Dl l^T
De wedstrijd In het
Zuidpoolgebied
UIT DE NATUUR.
BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 13 JANUARI 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
7
De expedities van Byrd en Ellsworth.
Radio-Concerten van Byrd's Antarctische Orkest
(Van onzen correspondent)
STOCKHOLM, Januari.
De oudheidkundigen mogen het dan naar
hun aard oneens zijn over de beweegrede'
nen van de Noormannen, die in de lag!
landen bij de zee vestigingen kwamen ver
woesten en angst en kommer spreidden on-
Byrd.
der de bevolking, de Noren van de twin
tigste eeuw zoeken bij duizenden de ruste-
looze wateren op en 't vaak zoo kii-nuchtere
avontuur in den vreemde, omdat hun langs
bergachtige land niet allen een draaglijk
bestaan kan verschaffen aan den vasten
wal, omdat immers die grillig verbrokkelde
kust nóódt zee op te gaan. En de horizon
ten hebben deze. de eenzaamheid minnende,
mannen onweerstaanbaar verder gelokt,
naar de rijke vischgronden hoog in het
Noorden, naar de witte woestenij van het
Poolgebied. Ze zijn er vertrouwd mee ge
raakt, ze hebben de gevaren leeren kennen
van 't opstuwende ijs, van de razende sneeuw
jachten en de dichte mist en velen zijn
nimmer uit de arctische streken naar de
van teer- en vischlucht doortrokken plaats
jes in Troms en Finmarken en Vestlandet
teruggekeerd, maar telkenmale weer varen
de kleine stevig-gebouwde booten uit naar
de wereld van sneeuw en ijs en Noorder
licht, die deze mannen kennen als weinigen.
En bij het verplaatsen van de walvisch-
vaart naar het Zuidelijke Poolgebied zijn
de Noren ook daarheen getrokken, hebben
zij ook daar ijs en stroom verkend ij groote
ervaring opgedaan. Het behoeft daarom
niet te verwonderen, dat vrijwel altijd,
wanneer er sprake is van Poolonderzoek, de
namen van Noren genoemd worden, van
Nansen. Amundsen. Sverdrup, Riiser-Lar-
sen. Lützow-Holm, Balchen en vele anderen.
Nu zitten daar een 5400 Noren ver van
hun geboorteland, heel aan den anderen
kant van onzen aardbol op de groote traan-
kokerijen, drijvende oliefabrieken van de
afmetingen van snelle oceaanstoomërs, op
de kleine gemakkelijk te manoeuvreeren
walvischbooten, die er kruisen voor het ijs
van de Weddell-zee en verder naar 't Oosten.
Dat gaat zoo telken jare zonder dat er veel
drukte over gemaakt wordt, zonder dat men
er meer over leest dan de nuchtere wekelijk
sche vangstrapporten en eens een enkele
maal een beschrijving van een gevaarlijk
avontuur, wanneer de walvischvaarders in 't
voorjaar weer naar Sandefjord en Tons-
berg en Larvik teruggekeerd zijn.
Maar dit seizoen dat op 't Zuidelijk half
rond' immers zomer is. bevinden zich daar
aan de nog maar gedeeltelijk bekende kus
ten van Antarctis ook eenïge schepen met
Noorsche kapiteins en matrozen, waarvan
binnenkort draadlooze berichten uitgezon
den zullen worden over nieuwe pogingen om
enkele van de vele geheimen van het Zuid
poolgebied te onthullen. Consul Lars Chris-
tensen vaart er met de Thorshavn. een van
zijn tankschepen, langs den ijsrand om
zijn vlieger, luitenant Gunnestad, in staat
te stellen kart-ografische opnemingen te
maken, om den oceanograaf Jakhelin ge
legenheid te geven met behulp van kost
bare toestellen vele belangrijke waarne
mingen te doen. En Byrd en Lincoln Ells
worth liggen er met hun expeditieschepen
in het ijs van de Ross-zee, langzaam op-
stoomend naar Walvischbaai. waar de vlieg
tuigen van beide expedities gemonteerd
zullen worden voor den 4800 kilometer lan
gen tocht naar de Weddell-zee en terug. In
Noorwegen leeft men al sedert weken in
spanning, want wie het eerst door het ijs
komt heeft de meeste kans het eerst de
vlucht over het vasteland van de Zuidpool
te volbrengen en men hoopt in Noorwegen,
dat Ellsworth en zijn Noorsche bestuurder
Bernfc Balchen den wedstrijd winnen, waar
op inderdaad vrij groote kans bestaat.
