Speldenprik. ONZE GRATIS ONGEVALLEN VERZEKERING HET BERLIJNSCHE BRANDPROCES. 51e Jaargang No. 15434 Verschijnt 'dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Dinsdag 17 October 1933 HAARLEM'S DAGBLAD Directie; P, W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM. UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V. Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM. ABONNEMENTENpCr week 0.25, p«r maand 1.10, per 3 maanden ƒ3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. 0.06. Geïllustreerd Zondagsblad per weelc ƒ0.05, per maand 0.22, per 3 mnd. ƒ0.65. franco per post 0.72J4. Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaame 12 Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810 ADVERTENTIëN; j5 regels 1.75, elke regel meer 0.35. Reclames ƒ0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes (iederen dag) 13 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant. Gratis Ongevallenverzekering voor Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f400.-, Duim f250.-. Wijsvinger f 150-, Elke andere vinger f 50.-. Arm- of Beenbreuk f 1 00.-. idem voor Abonnés op het Geïll. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f2000-. Overlijden f 600-, Verlies van Hand, Voet of Oog f400-. Verlies Duim f75.-, Verlies Wijsvinger f75.-. Verlies andere vinger f30.-. DIT NUMMER BESTAAT UIT VEERTIEN BLADZIJDEN. VIER VLIEGERS TEN GRAVE GEDRAGEN. Groote ontroering om de gevallenen. HARTELIJKE BELANGSTELLING OP DE BEGRAAFPLAATSEN. De vier vliegers, die te Lienden den dood vonden, zijn Maandag ten grave gedragen. In het familiegraf te Woudenberg werd bij gezet het stoffelijk overschot van jhr. J. H. J. M. van Aseh van Wijck, luitenant-vlieger. 'Tien vliegofficieren droegen de baar naar het graf. Daarachter gingen de collega's en de familie. Op de begraafplaats waren zeer veel belangstellenden. De Koningin was vertegen woordigd door den heer R. O. S. van Tonge ren, ordonnance-officier, kolonel Oudendijk uit Amersfoort- vertegenwoordigde den mi nister van defensie, overste Silleviis den Ge- neralen Staf, verder waren er o.a. overste Van Santen, commandant van Soesterberg, kapitein Van Weerden Poelman, comman dant van de jachtvliegtuigenafdeeling en een vertegenwoordiger van vliegkamp De Mok op Texel, een deputatie van de marinebasis in Den Helder, en van vliegveld De Kooy aldaar, en van de luchtvaart afdeeling Soesterberg. Ook waren vertegenwoordigd de veldartille rie en de huzaren. Aan het graf sprak het eerst jhr. C. M. M. van Asch van Wijck; een oom van den over ledene, die er aan herinnerde, hoe de broer van den omgekomene op dezelfde wijze den dood heeft gevonden. Een troost achtte spr. het voor de ouders, dat luitenant Van Asch van Wijck zich veel vrienden heeft verwor ven en geworden is, wat de maat schappij hem geboden heeft. Overste Van Santen schetste luitenant Van Asch van Wijck als een trouw kameraad. Hij noemde de jachtvliegdienst de gevaarlijkste afdeeling van de weermacht en de weermacht vraagt van tijd tot tijd offers. Het zijn juist krachtige wilsuitingen, die ons voor den oor log behoeden. In dat licht gezien is het of fer niet tevergeefs gebracht. Een broer heeft daarop dank gezegd. Onder groote ontroering hebben familiele den en kameraden daarop bloemen in het graf gestrooid. Op de Algemeene Begraafplaats te Bram men werd jhr. A. J. M. van Coehoorn van Sminia begraven. De belangstel ling was enorm. Ongeveer vijftig bloem stukken en kransen dekten de baar, die ge dragen werd door oud-leden der voetbalver- eeniging „Brummania" waarvan jhr. Van Sminia vroeger lid was. Als