Pavilion Riche - Zandvoort.
Wijziging Loterijwet
MODERNE VRIJE WONINGEN
BERICHT
Hei BelaagdjksU
51e Jaargang No. 15S42
Verschijnt dagelijks, hehalve op Zon- en Feestdagen
Zaterdag 23 Juni 1934
HAARLEM S DAGBLAD
Directie: P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTEN: per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden
3.25, franco per post 3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post 0.72^.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
ADVERTENTïëN: 1—5 regels 1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames
0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels
ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze
Groentjes 13 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400.-, Duim ƒ250.-, Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-. Arm-of Beenbreuk 100.-.
Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400 -, Verlies Duim 75.-, Verlies Wijsvinger ƒ75.-, Verlies andere vinger ƒ30.-.
Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZESTIEN BLADZIJDEN.
HAARLEM, 23 Juni.
Emil Ludwig.
Deze schrijver van zeer knappe historische
romans is den moed kwijt. Niet den moed om
te schrijven, maar om te vertrouwen in de
mogelijkheden en de ontwikkeling van het
menschdom. Er is wel een verklaring voor.
Ludwig immers is een Duitsche Jood, en geen
onaanzienlijke maar een zeer begaafde, zoodat
hij succes heeft gehad met zijn boeken, wes
halve zij symbolisch verbrand zijn en hij de
wijk naar het buitenland heeft moeten nemen.
Het is zeer hard een banneling te zijn, en
dat vele bannelingen ten prooi vallen aan
zwartgalligheid is begrijpelijk.
Dus maak ik alle mogelijke excuses voor
de geestesgesteldheid, waarin Emil Ludwig
zijn rede op het P. E. N.-congres te Edinburgh
heeft gehouden. Maar niet voor de rede zelf.
Hij had beter gedaan zijn mond te houden.
Hij zou dat zeker gedaan hebben, als hij
eerst eens overdacht nad hoe ontmoedigend
een dergelijke redevoering werkt op velen, die
hem erkennen als een man van scherpen
geest en groote gaven. Maar nu hij niet in
dien zin heeft nagedacht, de rede gehouden
en er en passant nog wat onzin in verteld ook,
is het noodzakelijk zijn betoog te bestrijden.
Ludwig heeft te Edinburgh gezegd:
„Wij zien den oorlog nader komen. Het
gevaar is op het oogenblik veel grooter
dan in de afgeloopen jaren. Twintig jaar
geleden gaf het internationale intellect
zich geheel over aan het wapengeweld.
De Ontwapenings-Conferentie heeft ons
den oorlog nader gebracht omdat wij nu
tot de deprimeerende overtuiging zijn ge
komen dat hij niet kan worden voorko
men".
Dit is een „Intellectueel" akelig woord,
maar zoo noemt hij zich bij voorkeur on
waardig. En het is nonsens. Heeft de kanker
bestrijding, die nog niet tot het vinden van
de oorzaak, laat staan de therapie van kan
ker heeft geleid, ons de overtuiging gegeven'
dat kanker niet voorkomen kan worden?
Neen! De werkers in de vele kankerinstituten
der wereld strijden moedig voort, en wij zijn
allen blij met iedere nieuwe lichtstraal van
hoop. Daar geldt een oud Nederlandsch woord
„en de desespereert niet".
Alle groote overwinningen hebben zulken
moedigen, koppigen strijd vereischt. Weet de
historiekenner Ludwig dat niet? Heeft hij
zich nooit verdiept in den strijd tegen de
cholera, de pest, in het werk van onderzoe
kers als Pasteur, Koch en anderen, die tal-
looze tegenslagen en teleurstellingen hebben
moeten overwinnen eer zij na lange, lange
jaren hun streven verwezenlijktenen dan
nog maar gedeeltelijk?
