Pavilion Riche - Zandvoort. Wijziging Loterijwet MODERNE VRIJE WONINGEN BERICHT Hei BelaagdjksU 51e Jaargang No. 15S42 Verschijnt dagelijks, hehalve op Zon- en Feestdagen Zaterdag 23 Juni 1934 HAARLEM S DAGBLAD Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM. UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V. Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM. ABONNEMENTEN: per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad: per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post 0.72^. Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12 Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810 ADVERTENTïëN: 1—5 regels 1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames 0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes 13 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400.-, Duim ƒ250.-, Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-. Arm-of Beenbreuk 100.-. Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400 -, Verlies Duim 75.-, Verlies Wijsvinger ƒ75.-, Verlies andere vinger ƒ30.-. Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZESTIEN BLADZIJDEN. HAARLEM, 23 Juni. Emil Ludwig. Deze schrijver van zeer knappe historische romans is den moed kwijt. Niet den moed om te schrijven, maar om te vertrouwen in de mogelijkheden en de ontwikkeling van het menschdom. Er is wel een verklaring voor. Ludwig immers is een Duitsche Jood, en geen onaanzienlijke maar een zeer begaafde, zoodat hij succes heeft gehad met zijn boeken, wes halve zij symbolisch verbrand zijn en hij de wijk naar het buitenland heeft moeten nemen. Het is zeer hard een banneling te zijn, en dat vele bannelingen ten prooi vallen aan zwartgalligheid is begrijpelijk. Dus maak ik alle mogelijke excuses voor de geestesgesteldheid, waarin Emil Ludwig zijn rede op het P. E. N.-congres te Edinburgh heeft gehouden. Maar niet voor de rede zelf. Hij had beter gedaan zijn mond te houden. Hij zou dat zeker gedaan hebben, als hij eerst eens overdacht nad hoe ontmoedigend een dergelijke redevoering werkt op velen, die hem erkennen als een man van scherpen geest en groote gaven. Maar nu hij niet in dien zin heeft nagedacht, de rede gehouden en er en passant nog wat onzin in verteld ook, is het noodzakelijk zijn betoog te bestrijden. Ludwig heeft te Edinburgh gezegd: „Wij zien den oorlog nader komen. Het gevaar is op het oogenblik veel grooter dan in de afgeloopen jaren. Twintig jaar geleden gaf het internationale intellect zich geheel over aan het wapengeweld. De Ontwapenings-Conferentie heeft ons den oorlog nader gebracht omdat wij nu tot de deprimeerende overtuiging zijn ge komen dat hij niet kan worden voorko men". Dit is een „Intellectueel" akelig woord, maar zoo noemt hij zich bij voorkeur on waardig. En het is nonsens. Heeft de kanker bestrijding, die nog niet tot het vinden van de oorzaak, laat staan de therapie van kan ker heeft geleid, ons de overtuiging gegeven' dat kanker niet voorkomen kan worden? Neen! De werkers in de vele kankerinstituten der wereld strijden moedig voort, en wij zijn allen blij met iedere nieuwe lichtstraal van hoop. Daar geldt een oud Nederlandsch woord „en de desespereert niet". Alle groote overwinningen hebben zulken moedigen, koppigen strijd vereischt. Weet de historiekenner Ludwig dat niet? Heeft hij zich nooit verdiept in den strijd tegen de cholera, de pest, in het werk van onderzoe kers als Pasteur, Koch en anderen, die tal- looze tegenslagen en teleurstellingen hebben moeten overwinnen eer zij na lange, lange jaren hun streven verwezenlijktenen dan nog maar gedeeltelijk? „Het pacifisme heeft er naar gestreefd den oorlogsgeest te bestrijden, maar zijn methoden hebben volkomen gefaald. Op het oogenblik zou het gevaarlijk zijn ont wapening te gaan prediken. Geen intel lectueel mag, zooals wij dat na den oorlog hebben