MNKVACANTIE" IN ENGELAND. DE KAMPEERDERS ZATERDAG 26 MEI 1934 HAARLEM'S DAGBLAD 4 BUITENLAND. Door Philip Noel Baker, hoogleeraar aan de Econom. School te Londen Het. is juist 25 jaar geleden, sinds ik voor het eerst in aanraking kwam met de politiek en de politici van Canada. De heer McKenzie King, vroeger (en toekomstig) eerste minister van dit dominion nam mij op een tocht mee in den ..ministerieelen trein" van den premier Sir Wilfried Laurier. Ik geloof dat ik Sir Wil- fried Laurier toen een half dozijn speeches heb hooren afsteken, die werkelijk een die pen indruk op mij maakten, want Sir Wilfried was een bijzonder mensch. Maar wat ik mij bovenal zeer duidelijk van die reis herinner, was hetgeen ik hoorde betreffende een ze keren Canadeeschen politicus Bourrassa. Bourrassa was een „nationalist". Hij propa geerde „Canada voor alles". Hij eischte, dat Canada een „Natie" zou zijn, die gelijk an dere naties de volledige controle over al haar nationale aangelegenheden zou hebben, de relaties met vreemde mogendheden inbe grepen. Hij beweerde, dat het Canadeesche volk absoluut geen verantwoordelijkheid voor den oorlog zou dragen, als deze zou uitbre ken. Hij eischte voor Canada de neutrali teit op. wanneer dat land het zou wenschen. Ik geloof, dat ik in het Canada van 1909 geen enkele groep menschen zou kunnen vinden, die meer sympathiseerde met Bour rassa, dan de lieden, die in den trein van den minister-president over hem spraken. En toch bleef na die kwart eeuw in mijn geest de indruk achter, dat deze Bourrassa een begaafd, een imponeerend, maar zeer ze ker ook een gevaarlijk man was. De jaren gingen voorbij. De oorlog kwam. Sir Robert Borden, Sir Wilfried's opvolger, stond tegenover het „fait accompli" van een oorlog, die verklaard was. zelfs voordat Sir Robert geraadpleegd was. De toegewij de jonge man van Canada trok de zee over om deel uit te maken van de oorlogsregee- ring te Londen. Door hem had Canada een stem bij iedere beslissing betreffende de Britsche of geallieerde politiek der gouverne menten. De dagen der Canadeesche onderge schiktheid waren ten einde. En toen de oor log afgeloopen was. bevestigde Sir Robert Borden, dat zij nooit zouden terugkeeren. Bij de vredesconferentie verzekerde hij de toe lating van Canada tot den Volkenbond en hij verklaarde, ciat de andere landen heel goed begrepen. d»t de rechten van Canada pre cies dezelfde waren, als die van iederen an deren staat. De „gevaarlijke" Bourrassa had zijn land niet. buiten den oorlog gehouden; maar toen de oorlog voorbij was kwam het uit, dat door een bepaalde ontwikkeling in ae eebeurtenissen. welke maar door weinigen was opgemerkt, zijn theorie van de Canadee sche nationaliteit ten opzichte van de bui- teniandsche politiek had gezegevierd. Het systeem der „Downing Street beslissingen" had afgedaan; in het vervolg zou Canada slechts deel kunnen nemen in buitenland- sche aangelegenheden, wanneer het zelf daarin toestemde. Aan deze vraagstukken hechten wij groote waarde: Wat doet Canada met de nationali teit, die zijn soldaten en politici hebben ge wonnen? Welke positie neemt het thans m tusschen de overige staten van de wereld? Welke beginselen volgt zijn regeering? Welk doel beoogen de Canadeezen te bereiken Welk gebruik denkt het land van zijn nieu we vrijheid te maken om zijn handelingen te bepalen tegenover het Britsche Koninkrijk en de geheele wereld? Dit zijn vragen, die Europeanen gedeeltelijk aan Canadeezen kunnen stellen, als zij el kaar ontmoeten. Het zijn vragen, die de Ca nadeezen zichzelf stellen. En als de Cana deezen nog eens de wolken zich zien samen pakken aan den Europeeschen hemel; als zij zich opnieuw geplaatst zien voor een situatie, zooals