LETTEREN EN KUNST Huibert Corneliszoon Poot. Morgen heb ik weer koorts DINSDAG 19 DECEMBER 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 9 1733 - 31 Dec. 1933. „Hier ligt Poot. „Hij is dood", rijmde de Schoolmeester, een bij de jongste generatie al weer vergeten grootheid. Maar ook de ouderen, die dit rijmpje vast in hun geheugen hebben, weten van den thans voor tweehonderd jaren gestorven dichter weinig af. Op zijn hoogst reciteeren zij de begin regels van zijn „Schlager": „Hoe genoeglijk rolt het leven Des gerusten landmans heen", daarmee den dichter van zoovele betere ver zen dan het door Kloos als een „dichterlijk misgreepje" gekenschetste Akkerleven onrecht aandoende. Want volgens Kloos, toch niet de eerste de beste, zijn er in de verzenbundels van Poot met hun driehonderd langere en kortere gedichten zeker wel een kwart-hon derd, welke verdienen te worden bewaard. En Busken Huet, ook een kenner, zegt van zijn verzen, dat hierbij zijn „zoo schoon van lijnen als sedert Vondel onze taal er geen had voort gebracht". Over het leven en het oeuvre van dezen in onze vaderlandsche letterkunde merkwaardi- gen man op het tweede eeuwgetij van zijn sterfdag eenige woorden te schrijven, dunkt mij heden niet ongepast. Poot staat bekend als de boerendichter of de dichterlijke boer. Zelfs heeft men hem ge bruikt om de jeugd het bewijs te leveren, dat een boer ook een mensch is. een waarheid, welke in het tijdperk der volksverlichting nog een zwaarwichtig betoog blijkt te hebben ver- eischt. Waarom anders zou de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen het noodig hebben ge vonden in een schoolboekje tusschen de levensschetsen van Erasmus, Boerhave, Kenau Simons, Piet Hein en Rubens ook Poot in te lasschen? Het boekje, In 1798 te Haarlem bij A. Loosjes Pzn. uitgegeven, geeft eer gesprek weer tus schen een vader en een zoon, die met verach ting op de „goede landlieden" nederziet en tegen zijn vader zegt, dat wij de boeren wel noodig hebben, maar dat het toch „ellendige domme menschen" zijn, „die niet veel wijzer zijn dan de varkens, die zij drijven". Om den zoon met een voorbeeld te overtui gen, vertelt de vader hem over den dichter Poot, die ook „maar een boer" is geweest. Nu is het met dat boerschap van Poot iet wat zonderling gesteld. Waar haalt een boe renjongen in dien tijd de goede ontwikkeling vandaan, welke Poot kenmerkte? Zeker, er zijn onder de boeren in vroegere eeuwen autodidacten geweest, die ook op ander ge bied, men denke aan de Friesche wis- en sterrekundigen eerbiedwaardigen arbeid hebben geleverd. Maar dit waren meestal no tabele lieden, min of meer heereboeren. Ook Poot's vader schijnt een heereboer te zijn ge weest, die zijn zoon een uitstekende opleiding verschaft heeft. Poot is blijkens zijn gedichten geheel op de hoogte met de Romeinsche en Grieksche my thologie en letterkunde, ook al heeft hij deze niet in het oorspronkelijke kunnen lezen. En aan het boerenwerk heeft hij in zijn jeugd wel gedaan, maar met welk een tegenzin dat ging blijkt uit zijn Algemeene Grief, een autobio grafisch gedicht. Daarin klinkt een geheel andere toon dan „Hoe genoeglijk rolt het leven I" Met het zware sloven vergaart men over vloed van honger, zegt de dichter in dit iro nische vers „en scheuren in den rok, en eelt aan voet en hand, doch ondertusschen ook een overbot verstand!" Neen, het boerenleven dat Poot in dit ge dicht en ook in de Nagedachtenis aan zijn ge storven moeder beschrijft, is verre van idyl lisch! Hoe komt het dan, dat Poot in zijn al gemeen bekend gebleven vers het zoo idyllisch beschrijft? Niet met dit vers is Poot bij zijn tijdgenooten beroemd geworden, maar met