Wie helpt Thijsse's Hof? Bollenweelde. Hei Beiattgtijkste BEZOEKTonze ruime STAND No. 9, N.V. HOENDERDOS' 51e Jaargang No. 15580 Verschijnt dagelijks, beHalve op Zon- en Feestdagen Dinsdag 10 'April 1934 HAARLEM S DAGBLAD Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM. UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V. Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM. ABONNEMLN 1 KN per week 0-25, per maand 1.10, per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse nrs. 0.06. Geïllustreerd Zondagsblad per week ƒ0.05, per maand ƒ0.22, per 3 mnd. ƒ0.65 franco per post '0.72)4.., Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12 Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810 ADVERTENTIëN I.5 regels 1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames' 0.60 per regel Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes (iederen dag) 13 regels f 0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant. Gratis Ongevallenverzekering vooi Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Vetlies van Hand, Voet of Oog f 400-, Duim f 250-, Wijsvinger I 150— Elke andere vinget f 50.-. Arm- of Beenbreuk f 100— Idem voor Abonnés op het Geril. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f2000- Overlijden f 600- Vetlies van Hand. Voet of Oog (400- Verlies Duim f75- Vetlies Wijsvinger f75- Verlies andere vinger f30... DIT NUMMER BESTAAT UIT TWAALF BLADZIJDEN PROVINCIALE STATEN VAN NOORD-HOLLAND. Buitengewone zitting. HERDENKING KONINGIN-MOEDER. De Provinciale Staten van Noord-Holland kwamen hedenmorgen half twaalf in bui tengewone zitting bijeen. Na de gebruikelijke opening spreekt de Commissaris der Koningin Jhr. Mr. Dr. A. Röell. terwijl alle leden zich van hun zetel verheffen, de volgende rede uit: „De treurige reden, waarom gle opening van Uw buitengewone zitting veertien dagen moest worden verzet, heeft ons allen met droefenis en deernis vervuld. Met droefe nis over het smartelijk verlies, dat in de eerste plaats H.M. onze geëerbiedigde Ko ningin en het Koninklijk Huis door het ver scheiden van H- M. de Koningin-Moeder heeft getroffen en met deernis voor het gansche Nedei'landsche Volk, dat door het overlijden van de hoogvereerde Vorstin een band voelde verbreken, die gedurende meer dan een halve eeuw hechter is geweest, dan vele andere banden het in dit aardsche le ven zijn. Koningin en Vaderland zijn daar door in diepen rouw gedompeld en al heeft het leven, na de donkere dagen waarin tal loos velen, onder de nationale smart gebukt, op zoo ondubbelzinnige wijze hebben uiting gegeven aan wat hun gemoed vervulde, we der zijn gewonen loop hernomen, nog me nigmaal zal er aanleiding zijn de gedach ten te bepalen bij het onherstelbare verlies, dat zoo menige kring, niet het minst' van de kleine luyden tot wie Haar hart uitging, door den dood van de Koningin-Moeder heeft geleden, en te getuigen van de eerbie dige vereering, die gansch Nederland aan de beminde Vorstin toedroeg. In velerlei vorm is aan deze gevoelens reeds uitdrukking ge geven en nog weerklinken in aller hart de treffende bewoordingen, waarin de Konin gin Zelve die heeft vertolkt, toen Zij Haar volk op diep aangrijpende wijze heeft toe gesproken en dit gewezen heeft' op den saamhoorigheidszin, die vooral in droevige dagen en moeilijke tijden den alouden band tusschen Vorstenhuis en Volk kon versterken en opnieuw aaneen moest