1 U)i£t tl -fJOOOmnmp H.D. Het Scheveningsche systeem. CARAVELUS PRIJSVRAAG VERTELLING VRIJDAG 27 APRIL 1934 HAARLEM' S DAGBLAD 9 LETTEREN EN KUNST Het Tooneel te IJmuiden. VARIA. DE DOOFPOT. Na de première van De Doofpot te Haarlem, schreef ik, dat Jaap van der Poll van dit blij spel vooral bij de dilettanten genoegen zou be leven. Men behoefde de opvoering van Varia te IJmuiden gisteren maar bij te wonen, om te zien, hoe dit stuk „eten en drinken" is voor het liefhebberijtooneel. Luidkeels schaterde het publiek telkens weer om den lobbes Josef en zijn steile ega Cornelia en uitbundig plezier had het, toen Cornelia eindelijk getemd werd. Den humor van Jaap van der Poll kan men nu niet bepaald altijd fijn noemen, maar Hol- landsch is zijn stuk toch en dat is een dei- redenen van het succes. Zoowel de spelers als het publiek zijn in De Doofpot op bekend ter rein en het bleek weer eens, welk een groot voordeel dat is. In lang heeft Varia geen op voering gegeven, die zoo is ingeslagen als gis teravond en de spelers kunnen dan ook in alle opzichten tevreden zijn. En het was ook een alleraardigste, vlotte voorstelling. Hier vonden nu bijna alle spelers een kolfje naar hun hand. Het was een voordeel voor hen, dat de heer A. P. Roza weer de regie voerde en aan het geheel de juiste, Hollandsche klein-burgerlijke sfeer van dit gezin wist te geven. Die sfeer was er reeds dadelijk door het decor en de meubelen en voordat er nog een woord gesproken was kwam de saaie Zondag-stemming al over ons. Jaap van der Poll legt het er in zijn blijspel nog al aardig dik op en het was verstandig van de spelers, dat zij er niet nog een schepje op deden; zij bleven zoo veel mogelijk binnen de hen gestelde perken. Het tempo was aldoor behalve een kleine hapering in I goed, de typeering van het milieu was raak en het spel levendig en typeerend. In deze voorstelling was het nu eons me vrouw Neve-Dollé. die het meest uitblonk. Haar Cornelia was werkelijk een creatie. Zij was deze steile, strenge vrouw volkomen en zij deed in deze rol in sommige tooneelen niet veel voor mevrouw de Boervan Rijk onder. Niet alleen in typeering, ook in haar komisch spel gaf me vrouw Neve gisteren iets uitstekends en zij had geen moment van inzinking. Zij speelde tot het laatste toe op „volle kracht". En toen eindelijk in het derde bedrijf het moederlijk gevoel in deze harde vrouw doorbrak, gaf zij het beste van den avond. Dat is het grootste compliment, dat ik haar geven kan. Josef was als geschapen om door den heer D. J. Bais gespeeld te worden. Bais heeft al heel wat pantoffelhelden „opgebracht" in zijn leven, maar zelden een met zoo merkbaar ge noegen als dit slachtoffer van zijn tang van een wijf. Cornelia was feitelijk overtuigender dan haar man. die de sfeer van de Duitsche klucht in tegenstelling met den Josef inder tijd van Ezerman nog wat veel om zich heen had, maar in deze opvatting was de heer Bais kostelijk. Zijn beste moment had hij aan het slot van II, toen hij zij dochter tegen haar moeder verdedigde en eindelijk „man" werd. Dat was een staaltje van voortreffelijk ko misch spel. Holtslag zagen wij gisteren weer eens in zijn volle fleur. Hij vulde het tooneel en de zaal met zijn g ul spel en zijn breed en vollen lach. Had hij in den wedstrijd van Van Lennep eens zoo'n rol gehad, dan zou hij zijn kans niet heb ben laten voorbijgaan. Deze oom Jaap was een en al jovialiteit en hartelijkheid. Alleraardigst was hij ook in zijn spel met Frau Kranz, waarin