=F
DE VOLKENBOND IN DE
RDENNEN.
PROBLEMEN ENPROBLEMEN.
BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD
In een UuUktmet
tusscUen de êet$en.
De boodschap
van
Mars en den uil
ZATERDAG 9 JUNI 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
lof, slof, slof. Honderd man. Slof, slof,
slof, tienduizend man, slof, slof, slof,
nog meer„Dag en nacht hoorde ik
ze voorbijtrekken, de Duitschers, ze
liepen vermoeid en kwamen niet terug. In
Frankrijk wachtte hun het prikkeldraad. Daar
bleven ze." En het gezicht van onzen buurman,
den buurman van het schoolhuis van het
Kennemer Lyceum in Auby (in de Ardennen
bij Bouillon) .betrekt. En dan plotseling vraagt
hij ons of we op zijn gras willen passen als we
naar het Alleine-dal loopen om ons te was-
schen, het zelfde dal waar het Duitsche leger
doortrok naar den dood.
Dat is al weer zoo lang geledentwintig
jaar, het is geschiedenis geworden voor de klas
die nu in dit schoolhuis, de Babillarde, ver
toeft en onder leiding van twee leeraren den
Volkenbond bestudeert. Wat weten zij van
den oorlog? Wie weet trouwens iets van den
oorlog af, behalve zij die in den wereldbrand
aan het front niet uit elkaar zijn gereten? En
wat weten wij allen van „den komenden oor
log" af? Als we het wisten en het ons dan
ook realiseeren wilden, zoodat we het slechts
vijf minuten doorleefden, dan zouden de zaken
voor den Volkenbond ook heel anders staan en
zou zijn werk veel gemakkelijker wezen.
De Volkenbond.... Ook hier kan men weer
vragen: wat weet men eigenlijk meer van den
Volkenbond af, dan dat hij „den vrede wil".
Daarmee is het vaak uit, waarbij men vergeet
het ontzaggelijk omvangrijke sociale werk dat
hij verricht, verricht heeft, nog zal verrich
ten, de problemen die hij heeft opgelost, pro
blemen van velerlei aard, waaronder de inter
nationale conflicten een belangrijke
plaats innemen. Dit te bestudeeren
is het doel van het verblijf van een
vierde klasse van het Kennemer Ly
ceum en vooral het zich eigen maken
van de Volkenbondsgedachte, de sfeer
die ervan kan en moet uitgaan.
De Volkenbond wordt in de Babil
larde gebracht, de Volkenbond is in
de huiskamer. Daarin ligt de betee-
kenis van dit samenzijn, want als
het om de simpele feiten zou gaan,
kan men den leerlingen wel een ge
stencild papiertje ter lezing geven
met de verrichtingen en de samen
stelling van den Volkenbond, waarover t.z.t.
een repetitie zal volgenZij zullen
het leeren, of niet, de repetitie wordt goed, of
niet, het blijft hun bij, of niet, maar de Vol
kenbondsidee is niet gediend als leer-vak te
worden opgedischt, opgedrongen, maar wel als
de belangstelling kan worden opgewekt.
„De Volkenbond staat zoo ver van ons af",
zei een jongen op een avond toen in de huis
kamer het een en ander werd besproken, en
dat is helaas maar al te waar. Wij merken niet
eiken dag zijn aanwezigheid, in tegenstelling
tot die van onze regeering b.v., die
in ons dagelijksch leven indringt,
alleen reeds omdat zij wetten
maakt, waarmee wij rekening
hebben te houden. De Volkenbond.,
het is iets zoo ver-weg, zoo iets ab
stracts, waarvan je je moeilijk een
denkbeeld kan maken.
Men moet nu echter niet meenen
dat deze twintig meisjes en jongens,
na een week in de Ardennen den
Volkenbond bestudeerd te hebben, als
enthousiaste,met alle onderdeelen van
het Volkenbondswerk bekende men-
schen terugkomen, die in hun kring
de Volkenbondsidee zullen uitdragen, ge
lijk zendelingen het geloof in Christus onder
de heidenen verspreiden. Als zij 's morgens op
staan, denken zij aan geen Volkenbond en
aan geen oorlogsellende en vredesstreven,
maar wel aan het koude bad dat hun onder
in het dal, in de Alleine staat te wachten. En
wanneer zij moeizaam den steilen heuvel be
klimmen met nog natte haren en zeep achter
de ooren, dan denken zij aan het ontbijt, zoo
als ieder gezond mensch doet, als-ie nog niets
heeft gegeten. En als de broodbak van hand
tot hand gaat, gevolgd door de jam en de
bruine suiker, zou er dan iemand aan den
Volkenbond denken.