Lincoln Ellsworth, de schatrijke Amerikaan
sche Poolonderzoeker, heeft al eenige jaren
geleden het plan opgevat om een van de
interessantste problemen van het Zuidpool
gebied op te lossen. Zooals op het kaartje
te zien is buigt bij de Ross-zee en bij de
Weddell-zee het land naar binnen tos en
men vermoedt reeds lang, dat de beide
zeeën met elkaar in verbinding staan, dat
zij dus de mondingen zouden zijn van een
geweldige „kreek", die het vasteland van de
Zuidpool in twee deelen scheidt, in West-
Antarctis, dat geologisch verwant zou zijn
aan den bergketen van de Andes, die hier
dus feitelijk zijn voortzetting zou vinden,
én het veel grootere Oost-Antarctis. dat
geologisch punten van overeenstemming
zou hebben met Australië. Ellsworth wil nu
onderzoeken of deze veronderstelling juist
is en hij acht het voldoende per vliegtuig
een tocht over de vermoedelijke „kreek" te
maken, dus van de Ross-zee naar de Wed
dell-zee en onderweg met behulp van kost
bare foto- en filmtoestellen het ijsland
schap rondom op te nemen. Hij heeft bij de
Northrop-fabrieken een vliegtuig laten
bouwen, dat een kruissnelheid heeft van
350 kilometer per uur en hij vond Balchen,
den vroegeren eersten piloot van Byrd, bereid
als bestuurder van „De Zilveren Vogel" in
zijn dienst te treden. Vervolgens is hij naar
Noorwegen gereisd om daar uit de vele
voor de vaart in het ijs gebouwde booten
een geschikt expeditievaartuig te charteren
en te Aalesund huurde hij zoo de „Fa-
nefjord", die op de helling werd gezet voor
het aanbrengen van een extra ijsboeg en
het verbouwen van de ruimen, zoodat daar
plaats kwam voor het vliegtuig, dat inmid
dels met de „Bergensfjord" naar Noorwe
gen was gezonden. Het schip is herdoopt in
„Wyatt Earp", maar op den achtersteven
wappert de Noorsche vlag en met uitzonde
ring van Ellsworth en Sir Hubert Wilkens,
die uitsluitend mee is als vertegenwoordi
ger van een concern van Amerikaansche
bladen, dat voor het nieuws de expeditie ten
deele financiert, zijn alle opvarenden, van
den kapitein en den dokter tot de stokers
en den hutjongen toe, Noren.
De expeditie van Byrd is eenigszins anders
opgezet, meer Amerikaansch. Byrd had in
den zomer van 1932 al plannen om opnieuw
naar het Zuidpoolgebied te gaan, om te on
derzoeken of de beide groote vliegtuigen,
die hij toen hij Little America in den steek
moest laten, er nog staan, om nieuwe ver
kenningsvluchten over de ijwoestenij te
maken. Er waren aanvankelijk financieele
moeilijkheden, maar een groot zakenman,
die het een doeltreffende reclame vond.
wanneer tusschen draadlooze berichten over
de expeditie in het Zuidpoolgebied telkens
eenige woorden over zijn artikelen werden
gezegd, stelde Byrd in de gelegenheid de
plannen ten uitvoer te brengen. Hij kreeg
voor de somma van een dollar de beschik
king over een marinevaartuig, de ..Bear of
Oakland", vroeger herhaaldelijk voor expe
dities naar 't Noordpoolgebied is gebruikt en
de laatste jaren bewakingsdiensten verricht
te en hij charterde bovendien de Jakob
Ruppert, een betrekkelijk nieuwe boot, die
als moederschip der expeditie dient. De on
dercommandant van de expeditie, die de
verantwoordelijkheid voor de navigatie
heeft, is een Noor, kaptein Hjalmar Fr.
