PALMOLIVE UIT HET BUITENLAND haar kleur is een belofte! Nieuwe getuigen in het proces te Leipzig. Goebbels spreekt voor de buitenlandsche pers MODERNE CRIMINALITEIT. VRIJDAG 29 SEPTEMBER 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 3 Een memorandum over reorganisatie van het Duitsche strafrecht. Zwaarste misdaad is land verraad. De tweekamp weer in eere hersteld. „Eer van den vrijen man het hoogste goed". HET BELANGRIJKSTE NIEUWS DUITSCHLAND. De Pruisische minister van Justitie heeft een memorandum ter publicatie gegeven, waarin wordt voorgesteld het Duitsche straf recht te reor ga niseer en in d en geest van den nationaal socialistischen staat. Uitgaande van de nationaal socialistische grondgedachte, dat de individu een organisch deel der gemeenschap van het volk is, stelt zij het principe op den voorgrond, dat de be scherming der gemeenschap de eerste taak van het strafrecht moet vormen. In dit memorandum staan voor de eerste maal voorstellen voor een „strafrechtelijke behandeling tegen de ondermijning van het Duitsche ras". Voorts bevat zij volkomen nieuwe voorschriften voor de „bescherming van de geestelijke en zedelijke gedachten der Duitsche bloedgemeenschap". De voorschrif ten betreffende de bescherming van ras en volksdom zullen worden aangevuld met be palingen betreffende de bescherming der or ganisaties welke de volksgemeenschap vor men. Volgens nationaal socialistische oovat- ting is de zwaarste misdaad landverraad. Deze behoort volgens de voorstellen van den minister aan het hoofd der toekomstige wetgeving, waarbij bij de desbetreffende strafbepalingen niet zal morgen worden af gezien van de doodstraf. Een principieele reorganisatie ligt- ook het voornemen met betrekking tot de voor schriften ter zake van hoogverraad. Van de tal van merkwaardige voorstellen van het memorandum moet eveneens gewe zen worden op de behandeling van het twee gevecht. Er wordt medegedeeld, dat in den nationaal socialistischen staat de „eer het hoogste goed van den vrijen man is" en dat het in overeenstemming is met de oude Duit sche rechtsopvatting zich „genoegdoening te verschaffen met het wapen voor geschonden eer". Hiertegen met middelen van het straf recht op te komen kan slechts aanleiding zijn ingeval door den tweekamp de openbare orde wordt verstoord. Dit is evenwel slechts het geval bij doode- lijlken afloop en bij overtreding van de strijd- xegels. Een speciale plaats wordt in het memoran dum ingenomen door de bescherming van huwelijk en huisgezin. Neerhalende aanvallen op huwelijk, moederschap, en gezin kan de nat. soc. staat niet dulden, weshalve een nieuwe strafbepaling tegen smaad van het huwelijk wordt voorgesteld. Uitdrukkelijk wordt aanbevolen ook de bescherming van het kind effectiever te vormen dan tot dus verre. zoowel met betrekking tot het ontkie mende leven als tot het opgroeiende kind. Ook een bescherming van de economische bases van het gezin wordt aanbevolen. De bescherming van den staat, het „Volks- stum" en de familie wordt in de voorstellen aangevuld door een bescherming van het volksgoed, d.w.z. van de economische goede ren der natie, terwijl verder aanbevelingen gegeven worden ter bescherming van de na tionale arbeidskracht. O.a. wordt voorgesteld het z.g.n. economische landverraad in den vervolge strafbaar te stellen. Ook onsociale eigenbaat, d.w.z. meedoogenlooze verrijking van het individu ten koste van zijn mede- menschen, worden strafbaar. haar machtspositie opgebouwd. Van terreur en gebruik making van geweld kan daarbij geen sprake zijn. Er is in Duitschland nim mer een regeering