slippendragers fungeerden een tiental vrienden collega's van den gestorvene. Luitenant ter Zee Rost van Tonnïngen vertegenwoordigde de Koningin, Kolonel Seyffardt het departement van defensie, ver der waren ook hier aanwezig overste Van Santen uit Soesterberg, kapitein Van Weer den Poelman en de andere vertegenwoordi gers. Aan de groeve werd gesproken door over ste Van Santen, commandant der luchtvaart- afdeeling, commandant v. d. Mandele, com mandant van het 4e halfregiment huzaren te Deventer, den directeur van het Christe lijk Lyceum te Zutphen en ds. Mudde uit Brammen. De vader van den overledene Jhr. H. van Coehoorn van Sminia dankte voor de laatste eer, zijn zoon bewezen. Op de Nieuwe Algemeene Begraafplaats te Zeist had zich een groote menschenmenigte verzameld bij de begrafenis van sergeant majoor A. G. Vermeulen. De baar werd door werktuigkundigen naai de laatste rustplaats gedragen. De Koningin was vertegenwoordigd door den ordonnance- officier luitenant Römer, terwijl namens den Minister van Defensie Majoor Kloeke aanwe zig was. Verder merkten wij op, talrijke auto riteiten en deputaties, o.a. Kolonel K. E. Oudendijk, directeur van het Luchtvaartbe drijf, kapitein van Heyst, vertegenwoordiger van den comandant van de Militaire Lueht- vaartafdeeling te Soesterberg; verder verte genwoordigers van den Keurings- en Admi nistratieven Dienst van het Luchtvaartbe drijf en van den Generalen Staf. Kapt. Jans sen. namens de Luchtvaartaf deeling van de Marine, gevestigd aan de Kooy, en vertegen woordigers namens de Nederlandsche vlieg- tuigenfabriek en van de K.L.M. Kapitein van Hesrst sprak namens den com mandant van de Luchtvaartafdeeling Over ste van Santen, en herdacht den overledene als een plichtsgetrouw ijverig en kundig werk man. Kolonel Oudendijk sprak namens het ge- heele personeel en herinnerde aan den schok, die door het geheele personeel was gegaan bij het vernemen van het ongeluk. Officier-vlieger Schaper bracht een laat- sten groet, waarna ds. Tuinstra het woord voerde. De broer van den overledene dankte. Op het Oude Kerkhof te Utrecht is ser geant W. C. van Hardeveld begraven. De baar werd gedragen door een tiental collega's sergeant-vliegers. Achter de baar sloten zich behalve vele familieleden, militairen en burgerlijke auto riteiten aan. Wij merkten o.m. op den vertegenwoordiger van de Koningin, ordonnance-officier le luit. L Römer. den garnizoenscommandant te Utrecht. Luit. Kolonel G. Doorman, als ver tegenwoordiger van den Minister van Defen sie, den vertegenwoordiger van den comman dant van de Militaire Luchtvaartafdeeling te Soesterberg Kapt. A. van Heyst, den afge vaardigde van den Chef van den Generalen Staf kapt. H. A. Janssen, een deputatie van de Militaire Luchtvaartafdeeling van Soes terberg, den chef van den administratieven dienst als vertegenwoordiger van den direc teur van het Luchtvaartbedrijf te Soester berg, een aantal vlieger-officieren, een ver tegenwoordiger van de Fokkervliegtuigenfa- brieken, een vertegenwoordiger van de K.L.M. en een deputatie van de Onderofficierenver- eeniging „Ons Belang". De eerste spreker was Luit. Kolonel G. Doorman, namens den Minister van Defensie. Als tweede spreker voerde het woord kapt. F. A. van Heyst, namens den commandant van de Luchtvaartafdeeling Soesterberg. Hij bracht een laatsten groet aan sergeant Harde veld. Nadat nog een drietal sprekers het woord had gevoerd, strooiden de collega's en vele belangstellenden bloemen in het graf, waarna een familielid voor de betoonde be langstelling dankte, in het bijzonder voor de aanwezigheid van den