smeden. Die woorden, door velen onzer gehoord en door allen gelezen, hebben zeker ook bij de Staten van Noord-Holland een onuitwisch- ibaren indruk achtergelaten. Ik zou dien in druk niet willen verzwakken, door ook mij nerzijds nog uitvoerig te treden in een be schouwing over de deugden, die de Konin gin-Moeder hebben gesierd,, over de voor treffelijke eigenschappen, die Zij eerst als echtgenoote van Koning Willem III, daarna als Regentes van het Koninkrijk, steeds als weldoenster van Haar tweede vaderland heeft aan den dag gelegd, over Hare liefde voor Kunst en Wetenschap. Haar onver zwakte toewijding aan de geestelijke, zede lijke en stoffelijke belangen van de natie, kor to mover het voorbeeld door Haar ten allen tijde gegeven om alles te doen waarin een klein volk groot kan zijn." Doeh ik meende toch uwe zitting niet te mogen doen aanvangen, zonder U nogmaals het beeld van de onvergetelijke Ontslapene voor den geest te hebben teruggeroepen, het beeld van de edele Vrouwe met het scherpe ver stand, het nobele karakter en vooral het warme hart, de Vorstin, aan wie ons Land en ons Volk zoo onnoemelijk veel hebben te denken." Installatie nieuw lid In de vacature van Mr. Wendelaar wordt ir. M. J. Schoen uit Amsterdam (V.B.) als lid der Staten geïnstalleerd. De heer Schoen legt in handen van den Voorzitter de bij de wet vereischte belof ten af. Afscheid D. Kooiman Voorgelezen wordt een brief, waarin de heer D. Kooiman meedeelt, als lid van Ged. Staten te bedanken. De Voorzitter merkt op, dat deze brief voor de Staten geen verrassing was. „Reeds in de vorige zitting", aldus spr., „heeft de heer Kooiman hem in uitzicht gesteld, toen hij mededeelde op den duur het lidmaatschap van de Tweede Kamer der Staten-Generaal niet met dat van Ged. Staten te kunnen ver eenigen. Wij moeten de redenen eerbiedigen, die hem er toe hebben geleid hert laatste aan het eind van deze zitting neer te leggen, maar ik spreek zeker uit Uw aller naam, als ik daarover mijn hartelijk leedwezen uit spreek. Met grooten ijver en bekwaamheid heeft de heer Kooiman gedurende bijkans elf jaren zijn moeilijke en veeleischende functie vervuld. In 1923 als opvolger van den heer Ketelaar in het coileege getreden, heeft hij daarin, vooral in de laatste jaren toen hij in het bijzonder met de zaken van den Waterstaat werd belast, een kracht kunnen ontplooien als weinig anderen. Op tal van reglementen, door hem met groote voortva rendheid voorbereid en met kennis en beleid verdedigd, heeft hij zijn stempel gedrukt. Zijn woord had gezag in de Staten en het vertrouwen hem, door Uwe Vergadering en door zijn medeleden in het College geschon ken. was groot. Hopen wij. dat zijn opvolger zijn voetstappen zal drukken. Maar het zal dezen niet gemakkelijk vallen eent voorganger te evenaren die als de heer Kooiman van jongsaf in ds administratie opgeleid en daar in doorkneed, een werkkracht en een toewij ding kon aan den dag leggen, die menigeen hem benijden kan. Daarvoor komt- hem bij het scheiden uit het ambt van Gedeputeer- die een woord van oprechte hulde en welver dienden lof toe, dat ik zoowel namens de Staten als persoonlijk gaarne tegenover hem uitspreek. Gelukkig beteekent het neerleg gen van deze functie geen aftreden als lid Uwer Vergadering. Met U hoop ik van harte, dat de Staten nog langen tijd zullen mogen partij trekken van de beproefde krachten van den heer Kooiman en dat deze