geweest, welke zich zoo als de nationaal socialistische kon beroepen op haar overeenstemming met de breedste volkmassa's. De Joodsche kwestie besprekend, verklaar de Dr. Goebbels: wanneer de Duitsche re geering de behandeling der Joodsche kwes tie langs wettelijken weg ter hand nam, dan verkoos het daarbij de meest humane en lo yale methode. Het nationaal socialisme is van niets meer wars dan van het nemen van goedkoope wraak. Het zou niet alleen het Duitsche volk, maar de geheele wereld ten zegen strekken, wanneer de critiek op de gebeurtenissen in Duitschland zich tot het werkelijk feitelijke zou beperken en van den beginne af iedere stemmingmakende an tipathie zou uitschakelen. Wij hebben in geen enkel opzicht de waarheid te schuwen, aldus Goebbels. Wij mochten evenwel wen- schen en hopen, dat de eerlijke strijd om de waarheid niet van te voren vergiftigd wordt door bijna grootsch aandoende beweringen, welke niet in het minst zullen vermogen stand te houden tegen een objectief onder zoek. Het komt ons onduldbaar voor, aldus Goebbels, dat de gruwelsprookjes, welke door Joodsche emigranten in het buitenland zijn verspreid en welke zelfs tot de met alle ge bruiken der openbare meening in strijd zijnde veronderstelling hebben geleid, dat leden van de Duitsche regeering zelf, uit partij-overwegingen, den Rijksdag in brand zouden hebben gestoken, ongezien door een- deel der wereldpers werden overgenomen. Voorts bestreed Goebbels, dat het nieuwe Duitschland een geestelijke expansiepolitiek zou voeren, welke slechts de voorbereiding zou beteekenen voor een latere expansie politiek op het gebied van macht. Het zou goed zijn, wanneer de woorden revanche of oorlog uit de omgangstaal der volken zou den verdwijnen. Men mag, aldus spreker, ook maar een enkele handeling van den Rijkskanselier of van zijn regeering noemen, welke ook maar de geringste verdenking zou rechtvaardigen, dat zij oorlogs-geloften met zich voert. Hun geheele opbouwwerk wordt gedragen door den geest van den vrede. Het is niet 't belang van eenig volk, dat Duitsch- lahd verder zal worden beschouwd als na tie van den tweeden rang en dat het de mo gelijkheid voor zijn verdediging ontnomen blijft, welke het noodig heeft voor de hand having van zijn nationale veiligheid. Na afloop van zijn redevoering heeft dr. Goebbels nog eenige hem door journalis ten gestelde vragen beantwoord. Wat de ontwapeningskwestie betreft, ver klaarde Goebbels, dat hij slechts kon zeg gen, dat Duitschland den eerlijken wil heeft het Viermogendhedenpact naar zijn besten wil te benutten om deze kwestie tot een draaglijke oplossing te brengen. Groot was natuurlijk de belangstelling der internationale pers t.a.v. de Joodsche kwes tie, aldus wordt van Duitsche zeide ver klaard. Dr. Goebbels meende dat deze kwes tie binnen het kader van het thans moge lijke is opgelost. Een definitieve oplossing zou pas dan ter hand kunnen worden ge nomen, wanneer zij van ieder bessentiment bevrijd is, vooral ook de openbare meening ter wereld, welke thans in deze kwestie of ficieel tegenover ons staöt. Duitschland kan niet onder den indruk van een openbare meening ter wereld opkomen voor een nieu we oplossing. BRITSCH STOOMSCHIP De zacht-groene tint van Palmolive zeep is een be trouwbare belofte: van charme..., van schoonheid! Want zij wordt veroorzaakt door de zeer groote hoe veelheid olijfolie welke in elk stuk Palmolive is ver werkt. Sedert duizenden jaren staat de olijfolie bekend als een beroemd cosmetisch middel; wij behoeven dus geen verfstoffen of zware parfums te gebruiken om minderwaardige