Bourrassa en Borden die een kwart eeuw geleden tegenover zich hadden, dan zullen deze kwesties een met den dag ernsti ger wordend karakter aannemen. Laat geen enkele imperialist in Engeland denken, dat het antwoord een uitgemaakte zaak is. zooals dat het geval was met Borden in 1914. Toen ik in Canada verbleef ver klaarde generaal McRae, een conservatief lid van den Senaat, die als generaal in het Canadeesche leger tijdens den wereldoorlog een belangrijken staat van dienst achter z cn heeft, dat naar zijn opvatting geen enkel Canadeesch leven in een Europeeschen oorlog verspild zou worden. En als ik het gemoed van dit volk goed begrepen heb, geloof dat er heel wat menschen zijn, die hetzelfde zouden zeggen, wanneer zij opnieuw voor de keuze van 1914 werden gesteld. Zij zijn hartstoch telijk tegen den oorlog. In iedere stad. waar ik kwam vind ik lieden, die mij zeiden, dat naar hun opvatting Canada Engeland nooit meer zou volgen in een oorlog van concur- reerende mogendheden of botsend imperia lisme, gelijk het een aantal jaren geleden ^Maar trek daaruit niet de conclusie, dat Canada een beslissing heeft genomen ten gunste van Lord Beaverbrook's politiek van ..isolatie". Generaal Mc Rae's voorstel om uit den Volkenbond te treden is afgestuit op de onmiddellijke en nadrukkelijke verwerping van dei leider van zijn partij Bennett, de hui dige conservatieve premier van Canada. Het werd eveneens afgekeurd in de hoofdartike len van alle leidende bladen in het land, terwijl vertegenwoordigers van de C. C. F., de Canadeesche Labourpartij, er zich met nog grootere beslistheid tegen verklaarden. Evenmin is deze afwijzende houding te genover een „afzondering" als een plotseling oogekomen besluit te beschouwen. De meest invloedrijke leider met betrekking tot de bui- tenlandsche zaken is wellicht Vincent Massey die niet zoo heel lang geleden Canadeesch gezant in Washington was en waarvan velen vinden, dat hij de ideale man is om Canada s relaties met de vreemde mogendheden te be hartigen .Ver buiten zijn eigen (liberale) party wordt naar hem geluisterd en in hem ver trouwd. Zes maanden geleden hield hy een buitengewoon belangrijke rede in de stad To ronto. Hij besprak dezelfde kwestie, die ik vandaag behandeld heb wat Canada zal doen met zijn „nieuwe volledig ontwikkelde nationaliteit". „Canada", zei hij o.a „moet het hernieuwde besef hebben, hoeveel de bui tenwereld voor ons beteekent. Zelfs wij met al onze isolatie zijn niet veilig. Het is een zaak van eigen belang voor ons om de oui- tenlandsche aangelegenheden ernstiger op te nemen dan tot nu toe. En wat bedoelde de heer Massey met ..de zaken ernstig nemen?" Dat zette hij helder uiteen. „Er is tegenwoordig voldoende voor een dominion in de wereld te doen" zeide hij. „Het Vereenigde Koninkrijk biedt een groot veld voor gemeenschappelijke activiteit en individueel initiatief met een belangrijk einddoelDit doelis niet minder dan het probleem van de handhaving van den vrede zelf. En de vrede kan „slechts" ge handhaafd worden door het „internationale systeem", dat, hoewel onvolmaakt het eenige is „dat tusschen ons en het oerwoud staat". Hij citeerde onder grooten bijval de woorden welke op de conferentie van Toronto ver leden jaar September algemeene instemming vonden, nl. „dat de Engelsche staten met al hun kracht zouden samenwerken om het collectieve systeem (van den Volkenbond) te versterken zoowel voor de zaak van het Rijk als voor de wereld, waarin het zich bevindt Een werkelijke bond met een werkelijke veiligheid tegen oorlog dat is het ,.gi :ote einddoel" van de Canadeesch buitenlanc- sche politiek, dat een van Canada's meest gezaghebbende staatslieden, met de Mand- sjoerïjsche episode voor den