De Mysterïeuse Apache.
EEN TURBINE vit gegoten staal, wegende 35.000 K.G., ïa
bij de firma Krupp te Essen vervaardigd voor een eïec*
trische centrale in Zuid-Duitschland»
DE JAARLIJKSCHE ROEÏWEDSTRÏJD op de Theems van de London Bridge naar
Stelling gehouden.
Chelsea is deze week onder groote belar,g~
EEN RADIOGRAFISCH OVERGEBRACHTE FOTO van de mislukte landing van
het Engclsche vliegerspaar Mollison nabij Bridgeport na den aanvankelijk goed ge»
slaagden occaantocht. -» Het vliegtuig werd grootendeela vernield.
WERK OP HET LAND. De moderne maalmachine, getrokken door EEN HOEKJE van de Vultschc Koloniale tentoon-
bonkige paarden doet den arbeid van den oogst. £tel(in3_ die te BcrUjn geopen<} ,s.
DE EERSTE ETAPPE van de vierdaagsche afstandsmarschen te Nijmegen is Dinsdag geloopen. - Eenige deelnemers (links); zij die met de
warmte te kampen hadden (rechts).
FEUILLETON
ROMAN
UIT DE PARIJSCHE ONDERWERELD
DOOR H. LUCAS.
(Geautoriseerde vertaling van H. Houben.)
25)
Dien dag kon hij tot niets komen. Cornelia
en mevrouw Lawson waren uitgegaan om
te winkelen.
Wild was naar Fontainebleau voor een
conferentie met een nieuwe zakenrelatie en
Royle was achtergebleven met een einde-
loozen dag voor zich. Hij rookte de eene si
garet na de andere, keek de Fransche cou
ranten in en trachtte zich te onttrekken
aan zijn steeds terugkeerenden gedachten-
gang. Om vijf uur kwamen Cornelia en
mevrouw Lawson haastig binnen om zich te
kleeden en naar Fontainebleau te rijden,
waar zij zouden dineeren om eerst laat in
den avond terug te keer en.
Tegen donker ging Royle uit en liep lang
zaam den Quai d'Orsay af', hij keek op naar
het huis. waar hij was beetgenomen, zooals
hij verteld had. en trachtte zich te verzoe
nen met zijn leelijken streek. Van buiten zag
het er eerzaam uit, frisch geverfd en nog ai
aanzienlijk, blijkbaar de woning van iemtno
van stand en eenig geld.
Royle liep door en trachtte zich het ver
loop van dien avond voor te stellen. Zijn
zegsvrouw was zeker geweest van haar feiten
en had hem voorspeld, dat alles goed zou
verloopen, toch zou hij blij zijn, als een en
ander voorbij was, want zijn nieuwe rol be
viel hem niet.
Toen hij in het hotel terugkwam, liep hij
tegen Débu aan, die gekomen was, om,
zooals hij Royle met spijtige gebaren verbelde
de dames niet thuis te vinden.
Zij wandelden samen een eindje op en
Royle bracht zijn metgezel op 't onderwerp,
dat hij steeds in zijn gedachten had, n.l.
de Fransche manier van gevangenen te be
handelen.
Mr. Dóbu was zeer bereid om hem in te
lichten.
„Ons systeem is zoo wat hetzelfde als
dat van alle be.vhaafde landen", zeide hij,
„voor crime passionel hebben wij misschien
wat meer sympathie dan bij u of de Engel-
sclien; dat ligt in het „Romaansche tempe
rament", en hij ging door op de verschil
lende variaties van „le crime passionel", tot
dat Royle hem onderbrak.
„Maar voor oplichterij, diefstal, geweld
dadige berooving. wat dan?"'
„Ah!" het gezette Parijaenaartje werd
ernstig, „dat is heel iets anders, absolument
eigendommen zijn heilig, nietwaar? die moe
ten beschermd worden, wij weten best, hoe
we met zulke misdadigers moeten omgaan,
dat verzeker ik u".
„En de strafkolonies zijn nog al dras
tisch, niet waar?"
Mr. Débu haalde ontwijkend zijn schouders
op.
„Het zijn geen herstellingsoorden, maar
wat zal je daar aan doen? Ik geloof, dat
men er vaak sterft maar welk nut heeft
hun leven voor het land is het voordeeli-
ger als ze goed en wel begraven zijn niet
waar?"
Hij lachte, alsof dit vooruitzicht hem veel
genoegen deed. Kort daarop verliet Royle hem
en ging weer terug naar het hotel.
Royle's bezoek had Mr. !e Préfect. zeer in
verwarring gebracht. Het kwetste zijn be
roepstrots te weten, dat een bezoeker zoo
behandeld .was en nog wel onder de oogen
der politie. Hij had eerder op die speelhuis
geschiedenis van den Quai d'Orsay moeten
letten, maar er was een reeks van .brutale
juweelendiefstallen geweest in de voornaam
ste voorsteden en hij had al zijn aandacht
noodig gehad ,om dien dief te vinden. Dit
was nu afgeloopen en hij zou den Quai
d'Orsay goed in 't oog houden.
Hij hield beraadslagingen met verschil
lende ondergeschikten en binnen een uur
na Royle's vertrek was het plan gereed.
Toen de duisternis over de stad viel, reed
een gesloten vrachtauto met waschmanden
op het ach'terschot langzaam de Quai
d'Orsay op. Toen deze een paar honderd
meter ver was gegaan, begon hij teekenen
te geven van storing in den motor. De chauf
feur stopte, sprong van zijn zitplaats, open
de de motorkap en begon een onderzoek.