Ja. Dan denken zij aan den Volkenbond,
hoe eigenaardig het ook moge klinken. Want
de een spreekt over „zijn" mandatenkwestie.
de ander over „haar" minderhedenprobleem,
gevolgd door een kreet: „De kaaaas!" waarop
men zich afvraagt, (als ware dat ook een pro
bleem), wie straks de gang heeft te dweilen.
De Volkenbond tusschen de bruine suiker,
de gedweilde gang en de natuur, die de dooden-
is de Volkenbond in de huiskamer gebracht, optreden van een ongewoonte in gezelschap
en als het probleem van de gang is opgelost te verkeeren die zich uit, öf in stille verlegen-
en het water over den vloer is uitgegoten en heid, öf in een luidruchtige, gewilde noncha
weer weggeveegd, dan verdwijnen de boekjes
van de vensterbank, die op de bergen uitziet
en op het Alleinedal. Dan gaan de schriften
open en komen de problemen op de proppen.
De boekjes van de vensterbank zijn de oorzaak
van deze problemen, want zij zijn erg moeilijk.
Zij vertellen over de samenstelling van den
Volkenbond, hoe het Volkenbonds verdrag in
mekaar zit en v-ui nog veel meer. „Les hautes
parties contractantesDie boekjes zijn in
het Fransch en in het Engelsch, de twee offi-
cieele talen die in Genève worden gebezigd.
Het is moeilijk Fransch en lastig Engelsch, de
problemen die behandeld worden zijn nog
veel belangrijker dan het dweilen van een gang
en middelerwijl snijdt het mes van twee, eigen
lijk van drie kanten. Zij leeren den Volken
bond, Fransch en Engelsch bovendien.
Wel een internationale sfeer! Alles werkt
daartoe mee en niet in het minst de voort
durende aanraking met zoo geheel andere
menschen dan gewoonlijk. Een Belgische bak
ker is heel wat anders dan een Hollandsche,
een slager in de Ardennen is ook niet te ver
gelijken met zijn collega uit Bloemen-
daalZelfs de koeien zijn er anders dan
bij ons, waar ze rustig op de vlakke weiden
droomend het sappige gras met omgekrulde
tongen kunnen afrissen, kalm stappend
langs den slootkant, alleen gestoord door
een enkele brutale vlieg en heel af en toe
door 'n gilletje van 'n verren trein. Een koe
in de Ardennen kent geen vlakke wei en
lance. De meesten herstellen zich echter gauw,
(van beide kanten trouwens) en als eenmaal
het ijs gebroken is, komt het gebroken Fransch
van de Nederlanders spoedig in werking. Ge
veinsde belangstelling wordt werkelijke inte
resse, ontdekkingen worden gedaan, nieuwe,
„vreemde" levensgewoonten komen aan het
daglicht en men vraagt zich af: „Waarom
drinken zij nu koffie in plaats van thee 's mor
gens aan het ontbijt?"..
In Bouillon is een kasteel, het kasteel van
Godfried van Bouillon, zooals het heet en ter
gelegenheid van een tegenbezoek is dit kasteel
beklommen. Beklommen, want het ligt op
een heuvel, een steile rots en is daarom
buitengewoon sterk. Onneembaar. Of eigen
lijk: het was buitengewoon sterk, want tegen-
gangen waren een waarborg, evenals zijn
muren van drie meter en zooveel. Het kasteel
is echter heel erg vaak in handen gevallen van
den vijand, maar nooit door wapengeweld
Wel door list en omkooperij en bedrog en in
zooverre is er dan toch maar weinig ver
anderd met den tijd van den verfrisschenden,
vroolijken oorlogEn het bewijst dat een
oorlog met alleen „nette" middelen (en dat is
immers al meermalen plechtig beloofd) op
sommige oogenblikken onvoldoende resultaat
moert, opleveren en dan is er niemand die be
letten zal onfatsoenlijk te zijn, want wie denkt
in zoo'n tijd nu aan moraal, voor het geval
dat er nog ergens een beetje te vinden zou zijn?