grondstof fen te camoufleeren. Onze zeep geeft wat zij belooft! Daarom wordt zij nadrukke lijk verlangd door een ieder die prijs stelt op het behoud van de teint der jeugd PALMOLIVE ZEEP 15 CENT PALMOLIVE ZEEP 15 GENT CAdt'. Ingez. MedJ Weinig positiefs over Van der Lubbe. Duitsche journalisten moeten morgen het land verlaten. Naar de „D.A.Z." meldt heeft de Sovjet- regeering den termijn voor de uitwijzing der Duitsche correspondenten met 48 uren ver lengd, d.w.z. tot Zaterdag. Duitsche natie wordt verkeerd begrepen „Humane behandeling" der Joden. GENEVE. 27 Sept. (V.D.). De Rijksmi nister voor. de propaganda, Dr. Goebbels, heeft vandaag in hotel Carlton de geheele internationale pers ontvangen. In dit con tact met de thans ter Volkenbondsvergade ring aanwezige internationale pers ligt een der belangrijkste motieven voor het verblijf te Genève van dr. Goebbels. Meer dan 200 journalisen uit alle landen waren persoonlijk uitgenoodigd de bijeen komst bij te wonen. Tal van vooraanstaande Duitsche staatsambtenaren zijn mede aan wezig. Goebbels verklaarde, dat het Duit sche volk met smart en ontgoocheling in de afgeloopen maanden heeft waargenomen, dat het worden van den nationaal socialisti schen staat en zijn positieve terugslag op de economische en politieke organisatie der Duitsche natie in de wereld veelal verkeerd begrip, wantrouwen en zelfs afkeuring heeft gevonden. De minister acht het derhalve zijn belangrijkste taak voor dit forum der wereldpubliciteit het worden van den na tionaal socialistischen staat te verduidelijken zijn uitwerking op de practisohe binnen- en buitenlandsche politiek in korte trekken uit een te zetten en op die wijze ten minste een zeker begrip te wekken, voor hetgeen zich in Duitschland heeft afgespeeld. Dr. Goebbels verklaarde, dat de nationaal socialistische beweging reeds voor zij aan de macht kwam bij verre de grootste en meest invloedrijke partij van het parlementaire Duitschland was. Zij werd legaal voor de verantwoorde lijkheid geroepen en zij heeft verder legaal VERGAAN? LONDEN, 28 September (V. D.) Vplgens een bericht uit Athene wordt gevreesd, dat ter hoogte van het eiland Milos een Engelsch stoomschip van 1000 ton met man en muis is vergaan. Alle nasporingen naar het schip zijn tot dusverre zonder resultaat gebleven. De taak van reporter bij een groot Parijsch dagblad is werkelijk verre van aangenaam. Een paar jaren geleden openden de meeste bladen een vaste dagelijksche rubriek geti teld „De ongelukken van den weg" einde- looze serie maar thans gaan de meesten er toe over om ook een vaste plaats te reser veeren onder 't véél-zeggende hoofdje: „De roode serie". Er gaat geen dag voorbij of men signaleert enkele moorden of moordaanslagen en het publiek eischt, nu eenmaal allerlei détails zoodat de verslaggevers er dadelijk op moeten uittrekken om alle bijzonderheden te krijgen. En als 't sensationeele gevallen be treft. zooals de affaire Violette Nozière, of die van Mile d'Anglement, die den prefect van Marseille doodschoot (ze zit al een jaar lang in voorarrest, maar er wachten nog tientallen andere zaken), of de geheimzinnige moord in Sucy-en-Brie, of de doodslag op Oscar Du- frenne. directeur van het Casino de Paris, dan moet er dag en nacht worden gezwoegd om het op sensatie beluste publiek te bevredigen. Men vraagt zich met eenige ongerustheid af: waar komen al die boeven vandaan? waar kunnen ze zich in vredesnaam schuil houden? Want iedereen is er van overtuigd dat de Pa- rij sche politie uitmuntend is georganiseerd, een model zelfs is, en men hoeft maar in een