„Het pacifisme heeft er naar gestreefd
den oorlogsgeest te bestrijden, maar zijn
methoden hebben volkomen gefaald. Op
het oogenblik zou het gevaarlijk zijn ont
wapening te gaan prediken. Geen intel
lectueel mag, zooals wij dat na den oorlog
hebben gedaan, onder zijn medeburgers
propaganda maken voor ontwapening of
dienstweigering want dit zou een over
val van een nabuurstaat uitlokken.
Op het oogenblik bestaat er meer kans
door bedreiging dan door overeenkomst
een oorlog te voorkomen, want er zijn
staten die terugkrabbelen als zij bedreigd
worden. De droom van Genève is uit. De
landen die op oorlog zijn ingesteld, hebben
het klaar gespeeld dat wij thans rekening
moeten houden met een gewapende
w.ereld".
Is het gevaarlijk internationale ontwape
ning te prediken? Waarom? Dit maakt Emil
Ludwig op geen enkele wijze duidelijk. Hij kan
het trouwens niet. Hij meent dat het mogelijk
is „door bedreiging een oorlog te voorkomen".
Kom! Ik kan mij voorstellen dat hij boos op
Duitschland is, maar bij rustige bezinning zal
hij toch moeten toegeven, nietwaar, dat het
niet erg intellectueel, veeleer een beetje kin
derlijk is zulke dingen te zeggen!
„De droom van Genève is uit".
(Hier komt een griezelig misverstand aan den
dag. Genève is nooit een droom geweest, in
den zin van-een verheven broederschaps
illusie die tot werkelijkheid zou kunnen wor
den. Genève kon (en kan) in zijn wezen en
ontwikkeling nooit anders worden dan een
triomf van het gezond verstand, dat massa
slachtingen behoort te elimineeren als het
nuchter gebruikt wordt, inplaats van in staat
van dronkenschap gebracht met vlaggen zwet
sende leuzen, opgezweept nationalisme. De
broederschap der menschen reikt veel verder
dan alleen maar de afschaffing van de oor
logen. Hoe die bereikt moet worden weet ik
ook niet, zijnde slechts een mensch. Emil
Ludwig heeft gedroomd. Hij had juist wakker
moeten wezen, dan zou zijn droom nu niet uit
zijn.
Wat wil hij nu tenslotte met zijn intellec-
tueelen? Op „het laatste oogenblik voor de
oorlog uitbarst" wil hij een manifest richten
tot de mogendheden, vragend om arbitrage.
Ach, Herr Ludwig! Weet gij niet meer hoe
de stemming in de hoofdsteden, in „de kanse
larijen van Europa" vooral op zoo'n laatste
oogenblik is? Een gekkenhuis, Herr Ludwig!
Hopelooze janboel! Niets meer aa*i te redden!
Ze zouden uw manifest niet eens meer lezen!
Ze zouden hoogstens zeggen: „Arresteer dien
Jood! Hij wil geen bom op z'n hoofd krijgen,
hij wil niet omkomen in een gaswolk, hij wil
geen medemenschen slachten. Het is een
lafaard en een défaitist. Fusilleer 'mnee,
wacht nog 'n paar weken, maar doe het dan."
Zoo zou het gaan, Herr Ludwig! En als u
zegt: „Daar de Volkenbond zijn machteloos
heid heeft bewezen moeten wij hem vervan
gen en toonen dat wij sterker zijn" antwoord
ik: „Probeer dat dan nu! Houd vol en wees
DINER DANSANT ƒ2.50 en ƒ3.50. Restaurant
met schitter, uitz. op zee. Zalen voor Feest
diners, Partijen, Vergaderingen enz.
(Adv. Ingez. Med.)
moedig! Er is veel moed toe noodig. Het ge
schimp der domooren en het gebalk der ezels
zullen u luidkeels omgeven. Maar houd toch
vol! Wees een man, kom op voor uw overtui
ging, en vooral, vooralstel niet uit tot het
te laat is.
Meneer Ludwig, kom tot bezinning en praat
geen zwartgallige nonsens meer!
R. P.
DE MEISJES H. B. S.
Geen voorstel van B. en W. tot
opheffing.