Dit oude kasteel is ongetwijfeld prachtig
om andere redenen dan waarmee het nu in
verband wordt gebracht, want er valt veel
knappe architectuur te bewonderen.
Het zou vervelend zijn de oorlogen op te
sommen die er gehouden zijn, maar zij hebben
alle dat eene gemeen, dat het meeningsver-
schil 's winters werd stopgezet, zooals vroeger
bij deze gelegenheden overal gebruikelijk was.
Men kon op krachten komen en de gaten
repareeren in muren, kleeren en menschen en
als de kou voorbij was, begon men opnieuw.
Het wordt ons als een anecdote verhaald en
het bewijst opnieuw de naïveteit van het
groote kasteel. Dit bezoek past wonderwel in
het kader van het Volkenbondswerk....
Evenals de koeien en de poes anders
zijn, zijn ook de nachten in de Ar
dennen heel anders. Een reus laat
een groote inktpot in het dal bij Auby
leegloopen, dat donkerder en donker
der wordt totdat er geen grens meer
is tusschen berg en dal en berg en
alles een dikke muur is geworden,
die dreigend tegen den iets lichteren
hemel afsteekt als een massaal sil
houet. Mars boort zijn rood schijnsel
krachtig door de donkerte als een
bloedig symbool en een onzichtbare
uil krast afschuwelijk. Telkens weer
dringt het rauwe, ijselijke geluid
Wij gelooven dat de wereld
het recht heeft beveiligd te zijn
voor elk verstoren van haar vrede,
dat voortkomt uit aanval op de
rechten van volkeren en naties.
Woorden van Woodrow Wilson, stichter
der Volkejibondsidee (27 Mei 1916).
sappig gras, en is al dol-gelukkig als zij
tusschen de honderden boterbloemen af en
toe een groen sprietje ontdekt. Zij moet
echt werken voor den kost, sjouwen, heuvel
op en heuvel af en mag van geluk spreken,
als de scharminkelige botten niet van
magerte door het vel steken. En heeft u
ooit een poes gezien, zooals wij in Auby,
die een poot miste doordat zij in een vos-
senklem is geraakt? Het zijn allemaal on
beduidende dingetjes, maar toch heeft dit
alles een onmerkbaren invloed. Het leert
toestanden aanvaarden en als logisch er
kennen, die men gemeenlijk als „vreemd"
kenmerkte. Een ander leven dringt zich op, zij
het slechts voor korten tijd. Veel zal men
vreemd, eigenaardig en mal blijven vinden,
van het doen en laten van anderen. En waar
deering is een eerste vereischte voor een goede
internationale sfeer.
Zoo kwam er een groep Belgische scholieren
de Babillarde bezoeken, leerlingen van een
gymnasium uit Bouillon en de kennismaking
ging wat srtroef. Geen wonder, want welk een
verschil is er tusschen een Nederlandschen en
een Belgischen lyceïst, die veelal intern is en
voor wie de school dan gelijk is aan een kost
school, vooral wanneer men in plaatsjes als
Bouillon komt. Gemengde scholen, zooals wij
die hier kennen, bestaan in België eigenlijk
niet, wat reeds onmiddellijk een groot onder
scheid is. Trouwens hun heele wezen en uiter
lijk kan men niet vergelijken met dat der
Nederlandsche scholieren van middelbare
scholen, want zooals zoo veel in België arii
v? n-het-prikkeldraad ook hebben gezien. Zöö stieker en slordiger is, zoo getuigt ook hun
woordig hoeft men zich gelukkig van steile
rotsen niets meer aan te trekken, nu een
kleine-bom-in-zakformaat uit een vliegtuig,
dat op veilige hoogte zijn verderfelijk goed
uitzaait, voldoende is om kasteel met rots en
al in puin te slaan. In Auby hoorde de boer
die onze buurman is de Duitschers lööpen, in
Bouillon hoorde men ze schieten, want Sedan
ligrt niet ver over de Fransche grens van daar
verwijderd. Bijna elke inwoner van Bouillon
weet over den oorlog mee te praten, want als
vader of broer niet is gesneuveld of verminkt
of verdwenen, dan is buurman wel veronge
lukt, en allen die zoo oud zijn dat ze van
1914 tot 1918 bewust hebben geleefd, vergeten
het dreunen niet. Het doffe dreunen in de
verte, dat soms nader schijnt te komen om
ook elders wanhoop te brengen. En figuurlij
maar veel zal men ook weten te waardeeren hooren wij het dreunen nu nog en overal en
altijd, maar velen willen het niet hooren en
zeggen dat het verbeelding is. Helaas.