hij van mej. Peek, die ook een gelukkigen avond had, uit stekend tegenspel kreeg. Dat een stuk in dezen tijd gauw veroudert, bleek wel uit Jaap's gezegde: „Kom maar bij ons in de sui ker! Daar is geld te verdienen!" Er zal bij deze woorden door de menschen, die Indië ken nen, gisteren wel gemeesmuild zijn. Boeree had weinig moeite met Beukers, Jaap's vriend. Zijn spel onderscheidde zich weer door losheid, natuurlijkheid en fleurig heid. Welk een goede kracht heeft Varia toch aan Boeree! Het was gisteren weer een ge noegen hem in dit milieu, waarin hij zoo vol komen past, te zien spelen met mevrouw Roza-Peek, die Marietje kleur en leven wist te geven. Mevrouw Roza wist de levensdrift in dit opstandige meisje aldoor te laten voelen, zonder een oogenblik van opzettelijkheid. Een zeer goede rol van haar. Mevrouw Boeree- Karreman had een minder moeilijke en ook minder dankbare taak. Zij speelde Annetje, het actricetje, sympathiek en overtuigend. Dat Job veel kans heeft nog eens een beroemd tooneelspeler te worden, betwijfel ik en het verwonderde mij zelfs, dat hij al was het dan maar als volontair door een directie was aangenomen. Maar laat Job niet- wan hopen. Hebben ze zelfs mevrouw Mann en Cor van der Lugt in hun jeugd niet alle talent ontzegd? Misschien, dat Job aan hen verwant is, maar hij zal dan nog 'n langen, moeilijken weg hebben af te leggen. En dan was er nog tante Chrisje! Laten wij haar niet vergeten, want zij werd met zoo'n liefde gespeeld door mevrouw List-Daalder, dat zij onmiddellijk ons aller sympathie had, En dat was in dit nu niet bepaald onpartijdige stuk wel noodig'. Het was een aardige gedachte van haar medespeelsters, om mevrouw List- Daalder voor de pauze met een bloemenmand te huldigen, Mevrouw Roza deed dat op lieve, wijze en er was een sfeer van hartelijk" warm medeleven na deze huldiging in de zaal. Voor Varia was de opvoering van De Doof pot een mooi slot. Alleen was het jammer, dat wij ditmaal den heer Sam Vlessing aan het hoofd van zijn Kunstkring moesten missen. Van harte wenschen wij den populairen en sympathïeken toonkunstenaar spoedig her stel toe J. B. SCHUIL. MUZIEK. Concertgebouw te Amsterdam Mengelberg dirigeert weer. Van de gebeurtenis waarop muzikaal Am sterdam maandenlang gewacht heeft, heb ben we Donderdagavond getuige mogen zijn. Men heeft naar Mengelberg's herstel, zijn terugkomst, zijn ambtshervatting reikhal zend uitgezien; men heeft er de redding van het orkest, van de instelling, die den roem van Nederland tot ver over onze grenzen brachten van verwacht. Het verlangen is werkelijkheid geworden; de verwachtingen zijn bekroond met een manifestatie, die een schoone belofte bergt. Ik bedoel met deze manifestatie niet in de eerste plaats de grootsche huldiging, het minutenlange applaus, dat den dirigent be groette en dat pas te stillen was, toen hij zelf door gebaar en woord er om verzocht. Ik be doel de enorme belangstelling, die zich in een tot berstens toe vol Concertgebouw demon streerde: een volte zooals men in dezen Hier is Uw kans! Rook onze 3 nieuwe merken (IRAK 35 ct., BOUQUET 30 ct.f ELEGANT 25 ct.) en geef Uw oordeel. Schrijf in niet meer dan 100 woorden welk merk No. 1 wordt en waarom (met de volgorde der beide andere). Schrijf korte logische taai; op schrijftrant wordt niet gelet. Doe mee aan de groote (Adv. Ingez. Med.) kunsttempel de laatste jaren alleen nog bij Ketelbeymuziekjes, jazzbands en politieke demonstraties, maar ïiiet bij de eigen concer ten