Gjertsen, maar behalve een Noorsche ijs-
loods en twee bekende sk.loopers uit
Tromsö, zijn al de andere deelnemers Ame
rikanen. Bij het uitkiezen van de deelnemers
is niet uitsluitend op hun geschikheid voor
een langdurig verblijf in Antarctis gelet, de
mannen, die het kamp te Little America
zullen betrokken, bespelen namelijk allen
een muziekinstrument, zij hebben op de uit
reis danig geoefend en eenmaal :n Littie
America aangeland zuilen zij geregeld con
certen geven, die draadloos naar de Ver-
eenigde Staten uitgezonden worden .als re
clame voor de zaak van den financier dei-
expeditie. Ongetwijfeld is dit iets geheel
nieuws op het gebied van poolonderzoek, al
is daarbij eerder het wetenschappelijke
werk wel eens onmogelijk gemaakt, of in de
verdrukking, door de reclame.
Op het oogenblik naderen de beide expe
dities Walvischbaai. De Wyatt Earp moet
een kleinen voorsprong hebben en wanneer
men een geschikt ijsveld vindt zal De Zil
veren Vogel overboord gezet en gemonteerd
worden en na enkele proefvluchten kunnen
Ellsworth en Balchen dan den tocht naar
de Weddell-zee en terug beginnen, die als
alles goed gaat in 15 a 16 uur verloopt,
Byrd heeft een grooter vliegtuig, een Con
dor met twee Wright Cyclone-motoren, dat
plaats biedt aan Byrd. zijn eersten piloot
June, den fotograaf en den marconist, die
gedurende den geheel en tocht tusschen de
twee zeeën een draadloos naar Amerika uit
gezonden verslag zal geven vanwat men
ziet en beleeft. Den Condor zal echter eerst
aan land gebracht moeten worden voor men
met het monteeren van de vleugels en met
de proefvluchten kan beginnen en bovendien
is de kruissnelheid van dit toestel 240 kilo
meter per uur. Daarom hebben Ellsworth en
Balchen goede kans de eersten te zijn, die
den gevaarlijken tocht over „het land der
witte verschrikking" volbrengen. Men leeft
in spanning, want al is alles nog zoo goed
voorbereid, er kunnen zich altij.. dingen
voordoen, die wijziging der plannen nood
zakelijk maken. En Ellsworth, die in Maart
reeds naar zijn echtgenoote te Wellington
terug hoopt te keer en voert proviand mee
voor anderhalf jaar.
C. G. B.
DUINLANDSCHAP BIJ DEN HAAG: DE MUSSCHENBERG. (Foto S. en V.; ontleend
aan het Jaarverslag van de Alg. Vereen, voor Natuurbescherming voor 's-Gravenhage en
omstre ken).
Het zesde en zevende Jaarverslag van
de Algemeene Vereeniging van Natuur
bescherming voor 's-Gravenhage en
Omstreken 1931-1933.
Voor mij ligt een keurig drukwerk van 19
bladzijden in royaal kwarto-formaat, op uit
stekend papier, goed geïllustreerd met foto's
(ook luchtfoto's) van landschappen, planten
en dieren, beknopt van inhoud en van het
begin tot het eind actueel, ook voor ons Haar
lemmers, omdat men aldaar met dezelfde
moeilijkheden te kampen heeft als wij.