EEN TIJDELIJKE VERPLAATSING NAAR
DE TEMPELIERSSTRAAT.
Op de agenda voor de a.s. Woensdag te hou
den vergadering van den Haarlemschen ge
meenteraad komt een voorstel van B. en W.
voor. dat als volgt is aangekondigd: „Ver
plaatsing van de Middelbare school voor meis
jes met 5 jarigen cursus".
Het voorstel zelf is nog niet verschenen.
Vermoedelijk zal het hedenavond aan de
raadsleden worden gezonden.
V/ij vernemen, dat het de bedoeling van B.
en W. is de meisjesschool tijdelijk over te
brengen naar het schoolgebouw in de Tem
peliersstraat.
Daaruit kan worden afgeleid, dat er geen
voorstel van B. en W. te verwachten is tot op
heffing van de school. Wij herinneren er aan.
dat bij de begrooting een voorstel uit den
raad gekomen is om uit bezuinigingsoverwe
gingen over te gaan tot opheffing.
w Eenigen tijd daarna plaatsten wij het ver
slag van een onderhoud dat wij hadden met
Dr. S. Elzinga, inspecteur van het Middelbaar
en Voorbereidend Hooger Onderwijs, die zich
daarbij zeer stellig tegen de opheffing uit
sprak, alsook tegen Reorganisatie in een
schooi voor uitgebreid lager onderwijs.
Toen de heer A. G. Boes eenige weken ge
leden tot wethouder van onderwijs gekozen
werd, gaven wij, in het artikel over zijn be
noeming te kennen, dat aangenomen kon wor
den, dat van hem. tenzij de financieele toe
stand der gemeente opnieuw zeer verslech
terde, geen voorstel te verwachten zal zijn om
tot opheffing en reorganisatie der Meisjes
school over te gaan.
Het is aan te nemen, dat de quaestie dei-
opheffing of reorganisatie Woensdag wel in
den raad ter sprake zal komen naar aanlei
ding van het voorstel van B. en W. tot ver
huizing.
Men weet, dat de school thans in het ge
bouw aan de Krocht zeer slecht gehuisvest is
Het schoolgebouw in de Tempeliersstraat zal
ook wel geen volledige vervulling van de wen-
schen brengen, maar wordt in elk geval toch
veel beter geacht.
De verhuizing naar de Tempeliersstraat
wordt beschouwd als een tijdelijke oplos
sing. Als de financiën het toelaten zal aan de
Meisjesschool een nieuw gebouw gegeven
worden.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp
ingediend tot wijziging van de wet tot rege
ling van de Staatsloterij. Het wetsontwerp
heeft de strekking het gebruik van de dooi
den staat georganiseerde trekkingen door par
ticuliere ondernemingen te verbieden
Een drietal nieuwe artikelen worden voor
gesteld. Nieuw art. 19a luidt: Hij, die bij een
gelegenheid, opengesteld tot het mededingen
naar prijzen of premiën in geld of goed, voor
de toekenning van prijzen of premiën invloed
toekent aan den uitslag van een trekking van
de Staatsloterij, wordt gestraft met geldboete
van ten hoogste vijfhonderd gulden.
Indien tijdens het plegen van het feit nog
geen twee jaren zijn verloopen, sedert een
vroegere veroordeeling van den schuldige
wegens dergelijk feit onherroepelijk is gewor
den, kan in plaats van de geldboete, hechtenis
van ten hoogste twee maanden worden opge
legd.
Een nieuw artikel 19b luidt:
Indien een feit. bij deze wet strafbaar ge
steld wordt begaan dor of vanwege 'n naara-
looze vennootschap, een coöperatieve of an
dere rechtspersoonlijkheid bezittende vereeni-
ging of een stichting, wordt de strafvervol
ging ingesteld en de straf uitgesproken tegen
de leden van het bestuur.
Geen straf wordt uitgesproken tegen den
bestuurder, van wien blijkt, dat het feit buiten
zijn toedoen is begaan.