gedaan, onder zijn medeburgers propaganda maken voor ontwapening of dienstweigering want dit zou een over val van een nabuurstaat uitlokken. Op het oogenblik bestaat er meer kans door bedreiging dan door overeenkomst een oorlog te voorkomen, want er zijn staten die terugkrabbelen als zij bedreigd worden. De droom van Genève is uit. De landen die op oorlog zijn ingesteld, hebben het klaar gespeeld dat wij thans rekening moeten houden met een gewapende w.ereld". Is het gevaarlijk internationale ontwape ning te prediken? Waarom? Dit maakt Emil Ludwig op geen enkele wijze duidelijk. Hij kan het trouwens niet. Hij meent dat het mogelijk is „door bedreiging een oorlog te voorkomen". Kom! Ik kan mij voorstellen dat hij boos op Duitschland is, maar bij rustige bezinning zal hij toch moeten toegeven, nietwaar, dat het niet erg intellectueel, veeleer een beetje kin derlijk is zulke dingen te zeggen! „De droom van Genève is uit". (Hier komt een griezelig misverstand aan den dag. Genève is nooit een droom geweest, in den zin van-een verheven broederschaps illusie die tot werkelijkheid zou kunnen wor den. Genève kon (en kan) in zijn wezen en ontwikkeling nooit anders worden dan een triomf van het gezond verstand, dat massa slachtingen behoort te elimineeren als het nuchter gebruikt wordt, inplaats van in staat van dronkenschap gebracht met vlaggen zwet sende leuzen, opgezweept nationalisme. De broederschap der menschen reikt veel verder dan alleen maar de afschaffing van de oor logen. Hoe die bereikt moet worden weet ik ook niet, zijnde slechts een mensch. Emil Ludwig heeft gedroomd. Hij had juist wakker moeten wezen, dan zou zijn droom nu niet uit zijn. Wat wil hij nu tenslotte met zijn intellec- tueelen? Op „het laatste oogenblik voor de oorlog uitbarst" wil hij een manifest richten tot de mogendheden, vragend om arbitrage. Ach, Herr Ludwig! Weet gij niet meer hoe de stemming in de hoofdsteden, in „de kanse larijen van Europa" vooral op zoo'n laatste oogenblik is? Een gekkenhuis, Herr Ludwig! Hopelooze janboel! Niets meer aa*i te redden! Ze zouden uw manifest niet eens meer lezen! Ze zouden hoogstens zeggen: „Arresteer dien Jood! Hij wil geen bom op z'n hoofd krijgen, hij wil niet omkomen in een gaswolk, hij wil geen medemenschen slachten. Het is een lafaard en een défaitist. Fusilleer 'mnee, wacht nog 'n paar weken, maar doe het dan." Zoo zou het gaan, Herr Ludwig! En als u zegt: „Daar de Volkenbond zijn machteloos heid heeft bewezen moeten wij hem vervan gen en toonen dat wij sterker zijn" antwoord ik: „Probeer dat dan nu! Houd vol en wees DINER DANSANT ƒ2.50 en ƒ3.50. Restaurant met schitter, uitz. op zee. Zalen voor Feest diners, Partijen, Vergaderingen enz. (Adv. Ingez. Med.) moedig! Er is veel moed toe noodig. Het ge schimp der domooren en het gebalk der ezels zullen u luidkeels omgeven. Maar houd toch vol! Wees een man, kom op voor uw overtui ging, en vooral, vooralstel niet uit tot het te laat is. Meneer Ludwig, kom tot bezinning en praat geen zwartgallige nonsens meer! R. P. DE MEISJES H. B. S. Geen voorstel van B. en W. tot opheffing. EEN TIJDELIJKE VERPLAATSING NAAR DE TEMPELIERSSTRAAT. Op de agenda voor de a.s. Woensdag te hou den vergadering van den Haarlemschen ge meenteraad komt een voorstel van B. en W. voor. dat als volgt is aangekondigd: „Ver plaatsing van de Middelbare school voor meis jes met 5 jarigen cursus". Het voorstel zelf is nog niet verschenen. Vermoedelijk zal het hedenavond aan de raadsleden worden gezonden. V/ij vernemen, dat het de bedoeling van B. en W. is de meisjesschool tijdelijk over te brengen naar het schoolgebouw in de Tem peliersstraat. Daaruit kan worden afgeleid, dat er geen voorstel van B. en W. te verwachten is tot op heffing van de school. Wij herinneren er aan. dat bij de begrooting een voorstel uit den raad gekomen is om uit