Als we al die Haagsche plaatsnamen:
Ockenburg, Bierlap, Musschenburg vervan
gen konden door het Brouwerskolkje, de dui
nen langs den Zeeweg, het Naaldenveld, dan
kon het een verslag zijn dat op onze om
streken betrekking had. met dit verschil, dat
de gemeente Haarlem zich niet over Ho dui
nen uitstrekt en de gemeente die in 't Haar-
lemsche duingebied wel den scepter zwaait
de natuurbeschermingsgedachte minder toe
gepast wenscht te zien dan het gemeente
bestuur van 's-Gravenhage, dat zelfs twee
leden benoemd heeft in het bestuur van de
Haagsche vereeniging.
In het begin vestigt de wakkere secretaris
Dr. G. Postma. de aandacht op enkele feiten,
die tot nadenken dwingen en welke ik ver
kort weergeef, omdat ze ook voor Haarlem
van belang zijn:
De toeneming van de bevolking in ons land
met plm. 100.000 zielen per jaar.
2e. De geweldige ontwikkeling van de
snelle verkeersmiddelen, welke eenerzijds van
de plicht ontslaat vlak bij de werkplaats
te wonen, anderzijds het mogelijk maakt zich
gemakkelijk in de natuur, zelfs op betrekke
lijk grooten afstand, te begeven.
3e. De verplaatsing van een deel der be
volking naar en meestal midden in de fraai-
Hoe weinig er van het uitgestrekte Zuidpoolgebied bekend is blijkt uit dit kaartje, waar
de bekende en in kaart gebrachte gedeelten zwart zijn geteekend. De streep-stippellijn
geeft ongeveer de route aan, die Byrd en Ellsxvorth zullen volgen op hun vliegtochten
van de Ross-zee naar de Weddellzee en terug. Voor de Weddellzee liggen thans de walvisch
vaarders, die de vliegers van weerberichten zullen voorzien. Daar hier geen tusschen-
latnding gemaakt kan worden, moet het 2 X 2400 K.M. lange traject in ééns gevlogen worden
ste en geschiktst gelegen stukken natuur,
vooral nabij de grootere bevolkingscentra, de
stichting van villaparken.
4e. Bosschen heide, duinen en landgoede
ren zijn begeerde objecten voor grondspecu-
lanten geworden.
5e. De ontginning van de „woeste gron
den" gaat in snel tempo: van 1920 tot 1930
krompen deze van 481.691 tot 378.225 H.A. in.
een vermindering van plm. 21 pCt. in zoo
korten tijd.
6e. De vergrooting van het beboschte op
pervlak is betrekkelijk gering: van 1920 tot
1930 was van 84 pCt. in handen van parti
culieren, dus onveilig.
7e. het zenuwsloopende leven in de „la
waaierige" groote cultuurcentra drijft steeds
meer menschen naar buiten om in de na
tuur hun evenwicht terug te vinden: toerisme
in vele vormen, onderwijs, fotografie, lezin
gen. excursies, lectuur en mode bevorderen
eveneens den trek naar buiten („natuur-
sport").
8e. De ontwikkeling van een fijner gevoel
en juist begrip voor gebruik van en gedrag in
de natuur heeft daarmede geen gelijken tred
gehouden: beschadiging, vernieling, veront
reiniging van plantsoenen, bosschen enz. zijn
aan de orde van den dag.
Uitwerking van deze punten, zoo vervolgt
Dr. Postma. valt buiten het bestek van dit
jaarverslag maar indien ze juist zijn gezien
volgt er logisch uit:
le. Dat terreinen, die uit een oogpunt van
natuurschoon, voor natuurstudie en voor
recreatie belangrijk en onmisbaar zijn. in
handen van de gemeenschap behooren te zijn:
zoo noodig moeten hiervoor groote bedragen
uit de openbare kassen beschikbaar worden
gesteld. Wel allereerst geldt dit in onze om
geving voor de duingebieden en oude prach
tige landgoederen, deze mogen niet ten offer
vallen aan de zucht naar winst van bouw
speculanten.
