Hei Herfstwind. Een belangrijke dag te Berlijn. 51e 'Jaargang No. 15431 VerscHijnt dagelijks, KeKalve op Zon- en Feestdagen Vrijdag 13 October 1933 HAARLEM S DAGBLAD Directie; P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM. UITGAVE LCURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V. Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM. ABONNEMENTENper week 0-25, per maand 1.10, per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse nrs. 0.06. Geïllustreerd Zondagsblad per week f 0.05, per maand ƒ0.22, per 3 mnd. ƒ0.65. franco per post Q.12lA. Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12 Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810 ADVERTENTIëN: j.5 regels ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames 0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels 0.60, elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes (iederen dag) 13 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant. Gratis Ongevallenverzekering voor Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f400.-. Duim f250.-. Wijsvinger f 150.-, Elke andere vinger f 50:-, Arm- of Beenbreuk f 100.-. Idem voor Abonnés op het Geïll. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f2000.», Overlijden f 600.-. Verlies van Hand, Voet of Oog f400—. Verlies Duim f75.-. Verlies Wijsvinger f75.-. Verlies andere vinger f30.-. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWINTIC BLADZIJDEN. HAARLEM, 13 October. De Harde Cijfers. Nuchter-zakelijke overwegingen hebben steeds een groote rol gespeeld in de anti- oorlogs-actie, door dit blad gevoerd. Tegen een oorlog verzet zich het materiëele eigen belang van minstens 90 pCt. der menschen, die erin meegesleept worden. Het zou zich tenminste moeten verzetten. Het heeft het tot dusver nimmer gedaan. Zij laten zich mee slepen door emotioneele-, door gevoelsmotie- ven dus. ten financiëelen bate alleen van zeer weinigen, die er geld aan verdienen. Merk waardigerwijze verkeeren zij daarbij in de waan, dat zij de nuchter-zakelijke lieden zijn en „schelden" de oorlogsbestrijders uit voor onpractische idealisten, lieden die alleen maar gevoels-motieven kunnen aanvoeren. Het is een zonderlinge paradox. Verreweg de meeste salaris- en loontrekkers niet alleen, maar ook verreweg de meeste werkgevers zetten behalve hun leven en dat der hunnen ook hun materiëele welvaart op het spel in een oorlog. Dat hebben de resultaten van den vorige waarachtig duidelijk aangetoond. Maar blijkbaar nog lang niet duidelijk genoeg. Me neer Jansen, directeur van een drukkerij, me neer Pietersen, directeur van een linoleum- fabriek en meneer Willemsen, meubelfabri kant ik noem maar drie willekeurige voor beelden hebben hun bedrijven tegen brand en inbraak verzekerd en zichzelf tegen „on gevallen". Zij betalen duizenden per jaar aan premies. Maar als iemand een plan in elkaar zette, waarbij hun verzocht werd honderd gulden per jaar bij te dragen tegen het groot ste risico van alle, dat henzelf en hun be drijven met den totalen ondergang bedreigt, zouden zij hem uitlachen vanwege zoo'n on- zakelijken, idealistischen, op gevoelsmotieven gebaseerden opzet. Toen een Engelsch parle mentslid tien jaar geleden voorstelde om tien millioen pond te voteex-en voor een zake lijke reclamecampagne tegen den oorlog werd hij luid uitgelachen. Toch was en is dat het meest practische en modernste bestrijdings middel, dat bestaat. Tal van bladen in het buitenland worden door de wapenindustrie gesubsidiëerd voor het bevorderen van hun belangen. Meix zou andere, of dezelfde, krui nen koopen voor de bevordering van de zake lijke belangen der 90 pCt. Maar de 90 pCt. hebben er vrijwel niets voor over om hun ergste zakelijke risico te bestrijden. Bijna allen zouden zij zich „idealisten" voelen als zij dat deden. Nu, dat ware toch wel heel ver schrikkelijk! Het is een merkwaardige tekort koming van de vredesactie dat zij veel te wei nig met de sterke zakelijke argumenten, die te harer beschikking