bezuinigingsoverwe gingen over te gaan tot opheffing. w Eenigen tijd daarna plaatsten wij het ver slag van een onderhoud dat wij hadden met Dr. S. Elzinga, inspecteur van het Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onderwijs, die zich daarbij zeer stellig tegen de opheffing uit sprak, alsook tegen Reorganisatie in een schooi voor uitgebreid lager onderwijs. Toen de heer A. G. Boes eenige weken ge leden tot wethouder van onderwijs gekozen werd, gaven wij, in het artikel over zijn be noeming te kennen, dat aangenomen kon wor den, dat van hem. tenzij de financieele toe stand der gemeente opnieuw zeer verslech terde, geen voorstel te verwachten zal zijn om tot opheffing en reorganisatie der Meisjes school over te gaan. Het is aan te nemen, dat de quaestie dei- opheffing of reorganisatie Woensdag wel in den raad ter sprake zal komen naar aanlei ding van het voorstel van B. en W. tot ver huizing. Men weet, dat de school thans in het ge bouw aan de Krocht zeer slecht gehuisvest is Het schoolgebouw in de Tempeliersstraat zal ook wel geen volledige vervulling van de wen- schen brengen, maar wordt in elk geval toch veel beter geacht. De verhuizing naar de Tempeliersstraat wordt beschouwd als een tijdelijke oplos sing. Als de financiën het toelaten zal aan de Meisjesschool een nieuw gebouw gegeven worden. Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp ingediend tot wijziging van de wet tot rege ling van de Staatsloterij. Het wetsontwerp heeft de strekking het gebruik van de dooi den staat georganiseerde trekkingen door par ticuliere ondernemingen te verbieden Een drietal nieuwe artikelen worden voor gesteld. Nieuw art. 19a luidt: Hij, die bij een gelegenheid, opengesteld tot het mededingen naar prijzen of premiën in geld of goed, voor de toekenning van prijzen of premiën invloed toekent aan den uitslag van een trekking van de Staatsloterij, wordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijfhonderd gulden. Indien tijdens het plegen van het feit nog geen twee jaren zijn verloopen, sedert een vroegere veroordeeling van den schuldige wegens dergelijk feit onherroepelijk is gewor den, kan in plaats van de geldboete, hechtenis van ten hoogste twee maanden worden opge legd. Een nieuw artikel 19b luidt: Indien een feit. bij deze wet strafbaar ge steld wordt begaan dor of vanwege 'n naara- looze vennootschap, een coöperatieve of an dere rechtspersoonlijkheid bezittende vereeni- ging of een stichting, wordt de strafvervol ging ingesteld en de straf uitgesproken tegen de leden van het bestuur. Geen straf wordt uitgesproken tegen den bestuurder, van wien blijkt, dat het feit buiten zijn toedoen is begaan. In de memorie van toelichting zegt de minister van Financiën o.a.: Door verschillen de particulieren en vennootschappen worden loterijen of zoogenaamde premieleeningen ge organiseerd, waarbij voor de toekenning van prijzen of premiën gebruik gemaakt wordt van den uitslag der trekkingen van de Staatsloterij. De minister, acht een zoodanig gebruik van de door den staat georganiseerde trekkingen door particuliere ondernemingen niet toelaatbaar, onverschillig of de loterijen al dan niet in strijd zijn met de bepalingen van de Loterwijwet-1905. Het wetsontwerp heeft de strekking een der gelijk gebruik te verbieden. Van deze gelegenheid wordt gebruik ge maakt een aanvulling aan te brengen in ar tikel 2 der wet, tengevolge waarvan het moge lijk is het aantal zoogenaamde klassikale loten welke door het publiek niet worden gewenscht, tot een kleiner beloop dan de helft te doen uitgeven. Impressies van Scheveningen. Ba dpakk en -Sh o u). Ik was op de badpakken-show in ons nieuwe zonnebad op het terras van het Palace-Hotel. Dat hadden tante Hermien en Oom Isidoor eens moeten weten! Temidden van aardige meisjes in allerlei kleuren en formaten. Meisjes met wipneusjes, met