneel.
Circus Knie, door Amsterdamsche Tooneel-
vereeniging.
Een Koninkrijk voor de Vrouw door Ge
zelschap Saalborn.
SCHOUWBURG JANSWEG.
In de groene Papegaai en Blanco Posnet's
Ware Gedaante door Amsterdamsche Too-
neelvereenlging.
Mademoiselle door Centraal Tooneel.
Domino door Centraal Tooneel.
De Reis van Noach op de Wateren door
Amsterdamsche Tooneelvereenlglng.
Amor in de Pastorie door Rotterd. Hofstad
Tooneel.
„Er was eens" door Rott. Hofst. Tooneel.
Men ziet. dat beide schouwburgdirecteuren
wel degelijk rekening hebben gehouden met,
het verschil in smaak van het publiek en zoo
veel mogelijk afwisseling hebben gebracht in
de series. Stukken als In de groene Papegaal,
Blanco Posnet's Ware Gedaante. Voor Zons
ondergang. Circus Knie. Mademoiselle, Do
mino, De Reis van Noach op de Wateren be
hooren ontegenzeggelijk tot de beste stukken
van het repertoire van het afgeloopen sei
zoen.
In het geheel zijn 11 volksvoorstellingen In
den Stadsschouwburg gegeven en wel van
De Doofpot door Het Schouwtooneel (twee
maal).
De Moordzaak York door Het Gezelschap
Verkade.
Het Huis der Vreezen door Rott. Hofstad
Tooneel.
Jongedames in Uniform door de Ver.
Schouwspelers (twee maal).
Grompie door Gezelschap Cor Ruys.
Amor in de Pastorie door Rott. Hofstad
Tooneel.
De Reis van Noach op de Wateren door de
Amst. Tooneelvereeniging.
Dc Comedie van het Geluk door de Amst.
Tooneelvereeniging.
De Viollers door het Gezelschap Saalborn.
Er was dit jaar een zeer groote animo voor
de volksvoorstellingen, meer nog dan vroegere
jaren. Van de 11 volksvoorstellingen waren
er zelfs 7 geheel en 2 zoo goed als uitverkocht,
het beste bewijs dus. dat de keuze van de
stukken in den smaak van het publiek ls ge
vallen. Toch meen ik. dat in het afgeloopen
seizoen wat te veel is geofferd aan het „po
pulaire". Bij de volksvoorstellingen moet
men mijns inziens niet in de eerste plaats
rekening houden met de mogelijke kans op
een vollen schouwburg.
De bedoeling van het instituut der volks
voorstellingen is oorspronkelijk wel dege
lijk ook een cultureele geweest, een verbete
ring van den smaak van het publiek door
hot brengen van goede voorstellingen tegen
uiterst lage prijzen. Men kan moeilijk vol
houden, dat een stuk als De Doofpot dat
zelfs tweemaal als volksvoorstelling Ls ge
gaan eenige cultureele waarde heeft, even
min als Het Huis des Vreezen, Dc Moordzaak
Yorck en eigenlijk ook niet Grompie en Amor
in de Pastorie. Zonde r dit soort stukken nu
geheel op de volksvoorstellingen te willen we
ren. zoo meen ik toch. dat er dit Jaar
te veel plaats aan onbelangrijke stukken Ls
gegeven en dat men het oorspronkelijk doel
van dit instituut wel wat uit het oog heelt
verloren.
Schoolvoorstellingen zijn er ln dit seizoen
ln het geheel niet gegeven, wat ik wel heel
erg betreur. Er is een tijd geweest, dat de stad
Haarlem met haar schoolvoorstellingen als
voorbeeld gold voor de andere steden en dc
slechte economische toestand lijkt mij toch
niet voldoende reden om deze voorstellngcn
geheel en al te schrappen. Men verge te niet
dat juist in een tijd als deze. waarin jonge
menschen al meer en meer naar de bioscoop
getrokken worden en nauwelijks meer weten,
wat tooneel eigenlijk ls, het van het groot
ste belang moet worden gerekend de Jeugd
liefde bij te brengen voor de dramatische
kunst. Het geheel opheffen van het instituut
der schoolvoorstellingen In het afgeloopen
seizoen lijkt mij dan ook niet in het belang
van do jeugd en van het tooneel. Ten zeerste
hoop ik. dat men het volgend seizoen weer
eenige middagen in onze Stadsschouwburg
voor dc schoolgaande jeugd zal reserveeren,
zooals dit van 1918 af te doen gebruikelijk
was.
L B. SCHUIL.