gekend heeft. En nu moge de volte van Donderdagavond mede aan bijzondere, op sensatie-beluste motieven toe te schrijven zijn: grootendeeLs moet zij toch èen gevolg zijn van het verlangen om weer eens te hoo- ren musiceeren, zooals men dat van Mengel berg en van geen ander gewend was, om weer eens de huivering, de bekoring te on dergaan, die zijn interpretaties geven. De volte was oorzaak dat ik slechts in een der loges plaats kon krijgen. Over mijn lot en logegenooten beklaag ik me niet: ik was in goed gezelschap waartoe o.a. ook de heer en mevrouw Van Beinum en de heer Van Leeuwen Boomkamp behoorden. Maar de ware gordijnen vóór die loge dempen het geluid heel erg, en het licht dat uit de zaal naar binnen komt is nauwelijks voldoende om de noten eener partituur te onderschei den. Maar men heeft er één voordeel: men kan er, althans zoolang het publiek op de gaanderijen zitten blijft, den dirigent en face zien. En dit is t.o. van Mengelberg een voor deel van speciale grootte. Het is merkwaardig hoe zich op het gezicht en in het gebaar van dezen man alle momen ten der muziek afspiegelen, hoe hij visueel de beteekenis van elke wending, van elk rythme interpreteert. Zie zijn Mozart-symphonie, die in Es. K.V. 543. Rechtop staat de. figuur, het hoofd in den nek, de lippen opeengesloten, de dirigeerstok vast omklemd: hier heerscht het rythme, zoolang de inleiding duurt, tot aan de laatste maten vóór het Allegro. Dan wordt de houding soepel en bij de eerste ma ten van het Allegro is het als streelden de handen een onzichtbaar beeld. Hij model leert, hij bouwt, hij toovert en geraakt zelf on der de bekoring van wat hij schept; een lichter rythme wiegt hem, een krachtig doet hem pal staan. De linkerhand bezweert, wekt op. maant tot opmerkzaamheid. Soms schijnt het alsof hij tot het orkest wil zeggen: „hoort, hoort, hoe schoon dat is!" Bij het Andante wordt de dirigeerstok neergelegd: slechts de handen streelen, vormen, houden zachtkens terug, gedoogen den voortgang. Daar wordt geen „maat geslagen": het orkest kan het. zonder dat ook; daar wordt alleen gesugge reerd, stemming gewekt. En het is bewonde renswaardig hoe juist het midden tusschen het ongevoelige en het sentimenteele. tus schen het mechanische en het geaffecteerde wordt gehouden: hoe elke noot, elke frase tot leven worden gewekt, tot een individueel leven in een ideeël verband, O, mocht onze heele maatschappij, ons heele wereldtoestel zóó zijn als deze Mozart! Het'was goed dat de pauze Mozart en Mahler scheidde: de overgang, de tegenstel ling ware anders te sehriinend geweest. Niet dat de vertolking van „Das Lied von der Erde" minder ideaal was: zij toereikte een haast bovenmenschelijken graad van fijnheid en volmaaktheid. Maar Mahler's pessimisme en levensmoeheid laten zich slecht rijmen met het zonnige van Mozart's muziek. In twee van de zes afdeelingen, waaruit Das Lied von der Erde bestaat, is ook wat zon en blijheid te vinden, nl. in „Von der Jusend" en „Von der Schönheit" en in één „Der Trun- kerie im Frühling" is kunstmatig opgezweep te levenslust, maar de rest is bitterheid of weemoed, en de laatste schijnt in „Der Ato- schied" schier eindeloos Hoe deze partituur, wellicht de geraffi neerdste die Mahler schreef, vertolkt is, stip te ik reeds aan Van de beide vocale solisten was de tenor Martin Oehman prachtig in stem en expressie; de alt Rosette Anday viel mij tegen. Zij vibreerde erg in de hooge to nen. zong expressivo waar Mahler voor schrijft: „ohne