Naïef eigenlijk staat het machtige kasteel in
zijn grootheid op de rots. Naïef omdat het een
restje is van vroegere oorlogen, die misschien
wel „frisch und fröhlich" zijn geweest, wat me
twijfelachtig lijkt. De ingang staat niet in het
verlengde van de donkere poortgang, want
zoo kon men voorkomen dat de vijand, als hij
aan de poorten verscheen, naar binnen zou
schieten.... Die vliegmachine lacht om dat
grapje, en de Dikke Bertha ook en het mos
terdgas, is 't niet? En als de Hollandsche klas
in druk gesprek met de Belgen over de eerste
brug joelt, die vroeger een ophaalbrug was,
dan blijkt dat zij weer een gang door moeten.
Want het kasteel van Godfried ypn Bouillon,
dat later werd gerestaureerd door den Zonne
koning, was onneembaar en zijn dubbele in-
uit de bosschen tot ons huis door,
als had dat wat te beteekenen. Wat
heeft die uil daar te maken? Is hij
de vertolker der wijsheid die roept?
Of is het maar dat stomme beest?
Is het een „uil" of het dier van het
veratand? Zijn waarschuwende roep
komt met het roode licht van Mars.
den oorlogsgod tot ons, in de Babil
larde, waar overdag Volkenbonds
werk wordt gedaan. Door den zwar
ten nacht, die onheilspellend is, die
alle hoop op licht en leven doet op
geven. Niets is te hooren, niets is te
zien dan uilengekras en het roode licht van
Mars.
Tot de maan komt, die groot is boven den
top van een berg; groot en rood en kleiner en
lichter wordt zij naarmate zij stijgt. Mars
verbleekt, hij moet zwichten voor het witte
licht, dat sterker is en de uil krast lang zoo
hard niet meer en zoo vaak en zoo doordrin
gend. Totdat ook de roep van den uil ver
dwijnt en de vrede over de eerst zoo donker-
drukkende bergen en dalen komt. Een vrede
die intens is, weldadig en goed. En als de
maan den vrede heeft ingeluid, die ontvangen
werd in stilte, dan komt de zon die loutert
en den vrede dienstbaar maakt aan het leven.
De haan van onzen buurman-de-boer rekt
zijn hals en roept het om, dat nu de tijd is
aangebroken te aanschouwen wat er is ge
wrocht. Een kloek loopt troitsch met haar
kuikens over het erf en töönt het leven. Er
is vreugde van berg tot dal en berg, die
schitteren in het licht en het is onbegrijpelijk
dat het zoo zwart kon zijn....
De haan roept ook het slapend schoolhuis.
Het leven van den dag met het daaraan ver
bonden werk, begint weer. Wasschen in de
rivier, ontbijten en de gang dweilen en de
boekjes van de vensterbank: „Wat deed de
Volkenbond?" Financieel herstel van Oosten
rijk, Hongarije, Griekenland, Albanië. Hulp
aan oorlogsslachtoffers, door 425.000
krijgsgevangenen uit Siberië naar hun vader
land, dat in zes en twintig staten lag, terug
te brengen. Hulp aan ongeveer 1.500.000 Rus
sische uitgewekenen, hulp aan ongeveer
1.000.000 Grieksche vluchtelingen, die uit Klein
Azië in Griekenland kwamen. Hij stelde gren
zen vast tusschen verschillende staten, zooals
de verdeeling van Silezië tusschen Duitscn-
land en Polen. Hij bracht in politieke kwes
ties oplossing: tusschen Zweden en Finland
over de Alands-eilanden, tusschen Polen en
Littauen over het bezit van Wilna, tusschen
Oostenrijk en Hongarije, Hongarije en Roe
menië en andere landen, wat betreft grens
geschillen. Hij gaf de oplossing van een drei
gend ernstig conflict tusschen Italië en
Griekenland ter gelegenheid van de vast
stelling der grenzen van Albanië. Hij behaalde
in 1925 het grootste succes toen de oorlog
tusschen Griekenland en Bulgarije rees en de
Volkenbond staking der vijandelijkheden
eischte binnen 24 uur. waaraan werd gehoor
zaamd. Beide partijen legden zich bij een
onderzoek van den Volkenbond neer. Dit zijn
enkele kwesties die de Volkenbond heeft ge
daan en die zoo gauw in de vergetelheid
raken en men staart zich blind op dat wat
de Volkenbond nog niet heeft kunnen be
reiken, omdat hij pas aan het begin van zijn
werlc staat. Dan wordt de Volkenbond uit
sluitend met ontwapening in verband ge
bracht, wat een onvolledigheid is. Want
vredeswerk wil nog meer zeggen dan ontwa
pening alleen, daar de echte vrede op recht
is gebaseerd, en kennis van het streven naar
recht van den Volkenbond is een enorm be
langrijk onderdeel van de kennis van het
vredesstreven. Eigenlijk het alles beheer-
schende onderdeel ervan.