In de memorie van toelichting zegt de
minister van Financiën o.a.: Door verschillen
de particulieren en vennootschappen worden
loterijen of zoogenaamde premieleeningen ge
organiseerd, waarbij voor de toekenning van
prijzen of premiën gebruik gemaakt wordt
van den uitslag der trekkingen van de
Staatsloterij. De minister, acht een zoodanig
gebruik van de door den staat georganiseerde
trekkingen door particuliere ondernemingen
niet toelaatbaar, onverschillig of de loterijen
al dan niet in strijd zijn met de bepalingen
van de Loterwijwet-1905.
Het wetsontwerp heeft de strekking een der
gelijk gebruik te verbieden.
Van deze gelegenheid wordt gebruik ge
maakt een aanvulling aan te brengen in ar
tikel 2 der wet, tengevolge waarvan het moge
lijk is het aantal zoogenaamde klassikale loten
welke door het publiek niet worden gewenscht,
tot een kleiner beloop dan de helft te doen
uitgeven.
Impressies van Scheveningen.
Ba dpakk en -Sh o u).
Ik was op de badpakken-show in ons nieuwe
zonnebad op het terras van het Palace-Hotel.
Dat hadden tante Hermien en Oom Isidoor
eens moeten weten!
Temidden van aardige meisjes in allerlei
kleuren en formaten. Meisjes met wipneusjes,
met rechte neusjes, gebogen neusjes, zwart,
bruin, blond, gebleekt.
Ik voelde mij Paris en Palace Athene zweefde
mij voor den geest.
Zit op een stoeltje. Drink een glaasje kwast.
Langzaam en behoedzaam. En kijk. Langzaam
en behoedzaam. En zeg tot Hermance, mijn
nicht, de voorzitster van het Jack-London-
Verbond afdeeling Etten-Leur: „daar hei-je
dat blondje weer."
En zak terug in mijn stoel. En drink kwast.
En zucht. Diep en behoedzaam en kijk naar
„het spel der golven", zooals de journalisten
dat noemen en zie een silhouet in een twee
kaatje en zeg: „die met die blauwe oogen is
óók niet. onaardigzóó iets hebben jullie
niet in Etten-Leur."
Nicht Hermance kijkt mij eens aan. Zij zegt:
„Waarom gaan jullie, mannen, naar badpak
ken-shows? Bij ons op 't dorp gaan de man
nen ééns in de week kegelen in de „Doorge
zaagde Zeemeermin"; daar bemoeien ze zich
niet met de mode. Dat vinden ze onmannelijk
en ik vind dat zij gelijk hebben. Haagsche
mannen zijn verwijfd."
„Hermance" zegt ik en ik slik een sandwich
zoo-maar-inééns door, „Hermance, in zeker
opzicht heb je volkomen gelijk. Mannen en
mode z ij n geen combinatie. Ik voel dit zelf
óók heel goed. Al sla je me dood, dan weet ik
niet, wat dat kind met die blauwe oogen, die
roode nagels, die afgeschoren wenkbrauwen,
die zwarte haren, dat vleugje Crêpe de Chine,
aan had. Ik geloof dat Tweka ontzettend veel
badpak-varieteiten heeft gekweekt en ik heb
van hooren zeggen, dat die allemaal even keu-
rig-keurig zitten en dat we bést met het bui
tenland kunnen concurreeren. Dat is allemaal
héél verheugend en prettigedoch, Her
mance, dit boezemt mij niet het geringste be
lang in. Daar ben ik een man voor; dat zul je
billijken. Ik ga óók liever kegelen in de „Gou
den Dolfijn", dan dat ik badpakken ga zitten
bekijken. Maar tóch zit ik hier bij deze show
en tóch amuseer ik mij uitstekend. En tóch
kijk ik mijn oude oogen uit. Ra-ra hoe kan dat,
Hermance?
Hermance ant- 1de niet.
Een zacht brie waait om onze grijzende
slapen.
De badpakken-show ruischt voorbij in ein-
delooze deining.
De zee is onaangedaan en parelmoer-grijs.