Ausdruck" en voldeed me al leen in de lagere registers. Dit is natuurlijk bedoeld wat de stemkwaliteit betreft. De voordracht werd door den dirigent bepaald, Maar het is toch verwonderlijk dat men haar deze partij opdroeg, als men weet dat we hier in ons midden een altzangeres hebben, die vocaal boven Rosette Anday staat: die een maal in Weenen met haar in Mahler's Acht ste zong en van wie men daar toen zeide: „die Hollanderin war aber viel schoner!" Een profeet Over de ovaties na afloop kan ik zwijgen. Mengelberg stond hand in hand met de so listen en boog en dankte, en men klapte, zoo eindeloos als ,.Der Abschied". „Der Riickkehr"! En een blijde, een hoop gevende! K. DE JONG. FEESTAVOND VAN DEN ORANJEBOND „PRINSES JULIANA". In het gebouw St. Bavo in de Smedestraat hield de Oranjebond „Prinses Juliana", afdee- ling Haarlem Oost van de Vereeniging Ko ninginnedag een feestavond ter gelegenheid van den vijf en twintigsten verjaardag van Prinses Juliana. De heer J. H. van Engelen, de voorzitter, opende met een welkomstwoord aan de zuster verenigingen die eveneens aanwezig waren. Het programma werd in de eerste plaats ver zorgd door het duo Kees Klare en Bram Flora, de eerste als humorist en de tweede als chan teur en kunstfluiter. Ze veroverden spoedig aller harten, vooral die der dames na hun lof lied op het zwakke geslacht. De „Lowland Singers", laten we ze vergelijken met de Come dian Harmonists, zongen schlagers, vierstem mig en heel goed. Door hun vele, niet ter zake doende bewegingen, ging er echter weer veel verloren. De band, die Jolly Band heette, deed dezen naai» eer aan en was ook erg vroolijk, Onder leiding van. F. de Paus stelde zij de dansenden tevreden die van middernacht tot twee uur konden zwieren. De balleiding was in handen van den heer W. Schroder, die evenals alle medewerkers voldaan op dezen avond kan terugzien. Bridge Drive. In Haarlem's Dagblad van Maandagavond kwam een verslag voor van de bridge drive gehouden in Restaurant Hildebrand op Za terdag j.l. door de Afd. Haarlem van den Nea. Bridge Bond Mij trof de volgende zinsnede „zonder aan het goede spel van de prijswinners iets te kort te willen doen, bleek hoezeer men bij dit veelgebruikte wedstrijdsysteem afhankelijk is van de door de spelers in dezelfde lijn behaal de resultaten op de tegenpartij," etc. Wij allen weten dat bij iederen wedstrijd een zekere mate van geluk mee moet werken, althans in den regel mee zal werken. Heeft iemand van U gedacht dat Holland van Ier land per „geluk" gewonnen heeft, hoewel de heer Hollander bijna smeekend riep „als het geluk onze jongens nu niet héélemaal in den steek laat, moet er nog een doelpuntje ko men"? We zaten in een grooten kring om de radio en we drukten onze duimen op kramp achtige manier; m'n kleine jongen hield z'n hand op de papieren goal van de Ieren in de A. V. R. O,-bode en wilde de goals op die manier verhinderen. We wilden allemaal „geluk" voor Holland forceeren, maar heeft iemand eraan gedacht, het winnen van den wedstrijd aan iets anders dan superieur spel toe te schrijven? Waarom spreken we bij de loting bij wedstrijden van gelukkig of onge lukkig geloot? Wordt het spel daardoor min der? Neen! Maar het doet er zooveel toe tegen wien we spelen, hoewel op den langen duur toch blijkt dat de sterkste ook de winnaar is. En als we dan het afgeloopen seizoen be schouwen en de uitslagen der verschillende bridgewedstrijden nagaan, dan treffen we toch steeds weer dezelfde namen aan. Alle maal