zijn minne dichten. Poot is, als de meeste minnedichters, ongelukkig in de liefde geweest. Eerst bezocht de schuchtere jonkman uit Ablswoud de pas torie van Schipluiden, om de aardige dochter van dominee Van Elzen het hof te maken, later viel zijn oog op Neeltje 't Hart, de bur gemeestersdochter van 's-Gravenzande. Maai de omstandigheden waren ongunstig en het meisje schijnt daarbij zelf ook weifelmoedig in haar gevoelens te zijn geweest. Toen het Poot eindelijk gelukt was, met Neeltje te trou wen, hij was toen onderdehand reeds 42 jaar oud geworden, heeft hij slechts twee jaren huwelijksgeluk mogen smaken. Toen is hij aan de tering overleden. Voor zijn dood was reeds zijn dochtertje gestorven, nog maar dertien dagen oud, het geen hem aanleiding is geworden tot een zijner best gelukte gedichten: „Jakoba trad met tegenzin Ter snoode wereld in En heeft zich aan het end geschreid In haar onnoozelheid. Zij was hier nauw verschenen, Of ging, wel graag, weer henen. De moeder kuste 't lieve wicht Voor 't levenloos gezicht. En riep het zieltje nog terug: Maar dat te snel en vlug, Was nu al opgevaren Bij Gods verheugde scharen. Daar lacht en speelt het nu zoo schoon, Rondom den hoogsten troon: En spreidt de wiekjes luchtig uit, Door wee noch smart gestuit. O bloem van dertien dagen. Uw heil verbiedt ons 't klagen. Zooals jfr zei. is Poot als minnedichter bij zijn tijdgenooten beroemd geworden. En. gelijk dit in dien tijd ging. moesten de snobs het wereldwonder gaan opzoeken. En boer die ge dichten schreef! Om him pleïzïer te doen. verkleedde Poot zich dan als een echte boer en men vond hem op klompen bezig den grond te bewerken! Behalve deze vrij onschuldige coquettene met z-ijn vak heeft de roem Poot een minder onschuldig vermaak bezorgd. Toen hij op het kleine doi'pje Ablswoude als eenzaam en eer zaam vrijgezel 35 jaar was geworden en er reeds een tweede druk van zijn gedichten ver schenen was, kreeg hij trek naar de groote wereld. Hij ging op kamers wonen te Delft. jMaar evenals bij de liefde zaten ook bij het wereldsche vermaak hem zijn boersche on handigheid en verlegenheid in den weg. Hij wist niet beter te doen dan zich voortdurend een stuk in den kraag te drinken en na een jaar had hij er glad genoeg van. en keerde met een lichamelijken en geestelijken kater naar zijn dorpje terug. Na zijn huwelijk is hij nogmaals te Delft komen wonen, waar zijn schoonvader hem in een boter- en kaashandel gezet had. Maar ook met het dichten van bruiloftsverzen verdiende hij den kost. In zijn gedichten openbaart hij zich als een mensch, die door teleurstellende ervaringen zijn geloof in het leven verloren heeft; hij be nijdt zijn gestorven moeder en zijn dochter tje, dat ze van den aardschen last af zijn. Maar hij tracht door een optimistische levens houding deze triestheid te overwinnen. Beets noemt de vergenoegdheid zijn „lievelings onderwerp". En wie zijn „Vroolijk leven" na leest, vindt daarin een opwekking, om bekom mering en vrees te bannen en de dingen van den besten kant te bekijken. In zijn uitbeelding van zelf doorleefde ge voelens is Poot beter dichter dan in de schil deringen van het boerenbestaan, dat hij in het kader van het klassieke Arcadië zet en daardoor tot een onechte komedie-vertooning maakt. Had hij het echte Hollandsche boeren leven met hart en ziel kunnen beschrijven, zijn werk zou voor het nageslacht meer be- teekenis hebben gekregen dan nu. H. G. CANNEGIETER. Vereeniging voor Huisvrouwen KERSTMATINEE. De Kerststemming was er reeds, voordat het programma van de matinee, die door de Ver eeniging voor Huisvrouwen was georganiseerd, gisteren een aanvang nam. Tegen de wanden van het