staan sinds de oorlog geen enkelen materiëelen winner en dus uit sluitend verliezende landen oplevert, haar propaganda voert. Wel laten de regeeringen der gi'oote mo gendheden door de volken fantastische som men aan belasting opbrengen om in vredes tijd den bewapeningswedstrijd te voeren. Maar er is ergens een grens, en daar raakt men nu overheen. De huidige pogingen van Frankrijk, Engeland, Italië, Rusland en Ame rika, om Duitschland te bewegen tot een ge meenschappelijke overeenkomst waarbij niet verminderd maar slechts beperkt zou worden in bewapening hebben de eenvou dige oorzaak, dat de belastings-mogelijkhe- den hun grens hebben bereikt. Er moeten slui tende begrootingen gemaakt worden. Zakelijke overweging, nietwaar? Leerzaam voor het in dividu, voor den belastingbetaler in Frank rijk, Engeland enz., die zwaar meebetaalt aan kanonnen en vliegtuigen, aan bommen en gifgassen, maar wien men niet om een finan- ciëele opoffering van eenige beteekenis voor propaganda tegen „den internationalen wed strijd" zou moeten vragen. Want dat ware onpractisch idealisme. De Fransche financiën b.v. staan er op het oogenblik zeer slecht voor. Frankrijk geeft ettelijke milliarden francs per jaar uit aan be wapening, en heeft om dit te kunnen blij ven doen de loonen en salarissen zwaar moe ten verlagen, openbare werken en sociale maatregelen moeten opgeven, de belastingen telkens moeten verhoogen. Ondanks dat alles heeft het nog geen sluitende begrooting. De vorige is nooit in evenwicht gebracht en er moet nog een kleine driehonderd millioen gul den „gevonden" worden om haar sluitend te maken. De premier, Daladier, kon toen de bankiers, van wier steun hij in groote mate afhankelijk is, alleen kalmeeren met de be lofte dat hij spoedig met een financiëel reorganisatieplan zou komen. Nu wordt ge raamd dat in de begrooting voor 1934 een gat van zeven a achthonderd millioen (weer in guldens berekend) gestopt moet worden. In de laatste anderhalf jaar hebben opeenvolgende Fransche regeeringen meer dan drie milliard gulden geleend, hetgeen zeshonderd millioen meer is dan de aflossingen op leeningen, in de laatste zeven jaar terugbetaald. Men is dus zeer duidelijk in de dalende lijn, en niet zoo'n klein beetje ook. Inkomsten dalen regel matig tengevolge van de crisis, de belastingen hebben hun productieve grens bereikt, de exDort is er treurig aan toeook al ten gevolge van de daling van de valuta van bui- tenlandsche concurrenten. Verdere verla gingen van salarissen en pensioenen wil de Kamer niet slikken de levensstandaard in het land is trouwens hoog en men móet wel in de richting van een zuiniger beleid ten aanzien van bewapening gaan. Lukt het niet, dan zal het kabinet-Daladier zich waarschijn lijk niet kunnen handhaven. Ik heb Frankrijks harde cijfers even geci teerd om erop te wijzen dat men tenslotte de rekening betalen moet. Zakelijke motieven blijven de beste tegen den modernen oorlog. Regeeringen, voorzoover het behoud van hun zetels er van afhangt, blijken er wel gevoelig voor. Merkwaardig dat de volken, die maar domweg reusachtige bedragen zitten op te brengen voor hun eigen en anderer toekom stige vernietiging, er zoo weinig begrip van toonen. R. P. DE VLIEGRAMP BOVEN LIENDEN. DE OFFICIEELE LEZING. De N. R. Crt. geeft de volgende officieele lezing van de vliegramp die Donderdagmor gen boven Lienden plaats greep: Kapitein van Weerden Poelman was Don derdagmorgen met een escadrille van drie Fokkers C. V. uit Soesterberg vertrokken om de gewone escadrille-oefeningen te houden. Links in het escadrille zat met de 325 de eer ste luitenant van Asch van Wijck met den op zichter derde klasse sergeant-majoor Vermeu len als waarnemer. Rechts van den comman dant zat in de 304 sergeant-vlieger W. C. van Hardeveld bij wien jhr. van Sminia als waar nemer fungeerde. Boven Lienden deed een vierde C. V. be stuurd door jhr. Sandberg, een aanval op den commandant van het escadrille, dat daarop met Immelmanns uiteenviel. De beide toe stellen, die