Woodrow Wilson, de nobele figuur die
Amerika's president was in de oorlogsjaren,
wiens leven zoo volkomen in overeenstem
ming was met het instituut dat hij hielp op
richten, den Volkenbond, zei in een rede, die
hij op 27 Mei 1916 (tijdens den oorlog!' voor
een groote vredesbeweging hield: „Wij ge
looven dat de wereld het recht heeft bevei
ligd te zijn voor elk verstoren van haar vrede,
dat voortkomt uit aanval op de rechten van
volkeren en naties".
Het „vrede door recht" beheerscht het
Volkenbondswerk. „Het Si vis pacem, para
bellum" (Als gij den vrede wilt, bei-eid u dan
voor op oorlog) heeft afgedaan, waar men be
weert in een werkelijk beschaafd land te
wonen en heeft plaats gemaakt voor „Si vis
pacem, cole justitiam" (Als gij den vrede wilt,
neem de gerechtigheid in acht).
De dag in het schoolhuis verstrijkt en de
avond brengt voorbeelden van vrede door
recht en oorlog door onrecht, die gele
iezen worden of door 'n film getoond.
En met het vallen van den nacht is
er aan een klein stukje Volkenbond-
werk weer een eind gekomen. Maar
zooals de druppel den steen uitholt
zoo vestigt zich de Volkenbondsidee
daar waar men bekendheid aan zijn
werk geeft. Want overeenkomstig
.iet spreekwoord: „Onbekend maakt
onbemind", geldt ook: „Bekend maakt
oemind", en den anderen morgen
wordt aan de rivier weer bewezen
dat prikkeldraad ook voor andere
dingen dienst kan doen, dan om
menschen op te vangen. En we heb
ben seleerd dat er behalve problemen ook
Problemen zijn en dat alles is geschied in een
huiselijke omgeving, die vertrouwen schept.
Die huiskamer in de Ardennen zal me bij
blijven. evenals het prikkeldraad met de
handdoeken, de bruine suiker en de film over
het Volkenbondsverdrag, omdat alles zoo
logisch bijeen past. Want vrede en huiselijk
leven behooren synoniem te zijn en waar past
vredeswerk beter, dan juist in den huiselijken
kring? Dan hoeft men niet meer te zeggen
dat de Volkenbond zoo ver van ons is ver
wijderd, maar is hij een onderdeel geworden
van ons leven, zooals het wasschen en het
eten ook.
Bij den Zeeweg wordt 's avonds geoefend.
Mitrailleurvuur rammelt over de duinen, on
regelmatig en grof. De zon zakt en verdwijnt
ten deele achter een duintop. Zij was eerst zoo
fel en helder, wordt nu echter donkerder en
ten slotte zakt zij bloedrood onder. Het mitrail-
leurgerammel wordt gestaakt. Auto's glijden
over het asfalt. Lichten worden ontstoken,
twee witte oogen naderen, snellen voorbij en
een klein rood achterlichtje verdwijnt om de
bocht. Velen gaan en komen en de stilte, zooals
die nu tusschen de bergen in de Ardennen
heerscht, is hier ver te zoeken.
Ook dat mitrailleurgeknetter verschilt wel
met den waarschuwenden roep van den uil. Al
leen staat ook hier Mars boven onze hoofden.
Nee, zoo moet het niet
W. SCH.