of ander hotel af te stappen om er zich dade lijk van te kunnen overtuigen dat de politie precies enkele uren later weet wie de reiziger is, wat zijn antecedenten zijn. Een even stren ge controle bestaat op de particuliere wonin gen. De meeste concierges lichten de politie voledig in omtrent het doen en laten van de huurders. Caféhouders, agenten, winkeliers vullen dezen voor 't algemeen zeer nuttigen spionnagedienst geregeld aan. De gedachte zoo doorloopend, al geschiedt het dan ook met de grootste discretie, onder controle te staan is wel niet prettig maar 't is nu eenmaal noo dig en op stuk van zaken worden we zoo dan In het vervolg van de zitting van Donder dag gaf. naar aanleiding van den brand in het raadhuis op 25 Februari, de chef-machi nist Kiekbusch een beschrijving van omvang en uitwerking van den brand in de slaapka mer van zijn zoon. Getuige is van meening dat het vuur zich in een half uur door de geheele woning en de belendende woonruimten zou hebben uit gebreid. De twee brandweerlieden die ten slotte bij het blusschen hielpen vonden vol gens hun verklaringen vuurmakers op de zol derkamer. De kozijnen waren door het vuur beschadigd. Dit werd door eenige andere ge tuigen bevestigd. Get. uit Neukölln weet dat op den Woens dag voor den brand in het slot eenige per sonen bij elkaar zijn geweest Hij is armen verzorger en had van der Lubbe een jas ge geven. Ook Van der Lubbe was op een bij eenkomst bij Schlafke geweest. Pres.: Was dat op den Woensdag voor den brand in het slot? Ik weet den dag niet meer. Pres: Hebt u bij S. wel eens brieven ge schreven. Neen ik heb slechts degenen die niet goed met de pen konden omgaan geholpen. Dezen getuige worden steeds meer vragen gesteld, omdat men den indruk krijgt dat hij niet alles zegt wat hij weet. Ambtsgerichtdirektor Parisius houdt hem voor dat in het café en andere plaatsen Van der Lubbe een vrij groote kennis van de com munistische beweging en doeleinden had ge toond. Ook Torgler's verdediger Dr, Sack stelt eenige vragen tijdens het kruisverhoor waar na een korte pauze wordt gehouden. Na de pauze werd de arbeider Panknin als getuige gehoord over het gesprek voor het gebouw van Maatschappelijken Steun. De voorzitter wijst hem op zijn getuigenis voor de instructie waarop getuige nog eens het gesprek weergeeft. Zachow meende dat men scherpe maatre gelen moest nemen. Openbare gebouwen moesten in brand worden gestoken. Bienge ging daarop in en zeide: Jawel, we moeten eerst en vooral de fabrieken van Siemens en het slot en den Rijksdag in brand steken. Rijksdag en slot waren toch overbodig. Van der Lubbe, die zich vroeger reeds meer in het gesprek had gemengd, vroeg of hij hierbij niet kon helpen en toonde hem zijn lidmaatschapsboekje van de Communistische Partij. Op een vraag van den voorzitter verklaar de getuige, dat het een partijboekje moet zijn geweest. Getuige heeft dit niet gelezen, doch het was rood en tevens had Van der Lubbe verklaard, dat hij lid van de K.P.D. was. Toen liepen wij samen de straat af. Bienge riep Van der Lubbe bij zich en liep alleen met hem op. Ik vroeg Zachow. hoe hij Van toch beschermd tegen tal van booswichten. Het boeven-hol. In Juli 1930 werden we opgeschrikt met de tijding dat de groote magazijnen „A la Ména- gère" in brand stonden. In de ochtenduren, door kortsluiting, was 't vuur uitgebroken in dit enorme winkelhuis op den grooten Boule vard, op slechts vijf minuten afstand van de Opéra. De brandweer was spoedig ter plaatse, maar 't vuur breidde zich zoo snel uit dat van redden geen sprake meer was. zoodat de spuit gasten