tuinzaaltje van ons Gemeentelijk Con certgebouw overal sparregroen. het tooneel in het fond afgesloten door een half-cirkel van palmen en dit alles in het getemperde roze licht, dat nu eenmaal bij de Kerstviering behoort. Zoo groot was de belangstelling voor deze matinée. dat het tuinzaaltje te klein bleek te zijn en het nevenzaaltje tot zijloge moest worden ingericht, wat geen bezwaar was, om dat het programma, dat uit instrumentale muziek, zang en declamatie bestond, meer voor de ooren dan voor de oogen bestemd was. Het huisvrouwenstrijkje nee, nee, dat heeft niets, zooals men misschien zou vermoe den, met „hier wascht en strijkt men" te ma ken begon met de „Weihnachtsfantasïe" van Victor Kahl. Groot schijnt althans naar de uitgevoerde nummers te oordeelen de keuze van toepasselijke Kerstmuziek voor een dergelijk ensemble niet te zijn, althans na de Weihnachtsfantasie, die ons met haar bekende melodieën in de sfeer van Kerstmis had ge bracht, vielen wij onmiddellijk in den „zond vloed" terug. En ook „Letzter Frühling" heeft Grieg waarschijnlijk ook niet voor de Kerst viering bedoeld. De dames van het strijk- ensemble gelieven hier geen aanmerking in te zien. Wij beklagen ons allerminst over deze keuze en zeker niet van Saint Saens' Le Dé- luge, omdat die ons in de gelegenheid stelde een correct uitgevoerde vioolsolo van me vrouw R. van Eden te hooren. De combinatie vleugel, harmonium, 3 eerste violen, 3 tweede violen, een altviool en een cello is voor een ensemble niet bepaald ideaal te noemen, maar dat vergeet men gaarne, wanneer men ziet. met welk een animo er door de dames onder de leiding van mevrouw Van Eden wordt ge musiceerd. Het huisvrouwenkoortje gaf de Kerstcantate „Christuskind" van E. Wettig Weissenborg. Bij de vele huisvrouwen, die er om mij heen zaten ik was welgeteld de eenige man in de zaal miste ik de huisvrouw, die bij de be oordeeling van vocale muziek ik wil het hier wel ruiterlijk bekennen mijn betere helft is. Laat ik daarom mogen volstaan met te. zeggen, dat ik met veel genoegen naar den beschaafden, genuanceerden en zuiveren zang van dit dameskoor onder leiding van mevrouw Sybrandi—Halberstadt en naar de piano begeleiding van mej. C. Teves heb geluisterd. De sopraansolo in deze cantate werd gezon gen door mevrouw Westra. Een zeer belangrijk deel van het programma had mevrouw J. de GreiffQuist als decla- matrice en als zangeres voor haar rekening genomen. Ik hoorde haar thans onder veel gunstiger omstandigheden dan eenige weken geleden op de liefdadïgheidsmatinee voor het Babyhuis in het Rembrandt-theater en de in druk, dien ik thans van haai* voordracht kreeg, was dan ook veel zuiverder. Zij droeg voor de pauze een eenvoudig Kerstliedje van Prosper van Langendonk en later twee Kerstgedichten van dieperen inhoud van Willem de Mercde voor en beide koeren trof zij mij door de plastiek van haar woord, gevoel voor rhythme, welluidendheid van stem en innigheid van voordracht. Mevrouw de GreiffQuist gaat in het vers, dat zij voordraagt, volkomen op; zij geeft zich geheel, maar toch met beheer - sching, zoodat het vers zuiver tot ons komt, zonder valsch gevoel of wat ons bij zoovele declamatrices dikwijls hindert eenige „ge liktheid": Toch heeft zij mij nog het meest geboeid met Schooiertjes Kerstfeest van Mien Labberton, een wel is waar wat zoetig Kerst verhaal. maar dat zij gevoelig voordroeg en waarin zij vooral den kindertoon uitstekend wist te treffen. Bij zoo'n vertelling past ook volkomen de zittende houding, welke ik minder gelukkig vind bij de voordracht van verzen, vooral niet wanneer mevrouw de Greiff er ge heel en al in is. De bewegingen, waarmee zij dan tracht