vertegenwoordiger van de Koningin. De Algemeene Vereeniging van Nederland sche Reserve-officieren heeft bij het gedenk- teeken voor de gevallenen der luchtvaart afdeeling te Soesterberg een krans gelegd als een stille gedachtenis aan de bij Lienden ge vallenen. EERSTE-OFFICIER VAN „DE ZEVEN PROVINCIëN" TERUG. Luitenant C. Meier acht zich onschuldig. OFFICIEEEN KONDEN HET OPROEK NIET VERMOEDEN. De Telegraaf heeft een onderhoud gehad met den eersten officier van De Zeven Pro vinciën den luitenant ter zee eerste klasse C. Meier, die met de Sibajak gerepatrieerd is. De heer Meier liep volgens het blad, met een verbeten gezicht op het promanadedek op en neer en voelde aanvankelijk niets voor een onderhoud. Dit wilde hij echter duidelijk maken, dat vooral onmiddellijk nadat de ernstige ge beurtenis plaats vond, zoovele onjuiste be richten in de kranten, speciaal in de Indi sche bladen zijn gelanceerd. Het is absoluut niet waar, aldus de heer Meier, dat wij als officieren te voren hadden kunnen weten, dat een deel der bemanning aan het muiten zou slaan. Men moet de mentaliteit der inlanders ken nen om te weten, dat zij in hun eigen taaltje complotten kunnen smeden, terwijl men er als het ware bij staat. En deze gebeurtenis heeft wel duidelijk bewezen, hoe verkeerd het was steeds meer inlanders aan boord van oorlogsbodems toe te laten en op te kweeken tot soldaten waarop men niet kan rekenen. Alles was achteraf beschouwd zoo in het ge heim georganiseerd, dat wij er werkelijk niets van wisten en ook zeker niet aan een even tueel uitbreken van ongeregeldheden hadden gedacht toen wij van boord zijn gegaan. Toen commandant Eykelenboom op den bewusten dag 's morgens van boord ging, zeide hij mij zoo en passant: ..Vanavond zullen wij elkaar wel in de soos vinden". Ook hierin ligt tevens het bewijs, dat zelfs de commandant op dat moment zeker niet kon vermoeden, dat er onder de bemanning iets broeide. Achteraf beschouwd is het 0 zoo gemakke lijk oordeelen te vellen over de gebeurtenis sen, maar u begrijpt toch wel, dat wij zeker niet van boord zouden zijn gegaan, als wij ook maar even hadden getwijfeld. Ik weet werkelijk niet in welk opzicht ik mijn plicht zou hebben verzaakt. Ook zij, die aan boord achtergebleven wa ren, hadden niet het minste vermoeden van wat er zou gaan gebeuren, want anders had den zij toch stellig mij van deze dingen in kennis gesteld. Het is niet waar, dat ik thans geschorst ben, want bij mijn vertrek naar Nederland heeft men de tijdelijke schorsing doen op heffen en daaruit mag ik misschien een be- (Medegedeeld wordt dat de her inner mgsspeldj es voor de deel nemers aan het huldigingsdéfilé in het Stadion, in September j.l.. van buitenlandsch fabrikaat zijn), Na de machtige betoogmg In het groote Stadion, Paste het, dat zich de leiding Op een souvenir bezon. Ieder die heeft deelgenomen Biedt men nu een speldje aan, Maar men is, om die te krijgen, Naar het buitenland gegaan. Was er nu geen Nederlander, Die eens flink daartegen sprak, Was er nu geen mensch te vinden. Die een speldje daarvoor stak. Was het hier een tikje duurder, Daarmee wordt het nog niet goed, Zulk een speldenprik verwondt ons, Die verwekt Wien Neerlandsch Bloed, Zóó zijn wij toch niet tenslotte Met het buitenland getrouwd, Dat een speldengeldbetalmg Als noodzaaklijk wordt beschouwd, 't Leek. zoo ooit, hier overbodig, Dat speciaal werd vastgesteld, Dat herinnering het best klinkt Op z'n Nederlandsch ge-speld. voor WEEK- en MAANDABONNé'S. UITKEERING VAN HONDERD GULDEN. Aan een onzer abonnés, de heer J. J. SERNé, Saenredamstraat 110, te Haarlem, keerden