naast den commandant hadden gevlogen, keerden zich daarna eveneens tegen den aanvaller en bij die manoeuvre moeten de toestellen tegen elkander zijxi gebotst. Het eene is, vleugellam, in een vrille omlaag ge komen, het andere in een stellen duik. Van daar dat het eene toestel zwaarder dan het andere beschadigd is. Alle vliegers hadden valschermen bij zich, maar geen van de vier heeft blijkbaar gelegenheid gevonden uit het toestel te spimgen. De commandant van het escadrille, kapitein Van Weerden Poelman, heeft het ongeluk niet zien gebeuren; wel zijn waarnemer de luite nant Rozendaal. Hoe snel het geval zich vol trokken heeft kan afgeleid worden uit het feit dat kapitein Van Weerden Poelman de toe stellen reeds op den grond zag liggen toen hij omkeek, na door zijn waarnemer gewaar schuwd te zijn. De twee luitenants waren ongehuwd, maar sergeant-vlieger Hardeveld laat een vrouw en twee kinderen, sergeant-majoor Vermeulen een vrouw en negen kinderen achter. De Tel. vestigt er nog de aandacht op, dat het hier een gevechtsoefening gold en er geen sprake was van lucttitacrobatiek. Sergeant-vlieger W. C. Hardeveld, 31 jaar oud, kwam in 1922 in militairen dienst. Op 9 Juni 1924 behaalde hij zijn brevet. Hij be hoorde eveneens tot de Jachtvliegtuig-afdee- ling. Vliegtuigmaker sergeant-majoor A. G. Ver meulen werd geboren in 1892 en is in 1912 in militairen dienst getreden. Op 20 April 1923 behaalde hij zijn brevet. Een onderhoud met luitenant Rozendaal. Het Handelsblad had Donderdagmiddag een onderhoud met den eersten luitenant-waar nemer Rozendaal, die het ongeluk heeft me degemaakt. De heer Rozendaal vertelde, dat des morgens tegen 10 uur een escadx-ille jagers onder be vel van kapitein-vlieger Van Weerden Poel man te Soesterberg was opgestegen, ten einde, een oefenvlucht te maken naar het vliegveld in Zuid-Limburg. Het weer was zeer goed en in de beste stemming was men vertrokken. Ruim kwart over 10 passeerde men den Rijn. bij Rhenen. Het toestel van kapitein Van Weerden Poelman, waarin de heer Rozendaal gezeten was, vloog boven de beide toestellen van den Isten luit. jhr. Van Asch van Wijck, waarin tevens gezeten was de sergeant-vlieger Hardeveld en het toestel van den 2e luit. Jhr. Van Sminia, waarin voorts gezeten was de sergeant-majoor vliegtuigmaker Vermeulen. Plotseling haakten deze beide vliegtuigen met de vleugels in elkaar en tot zijn groote ontzetting zag de heer Rozendaal dat groote verwoestingen werden aangericht. De vleu gels braken af en het toestel van luitenant Sminia viel als een bom omlaag. Het toestel van luit. Van Asch van Wijck had een vleugel verloren, maar de bestuurder, die blijkbaar zijn tegenwoordigheid van geest niet verloren had, gaf vol gas en zag nog kans zijn machine vlak te trekken. Een oogenblik hoopten de heeren Van Weerden Poelman en Rozendaal nog. dat de heer Van Asch van Wijck erin zou slagen zijn toestel zoo goed en zoo kwaad als het zou gaan op den grond te krijgen. Maar het was te zwaar gehavend. Plotseling sloeg het om en viel met pijlsnelle vaart omlaag, waar het op den grond te plet ter sloeg. Kapitein van Weerden Poelman heeft nog een oogenblik boven de plaats van de ramp gecirkeld ten einde te pogen te landen, doch dit, was door de gesteldheid van het terrein uitgesloten. Direct is de heer van Weerden Poelman naar Soesterberg teruggekeerd, waarna hij in gezelschap van luitenant Rozendaal per auto naar de plaats van het ongeluk is gegaan. Daar werd het vermoeden, dat zij reeds koes terden. helaas maar al te zeer bewaarheid, nl. dat geen der inzittenden van de neerge stelde vliegtuigen het leven er had afgebracht. Luitenant Rozendaal was zeer diep geschokt door het gebeurde, dat ook onder de bevolking groote deernis heeft gewekt. Gedurende het onderhoud was de luitenant zijn ontroering meermalen ternauwernood meester. Over de verongelukten nog het volgende: Eerste luitenant-vlieger Jhr. H. J. M. Van Asch van Wijck. behoorde tot de J. A. V. A. Jachtvliegtuigenaf deeling te Soesterberg en behaalde op 9 Maart 1929 zijn klein bre vet. Zooals reeds gemeld was Jhr. Van Asch van Wijck houder van het Neaerlandsche hoogterecord. Reserve 2e luitenat-vlieger Jhr.