geluk. Het Scheveningsche systeem met haar matchpoints per tafel, is na lang gebruik toch wel het beste gebleken. Men heeft gezocht naar nog iets beters, en het is maar gelukkig dat die drang naar steeds beter blijft voort bestaan, maar gevonden heeft men het niet. Systeem Scneveningen heeft bewezen, dat het een goede basis tot vergelijk van speelkrach- ten vormt. Vooral de beoordeeling per tafel is zooveel waard, daar men nu door „buitenge woon geluk" aan één tafel, ook slechts aan deze eene tafel een goed rangnummer krijgt, wat wel eenigen invloed heeft op het eind cijfer, echter niet het beeld van een geheelen speelavond weergeeft. Ik zelf heb op den wedstrijd van Zaterdagavond meegespeeld en hoewel ik mij allerminst als expert wil"op werpen, heb ik toch genoeg bridgewedstrij - den geleid, om mij een oordeel te durven aanmatigen. Niet meer dan bij iederen anderen wedstrijd heeft hier de geluksfactor als vijfde partner meegespeeld. Ik heb wel eens gezien dat door slecht tegenspel of slecht bod een voordeel werd behaald, dat bij goed tegenspel niet mo gelijk zou zijn geweest; ik heb óók gezien dat diezelfde paren aan een andere tafel door pech, of door een z.g. psychologisch bod dei- tegenpartij, weer onverdiend down gingen. In ieder geval hebben de paren die gewonnen hebben, alleszins verdiend gewonnen. Hun totaal aantal matchpoints was wel zooveel beter, dan dat der daarop volgende paren, dat gerust dat „buitengewone" geluk aan een of twee tafels had kunnen worden uitgescha keld en dan waren zij met hun „pech" aan andere tafels altijd nog nummer één geble ven. Op den duur wint de beste speler. Maar nu eenmaal het onderwerp der winstkansen bij wedstrijden naar voren is gebracht wil ik ook maar nu van een anderen kant daar het licht eens op laten vallen. Het komt hoe langer hoe meer voor dat er psychologisch geboden wordt. D. w. z. dat men een bod doet. dat volkomen ongemotiveerd is, om daardoor de tegenpartij „bang te maken", van slem af te houden, of om te voorkomen dat zij een manchebod in sans atout bereiken. De gekste biedingen worden hiermede ge- excuseerd en dat een speler met onbewogen gezicht twee harten biedt met harten drie sec in handen, is geen fantasie van mij, hóógstens fantasie van den betreffenden speler. Met een dergelijk bod misleidt men niet alleen de tegenpartij, doch ook den eigen partner, en wanneer deze op dat bod voortbouwt en er een geweldige down volgt, is het leedvermaak der bedrogen spelers en de verontwaardiging van den eigen partner volkomen begrijpelijk, Dat dit echter tot een prettig en sportief spel leidt is buitengesloten, en het nut van deze biedingen is volgens mij alleen negatief, tenzij de eigen partner precies weet wanneer een bod misleidend is en wanneer niet. Dit, zou alleen dan te onderscheiden zijn wan neer op verschillende manier geboden wordt, b.v. „twee schoppen" is een echt bod en ,.twee schop" misleidend. En dan heeft het nog slechts effect wanneer alleen de eigen partner het weet. Hoe dergelijk bieden ge- qualifieeerd zou moeten worden, laat ik gaar ne aan uw eigen verbeelding over. Laten we toch vooral niet vergeten dat het bod bij bridge bedoeld is als informatie, niet alleen voor den eigen partner, doch ook voor de tegenpartij. Na het eindbod zullen dan bei de partijen, gebruik makende van deze infor maties, trachten het voor hen beste eind resultaat te bereiken. Bridge is een weten schappelijk spel en het komt hoofdzakelijk op het goed beoordeelen van het