De panne was blijkbaar ernstig, want met
een paar krachtige woorden haalde hij de
gereedschapskist te voorschijn en begon aan
een klaarblijkelijk niet vlug te verhelpen
storing te werken. Hij werkte zonder op
houden door, keek rechts noch links, hief
niet eens het hoofd op om naar de ver
schillende bezoekers te kijken, meest jonge
menschen, allen in avondkleeding, die 11a
een zekeren klop op de deur te hebben ge
geven, toegelaten werden in het pas opge
schilderde huis, waarvoor de vrachtauto was
blijven staan.
Hij was nog bezig, toen er drie taxi's
kwamen aangereden, vol jongelui, die blijk
baar een avondje uit waren. U.it de eerste
auto steeg een slanke, breedgeschouderde
figuur in avondkleeding, de gardenia in zijn
knoopsgat en paarlen knoopjes in zijn smet
loos overhemd.
De vreemdeling klopte duidelijk op de deur,
die als antwoord onmiddellijk geopend werd.
Zonder een woord te zeggen, bracht hij een
revolver voor het verbaasde gezicht van den
portier in livrei en drong hem tegen den
muur. Daarop werd de deur opengeworpen en
Hepen de andere jongelui uit de taxi's rustig
de stoep op, het huis in, nu niet langer
zichtbaar voor den gestranden cfoattfigeur
daar buiten. Eenmaal in de hall keek
l'Etranger Rouge naar zijn volgelingen.
„Mareau", mompelde hij, „blijf jij hier bfj
den portier en zorg, dat hij zwijgt over wat
hem overkwam. Laat niemand binnen en
open de deur alleen als ïk fluit. De anderen
volgen mij".
Rustig, zonder haast, liep hij luchtig de
breede met zware loopers belegde trappen
op, die naar de voornaamste kamers voer
den. V-oor den grootsten salon bleef hij een
oogenbldk staan luisteren. Binnen hoorde
hij het gemompel van stemmen, uitroepen
van den croupier en 't geklik van het roulet
teballetje. L'Etranger Rouge lachte, wendde
zich tot zijn volgelingen, hier zijn hand op,
was met één sprong de deur door op de
roulettetafel toegesprongen en bekeek nu
het verschrikte gezelschap met den revolver
in de hand.
.Dames en heeren", zei hij en zijn heldere,
diepe stem klonk door de kamer, „ik maak u
mijn verontschuldiging over mijn zoo plotse
ling verschijnen, maar ik zal u niet lang op
houden. Als u zoo vriendelijk wilt zijn, te
blijven zitten, zooals u zit neen. me
vrouw, u zult uw winst op tafel moeten
laten liggen, 't spijt me voor u dit tot een
oudere dame, die met verschrikte begeerige
oogen reeds bezig was op sluiksche manier
een bundel banknoten in haar gouden tasch
te 'bergen. „Blijft u, als je blieft, allemaal
heel rustig, dat is veel beter, ik verzeker
het u". Hij zweeg en gaf een teeken aan zijn
mannen, die vlug en met opmerkelijke han
digheid lederen zichbaren frank van de
tafeltjes begonnen weg te nemen. De spelers
stonden of zaten angstig, boos of ver
schrikt. Een vrouw gilde, toen een apache
een pak banknoten onder haar hand weg
griste.
Blijf kalm. mevrouw", zei lEtranger
Rouge geruststellend. „Ik verzeker u, dat u
hoegenaamd niets zal overkomen. Over een
palar minuten integendeel!" hij glim
lachte en toonde zelfs z#n witte banden esi
fonkelende oogen, „zult u met uw spel
verder kannen gaan".
.iaat ons dan ook ons geld. jaj d$eff,
gromde een man van middelbaren leefÊjd;
aan de rechtenzijde; zijn gezicht was bleek
en zijn oogen puilden uit, toen hij opkeek
naar den slanken, knappen man op de
tafeL
l'Etranger Rouge lachte. „En als ik het u
laat, wat zal er dan mee gebeuren. M'sietir?"
vroeg hij hem. „U zult het toch verliezen tot
de laatste centime, misschien niet 'van
nacht. of morgen, maar op den duur wordt u
geplukt, u is hier om te worden afgezet?.
Een magere, donkere man, die aan het
hoofd van een der tafels zat, stiet een
woedenden vloek uit. L'Etranger Rouge
wendde zich tot hem.
„Haha! Monsieur le Prince!" zei hij met
een spottenden glimlach. „U vindt de waai*
heid niet aangenaam om aan te hooren,(
maar ik ben niet bang die te vertellen. Gij?
zïjt een oplichter, vriendje, een schelm en
een oplichter".
Verschrikte uitroepen ontsnapten de aan
wezigen.
„lederen nacht zet je hier je strikken uit-
voor deze arme dwazen-' hij maakte een.
minachtend gebaar naar het gezelschap
„om ze er in te laten loopen, een speMébje,,
een heel aardig spelletje in 't begin ja, ènj
dan worden ze uitgeknepen je vrienden,
die je vertrouwen. Bah, ik een apache,,
zoo ge wilt, ik ben nog veel eerlijker, wantij
ik klop de menschen niet met één harpd]
minzaam op den rug om met de andere hun|
zakken te ledigen".
De mannen hadden de tafels leeg ge-j
maakt en wachtten op verdere be-vétén.
L'Etranger Rouge keek vlug de kamer roncfej
(Wordt vervolgdi. i