-A. J. M. van Coehoorn van Sminia, eveneens van de J. A. V. A. heeft zijn klein brevet .behaald op 23 Augustus 1932. Hij heeft vroeger gediend bij de cavalerie. Deelneming van minister Deckers. Naar de Tel meldt, heeft de minister van Defensie, dr. Deckers, dadelijk na het ver nemen van de ramp, aan de nabestaanden van de slachtoffers zijn innige deelneming in het droevig verlies betuigd.- "t Milde zomerweertje toefde Langer dan normaal dit jaar. Meestal was 't opeens verdwenen, Nu viel blijkbaar 't afscheid zwaar. Maar 't raakt nu toch afgeloopen, Als ik me niet zeer vergis, Daarop wijst de nieuwe onrust, Die er dezer dagen is. De bekende forsche herfstwind, Die soms tot een stormvlaag wordt, Blaast de laatste zomerresten In een krachtig tempo vort. Nou wij zijn gewend aan winden, Waar je tegenin moet gaan, En wij hebben kunnen leeren, Hoe ertegen schrap te staan. En wij weten, wat wij moeten, Als hij onzen voortgang stuit. Niet versagen, ook al dringt hij Ons zelfs tijdlijk achteruit Maar de winden die behooren, Bij het jaar lij ksch herfstgetij, Daarop past het „laat maar waaien" Die gaan wel vanzelf voorbij. De getuigen hebben slechts een man gezien. Het resultaat van het onderzoek ter plaatse. De zitting van heden wordt met bijzondere spanning tegemoet gezien, daar men ver wacht, dat mededeeling zal worden gedaan van de resultaten vaar het onderzoek van gisteravond bij het Rijksdaggebouw. Over de reconstructie van de Rijksdag - blandstichting wordt nog het volgende ver meld: Voordat met de experimenten begonnen werd, werden alle lichten gedoofd, die op den avond' van de brandstichting ook niet brand den. De autoriteiten, verdachten en getuigen stellen zich op aan den voet van de trappen. Van der Lubbe kijkt niet op of om, de andere verdachten verkeeren blijkbaar in spanning. Eerst moeten de getuigen vertellen, wat zij dien avond gedaan hebben en welke wegen zij begaan zijn. Dan wordt de belichting gelijk gemaakt aan die van 27 Februari. Een politie beambte klimt naar binnen, eerst zonder fak kel. De man is duidelijk zichbaar. Dan wordt een fakkel aangestoken en weer klimt de be ambte door het raam. Door de matglasruiten ziet men duidelijk het schijnsel van de fakkel die zich door de benedenvertrekken beweegt. De opperwacht meester Buwert geeft dan aan, hoe hij heeft geschoten en waar de fakkeldrager was blij ven stilstaan. De verdachten worden in 3 gesloten wagens naar de gevangenis teruggebracht. De om trek van het Rijksdaggebouw was door een groote politiemacht afgezet. Een postauto reed in snelle vaart tegen een der touwen op voor de afsluiting. De chauffeur werd op straat gesmakt en zwaar gewond. Bovendien zal vandaag een aantal zeer be langrijke getuigen worden gehoord, o.a. de politiebeambten luit. Lateit en wachtmeester Poeschel wachtmeester Losigkeit, die zich op den avond van den brand in gezelschap van den luitenant bevond. Het is ruim hall' tien, als de zitting wordt geopend. De president var. den senaat Dr. Buenger, deelde mede, dat het onderzoek in den Rijksdag van gisteravond helaas niet zoodanig in het bijzijn van het publiek en in het bijzonder van de pers kon geschieden als de rest van het proces. Geconstateerd kon echter worden dat het onderzoek had bijge dragen tot een opheldering, evenals tot toe lichting van deze veiklaringen. In het bij zonder hebben enkele getuigen in afwijking van hun hier gedane verklaringen ter plaatse niet kunnen bevestigen, dat zij meer dan een man achter de matglazen vensters van dr benedenverdieping hadden zien loopen. Een dergelijke mogelijkheid was reeds eer der geopperd, doch het bezoek van gisteren had slechts ten doel de plaatselijke omstan digheden en den inval van het licht te laten beoordeelen door degenen die hiertoe in staat moesten zijn. De proc.