er zich toe moesten bepalen om de om liggende huizen te vrijwaren. Het geheele winkelpaleis brandde uit, het dak en de koe pel stortten in en de betonnen muren puilden zoo vervaarlijk uit, dat de opperste leiding van de brandweer besloot om het grootste deel van die muren omlaag te halen. Er ble ven nog slechts de sousterreins en de uitge strekte kelders. Teneinde den troosteloozen aanblik te onttrekken aan de tallooze voorbij gangers en vooral aan de millioenen vreemde lingen, die elk jaar langs den Grooten Boule vard slenteren, werd er om het heele terrein een groote schutting gebouwd. Mooi was wel anders ,maar men beschouwde het als een noodmaatregel wijl men vermoedde dat de directie van 't warenhuis weldra tot herbou wing zou overgaan. De aanplakkers kwamen, de hooge schutting werd volgeplakt met kleu rige reclamebiljetten, die deels verregenden, deels werden afgescheurd door de lieve jeugd en al héél spoedig defileerde Parijs daar voor een vuilen lappendeken. Opperste ironie (we constateerden het juist enkele dagen geleden) een enorm aanplakbiljet van het Office Na tionale de Tourisme, het publiek uitnoodigend om „de mooie plaatsjes en plekjes in Frankrijk te bezoeken". Maar nooit heeft iemand er aan gedacht wat er wel kon gebeuren op en onder dat ter rein onder die afgebrokkelde muren en in die donkere spelonken waar eens duizenden licht- der Lubbe kende. Zachow meende dat hij hem ook dien dag voor het eerst had gezien. Doch hij had den indruk dat Van der Lubbe een goede partijgenoot zou zijn. Daarna liep Zachow op Van der Lubbe en Bienge af. President: „Hebt gij eenige reden om Zachow en Bienge te belasten, staat gij vijan dig tegenover hen?" Panknin: „Ik ken die lieden niet en heb geen aanleiding om hun moeilijkheden in den weg te leggen". Öp een vraag van den procureur-generaal, verklaart getuige, dat hij bij het einde van het gesprek heeft gezegd: „nu, daar komt niets van. al jeuken hem de handen", waar op Bienge antwoordde: „je zult nog eens be leven wat dat wordt". Op de vraag van Torgler, tot welke partij Panknin in de laatste dagen van Februari behoorde, antwoordt getuige: „tot de D.-na tionale partij". Op de vraag van advocaat Teichert ver klaart getuige nogmaals met beslistheid, dat v. d. Lubbe naar het communistische partij bestuur gevraagd heeft en ook naar commu nistische localiteiten. Beklaagde Dimitroff vraagt sedert wanneer getuige lid der D.nationale partij is en of hij ook politieke functies heeft bekleed. Getuige: „Ik was werkloos en ben sedert 1928 lid der D.-nationale partij, Ik heb geen functies bekleed". Dimitroff stelt nog meer vragen, die echter door den president als niet ter zake doende niet worden toegelaten. Daarna volgt het verhoor van den arbeider Zachow. die met Bienge in één huis woont. Deze getuige wordt niet beëedigd. Hij ver klaart dat hij Bienge niet verder kent en dat zij elkaar slechts bijwijlen gegroet hebben. De vraag van den president of hij communist is geweest, beantwoordt de getuige met een be slist „neen". Getuige weet alleen dat v. d. Lubbe, Bienge en Panknin voor het bureau hadden gestaan toen hij naar de groep was toegekomen. De president wijst er getuige op, dat zijn verkla ringen achterdocht hebben gewekt, omdat hij meermalen afwijkend heeft verklaard. Getuige antwoordt weenend: „Herr hoher Rat! Ik ben al genoeg gestraft dat ik nu in het concentratiekamp ben. Van brandstichtin gen en zoo. heb ik nooit iets gezegd. Getuige blijft dit loochenen ook als hem het procesverbaal wordt voorgehouden volgens hetwelk hij bij het vooronderzoek de mogelijk heid had toegeven over brandstichtingen te hebben gesproken. De president vraagt of v. d. Lubbe iets van revolutie gezegd had. Getuige antwoordt: Herr Hoher Rat! Daarvan heeft hij geen woord gezegd, anders was ik dadelijk wegge gaan! (Vroolijkheid). President: Wie heeft dan over den Rijksdag gesproken? jes branden maar waar nu een diepe duister nis héerscht. De schutting rondom sloot alles af. 