2e. dat opvoeding tot eerbied voor de natuur
steeds urgenter wordt, naarmate de trek naar
buiten toeneemt, al is deze op zichzelf een ge
lukkig verschijnsel.
Met deze eenvoudige waarheden leidt de
secret, ons in het werk van de vereeniging in,
dat o.a. bestond uit het initiatief tot het uit
geven van een boekje ..Wandeltochten in en
om 's-Gravenhage, het mede organiseeren
van een tentoonstelling „Schoonheid van
Stad en Land", het adresseeren tegen den
aanleg van rijwielpaden, een publicatie be
treffende de insecten en planten van het
natuurmonument ..Wapendal", vogelbescher
ming en behandeling van klachten over
nestenvernieling, het plukken van bloemen
tot schade van flora, verzet (waarschijnlijk
vruchteloos) tegen de afgraving van den
Musschenberg door het departement van
Defensie, behoud van den ongerepten staat
van de Zuid-Hollandsche plassen, correspon
dentie met een grondeigenaar, tevens be
stuurslid van „Natuurmonumenten" over af
graving op zijn eigendommen: mededeelingen
omtrent aankoop van landgoederen door ge
meentebesturen of pogingen daartoe, excur
sies, openstelling van landgoederen voor
wandelaars, enz.
De post van inkomsten (in hoofdzaak con
tributie van f 1731) over twee jaar bedraagt
f 3569 92 en de uitgaven betreffen in hoofd
zaak drukwerk, de uitgave van den wandel-
gids en subsidies aan grondbezitters om vrije
wandeling te krijgen.
Vermeld mag worden dat de directie van
de gemeente-plantsoenen graag gebruik
maakt van de adviezen en wenken van de
vereeniging.
Wat kunnen wij Haarlemmers uit dit ver
slag leeren?
Behoefte aan een gelijke vereeniging voor
onze omstreken is er nog niet. De afd. Haar
lem van de Ned. Natuurhistorische Vereeni
ging sprong reeds, met voorloopig succes, in
de bres voor het behoud van den ongerepten
toestand om het Brouwerskolkje.
We hebben een provinciaal advies-college
„de vaste commissie voor uitbreidingsplan
nen" die alle gemeentelijke plannen van dien
aard onderzoekt en in "t algemeen eenzelfde
standpunt inneemt als de Ned. Natuurhisto
rische Vereeniging.
Ook al mag verwacht worden dat het ge
meentebestuur van Haarlem het behoud van
natuurschoon van onze omstreken voorstaat,
dit is van weinig invloed op de houding van
omliggende gemeentebesturen.
De Haarlemsche omstandigheden zijn dus
anders, ongunstiger, dan de Haagsche.
In één opzicht zijn de onze gunstiger. Het
Haagsche publiek is minder geschikt om bui
ten te wandelen dan het Noord-Hollandsche
en maakt zich veel meer schuldig aan nesten-
vernielen, overmatige bloemenplukkerij en
dergelijke.
Een verslag van de bevindingen op het Pro-
ciaal Landgoed bij Bakkum zou precies
tegengestelde ervaring geven aan het ver
verslag in quaestie. Een nadeel is in Den
Haag natuurlijk de korte afstand tusschen
de stad en de wandelterreinen en de talrijker
bevolking van die stad.
Bij ons is echter de oppervlakte vrije wan
deling veel geringer.
Vooral het groote gebied van de Haagsche
Waterleiding is een duinbezit van de eerste
orde. Hoewel door de waterleiding het grond
water gedaald is. zijn de hellingen er goed
begroeid, o.a. zelfs met een elders niet voor
komende kruisgentiaan, die in staat ls met
een zeer diepgaand wortelgestel het noodige
vocht te vinden. Ook meeuwenkolonies zijn
er in die duinen.
De omwonende eigenaars hebben de ge
meente gedagvaard tot schadevergoeding
wegens „onrechtmatige aantasting van hun
eigendom", hierin bestaande dat wateront
trekking door de duinwaterleiding de aan
eischers toebehoorende gronden in waarde
zou doen achteruitgaan.