he'' woord kracht bij te zetten, zijn niet bepaald fraai. Ook als zangeres hebben wij mevrouw de Gi*eiff—Ouist gehoord en wel in drie van Cor nelius' Weihnachtshederen en in Maria Wie genlied van Max Reger. Het laatste lag- haar wel het beste en het was vooral baar mezza v-ce. dat wij in Reger's lied konden bewon deren. De matinee werd ingeleid hiermee had ik dus feïfeliik moeten beginnen door de vice-voorzitstcr. mevrouw DvserinckGilse van de* Palts, die een zeer interessante ver handeling hield over de met ons Kerstfeest overeenstemmende f=°-ten in de oudheid, waarbij zij tot de Grieken, de oude Perzen en zelfs tot de Egvotenaren van 2000 jaar voor Christus terueeing. En het was zeker niet het minst belangrijke deel van dezen middag, toen mevrouw Dyserinck de diepere beteekenis van ons Kerstfeest voor haar auditorium in het pr-i-if .stelde. Een matinee dus, die ook door het uitge voerde oronrammr de ""nvezigen in de Kerststemming heeft gebracht. J. B. SCHUIL. is Uw verzuchting als Gij Uw keel voelt dik worden en U onprettig en rillerig begint te voelen. Stop die opkomende verkoudheid, ga vroeg naar bed. Neem één of twee "AKKERTJES" en morgenochtend voelt ge U prettiger dan ooit en Uw verkoudheid "gaat niet door". AKKER-CACHETS kosten slechts 50 cl. p. 12 stuks. Overal verkrijgbaar. (Adv. Ingez. Med.) HET TOONEEL. BLOEMENDAAL'S BLOEI. Brann's Marionetten-Theater. HET KERSTSPEL. Waneer men in één en dezelfde week eerst Brugman's marionetten en onmiddellijk daar op die van Paul Brann ziet. dan moet men wel erkennen, dat de Duitscher den Hollander geheel in de schaduw stelt. Brann's marionet ten-theater heeft zich wel een zeer eigen plaats veroverd. Ik heb eens een marionetten theater gezien van een Italiaan ik meen, dat hij Piccolini heette waarin de bewe gingen der poppen zeker even knap, ja zelfs met nog verbluffender technische vaardigheid werden uitgevoerd, maar daarbij kwam ik niet verder dan tot bewondering voor de zeld zame virtuositeit. Met kunst had dat weinig of niets te maken. Het gaf den toeschouwers een zelfde soort sensatie als 'n vertooning van acrobaten of variété-autisten, hoogstens van zeer knappe virtuozen. Maar bij Brann wordt een marionetten- vertconing meer dan een vermakelijkheid; wordt zij tot zuivere kunst. Bij hem is zulk een eenheid van bewegen en het voortreffelijk gesproken woord, dat de vertooning er een van hoogere orde wordt. Het zijn niet enkel poppen meer, het worden door menschen be zielde marionetten. Daarin ligt het groote en essenlïeele verschil. Wij hebben dit gezien in de opvoeringen van den Ur. Faust, van Wasif und Akif en van zoo vele andere door hem gegeven spelen. Wij zien het ook nu weer in het voor B'loemen- daal's Bloei Zaterdagmiddag in het Jeugdhuis vertoonde „Mysterium von der Geburt des Heilands", waarin de geboorte van Jezus wordt gegeven op ongeveer dezelfde wijze als in de Kerstspelen in de Middeleeuwen. Zoo denken wij ons het gewijde spel, zooals het in vroeger dagen in de kerken of op de markt pleinen werd vertoond. In het tafereel van de herders op het veld is nog dezelfde volksche toon behouden, die in den vromen ernst een oogenblik van ontspanning brengt en zelfs de duivel het komisch en tegelijk afschrik wekkend element uit het Middeleeuwsch spel ontbreekt cok in dit Kerstspel niet. Brann's kunstenaarschap blijkt zooals ik ai eens vroeger na een vorige opvoering van dit Kerstspel te Bloemendaal schreef ook weer volkomen uit dit „Mysterium". Het naieve en toch ontroerend devote der Middeleeuwen is in al deze poppen en heel de vertooning. Men denkt bij het zien van het tafereel van de Maria Boodschap of van Maria met het Kindeke Jezus in