-generaal Dr. Werner: „Ik wil mij voorbehouden, om bij gelegenheid later erop teiug te komen of werkelijk als vaststaanc kan worden aangenomen dat beneden slecht: een man heeft geloopen. Ik behoud mij de appreciatie van de resultaten van het on derzoek voor". President: „Ik wil nogmaals verklaren dat ik niets heb beweerd omtrent de waarde van de resultaten, ik meen slechts de resultaten t<f moeten meedeelen, namelijk dat gisteravond geen enkele getuige heeft verklaard, beneden meer dan één man te hebben zien loopen. Ik heb slechts meegedeeld wat iedere aanwezige wanneer hij voldoende dichtbij had kunnen komen, had kunnen constateeren". Dimitrof's advocaat, Dr. Teigert, verzoekt den senaat ter ontlasting van den Bulgaar- schen beklaagde een aantal getuigen a decharge te hooren. Hierdoor zal o.a. vastge steld kunnen woxxiexx dat een verwisseling van de persoon van Dimitrof niet slechts theore tisch mogelijk is, doch in de practijk inder daad in twee gevallen is voorgekomen. Ter ontlasting van de beklaagden Popof en Tanef verzoekt Dr. Teigert alle kellners van het kasteel Bayernhof en majoor Schroder te hooren. Voorts stelt Dr. Teigert voor verschillende getuigen uit Moskou te hooren in verband met Popof's verblijf in de Sovjet Unie. Den juridischen adviseur der communistische Rijksdagfractie wil hij gedaagd zien om te verklaren of Popof ooit in zijn kamer in het Rijksdaggebouw is geweest terwijl hij verder verschillende getuigen wensebfc te hooren over Popof's kleeding, en verder alle kellners van het restaurant Aschinger in de Potzdammer- strasse om te doen vaststellen of Popof en Tanef op dien dag van den brand 's middags tusschen vier en zes uur in het restaurant zijn geweest. Dimitrof mag ook heden de zitting niet bij wonen. Hij blijft nog uitgesloten. Tenslotte wenschte Dr. Teigers nog een Ber- lijnsch getuige te hooren om te bewijzen, dat Tanef van 25 Februari tot 4 Maart in de Bran denburger Strasse heeft gewoond, en den Rijksdagbeambte Meuber, om te verklaren dat hij zich in tegenstelling tot getuige Geriche, den man „met die opvallende kuif" (Van der Lubbe) niet meer herinneren kon. Politiecommissaris Bunge zal dan nog moe ten verklaren dat Geriche ook tegen hem heeft gezegd, dat van der Lubbe hem niet be kend voorkwam. In verband met het groot aantal punten dat de verdediger der Bulgaren wil bewijzen, houclt de proc.-generaal Dr. Werner zich een beslissing voor tot morgenochtend. Hij verklaart echter dat reeds thans een aantal van deze bewijzen hem overbodig voor komt. Het getuigenverhoor wordt dan voortgezet en op verzoek van den deskundige doet de politic-luitenant Lateit nog eenige mededee- lingen over rookontwikkeling tijdens den brand. Wachtmeester Losigkeit wiens vroegere ver klaringen in hoofdzaak een bevestiging zijn van de verklaringen van luit., Lateit geeft dan nogmaals een kort verslag van de gebeurte nissen van het oogenblik toen de eerste mel ding op het posthuis Brandenburger Tor kwam. Met een der beambten heeft Losigkeit ver schillende lokalen in het sousterrain van den Rijksdag onderzocht. Hij ontdekte daarbij ver schillende plaatsen waar vuur was geweest dat inmiddels was gedoofd. In de garderobe vond hij een pet en een das, die later eigendom van Van der Lubbe bleken te zijn. Brandmateriaal had getuige niet zien liggen. Wanneer kwamen S. A. en S. S.? Dr. Werner: Hebt u ook S. A. of S. S. man nen in het gebouw of in de omgeving gezien? Get. Losigkeit: Neen, ik was geruimen tijd in het gebouw en heb geen S. A. of S. S. man nen gezien. Pas na 11 uur 's avonds werden S. A. troepen gebruikt om bij de afzetting van de omgeving te helpen. Torgler's advocaat, Dr. Sach: „De adminis tratie-secretaris Cranowitz heeft u dus ge zegd: „Kom mee beneden loopen er nog meer!" Wie heeft hij daai'mee bedoeld?" Get. Losigkeirt „Hij heeft waarschijnlijk de daders bedoeld. Wij hebben echter niets ontdekt. Dr. Werner: „Hebt u deze uitlatingen aldus begrepen dat Cranowitz al iets bepaalds had gezien?" Get.: „Hij was slechts van