Kolonel Lindbergh te Amsterdam. VOOR EER EN GEWETEN HOE AMSTERDAM HET VERKEER REGELT. Het nieuwe atelsel van lichtsignalen in de Leïdsehestraat te Amsterdam, soowel voor het rij-verkeer als voor de voetgangers, is Donderdag in werking gesteld, Verkeersagenten geven aanwijzingen. COLONEL CHARLES LINDBERGH en zijn vrouw zijn Donderdagmiddag met hun vliegtuig op Schelling woude gearriveerd. De aankomst van het koene echtpaar. HOE KOUD HET WAS. Tijdens de steepleehase te Hawtnorn xim (Eng.) konden de toesehouwers zieh even verwarmen bij geïmprovi seerde vuurhaarden. NA DE LANDING bij Schelling woude controleert Colonel Lind bergh het vastleggen van zijn vliegtuig aan de boeien» TB UTRECHT had Donderdagavond in het veilinggebouw aan het Paardeveld de officïeele opening plaats van het nieuwe gebouw van de ver. bloemen en plantenveiling „Utrecht en Omstreken", door den burgemeester, dr. J. P. Fockcma Andrcae. De burgemeester tijdens sijn openingsrede. DR. J. P. FOCKEMA ANDREAE, bur gemeester van Utrecht, zal binnen kort benoemd worden tot commissaris der Koningin in deprovincie Groningen. DONDERDAG is in Olympia Hall te Londen de tentoonstelling van autobussen en vrachtwagens geopend. Een opmerkelijk exemplaar van de expositie. FEUILLETON door CHARLES ALDEN SELTZER 20) „Zes dollars en twee stuivers", antwoordde de jongen, terwijl hij Hollis verwonderd aan keek. „Die zijn voor jou," zei Hollis tegen hem: „de Kicker hoeft vandaag niets te kosten." De jongen grinnikte van plezier. „Moet je er niets van hebben?" vroeg" hij. - „Ze zijn voor jou,' herhaalde Hollis. Hij stak zijn hand uit en greep den jongen bij den arm. waarop hij hem naar zich toe trok. „Vertel mij nu eens, wat je in het Model hebt gehoord", zei hij. Snel, maar veel bedaarder dan bij zijn binnenkomen, vertelde de jongen uitvoerig .'net gesprek, dat hij in het Model had afge luisterd. „De officieele courantenbezorger van de Kicker heeft zich goed gehouden," zei hij met een glimlach. ..Ga nu naar huis en rust maar eens flink uit, zoodat je den volgenden Zaterdag klaar bent om de Kicker rond te brengen." De jongen-deed een stap achteruit en stond Hollis verbaasd aan te kijken. „Wel!" zei hij op een toon van ontzag, „je bent heelemaal niet bang!" „Zeker ben ik bang," lachte Hollis: „bang, dat Ten Spot voor zes uur van gedachten zal veranderen. Zou je denken, dat hij dat doen zal?" „Neen!" verklaarde de jongen met nadruk. ^Ik geloof niet, dat Ten Spot van gedachten zal veranderen. Hij zal zeker hierheen komen om je dood te schieten!" „Dat is een pak van mijn hart," antwoord de Hollis droogjes. „Ga nu naar huis. Maar," waarschuwde hij, „zeg aan niemand, dat ik bang ben." Een oogenblik keek de jongen Hollis scherp aan, zijn gelaat onderzoekende, met het on feilbare oordeel van een jongen, naar teeke nen, die op onoprechtheid zouden wijzen. Daar hij er geen zag, stak hij Hollis vastbe raden zijn hand toe, terwijl zijn lippen zich vertrokken tot een waardeerend lachje. „Vervloekt, jij bent van de rechte stof!" ver klaarde hij. „Ik wil er wat onder verwedden, dat Ten Spot je heelemaal geen schrik aan jaagt!" Toen liep hij achteruit de deur uit en verdween nog altijd grinnikend. Nadat Jiggs vertrokken was, keerde Hollis zich om en glimlachte tegen Potter. „Mij dunkt, dat jij dien Ten Spot wel zult ken nen." zei hij. „Zou hij komen?" „Hij zal komen," antwoordde Potter. Zijn gelaat was bleek en zijn lippen beefden een weinig toen hij vervolgde: „Ten Spot is de ergste van Dunlavey's bende", zei hij; „een gevaarlijke, onverschillige moordenaar. Hij is vlug met den trekker en geweldig zeker van zijn schot, Hij wordt Ten Spot genoemd, omdat hij eens, met een pistool in iedere •hand, in tien schoten al de harten uit har ten tien schoot." Hollis zat zwijgend, in gedachten ver diept langs zijn kin te strijken, Potter glim lachte bewonderend. „Ik weet, dat je er niet van houdt om op den loop te gaan," zei hij: „je bent niet van dat slag. Maar je hebt geen kans tegenover Ten Spot ongelukkig heb je niet veel on dervinding van een pistool." Potters handen beefden toen hij het werk aan de letterkast trachtte te hervatten. „Ik dacht niet, dat zij er den moed toe zouden hebben," vervolgde hij, dichter bij Hollis komende. „Ik had eer gedacht, dat zij iets anders zouden probee- ren iets, wat niet zoo ruw was. Maar het schijnt dat zij tot alles in staat zijn Hol lis," besloot hij bedrukt, je moet vóór zes uur de stad verlaten of Ten Spot zal je dooden!" „Je hebt tijd in overvloed," vervolgde hij toen Hollis bleef zwijgen; „het is nog maar even over vier. Je kunt je paard bestijgen en om zes uur haast op de Circle Bar zijn. Niemand kan je er een verwijt van maken, als je hiet blijft iedereen weet, dat je niet snel genoeg een pistool kunt hanteeren om je met Ten Spot te meten. Misschien, dat dit wel overdrijft als je weggaat