wij een bedrag van 100.uit, wegens een hem overkomen ongeval (armbreuk). DE ADMINISTRATIE. wijs putten, dat thans ook wel zij, die de zaak reeds tendeele hebben berecht, van mijn on schuld overtuigd zijn. Maar ik zal den dag loven, waarop een onverpolitiekte jury een eerlijk en oprecht oordeel zal vellen. Meer heb ik u niet te zeggen. Nederlandsche Journalist in verhoor genomen. Bij het proces te Berlijn. Wegens aanval op Goering. Wolff meldt uit Berlijn, dat de Nederland sche journalist jhr. C. de Marees van Swin- deren buiten de zaal, waar het proces van den brand in den Rijksdag wordt gehouden, aan gehouden is. Een beambte van de crimineele politie ver zocht hem zich naar het politiepresidium te begeven, teneinde verhoord te worden. Hij zou in een Javaansch blad een artikel tegen Goering hebben geschreven. Het verhoor duur de hedenmiddag 1 uur nog voort. In den loop van den middag zal jhr. De Marees het politiepresidium verlaten. Een aanvankelijk bericht meldde, dat hij gearresteerd was, doch dit is niet juist. Jhr. De Marees van Swinderen is lid van den Nederlandsehen Journalistenkring en werkt voor verschillende bladen. Het blusschingswerk in vollen gang. tijdens de brandcatastrofe, die in het Griffith-park bij Los Angeles plaats had. Twintig arbeiders, die er in iverkverschaffing hun werk ver richtenkwamen in de vlammen om., zestig anderen liepen brandwonden op. Het getuigenverhoor nog niet geëindigd. Discussies over gesloten deuren en telefoongesprekken. (Zie ook pag. 3) BERLIJN. 17 Oct. (V.D.) Vandaag wordt het getuigenverhoor voortgezet en zal volgens mededeelingen van den president ook de kwes tie der z.g.n. onderaardsche gangen in het Rijksdaggebouw worden behandeld. Elf per sonen staan op de getuigenlijst. Behalve de vier, die gisteren niet meer aan de beurt kwa men, zijn verschillende andere Rijksdagem- ployé's gedaagd, o.w. de werktuigkundige ir. Heinrich Riese, de chef-machinist Eugen Mutzka en ir. Paul Bogun. Bij het begin der zitting doet de president mededeeling van de besluiten van den senaat naar aanleiding van het verzoek van Dimi- trof's verdediger tot het hooren van een groot aantal getuigen. De president verklaart, dat het geen zin heeft alle kellners van het restau rant Bayersdorf te hooren, aangezien mogelijk is, dat verschillende hunner Dimitrof niet ge zien hebben. Naar aanleiding van het verzoek om een aantal personen te dagen, die verklaringen kunnen afleggen over Popof's'verblijf te Mos kou, zegt Dr. Werner dat de justitie moeilijk deze getuigen, die voor een deel te Moskou vertoeven, kan dagen. Indien beklaagde of zijn verdediger kans zien deze getuigen naar Berlijn te krijgen, zul len zij als getuigen worden gehoord, wat hij zelf van groot belang vindt. Dr. Teichert heeft voorts het verhoor van den juridischen adviseur van de communis tische Rijksdagfractie Felix Halle gewenscht. Zijn verblijfplaats is echter op het oogenblik onbekend. Hij schijnt eenigen tijd geleden Duitschland te hebben verlaten. De proc.- generaal gaat accoord met het verhoor van een aantal andere getuigen o.a. van personen die bij de Internationale Roode Hulp te Bel lijn werkzaam waren. Als eerste getuige wordt de postbode Willy Otto gehoord, die op den avond zijn gebrui- kelijken gang door het Rijksdaggebouw had gemaakt om de brievenbussen te leegen. Deze getuige deelt mee; „Tegen kwart voor 9 kwam ik in portaal V en vroeg den portier, of nog iemand van de afgevaardigden er aanwezig was. Mij werd ge zegd dat Torgler juist was weggegaan. Ik heb toen mijn lantaren opgestoken en ben naar boven gegaan. Het was geheel