De kellners schuiven geluidloos over de kleine
wereld die de onze is.
„Hemeltje wat een snoesje!" zegt Hermance,
„kijk 's Hendrik: rood en blauw en groen
met een beige muts en fraise schoentjes".
„Ja, wat een snoesje!" zeg ik. „blond en
groene poeze-oogen en een kuiltje in T kinne
tje.
Hermance kijkt me vernietigend aan.
Héél de Etten-Leursche minachting staat als
een wrikbare versperring tusschen onze har
ten
's Avonds ter piere.
Het is altijd wel even een wonderlijke er
varing, 's avonds om een uur of tien op de
Pier te zijn na een brandend-warmen Zon
nedag en dan te bemerken, hoe weinigen
daar mét u zijn.
Want dan zijn de koelte en de wijdheid en
de geur van de zee zóó verkwikkend, zóó stil en
zóó heerlijk, dat ge u verwonderd afvraagt,
waar alle menschen zijn, die den geheelen dag
gezegd hebben: „Oef, wat is het warm";
„tjonge, wat 'n benauwdheid"; „het is hier
nou altijd hollen of stilstaan".
Ik was gisteravond ter piere. Héél, héél rus
tig met een krant op een bankje; de krant
legde ik naast mij neer en ik keek over de
wijde, wijde zee en haalde met een diepe teug
mijner longen het geluk van den avond in mijn
borst en zag de lichtjes van de havenhoofden
twinkelen tegen het vervloeiend lichtblauw en
grijs van de verte en peinsde over de eeuwige
wenteling van de vuurtorenlichten en dacht:
hoe komt dat toch, dat van alle vierhonderd
vijftig-duizend Hagenaars maar twaalf met
mij ter Piere zijn?
Een oude dame in een beige cape en met
een reticule waarin een wereld meegesleept
wordt langs de smalle paden van haar voor
zichtig leven.
Een juffrouw met een zilveren band in het
haar. een pilo-jurk en een oud, muf boek van
het rekje in de huiskamer.
Een meneertje een sigaartje een lorg
netje een tevreden en dwaas mondje een
meneertje met veel kleine „tje's" en één gróóte
tevredenheid met de rust van zijn trage leven.
En verder twee inééngestrengelde paren, die
zéér stil en zéér tot elkaar genegen peinzen
over de verknochtheid hunner harten en de
eeuwigheid van zee en avondhemel.
Een heer en een dame, die slenteren en over
bridge praten.
Een heer en een dame, die op een bank zit
ten en over bridge praten.
En ik.
Die de koelte in mijn warme wezen zuig.
En denk; Zóó boven de zee en onder dezen
avondhemel-met-sterren, zóó met de frisch-
heid van dezen avond om mijn hoofd en tegen
mijn handen, zóó zonder auto-geschal en
motor-gedaver en radio-geknetter, zóó zonder
haat en verlangen en ontevredenheidZóó
moesten alle menschen nu ergens zwijgend en
stil in de oneindigheid zijn.
Morgen is er wéér een warme dag.
Morgen is er wéér heete strijd en wanhopig
vechten en brieven schrijven aan menschen.
die mij onverschillig zijn en dingen zeggen
aan menschen. die mijn woorden niet begrij
pen en vijf gulden verdienen, die Jansen had
willen verdienen.
Maar nu, dezen avond, zijn er geen woorden
en de menschen zijn achter de einders en Jan
sen drinkt een kopje thee
Nu, dezen avond is er alleen maar de zee en
de oneindigheid van den avondhemel en de
stilte.
En ik met twaalf zoekers van de eeuwigheid,
nietig boven het ruischen van de golven.
Mr. E. ELIAS,
TE HUUR. in prijzen vanaf f 37.50 per maand.
S. VELDKAMP. Van Dortstraat 90,
Telefoon 16290.
(Adv. Ingez. Med.)
HET HAARLEMSCHE
GEMEENTEPERSONEEL.
DE NIEUWE SALARIS VOORSTELLEN IN
DEN RAAD.