en je in een week of zoo niet in de stad laat zien." „Dank je hartelijk voor dien raad, Potter," zei Hollis langzaam. „Ik apprecieer het feit, dat je aan mijn veiligheid denkt. Maar je begrijpt, natuurlijk wel, dat ik afgedaan heb als ik nu weeloop niemand zou mij ooit weer in ernst nemen, als bekend werd. dat ik door Ten Spot de stad was uitgejaagd." „Dat is een feit," stemde Potter toe. „Maar natuurlijk „Ik geloof, dat het afgedaan is." viel Hol lis hem in de rede. „Je kunt met redeneeren de zaak niet veranderen. Ik moet het onder de oogen zien en alleen onder de oogen zien. Ik moet hier blijven tot Ten Spot komt, Als ik hem in dit spel niet de baas ben, dan wint hij het en je kunt naar het Oosten telegra- feeren aan mijn familie." Hij stond op en liep naar het raam, met zijn rug naar den druk ker gekeerd. „Je kunt er voor vandaag een eind aan maken, Potter. Spring op je pony en rijd naar de Circle Bar. Ik zou maar niets zeggen tegen Norton of iemand anders vóór negen uur en als ik mij dan niet op de rancho heb laten zien. zul je weten, dat Ten Spot mij te pakken hééft." Hij stond voor het raam. terwijl Potter langzaam zijn schort afdeed, het zorgvuldig opvouwde en in een hoek legde. Hij bewoog zich behoedzaam, alsof hij aarzelde om zijn chef te verlaten. Had Hollis het minste tee- ken van verzwakking getoond, dan zou Pot ter gebleven zijn. Maar hoe scherp hij ook toekeek, hij zag. geen spoor van zwakheid in het ijskoude gelaat van zijn chef en daarom slaakte hij een diepe zucht van berusting, nadat hij de voorbereidselen voor zijn ver trek had gemaakt en liep langzaam naar de achterdeur, waar zijn pony vastgebonden stond. Op den drempel bleef hij staan en keek .nog eens naar zijn chef. „Nu, goeden dag dan," zei hij. Hollis keerde zich niet om. „Goeden dag", antwoordde hij. Potter deed een stap naar voren, aarzelde en keerde zich toen weer naar de voorzijde van het bureau. „Wel vervloekt, Hollis," zei hij schor, „wacht niet totdat Ten Spot iets begint; als je hem de deur in ziet komen, schiet dan een kogel tusschen zijn ribben. Je hebt het recht om dat te doen; dat is de wet in deze streek. Als een man je bevolen heeft om de stad te verlaten, heb je het recht om hem op het eerste gezicht neer te schieten. Een oogenblik stond hij op een antwoord te wachten. Er kwam niets. Potter zuchtte en stapte de deur uit, zijn chef alleen latende. Eén minuut voor zes haalde Hollis zijn horloge te voorschijn. Hij zuchtte, stak het uurwerk weer weg en leunde achterover in zijn stoel. Een blik, dien hij door het raam wierp, liet hem zieii, dat de straat verlaten was, behalve hier en daar een pony, die stond te droomen over een der heiningen en een of twee wagens, die voor een winkel stonden. De zon viel schuin over de daken: Hollis zag, dat de streep schaduw voor het gebouw van de Kicker groofce afmetingen had aangenomen. Hij keek weer op zijn hor loge. Het was één minuut over zes en nog was er niets van Ten Spot te zien. Een spottende grijnslach verscheen op Hollis' gelaat. Misschien had Ten Spot zich bedacht. Hij besloot te wachten tot tien mi nuten over zes; dat zou Ten Spot een be hoorlijken tijd geven voor oponthoud. En toen was er plotseling beweging en een. man stond juist binnen de deur van het bureau, een zwaren revolver, waarvan de loop Hollis bedreigde, in zijn rechterhand. De man was lang en hoekig, blijkbaar onge veer dertig jaar oud, met dunne, wreede lippen en onbeschaamde schichtige oogen. „Handen omhoog!" zei hij op scherpe toon, terwijl hij den revolver dreigend richtte. „Het is zes uur, nuchter kalf, dat je bent Deze leelijke scheldnaam, dien Yuma Ed Hollis had toegevoegd, was de directe oorzaak geweest van Yuma's nederlaag op den dag van Hollis' komst in Dry Bottom. Hollis' oogen schoten vuur, maar de man stond verscheidene voeten van hem af, bui ten het bereik van zijn vuisten. Al had Hol lis gestaan, hij zou geen kans gehad hebben om den man te bereiken vóór deze laatste zijn wapen kon gebruiken. Daarom bleef Hollis onbeweegelijk in zijn stoel zitten, ving den blik van den man op en hield dezen kalm vast met strakke, half-dichtgeknepen oogen. Ofschoon hij op de komst van Ten Spot gewacht had, had hij geen plan gevormd hoe te handelen: hij had het gevoel gehad, dat hij op de een of andere manier ongedeerd uit dezen twist te voorschijn zou komen. Dat dacht hij ook nu nog. Het gevaar ten spijt, voelde hij. dat hem een kans om te ontsnap pen geboden zou worden. Hiervan vast over tuigd, glimlachte hij tegen den man, of schoon hij diens blik gevangen hield, vast besloten om. zoodra hij de minste flikkering in zijn oogen zag, te duiken en hem, zonder aan de gevolgen te denken, aan te vallen. „Je bent zeker Ten Spot?" zei hij langzaam. Hij was verbaasd over zijn vaste stem. (Wordt vervolgd.);

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 5