bod, en het daarvan gebruik maken, aan. Natuurlijk blijft het altijd spel, en wordt het nooit, zoo als sommigen zeggen, het oplossen van een rekensommetje, daar de honneur trekken verdisconteerd kunnen zijn in azen, of heer- vrouw. aas-vrouw, etc. Wie dit uit het bod het beste weet te beoordeelen en daar bij het spelen het beste gebruik van weet te maken, is m.i. de beste speler. Wanneer alle spelers zich daaraan houden, zal men tot een juiste beoordeeling van het spel kunnen komen. Grooter gevaar voor de wedstrijden dan een bepaald beoordelingssysteem is het mislei dende bod. Men geeft hiermede een onjuiste inlichting, hopend dat de tegenpartij op die inlichting vertrouwend, het spel anders zal opbouwen en daardoor down zal gaan, Is dit nog spel? En is een beoordeeling van spelers nog een beoordeeling van spelkwaliteit? Wanneer een dergelijk bieder een voordeel aan een tafel behaalt, heeft hij dit immers niet door zijn spel, maar door zijn misleidend bod behaald. Trouwens de naam „misleidend" bod zegt al genoeg. Men moet nu vooral niet denken, dat spelers die deze biedmethode volgen, unfair willen spelen. Zij volgen slechts een nieuwe methode, die, helaas, hoe langer hoe meer navolging vindt. Het schijnt dat men niet diep genoeg heeft nagedacht over de beteekenis van het bod bij bridge, want ik kan niet aan nemen dat deze psychologische biedingen dan een zoo ruim veld zouden hebben veroverd. In het orgaan van den Ned. Bridge Bond stond enkele maanden geleden een open brief van den voorzitter van den Deenschen Bridge Bond aan Mevrouw Culbertson, waar in hij schreef dat hij in haar teleurgesteld was, daar zij biedingen gedaan had. die beter aan een pokertafel, dan bij het bridgespel pasten. Hij noemde dergelijke biedingen een beleediging. het bridgespel aangedaan en stelde ze gelijk met het geven van een stoot onder den gordel bij het boksen. Men zou goed doen eens ernstig over dit punt na te denken en de fout liever te zoeken in deze richting, dan in het systeem der wedstrijd leiding, hoewel natuurlijk ook hier iedere verbetering hartelijk welkom is. Tot slot zou ik nog nadrukkelijk willen verklaren dat, voor zoover ik dit heb kunnen beoordeelen, de winnaars van Zaterdagavond niet van het systeem der psyshologische biedingen gebruik hebben gemaakt. H. M. DE BALBIAN VERSTER EXPEDITIEBEDRIJF P. J. BOS, GOUDEN JUBILEUM. Het expeditiebedrijf van den heer P. J. Bos in de Spaarnwouderstraat zal Maandag 30 April a.s. 50 jaar hebben bestaan. De heer Bos is de oudste bode op Amster dam hier ter stede. Zij nvader „joeg" al een jaagschuit tusschen Haarlem en de hoofd stad. Daarna werd het bedrijf uitgevoerd met een hondenwagen; vervolgens werden paar den aangeschaft en nu is het een modern in gericht expeditiebedrijf, dat over verschillen de vrachtauto's beschikt. De heer Bos, die 62 jaar is. rijdt ook zelf nog geregeld op Amsterdam. In den tijd van de wielrenners Stol, Rut enJaap Eden was hij een bekend amateur wielrenner. Hij heeft verschillende prijzen behaald. ...ARBEIDERSSTRI.TD IN NEDERLAND EN SPANJE". Men schrijft ons: Het Synd. Plaatselijk Arbeidssecretariaat en de Vrije Socialisten Vereeniging vieren den 1-Meidag onder de leuze „algemeene werk staking ter verkrijging van grond en produc tiemiddelen ten bate van de gemeenschap". Des avonds wordt een openbare vrrgadering gehouden in „Caecilia". Jansstraat, waar als spreker optreedt de heer Alb. de Jong met het onderwerp: „Arbeidersstrijd in Nederland en Spanje". ONZE