In de raadsvergadering van a.s. Woensdag
komen aan de orde voorstellen van B. en W
tot regeling van het verhoogd verhaal van de
pensioenbijdrage en een wijziging der wach-
geldregeling voor het gemeentepersoneel.
Zooals men weet hebben wij al bijzonder
heden over deze voorstellen medegedeeld toen
zij in het Georganiseerd Overleg aan de orde
gesteld waren.
JUBILEUM VAN DEN BLOEMENDAALSCHEN
RADIO-KERKDIENST.
Morgen zal het tien jaar zijn geleden, dat
de eerste Gereformeerde Kerkdienst in Ne-
derüand. per radio werd uitgezonden over den j
amateurzender der Gereformeerde Kerk van
Bloemendaal.
Zij, die zich met ingang van 1 Juli
per kwartaal abonneeren, ontvangen
de in Juni nog te verschijnen nummers
gratis.
DE ADMINISTRATIE.
Engeland verwerpt Duitsch Iransfermorato-
rïum. Het is bereid te onderhandelen over
Clearingverdrag.
pag. 4
Amerika treedt toe tot de Internationale Ar-
beidsconferentie.
pag. 4
Vele slachtoffers bij groote overstroomingcn
in Zuid-China.
pag. 4
In Mandsjoerije is een Brug opgeblazen
waardoor een trein met 38 menschen in de
diepte is gestort.
pag. 4
Twee natuurbaden in de omgeving van
Haarlem?
pag. 6
liet liefdadig werk van de Koningin-Moeder.
pag. 1
Geen voorstel van B. en W- van Haarlem tot
opheffing der Meisjes H. B. S.
pag. 1
Nachtelijke brand in een meubelopslagplaats
aan de Dr. Bakkerlaan te Bloemendaal.
pag. 2
De Tweede Kamer heeft haar besprekingen
over de nieuwe spelling beëindigd: Woens
dag zal over drie moties gestemd worden.
pag. 4
Een jongen, die te Rotterdam in een kluis was
opgesloten heeft daar enkele zeer onaange
name uren doorgebracht voordat men hem
wist te verlossen.
pag. 3
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp in
gediend tot wijziging van de wet op de
Staatsloterij. Het zal voortaan aan andere
loterijen verboden zijn op de Staatsloterij
te trekken.
pag. 2
Tegen den detective J., betrokken bij de Nijcn-
rodezaak, is een voorwaardelijke gevangenis
straf geëischt.
pag. 3
Dr. Colijn en Mr. Oud hebben besprekingen
gevoerd over de transferonderhandelingen
met Duitschland.
pag- 3
In 1933 was het indexcijfer voor de werkloos
heid in ons land hooger dan in 1932.
pag. 3
Laatste berichten.
pag. 6
ARTIKELEN, ENZ.
R. P.: Emil Ludwig.
1
Van onzen Parijschen correspondent: De
Grand Prix de Paris voor Automobielen.
pag. 5
Mr. Elias Impressies van Scheveningen.
pag. 6
Oswald Garrison Villard: De Amerikaansche
geestelijkheid roert zich.
pag. 12
L. N. In de stad en tochbuiten.
pag. 7
Tj. de Vries: Indrukken uit Montana.
pag. 7
Joh. Clir. Wijnand. 24 Juni is St. Jansdag.
pag. 8
Dr. van der Sleen, Rondom het Colondistrict.
pag. 8
Financieele Kroniek: De financieele moeilijk
heden in Duitschland.
pag. 11
J. B. Schuil: Het tooneel.
pag. 9
K. de Jong: Radiomuziek der week.
pag. 9
J. H. de Bois: Een interessante veiling.
pag. 9
Helen. H. D. Vertelling: Het Paradijs.
pag. 7
Bioscopen.
pag. 9
Het Haarlcmsche Stadsbeeld: De Riviervisch-
markt.
Pag. 8
Links zit de bulldog schoonheidskoning,
En rechts de schoonheidskoningin,
Ik zal als leek nu maar niet zeggen,
Hoe ik die beide snoeten vin.