't Wordt hoog tijd dat de politie daar eens een kijkje gaat nemen en we kunnen nu reeds zeggen dat ze tot verrassende ontdekkingen zal komen. Want in de schutting, vlak bij den grond, in de donkere Rue Mazagrand en in de impasse Bonne-Nouvelle heeft men heel han dig enkele planken uitgezaagd en 's avonds kan men talrijke louche individuen zien die zoo op handen en voeten naar binnen sluipen om weer netjes de planken achter zich te sluiten. Het zijn niet, zooals in den beginne, enkele dakloozen die hier naar binnen sluipen om een plaatsje voor den nacht te zoeken in de kelders, maar vooral boeven, individuen die wat op hun kerfstokje hebben en die door de politie worden gezocht, die in deze catacom ben een veilige schuilplaats vinden. Herhaal delijk, zoo verzekerden omwonenden ons, hebben er 's nachts de vreeselijkste vechtpar tijen plaats en komt het mes te voorschijn. En waar de heeren van een zeker milieu al hun twisten onderling uitvechten, zonder ooit dé hulp van de politie in te roepen, daar ble ven al die drama's die zich daar afspeelden tot nu toe verzwegen. Men moet het terrein dan ook zien. Het zijn ware moordenaarsholen. Tusschen afgebrok kelde muren leidt een trap naar de kelders. Het is er natuurlijk één vervuilde boel: etens resten, smerige stukken kleeding en véél erger nog vormen heele bergen en 't kroelt er van de ratten. Ge kunt nagaan wat een fijn gezel schap daar 's nachts een schuilplaats komt zoeken. Er is in die heele buurt rond het ter rein waar eens „A la Ménagère" stond letter lijk geen winkelier die niet eens of meermalen bezoek van inbrekers heeft gehad en als de politie dadelijk werd geroepen dan waren de heeren als in den grond verzonken, opgeslokt. De heele wijk is dan ook op het oogenblik bezig om een petitie te onderteekenen, een adres aan den Prefect van Politie om defini tief een einde te maken aan deze wantoestan den. Maar voor dat de vaste klanten van het vage terrein er de lucht van krijgen zou 't misschien aanbeveling verdienen wanneer de politie er eens een inval deed om te onder zoeken wat er daar geschiedt op vijf minuten afstand van de Place de l'Opéra, het hartje van de beschaving. HENRY A. TH. LESTURGEON. Getuige; Geen een heeft over den Rijksdag gesproken. PresidentU moet er over gesproken hebben dat er openbare gebouwen in brand moesten worden gestoken en Janecke moet toen van Rijksdag, stadhuis enzoovoort gesproken hebben. Getuige: Neen. Herr Hoher Rat! President: Heeft, iemand iets van S. A.- menschen gezegd die met benzine gedrenkt en aangestoken moesten worden? Getuige: Geen woord van waar. President: Kunt u dat met uw eed in over eenstemming brengen? Getuige: Ja, degene, die zoo iets gezegd had, zou ik op zijn gezicht hebben geslagen. Dr. Sack; De rechter van instructie heeft gisteren hier betoogd dat hij den indruk heeft dat er in Neukölln de brug naar de politieke centrale is geslagen. Hebt u eenigerlei verbin ding tusschen Van der Lubbe en anderen gevormd. Getuige: Nee, ik ken Van der Lubbe zoo goed niet. President: Wat. Van der Lubbe den geheelen tijd in Berlijn heeft gedaan is niet op te hel deren en de mogelijkheid bestaat dat hij met de communistische partij in verbinding