KINDERRUBRIEK De rubriek „Voor onze Jeugd zal in ons nummer van Zaterdag worden opgenomen. FEESTAVOND WATERRATTEN Woensdagavond had de laatste der maan- delijksche clubavonden van „De Waterratten" plaats. De gewenschte stemming was er reeds spoedig in: eenige bekende schlagers werden door de leden medegezongen. Daarna werd met het opvoeren van tooneelstukjes begon nen. Het tconeelgezelschap, dat avond aan avond repeteerde om de leden aangenaam be zig te houden, is er volkomen in geslaagd de toeschouwers te boeien. De spelers kenden hun roller, uitstekend. Er werd door de too- neelafdeeling ook nog een eigengemaakt pro- pagandastukje opgevoerd. Dit is één der mooiste propaganda-avonden van het geheele seizoen geweest. AANBESTEDING Hedenmorgen werd door den Rijkswater staat alhier aanbesteed: het uitvoeren van bagger- engrondwerken in en vóór de Rijks havens op Texel, Vlieland en Terschelling. Ingekomen waren slechts vijf biljetten. Het laagst werd ingeschreven door de N.V. Maat schappij tot aanneming van waterbouwkun- dige werken v.h. A. Hofman te Haarlem, voor 1 9875.-'. J De baard. In Utrecht was hij in den trein gekomen en van het oogenblik af. dat hij schuchter en on handig had plaats genomen in het hoekje te genover mij, had ie me gefixeerd. Het is nooit prettig strak aangekeken te worden, doch zooals deze man me opnam, was bepaald on beschoft. Na tien minuten hield ik het niet langer uit. „Ziet u wat aan me?" vroeg ik verbolgen maar niet zeer origineel. Hij. glimlachte en de kinderlijke uitdrukking van z'n bol-rond, clean-shaven gezicht was om er dol van te worden. Met zachte stem antwoordde hij; „Neen, maar ik meen u te kennen. Misschien begrijpt u me beter, wanneer ik u venei, dat mijn naam Ariel is, trits Ariel' „Dat i niet mogelijk" riep ik uit, „wjnt Ariel draagt een prachtigen vollen baard!" „Juist!" antwoordde mijn overouur triom fantelijk, ,.maar u dient te zeggen: dröèg een prachtigen baard, want hij is verdwenen in den vuilnisbak van den barbier". Nu was het mijn beurt hem verbaasd en oplettend aan te zien. Inderdaad, het was mogelijk in den man mijn vroegeren vriend te herkennen. Sedert, ik het dorp /crlaten had het dorp, waar wij onze avonden door brachten met schaken, boomen, of een par tijtje biljart, het dorp waar we Ariel in de soos plagend „Landru" noemden had ik hem niet meer gezien. Ik kon niet nalaten te zeggen: „Het is jam mer, dat je dat ding hebt laten afscheren, want mèt je baard heb je beslist iets verlo ren. dat je onderscheidde van je medesterve lingen en dat je bij het zwakke geslacht een streepje vóór gaf". Frits knikte en plotseling kreeg zijn gezicht een vermoeide uitdrukking. „Ik weet het", zei hij mat en ineens be greep ik, dat Ariel verdriet had, verdriet om z'n verloren baard, misschien ook om wat anders en ik vroeg: „Kerel, wat heb je, kan ik je helpen?" Hij schudde het hoofd. ..Nee. helpen kun je me niet, maar ik wil je wel vertellen hoe ik mijn baard en m'n levensvreugde verloren heb". Hij vertelde; ...Zooals je weet, waren de meisjes in het dorp nogal gecharmeerd van me en teiecht schreven jullie dat indertijd toe aan m'n baard. Als het je tegenloopt in het leven kom je ertoe de zaken een weinig philosofisch te gaan bekijken en ik heb ontdekt, dat het on bedekte den mensch minder boeit dan het verborgene. Misschien is dat de werkelijke reden, waarom de vrouwen in het Oosten zich sluieren. Een baard verbergt je gelaats trekken, hij verhindert je medemenschen de