Hoe ik die pooten wel zou noemen,
En hoe die lijven, vet en rond,
Ik ben niet hondenrasdeskundig.
En hou dus liever maar mijn mond.
Maar juist als leek zou ik graag weten,
Hoe of nu wel een hazewind.
Een collie, herder of een setter.
Dit zwaarbekroonde echtpaar vindt.
Ik weet wel. kenners zullen zeggen,
Dit paar is prachtig in zijn soort,
Je moet geen soorten vergelijken.
Maar elk voor zich zienenzoovoort.
Maar als je nu eens ziet naar menschen,
Ook zeer verscheiden naar hun ras.
Dan komt zoo'n scherpe onderscheiding,
Ook bij het oordeel niet te pas.
Een Papoea is altijd leelijk,
Zoo'n platte neus en dikke lip.
En Hottentotten, Bosjesmannen,
Zijn even erg naar ons begrip.
Een ander punt: wanneer u heden
Opeens een tweetal menschen zag,
Zoo leelijk als dit bulldog paartje,
Dan schoot u, vrees ik, in een lach.
Maar als een Barzoi of een spaniel,
Dit kampioenspaar loopen ziet,
(Gesteld je mag het loopen noemen)
Lacht hij dan ook (van binnen) niet?
Elk soort moet j' op zichzelf bekijken.
Laat staan, welk soort je 't liefste koos.
Nou goed, maar in 't geheel bekeken,
Is dit soort dan toch bar en boos.
Als ik voor mij het had te zeggen,
Dan. 't zou me spijten voor hun lot,
Kwam deze heele soort eenvoudig
Voor schoonheidsprijzen niet aan bod.
P. GASUS.
yUu>c<Ucl>ad
GROOTE
icutdvooci
BIJENKORF
BADSHOW
ZONDAGMIDDAG 3 UUR
(Adv. Ingez. Med.)
Het Liefdadig Werk van de
Koningin-Moeder.
De Koningin en de Prinses zetten
het voort.
Wij ontvangen het volgende communiqué
van den Regeeringspersdienst:
.Nog geheel vervuld van het verlies, dat het
Nederlandsche Volk zoowel in het moederland
als in de Overzeesche Gewesten geleden heeft
door het overlijden van de Koningin-Moeder,
geven de Koningin en de Prinses Zich ten volle
rekenschap van de plaats, welke de Koningin-
Moeder in het leven en in het hart van ontel
baar velen heeft ingenomen en beseffen het
groote gemis, dat Haar ontslapen voor die
velen beteekent.
De Koningin wenscht daarom, in dezen bij
gestaan door de Prinses, geheel in den geest
van de Koningin-Moeder al datgene te doen,
wat Haar beschikbare tijd en krachten zullen
toelaten, ten einde aan allen, voor wie de Ko
ningin-Moeder Haar medeleven en warme be
langstelling betoond heeft, dit gemis zooveel
in Haar vermogen ligt, te vergoeden".
In aansluiting met het bovenstaande kan
gemeld worden, dat Hare Majesteit reeds wat
de Stichtingen „Oranje Nassau's Oord" en
„Koningin Emma Jubileum Fonds" betreft,
geheel in de plaats van Haar Moeder treedt,
terwijl ook het werk van de Commissie van
Weldadigheid van Koningin Emma te Baarn
en te Soest wordt voortgezet.
De Koningin heeft Prinses Juliana verzocht,
en bereid gevonden, de leiding hiervan op Zich
te nemen, binnen de grenzen en langs ae lij
nen die de Koningin-Moeder Zich had gesteld.
DR. F. M. WIBAUT 75 JAAR.
Heden wordt dr. F M. Wibaut. één der
grootste figuren der Nederlandsche Sociaal-
Democratie. 75 jaar. Naast Troelstra .beeft
niemand zoo zeer zijn stempel op de S.D.A.P.
die hij in tal van functies heeft gediend, ge
drukt.