rechte neusjes, gebogen neusjes, zwart, bruin, blond, gebleekt. Ik voelde mij Paris en Palace Athene zweefde mij voor den geest. Zit op een stoeltje. Drink een glaasje kwast. Langzaam en behoedzaam. En kijk. Langzaam en behoedzaam. En zeg tot Hermance, mijn nicht, de voorzitster van het Jack-London- Verbond afdeeling Etten-Leur: „daar hei-je dat blondje weer." En zak terug in mijn stoel. En drink kwast. En zucht. Diep en behoedzaam en kijk naar „het spel der golven", zooals de journalisten dat noemen en zie een silhouet in een twee kaatje en zeg: „die met die blauwe oogen is óók niet. onaardigzóó iets hebben jullie niet in Etten-Leur." Nicht Hermance kijkt mij eens aan. Zij zegt: „Waarom gaan jullie, mannen, naar badpak ken-shows? Bij ons op 't dorp gaan de man nen ééns in de week kegelen in de „Doorge zaagde Zeemeermin"; daar bemoeien ze zich niet met de mode. Dat vinden ze onmannelijk en ik vind dat zij gelijk hebben. Haagsche mannen zijn verwijfd." „Hermance" zegt ik en ik slik een sandwich zoo-maar-inééns door, „Hermance, in zeker opzicht heb je volkomen gelijk. Mannen en mode z ij n geen combinatie. Ik voel dit zelf óók heel goed. Al sla je me dood, dan weet ik niet, wat dat kind met die blauwe oogen, die roode nagels, die afgeschoren wenkbrauwen, die zwarte haren, dat vleugje Crêpe de Chine, aan had. Ik geloof dat Tweka ontzettend veel badpak-varieteiten heeft gekweekt en ik heb van hooren zeggen, dat die allemaal even keu- rig-keurig zitten en dat we bést met het bui tenland kunnen concurreeren. Dat is allemaal héél verheugend en prettigedoch, Her mance, dit boezemt mij niet het geringste be lang in. Daar ben ik een man voor; dat zul je billijken. Ik ga óók liever kegelen in de „Gou den Dolfijn", dan dat ik badpakken ga zitten bekijken. Maar tóch zit ik hier bij deze show en tóch amuseer ik mij uitstekend. En tóch kijk ik mijn oude oogen uit. Ra-ra hoe kan dat, Hermance? Hermance ant- 1de niet. Een zacht brie waait om onze grijzende slapen. De badpakken-show ruischt voorbij in ein- delooze deining. De zee is onaangedaan en parelmoer-grijs. De kellners schuiven geluidloos over de kleine wereld die de onze is. „Hemeltje wat een snoesje!" zegt Hermance, „kijk 's Hendrik: rood en blauw en groen met een beige muts en fraise schoentjes". „Ja, wat een snoesje!" zeg ik. „blond en groene poeze-oogen en een kuiltje in T kinne tje. Hermance kijkt me vernietigend aan. Héél de Etten-Leursche minachting staat als een wrikbare versperring tusschen onze har ten 's Avonds ter piere. Het is altijd wel even een wonderlijke er varing, 's avonds om een uur of tien op de Pier te zijn na een brandend-warmen Zon nedag en dan te bemerken, hoe weinigen daar mét u zijn. Want dan zijn de koelte en de wijdheid en de geur van de zee zóó verkwikkend, zóó stil en zóó heerlijk, dat ge u verwonderd afvraagt, waar alle menschen zijn, die den geheelen dag gezegd hebben: „Oef, wat is het warm"; „tjonge, wat 'n benauwdheid"; „het is hier nou altijd hollen of stilstaan". Ik was gisteravond ter piere. Héél, héél rus tig met een krant op een bankje; de krant legde ik naast mij neer en ik keek over de wijde, wijde zee en haalde met een diepe teug mijner longen het geluk van den avond in mijn borst en zag de lichtjes van de havenhoofden twinkelen tegen het vervloeiend lichtblauw en grijs van de verte en peinsde over de eeuwige wenteling van de vuurtorenlichten en dacht: hoe komt dat toch, dat van alle vierhonderd vijftig-duizend Hagenaars maar twaalf met mij ter Piere zijn? Een oude dame in een beige cape en met een reticule waarin een wereld meegesleept wordt langs de smalle paden van haar voor zichtig leven. Een juffrouw met een zilveren band in het haar. een pilo-jurk en een oud, muf boek van het rekje in de huiskamer. Een meneertje een sigaartje een lorg netje een tevreden en dwaas mondje een