aandoeningen van je gezicht te lezen. Dat is geen nadeel, integendeel, het suggereert zelf- beheersching en innerlijke kracht en vrouwen trekt het aan, het maakt ze nieuwsgierig, ze voelen den wensch in zich opkomen de mys teries te ontdekken, die achter den baard verborgen liggen. Genoeg echter! Dat de meisjes me graag mochten liet me meestal koud. totdat ik kort na je vertrek op een soireetje kennis maakte met de dochter van den apotheker. Van mijn kant werd het een liefde op het eerste gezicht en het meisje bleek ook al spoedig voor mij te voelen. Natuurlijk dacht ik o vervloekte ijdelheid dat ze van mij hield terwille van mijzelf. Toen wist ik niet als nu dat het dat pronkjuweel, die baard van me was, die haar fascineerde. Ik zal je niet vervelen met een uitgebreid relaas van onzen verlovingstijd. Na een jaar trouwden wij en de eerste weken van ons huwelijk waren een hemel op aarde. Na korten tijd echter begon Janna te zeu ren. Ze zeurde niet over te weinig huishoud geld, ze maakte geen scène als ik asch morste, ze kapittelde me niet wanneer ik met een van mijn vroegere vrienden een partij biljart ging spelen, niets van dit alles. Ze zeurde over m'n baard. Mijn baard moest en zou er af. Ze argumenteerde: een baard was ouder- wetsch, niemand droeg meer een baard. Ik weerde af: ik wilde niet als iedereen zijn, mijn baard gaf me iets persoonlijks. Den volgenden, dag beweerde ze. dat een kus van nxij haar deed griezelen. Ik verweet haar, dat ze daar vóór ons hu welijk ook geen last van had. Toen weer heette het, dat zc nog nooit „werkelijk" m'n gezicht gezien had, als mijn vrouw had ze toch zeker het recht mijn trek ken te leeren kennen, ze was er van overtuigd dat ik ook knap zou zijn zonder deze gelaats bedekking. Enfin, het was duidelijk, dat ik geen rustig uur meer zou hebben als ik haar niet haar zin gaf. Op zekeren dag moest ik een klant in den Haag bezoeken en ik had nog een paar uur den tijd vóór mijn trein vertrekken zou. Ik dacht: komaan, laat ik Janna verrassen. Ik ging den eersten den besten kapperswinkel binnen en beval den verbaasden figaro m'n baard te amputeeren. Toen die kerel de ton deuse tegen mijn wangarukte had ik wel wil len weg loopen. maar ik dorst niet. Wat moet ik je verder vertellen, je ziet het resultaat- en Janna zag het ook. Hij zweeg. Hij zweeg. Hij had gelijk, het was moeilijk in dit mie zerige mannetje den knappen Ariel te her kennen. Frits vervolgde: Toen ik thuis kwam was het mis. Ik spaar je de verwijten die ik moest aanhooren. de ruzie's die eenige weken lang ons leven tot een hel maakten. Ik had moeten begrijpen, zei Janna, dat ze het nooit werke lijk gemeend had. We zijn gescheiden en we hebben beiden verdriet gehad. Arme kerel, troostte ik, maar je had je baard toch weer kunnen laten groeien. „Wat had het gegeven?" zuchtte Ariel. Het was nu toch duidelijk, dat Janna niet echt van me gehouden had en als ik ooit weer trouw, dan zal mijn vrouw mij moeten nemen zooals ik nu ben, zonder baard". Hij staarde naar buiten. Ik moest het erkennen. Ariel had gelijk, maar werkelijk, ik had nooit geweten, dat er zooveel tragiek in een baard on schuilen. JAAP BEKKERS EXAMENS VERPLEGING VAN ZENUW- EN GEESTESZIEKEN Deze examens zijn voortgezet met de candi- daten uit Bethesda-Sarepta te Haarlem. Do uitslag is als volgt: Eerste examen 7 candidaten. afgewezen 2. geslaagd: B. van Beek. T. Brouwer, M. van 't Hoff, C. Hooger- boord, G. de Vries.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 15