geest, heeft aan gegeven. En de heer Massey gaat zeer ver, wanneer hij zegt, dat het de eenige politiek is, welke het Britsche Koninkrijk tezamen kan houden, als de oorlog terug zou keeren. .De overweging van een verdediging" zegt hij, „op de oude voor-oorlogsche basis, brengt onvermijdelijk afwijkende gezichtspunten in de imperiale familie Een defensief plan voor het geheele Rijk zou de eenheid van dat Rijk bedreigen en zijn eigen oogmerk te niet doen, maar wat betreft pogingen tot handhaving van den vrede onder het collec tieve systeem kunen de Britsche staten kracht vinden in een aaneensluiting." Dit is inderdaad duidelijke taal van een man van Massey's positie, en Wiens partij vrij spoedig tot macht zal komen. Het is de waarschuwing, dat Canada niet opnieuw voor de keus van 1914 gesteld zou willen worden. Canada is misschien meer dan welk land ook bezig de buit-enlandsche affaires te overdenken. Een nationale campagne voor den Volkenbond met Kerstmis ingezet door den eersten minister en de leiders van de Liberale en Labourpartijen. Het was de eenige gelegenheid, waarbij de leider der drie partijen voor een gemeenschappelijke zaak samenwerkten. Sindsdien hebben de belangrijkste sprekers van het land per radio gesproken over allerlei verschillende punten van de internationale politiek, die Canada zou dienen te volgen. Vijfhonderd georgani seerde „studiegroepen" hebben naar hun toe spraken geluisterd. Kort voor zijn dood deed de commandant van de Canadeesche strijd krachten in Frankrijk, Sir Arthur Currie, een beroep op zijn landgenooten om „te vechten tegen den oorlog, zoodat de volgende gene ratieniet onze stupiditeit zal veroordee- len, gelijk wij in de loopgraven de stupiditeit van onze ouders in 1914 veroordeelden". Ca nada heeft, als ik het begrepen heb, reeds besloten dat het den oorlog alleen door mid del van den Volkenbond bestrijden kan. Het is bezig een beslissing te nemen ten aan zien van"de offers, die een werkelijke Bond eischen zal. En het begint te begrijpen, en hieraan zal het volk van Groot Brittannië de aandacht dienen te schenken, dat slechts een werkelijke Bond de Vereenigde Naties kan redden van de uiteenspatting, welke een oude „imperialistische" oorlog zoo goed als zeker zal brengen. (Nadruk verboden.) Duitsrfilaiid, Frauenfeld over zijn vlucht., die geen vlucht was. De Oostenrijksche nationaal-socialist Frauenfeld, die met zijn plaatsvervanger Neumann uit Weenen is gevlucht, heeft in een gesprek met persvertegenwoordigers te München bijzonderheden verteld over zijn vlucht. Eigenlijk was het in het geheel geen vlucht, aldus Frauenfeld: na mijn verblijf in het concentratiekamp Wöllersdorf kreeg ik bevel in Weenen te blijven, geen gebruik te maken van telefoon of auto en de politie er van in kennis te stellen als ik mijn woning verliet. Ik was dus niet in arrest en kon derhalve niet vluchten; ik heb alleen vergeten aan de politie mede te deelen, dat ik vertrok. Wij zijn openlijk door Oostenrijk gereisd; in tal van plaatsen werden wij herkend en door de bevolking toegejuicht. Het verwijt dat ik door de vlucht mijn woord heb gebroken, is in het geheel niet Juist, aldus Frauenfeld. Ik heb slechts een verklaring onderteekend zooals die aan ieder van ons is voorgelegd. Volgens Frauenfeld wordt de sociaal-de mocratie thans weer geheel anders door de regeering behandeld dan kort geleden; alles wat in beslag was genomen is haar weer teruggegeven, behalve de wapens. Sportterreinen, ja zelfs berghutten staan de socialisten weer ter beschikking. Voorts gaf Frauenfeld een beschrijving van het concentratiekamp Wöllersdorf, dat vol gens hem aanvankelijk in het geheel niet voor bewoning geschikt was. De gevangenen moesten zelf het kamp bewoonbaar maken; zij mochten geen be zoek ontvangen en ook geen paketten levens middelen. Het voedsel was vaak ongeniet baar. hetgeen tot talrijke hongerstakingen heeft geleid, terwijl tenslotte velen aan dy senterie gingen lijden. Frauenfeld zeide verder, dat er menschen naar psychiatrische klinieken zijn overge bracht. omdat zij uit de katholieke kerk wa ren getreden. De Oostenrijksche bladen heb ben dit wel tegengesproken, doch het is be slist waar, aldus de nat.