is ge treden. Procureur-generaal; Vroeger hebt u gezegd, dat u lid van de revolutionnaire vakvereeni- gingsoppositie bent geweest. Getuige: Dat heb ik nooit gezegd. President: Volgens het procesverbaal van 16 Maart hebt u verklaard, dat u tot die oppo sitie behoorde". Getuige: Ik ben echter nooit daarvan lid geweest. Na het verhoor van dezen getuige wordt de zitting tot hedenmorgen verdaagd. Onderbreking van het proces. Het proces te Leipzig zal Zaterdag tot en met Dinsdag onderbroken worden ter gelegen heid van het Viei'de Duitsche Juristencongres. Een merkwaardig incident. De corr. van de N.R.C. meldt aan zijn blad: Tijdens het verhoor van Zachow, die het eerst het plegen van de brandstichting moet hebben geopperd, doch niet, tot de beklaagden behoort, echter wel'in een concentratiekamp is opgesloten, heeft een merkwaardig incident plaats, dat ik in het verslag van Wolff vergeefs heb gezocht en dat dus hier moge volgen: Terwijl Zachow bij het betuigen van zijn onschuld weenende verklaarde, dat de opslui ting in het concentratiekamp al voldoende straf voor hem is, begint v. d. Lubbe te schud den van het lachen, De heele zaal staat op om dit te zien. Na het einde van het verhoor, als Zachow naar de getuigenbank teruggekeerd is, en de zitting feitelijk teneinde loopt, komt een aan tal journalisten in zijn nabijheid en vragen hem. of hij nu nog in een concentratiekamp is. Hij keek hen wel aan. maar gaf geen ant woord. Veelal sloeg hij zijn blik in de richting van de politie-ambtenaren. Eindelijk zeide hij tot een Engelschen correspondent, die hem aanspoorde: „Zeg toch gauw in welk kamp?": „Dat kan ik niet zeggen". DUIZENDEN GEWONDEN IN TAMPICO. 125 lijken geborgen. TWEE PLUNDERAARS DOODGESCHOTEN. MEXICO CITY. 28 Sept, (Reuter) Te Tampico zijn tot nog toe 125 lijken te voor schijn gehaald. Verscheidene duizenden ge wonden worden in de ziekenhuizc verpleegd, waarvan een aantal zijn geïmproviseerd. Twee plunderaars zijn doodgeschoten; hun lijken zijn in het openbaar tentoongesteld bij wijze van afschrikwekkend voorbeeld. Te Tampico heerscht nog steeds de staat van beleg en militaire patrouilles trekken nog steeds den geheel nacht door de straten van de stad. Het is den burgers niet veroor loofd na 7 uur 's avonds op straat te vcr- keeren. De rivieren de Pamico en Tamesi wassen nog steeds en de reddingsploegen werken had om de gewonde personen uit hun benarde positie te bevrijden, evenals de lijken te voorschijn te halen, in de laag ge legen gedeelten der stad. Vele lijken zijn door de strooming naar zee weggespoeld en kun nen nog steeds op ecnigen afstand waarge nomen worden. In de getroffen streken wor den voorraden levensmiddelen en andere eerste levensbehoeften verzameld, doch spoorwegverkeer is nog steeds niet mogelijk. NIEUW HOOGTERECORD GEVESTIGD. PARIJS. 28 September 'V. D.) Do Fran- sche aviateur (Lemoin heeft een nieuwen aanval gedaan op het wereldrecord. Men vermoedt, dat het hem gelukt is dit record te slaan en te brengen van 13.404 op 13.804 M FRANSCH VLIEGTUIG RIJ TOULON IN ZEE GESTORT. PARIJS, 28 Sept. (V.D.) Een vliegtuig van het Fransche vliegtuigmoederschip „Béarn", dat gisteren in de haven van Toulon een proefvlucht maakte, stortte door tot nog toe onbekende oorzaak in zee. Van de driekoppige bemanning werden twee inzittenden op slag gedood, terwijl de derde Inzittende naar een ziekenhuis werd overgebracht, waar hij met ernstige verwondingen werd opgenomen. Bandieten-spelonken in het hartje van Parijs. (Van onzen Parijschen correspondent).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 3