steeds met voldoening op zijn lidmaatschap van Gede puteerde Stoten zal terugzien". Applaus). De heer Kooiman 'V.D.h dankt den Commissaris voor deze vriendelijke woorden. Maar hij dankt hem voor nog veel meer. Hij heeft vele jaren het genoegen gehad, onder dezen Commissaris te mogen werken, eerst als burgemeester en daarna als lid van Ged. Staten. „Ik heb", zegt spreker, „veel van u mogen leeren. Ik dank u voor wat u voor mij bent geweest. Ik heb de grootste waardeering voor het .vele werk. dat door u in het belang van het gewest verricht wordt. Het gewest is zeer veel aan u verplicht. Ik dank ook het college van Ged. Staten voor den steun, dien ik steeds mocht ondervinden, en de Stoten voor de immer aan mij verleende medewer king. Dit tijdperk zal een lichtend tijdperk voor mijn leven zijn. Ik ben dan ook blij dat ik in deze vergadering in het belang van het gewest mag blijven werken. Ik dank ook de ambtenaren, vooral hen. met wie ik dage lijks te maken had. Van deze gelegenheid wil ik gebruik maken om in het openbaar te ge tuigen, dat de provincie zich gelukkig mag prijzen met het bezit van dit ambtenaren corps". (Applaus). Verkiezing nieuw lid van Ged. Stalen. De Voorzitter deelt mede, dat aan het einde van deze zitting, dat is op Dinsdag 24 April, de benoeming van een lid van Ged. Staten aan de orde gesteld zal worden. Mocht op 24 April de zitting niet afgeloopen zijn, zoodat zij op 25 April voortgezet moet worden, dan zal in ieder geval in den namid dag van 24 April de benoeming plaats heb ben. De overige agendapunten worden commis soriaal gemaakt. HET „GOUDLAND OPHIR" ONTDEKT? LONDEN. 10 April (V.D.) Uit Addis Abeba de hoofdstad van Abessinië, wordt ge meld, dat een Fransche ontdekker, Byron de Prorok, verklaard heeft de streek ontdekt te hebben, welke in den bijjoel wordt aangeduid als het Goudland Ophir, waaruit Salomo zijn schatten verkreeg. Byron de Prorok ver klaart, dat hij ruïnes van oude tempels en de overblijfselen van vroegere mijnen heeft ont dekt waar vroeger goud en smaragd moet zijn gevonden. (Zondag zag men voor het eerst in eenigen getale fietsen en auto's met slingers bloemen van een tocht naar de bollenvelden terug keer en). Op het strookje grond in 't Westen Van ons vruchtbaar vaderland, Achter onze blonde duinen En het blanke Westerstrand; Schieten weder de narcissen In hun gele warmte op, Gaafgekleurde vroege tulpen Springen voorlijk uit hun knop. Velden vol met hyacinten Streelen 't oog met zachte kleur, En de neus met lenteweelde Van een lang gemisten geur. In de nog A-prille lente Wordt ons Holland weer gewekt Uit zijn slaapje, en als Bolland Met een kleurig kleed gedekt. En al zijn wij telken jare In het bollenland geweest Strakjes gaan wij weer genieten Dit steeds nieuw oubollig feest; Want voor onze zomervreugde Is de grondslag eerst gelegd. Als het land der bollenkweekers Het met bloemen heeft gezegd. Opdat de schoonheid niet door financieele zorg worde overschaduwd. Van sluiting geen sprake. Dr. Jac. P. Thijsse. Slechts weinigen zullen den Planten- en Vogeltuin in het Bloemendaalsche Bosch kennen; maar Thijsse's Hof kent iedereen. Het eerste is de officieele naam van de stichting die nu negen jaar geleden is ge schonken door enkele vrienden en vereer ders van den heer Jac. P. Thijsse ter gele genheid van zijn zestigsten verjaardag. De bedoeling van Thijsse's Hof is: op duidelijke massale wijze de