-soc. leider. Eerst toen het aantal uittredingen te groot werd, kon men deze maatregel niet meer toepassen. (D. N. B.) ZuitiLAm crlka, Het conflict PeruColumbia bijgelegd. Thans is het accoord onderteekend Inzake regeling van het Leticiaconflict meldt Reuter Het accoord houdt een vriendschapsverdrag in en een accoord van samenwerking, voorts een additioneele acte betreffende de ratifi catie van het protocol, welke moet geschie den vóór 31 December 1934. Polen. Paderewski contra Pilsoedski. Het Fransche blad „Le Jour' publiceert een interview met den beroemden pianist en vroe geren PooLschen staatspresident Paderewski, die scheme critiek uitoefent op de door maar schalk Pilsoedski en den minister van bui- tenlandsche zaken Beek gevoerde buitenland- sche politiek van Polen. Paderewski verklaarde, dat hij thans geen actieve rol meer speelt. Ontkend kan niet worden, dat in de laatste maanden misver standen ziin gerezen tusschen Frankrijk en Polen. De oorsprong daarvan moet gezocht worden in het sluiten van het Viermogend- heden-pact. Duitschland wil het Fransch- Poolsche bondgenootschao tot ontbinding brengen en neemt een vredelievende houding aan. om tijd te winnen en zijn bewapeningen te kunnen completeeren. De Corridor blijft het hoofddoel van Duitschland. dat zich op een goeden dag dank zij zijn belde trefzekere wapenen, de intrige en de nropaganda. daarvan meester wil ma ken. Het eenige middel om Duitschland in toom te houden is het te overtuigen van de macht en de eensgezindheid vqn 7,iin buren. Bulgarije. Alle gemeenteraden ontbonden. Uit Sofia, 25 Mei: Bij decreet van den koning zijn heden de gemeenteraden van alle Bulgaarsche steden en dorpen ontbonden. Zoolang geen nieuwe burgemeesters zijn benoemd, blijven de bur gemeesters belast met de zorg voor het be stuur. Frankrijk. Frankrijk's ontwapenings- politiek ongewijzigd. In den loop van de Kamerdebatten van Vrijdag heeft minister Barthou een uiteen zetting gegeven van de buitenlandsche poli tiek, zooals hij die de laatste maanden heeft nagestreefd en zooals hij zich die voor de toekomst denkt. Wat de ontwapening betreft zeide de minister o.a.. dait zijn politiek gelijk zal zijn aan die van zijn voorgangers, name lijk ontwapening en rechtsgelijkheid binnen het kader der veiligheid. Frankrijk kan ech ter niet de seml-militalre formaties ignoree- ren, het kan geen ontwapening aanvaarden, als andere landen, welke aan de verdragen zijn onderworpen, hei-bewapenen. Barthou bracht voort in herinnering, dat Frankrijk met Engeland en Italië een ge meenscha ppelfjke verklaring heeft geteekend ter waarborging van de onafhankelijkheid van Oostenrijk. De onderhandelingen dien aangaande werden bemoeilijkt door de bloe- (Van onzen Londenschen correspondent.) LONDEN, 23 Mei. Bankvacanties in Groot Brittannië zijn dc dagen waarop de banken in het gansche land voor vacantie zijn gesloten. Engeland en Wales hebben de zelfde bankvacantle-dagen. Schotland heeft andere. Nieuwjaarsdag is bv. in Schotland een bankvacantiedag; in Enge land en Wales niet. Ierland heeft op zijn beurt weer een eigen regeling. De eerste Maandag in Augustus is een vacantiedag voor het gansche vereenigd Koninkrijk. Maar Pinkster maandag was geen bankvacantiedag