Een lid van den raad Is er echter direct
bij geweest met de vraag of eventueele prijs
geven van de waterwinplaats van de eischen
van omliggende eigenaren, ten gevolge zou
hebben, dat ze voor bouwterrein zullen wor
den bestemd. Men ziet dus dat men op zijn
qui-vive is en algemeen van oordeel dat na
tuurmonumenten en recreatie-oorden bij de
groote steden in handen behooren te zijn
van de gemeenschap, willen ze veilig zijn
voor de toekomst.
De gemeente 's-Gravenhage heeft ook be
grepen dat vrije wandeling in het beweeg! Uke
duinzand alleen mogelijk is. wanneer er goede
paden liggen door blijvend begroeide duinen.
Die blijvende beplantingen, bestaande uit
Oostenriiksche dennen en allerhande heesters
en planten, vooral in het wild groeiende soor
ten, worden onder toezicht van deskundigen
aangebracht door werkloozen. die daarom niet
behoeven te stempelen. Vooral voor het
grondwerk in het betrekkelijk lichte duinzand
zijn vrijwel alle werkloozen te gebruiken.
Vermeld mag ook worden de aanleg van 't
Zuiderpark. een park van reusachtige af
metingen met zweminrichting e.d, en gelegen
in een gedeelte van de gemeente waar geen
duinen, bosschen of dergelijke aanwezig
waren.
Dit verslag vestigt weer eens de aandacht
op de moeilijkheden, die in onze dichtbe
volkte westelijke provinciën overwonnen moe
ten worden om natuurschoon te behouden
en op de noodzaak daarvan, juist in verband
met de geestelijke en lichamelijke gezondheid
van die dichte bevolking.
't Kost geen moeite op mooie Zondagen
duizenden uit de steden naar buiten te krij
gen; dat is in den afgeloopen zomer wel ge
bleken.
Het eerste probleem is, hoe die duizenden
in onze bosschen en duinen verblijven, zoodat
alles en allen er beter en niet minder van
worden. Dit zijn we met alle vereenigingen.
die op dit gebied werken, reeds bezig op te
lossen.
Maar het tweede probleem, hoe de bosschen
en duinen ongerept aan het nageslacht over
te leveren, is minder gemakkelijk op te lossen
en vele zijn de teleurstellingen op dit gebied.
Maar in de omgeving van 's-Gravenhage
teekenen zich resultaten af die hoopvol zijn
Haarlem .dat met spanning wacht op de be
slissing van de Kroon, inzake den weg langs
liet Brouwerskolkje, op dit oogenblik de
ernstigste bedreiging van het natuurbehoud
in onze omgeving. Moge deze zaak spoedig in
gunstigen zin beslist worden.
C. SIPKES.
HALLO HIER DE NIAGARA!
Een artist, die de omroepdirectie heel wat
kost. zal de Amerikaansche luisteraars op een
recital onthalen, te weten de Niagara. De
omroepmaatschappij, die zich de medewer
king van deze brullende watermassa wist te
verwerven, heeft zich zware financieele offers
moeten getroosten, daar het opstellen der mi
crofoons zijn typische moeilijkheden mee
bracht. Genoemde apparaten moeten in wa
terdichte hoezen worden gehuld en kunnen
daarna op dertig meter afstand van het
niveau van de waterval worden neergezet.
Strikt genomen zullen daardoor de radio
hoorders het geraas van meer nabij hooren
dan de toeristen dat plegen te doen.
RADIO- EN TELEVISIEPALEIS
IN RUSLAND.
Moskou zal een groot bouwweek k-'; en
volkomen gewijd aan radio en t-°'-v -iet
zal vijf en dertig studios bevatten en een der
belangrijkste centra van televisie in Eiropa
worden. Een openluchttheater, dat tiendui
zend bezoekers kan bergen, zal eveneens wor
den aangelegd. Men rekent begin 1936 kla~-r
te zijn.