donker in het gebouw. Er brandde geen enkele lamp. Ik heb niets verdachts gemerkt, geen geluiden ge hoord en geen brandlucht waargenomen. Een van de beide groote glazen deuren in de wandelhal stond open. Ik heb den Rijksdag 5 a 6 minuten voor 9 uur verlaten". De volgende getuige is de meubelmaker Lippert, wiens firma een deel van de meubi leering van de Rijksdagzaal heeft geleverd, en de latere veranderingen in de zaal heeft aan gebracht. In de eerste plaats heeft hij de banken voor de zittingszaal geleverd waaraan na de uitbreiding van het aantal Rijksdag leden tal van veranderingen waren geschied. Op den dag van den brand waren in de zaal ongeveer 600 plaatsen voor afgevaardigden, in zeven sectoren. De eerste drie rijen bestonden geheel uit oude eikenhouten banken. Deze oude stoelen hadden een lessenaar die na de uitbreiding alleen nog maar op de eerste rij was gebleven. De andere stoelen hadden een kleine berg ruimte die bestond uit ongeveer 4 m.M. dik eikenhout en die open was, zoodat men er gemakkelijk brandbaar materiaal in zou kun nen verbergen. Voorts wordt gehoord de employé Wockoeck die sedert elf jaren portier is bij portaal II. Op den avond van den brand had hij even na acht uur zijn collega Kohls gevraagd wie nog in het gebouw was. Men had hem geant woord dat alleen Torgler nog aanwezig was, doch dat toen men Torgler had opgebeld, deze niet had geantwoord. Getuige had dat eigenaardig gevonden, omdat toch ook de secretaresse der fractie er nog was. Dadelijk daarna was uit de communistische fractie kamers opgebeld om de garderode van Torg ler naar boven te brengen, hetgeen ook ge schiedde. Getuige had toen het portaal gesloten, on geveer 7 of 9 minuten na acht uur. Den sleu tel had hij afgegeven bij portaal V en meege deeld dat Torgler nog in het gebouw was. Uitvoerig beschreef deze getuige alle werk zaamheden die hij bij het sluiten van portaal II had verricht. Ook den grendel had hij voor de deur gesloten. De deur had twee hoofd sleutels, de eene hangt bij den inspecteur, de andere bij den portier. Overdag in de portiers loge bij portaal II. Na sluiting wordt de sleu tel altijd in de sleutelkast bij portaal V ge hangen. Er ontstaat dan een langdurige dis cussie of iemand bij de sleutel kan komen om er een wasafdruk van te maken. Zoowel Dr. Werner. Dr. Parisius als de advocaten Dr. Sack en Dr. Teichert nemen hieraan deel. Wockoeck verklaart dat de portiers zich nooit uit hun portaal mogen verwijderen. Hij kan dan ook niet verklaren hoe het mogelijk kon zijn op den bewusten avond uit portaal II te loopen. Dat behalve Torgler, Koenen en de communistische fractie-secretaresse in het gebouw waren, had hij niet geweten, doch pas later in portaal V gehoord. Voorts bleek dat het zeer dikwijls voorkomt dat afgevaar digden en regeeringsvertegenwoordigers in de portiersloges konden telefoneeren. Get. zegt dat in zijn loge nooit anderen dan vertrouwde menschen telefoneerden. Dr. Sack: De secretaris der Soc.-Dem. Rijksdagfractie en voormalige afgevaardigde Dr. Herz heeft te Londen verklaard dat Vrij- Nederlandsch journalist te Berlijn verhoord wegens een artikel tegen Goering in een Javaansch blad. pag. 1 President Roosevelt is nog niet van plan tot stabilisatie van den dollar over te gaan. pag. 3 In zijn antwoord aan de Duitsche x-egeering heeft de president van de Ontwapenings conferentie de houding der Duitsche regee ring gelaakt. pag. 3 De hoofdcommissie der ontwapeningsconfe rentie is tegen 26 October bijeengeroepen. pag. 3 Ged. Staten van Noord-Holland hebben voor gesteld een aantal geldleeningen aan te gaan. pag. 3 