duinflora tentoon te- sprei den, wat het beste wordt bereikt wanneer men groepen van een bepaalde soort bijeen brengt waardoor de hoeveelheid tot den voorbijganger spreekt. Het is wonderbaarlijk (en ofschon honder den deze plaats geregeld bezoeken lijkt het ons dat nog veel te weinig van deze open luchttentoonstelling wordt geprofiteerd) hoe veel men op twee hectare heeft bijeen kun nen brengen. Als richtsnoer voor datgene wat in Thijsse's Hof verzameld wordt is het boek van den grooten Haarlemmer Frederik van Eden, den stichter van het Koloniaal Museum, die omstreeks 1830 hói Onkruid schreef, waarin hij talrijke duinplanten noemde. In de jaren die Thijsse's Hof reeds bestaat heeft men alle houtgewassen die in de duinen voorkomen reeds bijeen weten te brengen. Bovendien prijken er, soms verscholen, soms op het open veld, drie honderd soorten kruid achtige planten. Het is er een weelde van grooten eenvoud, omdat alles zoo natuurlijk samen gebracht is en de door Leonard Springer ontworpen vijver geeft aan den geheelen tuin het ac cent dat bijzondere, waardoor de tuin geen tuin meer is, maar duin; een stuk echte natuur. Wij hebben den heer Thijsse wel eens hooren zeggen dat Thijsse's Hof niet alleen een monument voor hem is. maar minstens evenzeer een monument voor den tuinarchi tect Leonard Springer. Door de aanwezige flora komt aliens een eigen fauna in Thijsse's Hof, een fauna die bij de flora past natuurlijk en men ziet, hoe het duinkarakter van Thijsse's Hof met den dag bijkans wint en hoe te midden van het hoogopgaand geboomte van het Bloemen daalsche Bosch, een duinlandschap ontstaat uniek in zijn kleinheid, uniek in zijn fijn heid en uniek in zijn volledigheid. Het is door een onaangename omstandig heid dat onze aandacht werd gevestigd op dit plekje schoons, een omstandigheid die in flag ranten strijd is met de schoonheid van Thijsse's Hof en met de bedoeling van de stichters. Moeilijkheden Meer niet: moeilijkheden, die te overwin De Engeischman Martin Lindsay gaat een onderzoekingstocht naar de Noordpoolstreken ondernemen, waarbij hij gebruik zal maken van een speciaal voor deze expeditie ge construeerde „ijsfiets". nen zijn, omdat het ..slechts" financieele moeilijkheden zijn, doch die desalniettemin overwogen dienen te worden. Het lijkt echter op het oogenblik wel alsof de heer Thijsse, ter wiens eere Thijsse's Hof werd gesticht, meer met de lasten te maken zal krijgen dan met de lusten. Organisatorische lasten, wel te verstaan. Maar wie Jac. P. Thijsse kent. weet dat er geen grooter optimist bestaat, en dat hij zijn optimisme nooit heeft be rouwd, omdat hij het nooit heeft hoeven te berouwen. Dat het moois in thijsse's Hof geld kost hoeft wel geen betoog, want dat is veelal met moois inhaerent en de loopende kosten per jaar bedragen ongeveer 2000 gulden. Daar van maakt het salaris van den tuinman die een uigebreide taak heeft een belangrijk deel uit, maar ook de aanschaffing van werktui gen en andere benoodigdheden komen ten laste van de exploitatierekening. De grond is nog eigendom van de gemeente, die hem voor de formeele som van f 1 per jaar verhuurt, en zich tevens heeft belast (zooals vroeger in de notulen van de vergaderingen is vastge legd) de helft van alle onkosten te betalen tot een maximum van f 1000. Het resultaat was dat Thijsse's Hof dus elk jaar 1000 gulden ontving, totdat de gemeente Bloemendaal ook hier ging