de kribbe aan schilderij en der primitieven. Ook in dit Mysterium dwalen Maria en Jozef evenals in het Middel- eeuwsche spel door de sneeuw, voordat zij in den Kerstnacht schut en heil vinden in den stal van Bethlehem en liggen de herders op het sneeuwveld neer. wanneer de engelen hun in hun slaap de geboorte van het Kindeke Jezus verkondigen. Dat naieve en dikwijls primitieve geeft een groote bekoring aan dit Kerstspel. Wat Brann met zijn poppen soms weet le bereiken, blijkt wel in het tooneel, waarin Maria uitgeput op den grond is neergezegen en Josef naast haar staat. Prachtig is daar de houding van Maria en zoo sterk wordt hier de illusie, dat wij een oogenblik geheel vergeten met poppen te doen te hebben. En van welk een suggestieve werking is ook Herodes in zijn angst,en woede. Het muzikale gedeelte was thans beter verzorgd dan de vorige maal. Het was daarom jammer, dat men de piano niet had laten stemmen. Ze klonk nu gruwelijk valsch. Ondanks het ijs was het zaaltje van het Jeugdhuis Zaterdagmiddag vrij goed bezet, voornamelijk met jeugd. Bij de muziek in de pauzes tusschen de tafereelen viel het deze jeugdige bezoekers wel eens moeilijk volko men stilte te bewaren, maar zoodra ging het doek niet op. of zij -waren vol aandacht. En toen het doek voor het laatst viel. bewees het warme applaus, hoe dit poppenspel ook hen had geboeid. J. B. SCHUIL. MUZIEK. COMEDIAN HARMONISTS. Het zestal voortreffelijke kunstenaars vijf zangers en een pianist dat zich „Co median Harmonists" noemt is vroeger meer dan eens in onzen Stadsschouwburg met enorm succes opgetreden. Nu Maandagavond had het de plaats waar het zijn eerste Haar- lemsche triomfen behaalde moeten verruilen voor de Gemeentelijke Concertzaal. De rui ling moge door het verschil van het aantal beschikbare plaatsen gemotiveerd zijn: aan de luisterenden kwam zij zeker niet. ten goe de. Dezen kregen nu niet de volle maat, die de zang der Com. Harm, kan geven. Want die zang verlangt een intiemere omgeving, die geen woord, geen nuance verloren doet gaan. Op grove effecten, op massale geluidsproduc tie is die zang haast nooit ingesteld; de schoonheden zijn meest van subtielen aard. Zoo is het ook met de klavierpartijen. En zoo kwam het d--( Maandagavond alleen de be zoekers die de voorste rijen bezetten geen schade geleden hebben. Vóór de pauze was de accoustiek al zeer hinderlijk; na de pauze bracht het toeschuiven van het gordijn vóór het orgel gedeeltelijke verbetering. Met dat al is het geen wonder dat de uiterst fijn gezongen volksliedjes en de jazz- imitaties en parodieën het best tot hun recht gekomen zijn. De Duke Ellington-imitatie was wel het vermakelijkste nummer van den aan afwisseling rijken avond: het was of we een compleet jazz-orkest hoorden. Ook de imitatie van een Kozakkenkoor was tref fend de springerij aan het slot had weg kun nen blijven: zij was eigenlijk beneden de waardigheid der eminente zangkunstenaars; zij was bovendien onjuist, aangezien de zan gers der Kozakkenkoren voor zoover ik uit ondervinding weet de dansen wel begeleiden maar niet zelf uitvoeren. De hoogste mate van virtuositeit werd ge toond in de beide nummers van Joh. Strauss: „An der schonen blauen Donau" en „Perpe tuum mobile", vooral in dit laatste. Daaren tegen werden de volksliedjes, Dvorak's „Hu moreske" en Mozart's „Wiegenlied" met groote eenvoudigheid en klankschoonheid gezongen. Het is onnoodig het programma op den voet te volgen. Er was een en ander dat ook vroe ger hier ten gehoore gebracht werd; er wer den ook oude „Schlager" als „Heut-e geh' ich" en „Ich habe eine kleine braune Mandoline" extra aan het programma toegevoegd om de stormen van bijval