meneertje met veel kleine „tje's" en één gróóte tevredenheid met de rust van zijn trage leven. En verder twee inééngestrengelde paren, die zéér stil en zéér tot elkaar genegen peinzen over de verknochtheid hunner harten en de eeuwigheid van zee en avondhemel. Een heer en een dame, die slenteren en over bridge praten. Een heer en een dame, die op een bank zit ten en over bridge praten. En ik. Die de koelte in mijn warme wezen zuig. En denk; Zóó boven de zee en onder dezen avondhemel-met-sterren, zóó met de frisch- heid van dezen avond om mijn hoofd en tegen mijn handen, zóó zonder auto-geschal en motor-gedaver en radio-geknetter, zóó zonder haat en verlangen en ontevredenheidZóó moesten alle menschen nu ergens zwijgend en stil in de oneindigheid zijn. Morgen is er wéér een warme dag. Morgen is er wéér heete strijd en wanhopig vechten en brieven schrijven aan menschen. die mij onverschillig zijn en dingen zeggen aan menschen. die mijn woorden niet begrij pen en vijf gulden verdienen, die Jansen had willen verdienen. Maar nu, dezen avond, zijn er geen woorden en de menschen zijn achter de einders en Jan sen drinkt een kopje thee Nu, dezen avond is er alleen maar de zee en de oneindigheid van den avondhemel en de stilte. En ik met twaalf zoekers van de eeuwigheid, nietig boven het ruischen van de golven. Mr. E. ELIAS, TE HUUR. in prijzen vanaf f 37.50 per maand. S. VELDKAMP. Van Dortstraat 90, Telefoon 16290. (Adv. Ingez. Med.) HET HAARLEMSCHE GEMEENTEPERSONEEL. DE NIEUWE SALARIS VOORSTELLEN IN DEN RAAD. In de raadsvergadering van a.s. Woensdag komen aan de orde voorstellen van B. en W tot regeling van het verhoogd verhaal van de pensioenbijdrage en een wijziging der wach- geldregeling voor het gemeentepersoneel. Zooals men weet hebben wij al bijzonder heden over deze voorstellen medegedeeld toen zij in het Georganiseerd Overleg aan de orde gesteld waren. JUBILEUM VAN DEN BLOEMENDAALSCHEN RADIO-KERKDIENST. Morgen zal het tien jaar zijn geleden, dat de eerste Gereformeerde Kerkdienst in Ne- derüand. per radio werd uitgezonden over den j amateurzender der Gereformeerde Kerk van Bloemendaal. Zij, die zich met ingang van 1 Juli per kwartaal abonneeren, ontvangen de in Juni nog te verschijnen nummers gratis. DE ADMINISTRATIE. Engeland verwerpt Duitsch Iransfermorato- rïum. Het is bereid te onderhandelen over Clearingverdrag. pag. 4 Amerika treedt toe tot de Internationale Ar- beidsconferentie. pag. 4 Vele slachtoffers bij groote overstroomingcn in Zuid-China. pag. 4 In Mandsjoerije is een Brug opgeblazen waardoor een trein met 38 menschen in de diepte is gestort. pag. 4 Twee natuurbaden in de omgeving van Haarlem? pag. 6 liet liefdadig werk van de Koningin-Moeder. pag. 1 Geen voorstel van B. en W- van Haarlem tot opheffing der Meisjes H. B. S. pag. 1 Nachtelijke brand in een meubelopslagplaats aan de Dr. Bakkerlaan te Bloemendaal. pag. 2 De Tweede Kamer heeft haar besprekingen over de nieuwe spelling beëindigd: Woens dag zal over drie moties gestemd worden. pag. 4 Een jongen, die te Rotterdam in een kluis was opgesloten heeft daar enkele zeer onaange name uren doorgebracht voordat men hem wist te verlossen. pag. 3 Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp in gediend tot wijziging van de wet op de Staatsloterij. Het zal voortaan aan andere loterijen verboden zijn op de Staatsloterij te trekken. pag. 2 Tegen den detective J., betrokken bij de Nijcn- rodezaak, is een voorwaardelijke gevangenis straf geëischt. pag. 3 Dr. Colijn en Mr. Oud hebben besprekingen gevoerd over de transferonderhandelingen met Duitschland. pag- 3 In 1933 was het indexcijfer voor de werkloos heid in ons land hooger dan in 1932. pag. 3 Laatste berichten. pag. 6 ARTIKELEN, ENZ. R. P.: Emil Ludwig. 