voor Schotland. Het woord „bankvacantie" Is misleidend. De wetgever is verantwoordelijk voor reeksen ver warrende woorden. „Bankvacantie" is er één van. „Volks-vacantle" komt veel dichter bij het wezen van het ding. Het gekke is dat de man, die in 1871 de wettelijke regeling van bank vacanties doorzette, wel degelijk bedoelde de bevolking In haar geheel een gegarandeerden vrijen dag te geven. Maar de wet sprak van „bank holiday" en „bank holiday" Is het ge bleven. Bij Jan en Alleman, die vrij zijn, sticht de term geen begripsverwarring. Bank vacantie is een diep beminde instelling bij de massa. Ze verbiedt den arbeid niet hetgeen gelukkig is voor de zaken in de kustplaatsen en voor de beroepsverschaffers van vermaak, spullebazen, verzorgers van den inwendigen mensch. De dag brengt veel negotie en winst voor duizenden losse en vaste handelaars. Toen het idee van deze vrije dagen een halve eeuw of langer geleden voor het eerst werd geopperd, werd er door patroons van groote bedrijven hevig verzet tegen aangeteekend. Zij redeneerden dat zulke tijd- en arbeidver- morsing het land op millioenen ponden schade zou komen te staan door verlies aan produc tie. Daar lacht men nu om. Het gevoelen in deze dagen is dat de bankvacantiedag aan zienlijke bate verschaft in extra lichamelijk en geestelijke welzijn in het volk. En er gaat tegenw. geen „dag na het feest" voorbij waarin niet in 'n paar kranten warme pleidooien wor den geleverd voor twee of drie meer „bank holidays" in een jaar. Het zijn geen pleidooien in eigen belang want Fleet Street maakt in den regel gebruik van het voorrecht op bank- vacantiedagen te blijven werken. Pinkstermaandag is een van de gelukkigste vrije dagen van het jaar. Men heeft altijd een goede kans op mooi weer. Van winterkou is weinig meer overgebleven. En de Lente heeft het land in zijn lieflijksten tooi gezet. Indien men er prijs op stelt het Engelsche volk zoo goed mogelijk te leeren kennen kan men niet verzuimen een bankvacantiedag in zijn mid den mee te maken. Het vermaak en de ont spanning van de eenvoudige schare zijn niet met hun tijd meegegaan. Hampstead Heath dige onderdrukking van den socialistischen opstand. Zonder zich te willen mengen in de binnenlandsche politiek van andere landen, heeft de Fransche regeering dr. Dollfuss toch gewezen op het belang van een minder stren ge onderdrukking. In elk geval zal Frankrijk trouw blijven aan het standpunt, dat Oosten rijks onafhankelijkheid noodzakelijk is voor den vrede in midden-Europa. Wat aangaat de toetreding van Rusland tot den Volkenbond, zeide Barthou, dat dit een belangrijke gebeurtenis zou zijn voor den vrede van Europa. Minister. Barthou besprak verder o.m. zijn jongste bezoek aan Polen en Tsjechoslovakije. Wat Polen betreft Is hij er in geslaagd toe nadering tot stand te brengen; de Poolsche reis heeft het bondgenootschap van 1921 be krachtigd. ©osteitmrijfc. Uitbreiding van het standrecht. In den ministerraad van Vrijdag is besio- ten, dat de standrechtprocedure zal worden uitgebreid tot aanslagen met ontplofbare stoffen. Deze procedure gold tot dusverre slechts voor moord. roof. brandstichting en zaakbeschadiging onder bijzonder gevaarlijke omstandigheden. De ministerraad besloot verder, bij staats gevaarlijke actie van rijksambtenaren on middellijk tot strenge maatregelen over te gaan. zonder dat een langdurig onderzoek wordt gevoerd. Uit Kufstein, 25 Mei: In verband met eenige aanslagen met papierbommen, waar door ook de woning van een voormalig chr.