te stillen en opnieuw te ontketenen. Eenmaal was zelfs alleen een tooverspreuk bij machte om den losgebroken donder van applaus te bezweren: het was toen de pianist Erwin Bootz, nadat alle Com. Harm, hun plaatsen hadden ingenomen als kwam er nog een toegift.den titel mededeel de: „Eine kleine Pauze". En aan het slot van den avond moest het gezongen „Auf Wieder- sehn" aan het auditorium beduiden dat de grens bereikt was. Slechts vier der vijf zangers zongen het „tot weerziens". De derde tenor, Harry Frommer- mann bleef afwezig. We vernamen dat hij bij het weggaan na het vorige nummer in de solistenkamer uitgegleden was en zich den arm ontwricht had. Ik meen uit naam van alle der vele aanwezigen te spreken wanneer we hem een spoedige beterschap toewen- schen en hem en zijnen collega's, den heeren Leschnikoff, Collin, Cycowski, Biberfci en Bootz een „tot weerziens" toeroepen. K. DE JONG. DUITSCHLAND'S NIEUWE INVOERRECHTEN. Voor visch een belangrijke verlaging. GEEN VERLAGING VOOR BLOEMBOLLEN. De lijst van rechten welke met Duitsch- land overeen gekomen zijn in het Vrijdag afgesloten nieuwe NederlandschDuitsche handelsverdrag zijn voor visch als volgt: (Tusschen haakjes zijn vermeld de rech ten volgens de thans afloopende regeling. Alle bedragen zijn in Marken per 100 K.G. genoteerd) Zeelt levend en niet levend, versch, niet bevroren in den tijd van 1 Juni tot 31 Juli 40, (levend 80, niet levend 60). In het alge meene tarief niet afzonderlijk genoemde zeevisschen, levende en niet levende, versch, niet bevroren, vrij( (versch 10, bevroren 15). De bij verdrag vastgelegde vrijdom van in voerrecht geldt slechts voor een hoeveelheid overeenkomende met 50 pet. van de hoe veelheid, die na overeenkomst van de beide partijen op grond van een gemeen schappelijke vaststelling in het jaar 1932 door Duitsche visschers en door de beman ning van Duitsche schepen gevangen en on der vrijdom van rechten in Nederland aan den wal is gebracht en slechts zoolang als Nederland zeevisschen, welke door Duitsche visschers of door de bemanning van Duit sche schepen zijn gevangen, afgezien van de heffing van een compenseerend invoerrecht' van 1 pet. van de waarde, vrij van invoerrecht laat invoeren en aan den wal laat brengen. Gezouten haring en z.g. „Breitlinge". niet in stukken gedeeld: in heele, halve, kwart of achtste tonnen; bruto 62 pet. van het voor een vat (ton) geldende Invoerrecht (65). Bloembollen. De lijst bepaalt verder voor bloembollen: Hyacint-hen-, tulpen- en narcissenbollen 20 (20); Kruisbessen, (versch) 10 (10>, frambozen (versch) 12,50 (20). Als versche frambozen zijn ook te beschouwen versch geplukte frambozen, die in den tijd van 15 Juni tot 15 September zijn ingevoerd en d;e alleen om ze voor bederf gedurende het ver voer te behoeden, lichelijk met verduur- zamingsmiddelen, zooals bijv. mierenzuur, behandeld zijn. En voor; aaxdeienpulp in verpakkingen bij een gewicht van 5 K.G. of meer 8, (10): Varkensspek, niet gerookt 20, (20). Het verdragsrecht geldt alleen voor een hoeveel heid, overeenkomende met 60 pet. van de hoeveelheid goederen, vallende onder het tarief nr. 109, welke volgens de ambtelijke Duitsche invoerstatistiek in het jaar 1932 uit Nederland in het Duitsche douanegebied is ingevoerd. Aardappelen. Uit de lijst stippen wij verder aan; Aardappelen versch: goedgekeurd pootgoed in den tijd van 1 Januari tot 31 Maart en van 1 September tot 31 December 4, (4); Groenten. Groenten, versch: witte kool in den tijd van 1 Jauari tot 31 Mei 2, (4)roode kool en savoyenkool, in den tijd van 1 Januaiy tot 31 Mei 2 (6). De verdragsrechten gelden slechts voor een hoeveelheid, overeenko mende met 60 