bezuinigen en de bijdrage hal veerde. Met 500 gulden minder moet Thijsse's Hof het voortaan doen en daar dit onmoge lijk is moest men in eerste instantie met de reserves beginnen, die nu langzamerhand ook uitgeput raken. De bijdragen van de ruim 100 leden zijn niet voldoende om de kosten te dekken, en daarmee is de financieele moeilijkheid waar in Thijsse's Hof langzamerhand is gaan ver- keeren. duidelijk gedemonstreerd. Dus Thijsse's Hof wordt gesloten? Die veronderstelling is even onmogelijk als de opheffing van de Nederlandsche Bank te voorspellenWant waar de nood het hoogst is. zijn een paar hondei-d guldens het meest nabij, en ofschoon het er natuurlijk om te doen is dat men niet voor een tijdje is ge holpen maar voor de altijd durende toekomst, is men tevreden met een begin.... Eigenlijk (en het klinkt eigenaardig daar over te spreken, terwijl men zorgen heeft met de gewone kosten) eigenlijkheeft Thijs se's Hof f 2000 noodig om een pomp te bou- wen die het waterpeil in den vijver op goede hoogte te houden. Anders zouden de planten die men in de natte duinpannen vindt, en die hier om den vijver zijn geschaard, wel eens verloren kunnen gaan. De rest van deze f 2000 zouden noodig zijn om een gidsje te la ten drukken, waardoor de bezoekers een .stille deskundige op hun wandelingen door Thijs se's Hof zouden kunnen meenemen Tevens zou in dat gidsje een klein winstobject kun nen zitten Thijsse's Hof is in moeilijkheden, moeilijk heden die te overwinnen zijn, omdat het „slechts" financieele moeilijkheden zijn. De vraag die het bestuur van Thijsse's Hof bezig houdt is: „Wie helpt ons van die moei lijkheden af?" De vraag is niet: „Hoe komen we uit deze moeilijkheden?" Want daarvan is iedereen zeker. BOUWMAATSCHAPPIJ DOOR COLUMBIAAN OPGELICHT. Een aan de Keizersgracht te Amsterdam ge vestigde Bouw- en Handelmaatschappij is de dupe geworden van de practijken van een Columbiaan, die deze onderneming voor een bedrag van f 10.000 a f 11.000 heeft opgelicht. De directie dezer onderneming was door zakenvrienden met genoemde persoon in kennis gekomen. Hij gaf hoog op van zijn relaties in Colubia. daarbij voorgevende dat hij er groote bezittingen had en er goede zaken kon doen. In goed vertrouwen heeft de firma hem toen gelden verstrekt, die tot gemeld be drag zijn opgeloopen. Thans is gebleken, dat alle verhalen van den Columbiaan op fanta sie hebben berust, zoodat aangifte is gedaan bij de politie. Het vermoeden bestaat dat de oplichter naar Frankrijk is uitgeweken. EUROPEESCHE KOFFIE- HANDELAREN. Een studiereis. ONDERZOEK DER INTERNATIONALE KOFFIE-SITUATIE? Naar wij vernemen zullen 18 April a.s. verschillende geïnteresseerden uit den kof fiehandel uit Amsterdam en Rotterdam zich ie Genua inschepen voor een reis naar Bra zilië op uïtnoodiging van het Nationale Koffie Departement te Brazilië. Ook uit andere Europeesche voor den koffiehandel belang rijke centra als Hamburg en Havre zullen enkele vertegenwoordigers deze reis mee maken. De uitnoodiging geschiedde door be middeling van de firma Almeida Prado, die als agente optreedt van de Braziliaansche regeering. Het juiste doel van deze reis is niet bekend, doch men mag aannemen, dat de huidige internationale koffiesituatie aan een grondig onderzoek zal worden onderwor pen. Thijsse's hof in moeilijkheden. pag. 1 Koningin Emma in de Provinciale Staten herdacht. pag 1 Een commissie Zwetbroek ingesteld