- soclaal landdagafgevaardigde ernstig werd beschadigd, zijn talrijke nationaal-soclalis- ten gearresteerd. Dader van den aanslag te Salzburg gepakt? De „Reichspost" meldt dat de vermodelijke dader van den bomaanslag op het Festspiel- haus te Salzburg is gearresteerd. Hij was vroeger gemeente-ambtenaar te Salsburg. Toen hij als Schutzbundlid meedeed aan de Februari-relletjes werd hij ontslagen. ONZE DAGELIJKSCHE KINDERVERTELLING. en Southend de heide en het strand bin nen het gemakkelijkst bereik van Londen nemen op zulk een dag tienduizenden vrou wen en mannen van allerlei leeftijden op. Op de heide ziet men nog als aan het einde van de vorige eeuw het ongekunstelde en ruwe ver maak dat wij, Nederlanders, kennen van de oude kermissen op Zaterdagavonden. De heide wordt voor den dag een kermis met kramen en zweefmolens en hoofden van Jut en speciaal Engelsch tenten waar men met ballen kokosnoten-op-stokken beproeft te ra ken om ze deelachtig te worden. De plaats is vol toffe mannen in kleeding van nauwe snit, afgezet met parelmoeren knoopjes, en deer nen met geveerde hoeden. Zij dansen en zwie ren op het randje der losbandigheid en tegen den avond er overheen. Want dan is de drank in den man zoowel als in de vrouw. Zij zijn de „costermongers" die in liefde voor traditie voor de heeren van het Hoogerhuis niet onder wenschen te doen. De Londensche straatventers en hun vrouwen of „donahs" komen naar de Heath in ezel wagentjes. Bij het vorderen van den dag en de stemming verwisselen zij van hoofd deksels precies nog zooals Phil May het zag gebeuren in zijn tijd. Maar de nieuwe tijd doet zich wel gelden, zoo niet in het karakter van het vermaak dan toch in kleeding. Het pronkpak van den „costermonger" handhaaft zich niet meer in het jongere ge slacht. De traditioneele zin voor opsmuk treedt niet steeds meer aan den dag in het nauwsluitend laken met overdaad van parel moer. De zonen van het ventersvolk bepalen de mode voor de jonge handwerkers en zelfs voor de heeren van het West End, Hampstead Heath vertoont de oude volkslol. Maar wie de ware „swells" en „dandies" van het land wil zien en de toonaangevende kleeding voor den man moet nochtans naar de heide gaan op een bankvacantiedag. Want de antiekste vermaaks- vormen gaan er samen met de zwierigste mo derne kleedij. Dit volk kent geen verlegen heid en is zalig onbewust van het begrip re pressie. De losse elegafttie, waarmede de kna pen van Islington of Whiteehapel hun ..gas pers" (cigaretten) hanteeren. de gedurfdheid van hun dassen, hun hemden, hun hoeden of petten, de branie van hun veelal ranke lichamen in jasjes van sierlijke coupe en in wijde broeken, met overleg geplooid op de heupen, hun ongebreidelde overgave aan wat de dag biedt aan vreugde en voedsel, het digestief vermogen van hun inwendigheid, die achtereenvolgens en zonder veel tusschen- ruimte straffeloos zalm met komkommer, ge marineerde mosselen, makarons en warme worstjes benevens flinke hoeveelheden port en bier opneemt, moeten den man, die geleerd heeft met omzichtigheid en onopzichtigheid door het leven te gaan en niet anders meer durft, met afgunst en bewondering voor dit volkje vervullen. Het East End van Londen ligt dicht bij Southend aan de zee. of lievër aan de monding van den Theems. Het is een pittig oord en vooral op een bankvacantiedag. De tijd van Koningin Victoria en die van Koning George zoeken er broederlijke verbintenis. De poging leidt tot wedijver. Pleizierbcoten gaan er uit met een piano en een drinkbar aan boord. De kapiteins beloven luidkeels lange zeetoch ten voor zes stuivers. De schepen verlaten het modderig strand tot zinkens toe bevolkt. Zij hebben moderne concurrenten in den vorm van witte motorbooten, wel toegerust met radio-ontvangers en luidsprekers met het volume van een misthoorn. De passagiers voelen zich voor honderd percent uit en stoutmoedige zeevaarders. Maar de boulevard is levendiger