pet. (oud 50 pet.) van de hoe veelheden der afzonderlijke bovengenoemde goederen, welke volgens de ambtelijke Duit sche invoerstatistiek in den tijd van 1 Janu ari tot 31 Mei 1932 uit Nederland in het Duitsche douanegebied zijn ingevoerd. Spruitkool in den tijd van 1 Januari tot 31 Maart en van 1 November tot 31 December 5, (10) Het verdragsrecht geldt slechts voor een hoeveelheid, overeenkomende met 55 pet. van de hoeveelheid, die in het jaar 1932 volgens de ambtelijke Duitsche invoer statistiek uit Nederland in het Duitsche douanegebied is ingevoerd. Kropsla: in den tijd van 1 April tot 31 Mei 7, (15)in den tijd van 1 Juni tot 30 September 10, (10). Het verdragsrecht van 7 R.M. geldt slechts onder voorwaarde dat de Ned, Regeering overeenkomstig een met het oog daarop te treffen regeling er voor instaat, dat in de maanden April en Mei niet meer dan 75 pet. naar Duitschiand wordt uitgevoerd van de hoeveelheid, die. na over eenkomst der beide partijen op grond van een gemeenschappelijke vaststelling in de maanden April en Mei 1932 uit Nederland in het Duitsche douanegebied is ingevoerd. Planten. Boomen. wijnstokken, vaste planten, strui ken. stekken en andere levende gewassen, zonder of met aardkluiten, ook in potten of kuipen; entrijzen: pianten zonder aardklui ten; vaste planten 20. (80); andere: rhodon- dendrons en azalea's, met uitzondering van de Indische azalea's alle deze met aardklui ten 12.50 (25); magnolia's, laurier, Hex, Aucuba, Taxus, Buxus, blauwspar. Cha- maecyparis, alle deze met aardkluiten 10, (20); vaste planten met aardkluiten 20, (40) Op de verdragsrechten van 12.50 en 10 R.M. kunnen slechts Importeurs aanspraak maken die het kweeken van dergelijke planten als bedrijf uieoefenen. Verder zien wij, dat voor eieren van kip pen een verlaging is verkregen voor den tijd. tot 30 September n.l. 30 (401, voor eenden eieren geen verlaging. Voor gecondenseerde melk imelkstroopi evenmin 60)Voor de meeste chemische producten is ook geen ver laging verkregen, voor kapok niet en voor aardewerk niet, evenmin voor electrïsche kabels. Voor gebak is eenige verlaging ver kregen, n.l. 100 (125). Voor boter is geen verlaging bereikt echter voor kaas: Kaas, niet in afzonderlijke verpakking met een brutogewicht van 21/2 K.G. of lager, harde: Edammer- en Goudakaas alsook bloksmeltkaas zonder kost, uit Edammer of Goudakaas bereid, alle deze voorzien van een bev/ijs van overneming van een door den Rijksminister van Voedselvoorziening en. Landbouw aan te wijzen instelling 20 (ge middeld 28.50). Opmerking. Het bewijs dat de bloksmelt kaas uit Edammer of Goudakaas is bereid, is door een certificaat van een door de Ne- derlandsche regeering aan te wijzen instel ling te leveren. REGENT DER GEVANGENIS TREEDT AF. Bij Koninklijk besiuit van 14 December 1933 is aan F. G. E. E'olomey. op zijn verzoek, eer vol ontslag verleend uit zijn betrekking van lid van het college van regenten over de ge vangenissen te i-Iaarlem, onder dankbetui ging voor de als zoodanig bewezen diensten. 434e STAATSLOTERIJ (Niet officieel) 3e Klasse, 2de Lijst Trekking van Dinsdag 19 December 1933 llooge Prijzen Prijzen van 45. 25000.— 3108 200019520 1500— 2939 1000— 2661 9121 200.— 325 11840 100.