1 Van onzen Parijschen correspondent: De Grand Prix de Paris voor Automobielen. pag. 5 Mr. Elias Impressies van Scheveningen. pag. 6 Oswald Garrison Villard: De Amerikaansche geestelijkheid roert zich. pag. 12 L. N. In de stad en tochbuiten. pag. 7 Tj. de Vries: Indrukken uit Montana. pag. 7 Joh. Clir. Wijnand. 24 Juni is St. Jansdag. pag. 8 Dr. van der Sleen, Rondom het Colondistrict. pag. 8 Financieele Kroniek: De financieele moeilijk heden in Duitschland. pag. 11 J. B. Schuil: Het tooneel. pag. 9 K. de Jong: Radiomuziek der week. pag. 9 J. H. de Bois: Een interessante veiling. pag. 9 Helen. H. D. Vertelling: Het Paradijs. pag. 7 Bioscopen. pag. 9 Het Haarlcmsche Stadsbeeld: De Riviervisch- markt. Pag. 8 Links zit de bulldog schoonheidskoning, En rechts de schoonheidskoningin, Ik zal als leek nu maar niet zeggen, Hoe ik die beide snoeten vin. Hoe ik die pooten wel zou noemen, En hoe die lijven, vet en rond, Ik ben niet hondenrasdeskundig. En hou dus liever maar mijn mond. Maar juist als leek zou ik graag weten, Hoe of nu wel een hazewind. Een collie, herder of een setter. Dit zwaarbekroonde echtpaar vindt. Ik weet wel. kenners zullen zeggen, Dit paar is prachtig in zijn soort, Je moet geen soorten vergelijken. Maar elk voor zich zienenzoovoort. Maar als je nu eens ziet naar menschen, Ook zeer verscheiden naar hun ras. Dan komt zoo'n scherpe onderscheiding, Ook bij het oordeel niet te pas. Een Papoea is altijd leelijk, Zoo'n platte neus en dikke lip. En Hottentotten, Bosjesmannen, Zijn even erg naar ons begrip. Een ander punt: wanneer u heden Opeens een tweetal menschen zag, Zoo leelijk als dit bulldog paartje, Dan schoot u, vrees ik, in een lach. Maar als een Barzoi of een spaniel, Dit kampioenspaar loopen ziet, (Gesteld je mag het loopen noemen) Lacht hij dan ook (van binnen) niet? Elk soort moet j' op zichzelf bekijken. Laat staan, welk soort je 't liefste koos. Nou goed, maar in 't geheel bekeken, Is dit soort dan toch bar en boos. Als ik voor mij het had te zeggen, Dan. 't zou me spijten voor hun lot, Kwam deze heele soort eenvoudig Voor schoonheidsprijzen niet aan bod. P. GASUS. yUu>c<Ucl>ad GROOTE icutdvooci BIJENKORF BADSHOW ZONDAGMIDDAG 3 UUR (Adv. Ingez. Med.) Het Liefdadig Werk van de Koningin-Moeder. De Koningin en de Prinses zetten het voort. Wij ontvangen het volgende communiqué van den Regeeringspersdienst: .Nog geheel vervuld van het verlies, dat het Nederlandsche Volk zoowel in het moederland als in de Overzeesche Gewesten geleden heeft door het overlijden van de Koningin-Moeder, geven de Koningin en de Prinses Zich ten volle rekenschap van de plaats, welke de Koningin- Moeder in het leven en in het hart van ontel baar velen heeft ingenomen en beseffen het groote gemis, dat Haar ontslapen voor die velen beteekent. De Koningin wenscht daarom, in dezen bij gestaan door de Prinses, geheel in den geest van de Koningin-Moeder al datgene te doen, wat Haar beschikbare tijd en krachten zullen toelaten, ten einde aan allen, voor wie de Ko ningin-Moeder Haar medeleven en warme be langstelling betoond heeft, dit gemis zooveel in Haar vermogen ligt, te vergoeden". In aansluiting met het bovenstaande kan gemeld worden, dat Hare Majesteit reeds wat de Stichtingen „Oranje Nassau's Oord" en „Koningin Emma Jubileum Fonds" betreft, geheel in de plaats van Haar Moeder treedt, terwijl ook het werk van de Commissie van Weldadigheid van Koningin Emma te Baarn en te Soest wordt voortgezet. De Koningin heeft Prinses Juliana verzocht, en bereid gevonden, de leiding hiervan op Zich te nemen, binnen de grenzen en langs ae lij nen die de Koningin-Moeder Zich had gesteld. DR. F. M. WIBAUT 75 JAAR. Heden wordt dr. F M. Wibaut. één der grootste figuren der Nederlandsche Sociaal- Democratie. 75 jaar. Naast Troelstra .beeft niemand zoo zeer zijn stempel op de S.D.A.P. die hij in tal van functies heeft gediend, ge drukt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 1