meening dat be neden nog daders zouden rondloopen." Als volgende getuige wordt gehoord de po- litie-wachtmeester Poeschel, die vrijwel de zelfde waarnemingen heeft gedaan als de vo rige getuige. LEZING CAREL SCHARTEN. Onder de auspiciën van de vereeniging Kxuist aan het Volk en Volksuniversiteit zal .de schrijver Cai'el Scharten een lezing hou den over: „Hoe een jongen tot kunstenaar woi'dt", met voordracht van fragmenten. Een schrijver van zoo groote bekendheid, wiens rustige, beschaafde voordracht steeds boeit, zullen zeker velen te Haarlem nog eens gaan hooren. Zijn komst is bepaald op Dinsdag 17 October, des avonds, bovenzaal „De Kroon". Gisteravond heeft in het Rijksdaggebouw te Berlijn de gerechtelijke reconstructie van de brandstichting plaats gehad. pag. 3 Het resultaat van het onderzoek ter plaatse in het Rïjksdaggebouw. pag 1 De Oostenrijksche nationaal-socialistische partij publiceert bijzonderheden uit het ver leden van Rudolf Dertil. pag. 3 Lord Robert Cecil doet een nieuw beroep op de openbare meening. pag. 9 De Tweede Kamer weigert goedkeuring van het destructiecontract met de Thermochem. pag. 11 De officieele lezing van het vliegongeluk bo ven de Betuwe. pag. 1 De politie heeft een inval gedaan in een per ceel in het Frederikspark, waar spiralo werd gespeeld. pag. 1 Een candidatuur Jhr. Van Karnebeek voor Volkenbondscommissaris te Dantzig is niet doorgegaan. pag. 3 De veiligheidsweek van de K.N.A.C. wordt Zondag ingezet. pag. 4 Minister Slotemaker heeft in de Tweede Ka mer verklaard de vervroeging van den ver koop van versch brood niet te zullen be vorderen. pag. 11 ARTIKELEN, ENZ. R. P.: De harde cijfers. pag. 1 Mr. B. W. Stomps: Het proces van den Rijks dagbrand. Wat v. d. Lubbe's houding m. i. beteekent. pag. 3 Kinderrubriek. pag. 15 en 16. HET SPIRALO TE HAARLEM Wordt als hazardspel beschouwd. INVAL IN EEN PERCEEL AAN HET FREDERIKSPARK. Donderdagavond tien uur kwam er plotse ling, tot groote verbazing van de voorbij gangers, een groote politiemacht per drie auto's bij het perceel Frederikspark No. 4, waax-in sinds eenige dagen de sociëteit Den Hout gevestigd is. Het huis werd aan alle kanten omsingeld, zoodat niemand het ongezien kon verlaten. De politie was vertegenwoordigd door den Commissaris, den hoofdinspecteur der re cherche, den chef van den straatdienst, eenige inspecteurs, rechercheurs en agenten. Verder waren aanwezig Mr. E. J. W. Top, rechter-commissaris; Mr. L. H. Roeters van Lennep, Officier van Justitie, en Mr. A. R. Andringa, substituut-officier van justitie. Toen dit gezelschap naar binnen ging bleek het, dat ongeveer vijftien personen, waaron der eenige dames, voor het meerendeel te Haarlem woonachtig, zich bezig hield met het Spiralo, dat door de ondernemers, de ge broeders S.. als behendigheidsspel geannon ceerd was. De Justitie, die ingelicht was, dat daar dit spel gespeeld werd, was echter een andere meening toegedaan. Zij beschouwde dit als hazardspel. De speelsters, spelex*s en de on dernemers werden, omdat de justitie meende termen aanwezig te achten om in te grijpen, uitgenoodigd in de wachtende auto's plaats te nemen, waarna zij naar het politiebureau in de Smedestraat werden overgebracht. Hier werden allen aan een verhoor onder- worpen dat tot ongeveer 2 uur des nachts duurde. Toen zijn allen weer in vrijheid ge steld, nadat proces-verbaal was opgemaakt. Een speeltafel met toebehooren werd in beslag genomen. Den ganschen avond toonde het publiek in het Frederikspark groote belangstelling. Nader vernemen wij. dat de andere tafel in het perceel, waarop ook een behendigheids spel wordt beoefend, buiten werking is ge steld. De in beslag genomen tafel was heden morgen reeds in het Paleis van Justitie. DE BIJ HET VLIEGONGEVAL te Lienden in de Betuwe omgekomen vliegeniers. V.l.n.r. Jhr. A. J> M. van Coehoorn van Sminia, sergeant W. C. van Hardeveld, luitenant Jhr. H. J Asch van Wgk en sergeant-majoor A. G, Veimeuiea»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 1