met haar automatische waarzeg gers. haar batterijen gluurkastjes, haar won derlijke photografische ateliers, die hun klan ten helpen a la minute enhen tevreden weg sturen met hun gecostumeerd ego in druk, als cow boy, als Don Juan, als zeeofficier, als Schotsche Hooglander, als Marker visscher, als toreador of In één van de paar honderd an dere transformaties, die de costuumvoorraad van het atelier kan bewerken. De automati sche waarzeggers blijven aan den veiligen kant. Iedereen bereikt den testamentairen leeftijd met een extraatje. Iedereen zal vroeg of laat een groot water bevaren, belangrijke papieren en groote sommen gelds deelachtig worden. Zij die betwijfelen of de kranten en de modebladen het bij het rechte einde hebben wanneer zij drukken „as now worn" (zooals thans wordt gedragen) onder de meest vreemsoortige damestenuen. kan van zijn twijfel worden genezen door een bezoek aan Southend op een bankvacantiedag. De creme der gemeenschap mag wat aarzelen, de meis jes van het East End in Southend zijn up to date met het jongste nummer van Vogue of de mode-pagina van de Daily Mali. De laatste snufjes, aangekondigd voor de plezierreizen op de oceanen met de groote booten, zijn „the very thing" voor Southend aan de zee. Het wemelt er van „matroosjes vlug en net".. Blonde lokken dragen er niet alleen de hoedjes en mutsjes op één oor maar ook volumineuze jachtpetten met vervaar lijke kleppen. Jerseys met zip-slulting omhul len er vrouwelijke torso's en omvangrijke flanellen broeken hebben rokken vervangen. Het oude Southend ontving op Pinkstermaan dag vijftigduizend zonen en dochteren van het grauwere Londen. Dat grauwere Londen zou spoedig zijn grauwte verliezen en zijn zwaarmoedigheid indien men de kleurige en schilderachtige wichten en haar ridders kon bewegen thuis te doen alsof zij in Southend waren. Maar dat is te veel gevraagd. De re actie van den dag na bankvacantie is wreed. En de hoofdjes der meisjes staan niet meer naar dartelheid en de kleeren van het feest van vrijheid wanneer zij zitten voor de schrijf- de sigaretten-, de wasch- en de naaimachine. A. K. VAN R. „Help, moordenaars riep de man en vloog de gang op en Sietske, die vond dat het er voor hem niet zoo mooi uitzag, liep achter den druktemaker een andere kamer binnen. Maar o weedaarmee maakte hij het nog een beetje erger, want hij keek in de verschrikte gezichten van een paar oudjes. „Er uit, leelijke indringer," riep het oude mannetje en door het geschreeuw op de gang bang geworden, begon het oude vrouwtje te gillen. „Houd je bedaard, mensch. ik ben al weg," zei Sietske en trok de deur achter zich dicht. „Ziezoo, 't is te hopen, dat die lawaaimakers maar gauw slapen," dacht hij, maar dat zou zoo gauw nog niet ge beuren.... BRAND OP EEN DUITSCH OORLOGS SCHIP. BERLIJN. 25 Mei (V. D.) Officieel wordt medegedeeld, dat bij de schietoefeningen van de derde marlne-artillerie-afdeeling te Swi- nemuende een 15 c.M.-granaat de kurkvulling van het oorlogsschip „Zaehringen" in brand heeft geschoten. Plet schip is in de haven van Swinemuende binnengeloopen waar de brand gebluscht is. De „Zaehringen" heeft bij schietoefeningen geen bemanning en wordt radlotelegrafische bestuurd. EEN MOPPERAAR VEROORDEELD. Uit Berlijn. 25 Mei. Een 66-Jarig handels reiziger is gisteren veroordeeld tot een maand gevangenisstraf om het feit. dat hij in Juli 1933 openlijk in een tram zijn misnoegen te kennen had gegeven over het feit. dat de tramkaarten die vroeger 27 mark kosten in prijs verhoogd waren tot 40 mark. betgeen de man aanleiding gaf tot de opmerking dat de nazi-bonzen van thans niet. beter waren dan de socialistische bonzen van vroeger.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 6