Volgens een bericht uit Sjanghai zouden bij het overtrekken van een rivier vijfduizend Japanners omgekomen zijn. pag. 3 Op 31 October zal de eerste zitting tegen de muiters van de Zeven Provinciën plaats vinden. De inhoud der dagvaardiging. pag. 4 Voorstel van twee raadsleden inzake de loo- nen van de leden der H. O. V. pag 1 Verschenen is de begrooting van de provin cie Noord-Holland. Geen belastingverhoo- ging. Subsidies met 10 pet. verminderd. pag. 4 Door een misverstand met geneesmiddelen zijn te Den Haag twee kinderen door fosfor vergiftigd. pag. 4 ARTIKELEN. ENZ. Jhr. dr. B. de Jong van Beek en Donk: De sensatie van Genève. pag. 13 Van onzen Berlijnschen correspondent: Yon Neurath spreekt tot de buitenlandschc pers. pag. 3 Van onzen Berlijnschen correspondent. Het proces over den Rijksdagbrand. pag. 3 J. B. Schuil: Het ballet Kurt Jooss: Dc zeven helden. De Verloren Zoon. pag. 7 J. B. Schuil; Nieuw Schouwtooncel met „Kin deren van ons volk". pag. 7 Willy van der Tak: Modeshow van het Pa- rijsche huis Jenny. pag. 7 K. de Jong: Haarlem's Salonorkest. pag. T Damrubriek. pag. 8 dag in het fractie-bureau der S. P. D. een bespreking zou zijn gehouden met buitenland- sche journalisten. Getuige weet daar niets van. Ook bestrijdt hij het gerucht dat Rijks dagbeambten naar huis zouden zijn gestuurd op den dag van den brand. DE LOONEN VAN KET HAARLEMSCHE GEMEENTEPERSONEEL. EEN VOORSTEL VAN DE RAADSLEDEN KLEIN EN VAN KESSEL. Het volgende voorstel is aan den raad ge daan; „Nu Uw College wederom voor de moeilijk heid staat om een beslissing te nemen, ten opzichte van de arbeidsvoorwaarden van het personeel in dienst der gemeente, nemen onder geteekenden de vrijheid het volgende voorstel in te dienen. De Raad der gemeente Haarlem; gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders; Gelezen het advies van het Georganiseerd Overleg; Overwegende, dat het in de gegeven omstandigheden niet gaat over de waardee ring van den arbeid, doch dat Uw College ge noopt wordt van het gemeentepersoneel een „offer"' te vorderen op grond van den finan- cieelen toestand der gemeente; en wederom de zwaarste lasten op de laagstbezoldigden worden gelegd; Besluit: de raadsbesluiten, waarbij het ge meentepersoneel korting op de loonen en sa larissen werd opgelegd, in te trekken tegen 31 December 1933 en ingaande 1 Januari 1934 de volgende kortingen toe te passen. Óp de loonen en salarissen van het tijdelijk in dienst zijnde gemeentepersoneel, voor zoo ver het niet wordt bezoldigd krachtens de be staande gemeentelijke salarisregelingen, wordt 7 pet-, ingehouden, terwijl op de loonen en sa larissen van het overige tijdelijke gemeente personeel een hoogere korting kan worden opgelegd door Burgemeester en Wethouders, doch niet hooger. dan op de bezoldiging van het vaste gemeentepersoneel wordt gekort. Op de wedden van het in vasten dienst der gemeente zijnde personeel wordt gekort volgens onderstaande schaal: Van de jaarwedden tot en met f 3000 5 pet. van het salaris, tot f 3500 6 pet., f 4000 7 pet., f 4500 8 pet., f 5000 9 pet., f 5500 10 pet. f 6000 11 pet. boven de f 6000 12 pet. Van de salarissen en honoraria, welke door andere autoriteiten moeten worden vastge steld, den bevoegden instanties te verzoeken een bedrag overeenkomstig boven aangegeven schaal in te mogen houden. VERMIST KNAAPJE NOG NIET TERECHT. De 8-jarige J. L. van Krimpen, die Zater dagmiddag aan de Kouaenhorn waarschijn lijk in het Spaarne is gevallen, is nog niet terecht. Het dreggen heeft nog steeds geen resul taat opgeleverd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 1