— 2835 14317 14845 15994 176B8 9 84 100 117 148 154 177 183 2G8 227 260 262 276 293 301 343 355 390 446 463 479 522 535 536 538 549 581 598 613 637 681 721 759 848 853 858 904 941 970 936 990 1057 1203 1208 1232 1256 1262 1267 990 1057 1200 1203 1208 1222 1256 1262 1267 1466 1542 1602 1621 1654 1676 1738 1739 1746 1761 1866 1872 1944 1983 1991 2005 2052 2077 2110 2125 2172 2229 2294 2322 2354 2376 2390 2391 2414 2420 2440 24.53 2473 2489 2539 2546 2595 2607 2610 2ü'25 2626 2672 2681 2720 2736 2775 2784 2358 2886 2919 2934 2969 2996 2998 3037 3093 3150 3153 3211 32S0 3347 3367 3389 3416 3418 3445 3500 3512 3529 3543 3553 3658 3681 3688 3694 3756 3766 3805 3872 3909 3933 3951 3985 4004 4051 4109 4139 4167 4181 4195 4196 4214 4272 4293 4305 4318 4375 4424 4475 4492 4499 4521 4535 4559 4578 4S11 4629 4647 46b*2 4703 4739 4747 4770 4795 4850 4865 4904 4909 4957 4983 4931 5007 5051 5054 5056 5074 5075 5080 5084 5109 5166 5177 5249 5281 5283 5298 5305 5309 5316 5358 5371 5374 5388 5416 5487 5508 5576 5599 5608 5685 5702. 5703 5731 5743 5757 5799 5835 5838 5840 5845 5884 5897 5908 5916 5952 5970 5976 6055 6057 6078 6150 6157 6178 6226 6228 6247 6289 6304 6355 6366 6439 6460 6567 6643 6G45 6659 6678 6702 6794 6815 6821 6831 6839 6854 6357 6371 6897 6915 6938 G945 6985 7006 7107 7117 7154 7161 7176 7197 7283 7302 7310 7358 7393 7417 7439 7485 7488 7489 7537 7540 7547 7579 7582 7614 7648 7682 7723 7768 7787 7800 7807 7855 7865 7879 7894 7958 7997 8051 8074 8079 8129 8143 8161 8208 8222 8226 8232 8255 8302 8304 8338 83S0 8394 8399 8416 8420 8421 8472 8475 8485 8493 8513 8515 8603 8606 8623 8714 8783 8785 8306 8839 8840 8858 8394 3944 8979 8990 S&92 9033 9034 9061 9075 9085 9097 9124 9171 9172 9179 9187 9229 9301 9309 9311 9356 9357 9107 9419 9422 9430 9433 9485 9498 9537 95CG 9G09 9630 9708 9712 9862 9863 9951 9984 10003 10034 10038 10125 10119 10248 10326 10329 10332 10344 10373 10376 10391 10423 10431 10505 10597 10606 10608 10634 1UÖ53 10684 10719 10758 10802 10828 10837 10838 10859 10874 10877 .10916 11029 11035 11047 11060 11086 11095 11097 11116 11125 11155 11186 11296 11320 11335 11399 11477 11480 11437 11506 11513 11584 11593 11616 11628 11G49 11730 11759 11770 11826 11842 11849 11857 llh78 11913 11937 11953 12059 12030 12096 12118 12121 12154 12237 12286 12357 12382 12387 12403 12416 12458 12510 12532 125S0 12606 12620 12707 12710 12721 12739 12755 12762 12819 12937 12967 13003 13070 13078 13105 13151 13154 13182 13216 13226 13247 13272 13322 13349 13401 13422 13467 13508 13553 13580 13598 13616 13613 13645 13757 13841 13851 133GS 13873 13309 13968 14034 14040 141U0 14146 14164 14201 14304 14335 14378 14383 14409 14447 14465 14486 14495 14504 14506 14514 14550 14605 14651 14672 14691 14733 14744 14763 14769 14771 14793 14839 14861 14905 14942 14946 14963 14991 15001 15065 15118 15179 15186 15189 15201 15206 15288 15305 15345 15347 15350 15369 15381 15389 15402 15413 15424 15460 15492 15516 15548 15602 15702 15705 15715 15724 15729 15740 15748 15761 15821 15838 15891 15907 15926 15946 15972 15987 16020 16057 16070 16076 16101 16129 16138 16157 16206 16218 16225 16277 16309 16311 16317 16348 16387 16391 16449 16555 16662 16728 16733 16738 16740 16761 16768 16802 16813 16868 16893 16904 16964 16967 17U15 17051 17109 17114 17131 17137 17198 17247 17253 17285 17334 17335 17406 17410 17500 17520 17564 17565 17593 17618 17639 17658 17661 17720 17739 17781 17851 17932 17937 17967 17988 18022 18033 18057 18074 18096 18116 1814G 18187 182U 18230 18263 18276 18323 13341 18353 18392 18437 18442 18630 18694 18735 18762 187S9 18801 189';6 18936 18973 18982 18994 19033 19044 19070 19077 19080 19092 19162 19175 19193 19201 19235 19270 19295 19299 19315 19350 19398 19401 19442 19454 19459 19471 19486 19488 19550 19567 19598 19673 19681 19713 19811 19812 19820 19821 19852 19861 19308 19946 199.95 20019 20021 20044 20080 20164 20201 20204 20237 20249 20258 20271 20273 20309 20402 20447 20500 20506 20510 20548 20552 20561 20565 20568 20572 20609 20634 206G3 20G74 20689 20728 20754 20765 20835 20990

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 9