door het partijbestuur der S.D.A.P. pag. 2 Fransch-Poolsche onderhandelingen in voor bereiding. pag. 3 Internationaal geldvervalscherscomplot te Warschau ontdekt. pag. 3 Opnieuw spanning in de Amerikaansche auto industrie. pag. 3 Massavlucht uit het protestantisme in Duitsch land? pag. 3 De Japansche regeering studeert over het in evenwicht brengen van de Ned. Indische han delsbalans. pag. 4 De teeltregeling van het rundvee. Vergunnin gen hoogstens drie maanden geldig. pag. 4 ARTIKELEN, ENZ. K. de Jong. Operette-avond van „De kleine Stem". pag 6 Jhr. dr. B. de Jong van Beek en Donk. Het einde van de Zwitsersohe regeeringscrisis. pag. 3 neemt eengemakkelijkestoel en laat U door ons ter zake kundig personeel rustig inlichten omtrent prijzen en kwaliteiten. BRANDSTOFFEN HANDEL Kantoor en Magazijnen Kinderhuiiiingel 2, Tel. 11979 (2 lijnen) (Adv. Ingez. Med.) VOOR DEN VREDE. De afdeelingen Heemstede en Omstreken van „Kerk en Vrede' en van den Algemeenen Nederlandschen Vrouwen Vredebond, beleg gen a.s. Vrijdagavond 13 April een openbare vergadering in het gebouw van den Nederl, Protestantenbond Postlaan 16 te Heemstede, waar als sprekers zullen optreden: Ds. N. Padt van Zandvoort met als onderwerp: „In de loopgraven van het vredesfront" en de heer Fedde Schurer met het onderwerp: „Hebben wij ons vergist?" MEISJE LOOPT TEGEN AUTO AAN. Maandagmiddag heeft op den Binnenweg een ongeluk plaats gehad. De heer H. kwam met zijn auto uit de richting Haarlem. Uit de tegenovergestelde richting kwam een tram en op het oogenblik dat de heer H. met zijn auto naast die tram reed kwam plotseling het 8-jarig meisje de R„ wonende alhier achter de tram te voorschijn en wilde den weg over steken. Zij liep daarbij tegen de auto met het gevolg dat zij viel en een lichte hersenschud ding opliep. Op advies van dr. D. is zij per auto naar haar woning vervoerd. Den be stuurder van de auto treft, volgens ooggetui gen geen schuld. DE WETGEVER EN HET HUURKOOP- SYSTEEM. Men schrijft ons: De Nederlandsche Bond van Credietgevers, afdeeling Haarlem, belegt a.s. Donderdag avond 12 April, in hotel Centraal, Groote Houtstraat, een vergaderng. naar aanlei ding van de ingrijpende regeeringsmaatrege- len ten opzichte van het credietstelsel. Aangezien de Staats-commissie inzake wet telijke regeling van den afbetolingshandel de regeering heeft geadviseerd de cumulatie van schulden ten aanzien van de credietnemers over te laten aan het particulier initiatief, deelt het bestuur van de afdeeling Haarlem mede. dat hiervan bij haar aangesloten le den geen sprake is. dank zij de uitnemende wijze van het bondscontróle-bureau. Als sprekers zijn bereid gevonden Mr. J. H C. Kok, Schiedam. J. Roggeveen, Haarlem en E. J. Alberts Jr.. Amsterdam. EEN CONCERT VAN „DOOPSGEZIND ZANGKOOR". Op Woensdag 25 April geeft het Doopsgezind Zangkoor zijn voorjaarscvoncert in het Doops gezinde Kerkgebouw. „Ein geistliches Abend- lied" van Reinecke en „De Stilte" van Hendrik Andriessen zullen o.a. worden uitgevoerd. Als solisten verleencn Dini van Da alen. so praan. Willem Schansman, tenor, Jacob Bijs ter. orgel en Gose Kroese, piano, hun mede werking. „OBERAMMERGAU EN ZIJN PASSIESPEL". Over bovengenoemd onderwerp zal de heer A. Clippers Vrijdagavond 13 April a.s. in de Tuinzaal van het Gem. Concertgebouw een lezing, met film en lichtbeelden houden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 1