ROUW
2*1
WEEKNIEUWS
ABR. MEIJER
Zomer
Uitverkoop
DONDERDAG 28 JUNI 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
10
MODETIPS.
ELEGANTE MIDDAGJAPONNEN.
Ze zijn heel lang, de middagjaponnen voor
het zomerseizoen; reiken bijna tot op den
grond. Het materiaal is organdie, taftzijde,
gebloemde crêpe de chine, e d. Om de heupen
zijn ze nauw aangesloten om dan wijdklok-
kend uit te loopen.
Vooral de ruches aan den zoom zijn zeer
modern. Bij deze middagtoiletjes groote hoe
den met soepele slappe randen, die naar vo
ren in het gezicht getrokken worden.
Onze afbeelding toont u een paar zeer ele
gante modellen. De linksche japon is van or
gandie; van voren hoog gesloten. De eenige
garneering bestaan uit een toefje bloempjes
op den linker schouder.
Het model rechts van geruite taftzijde, is
van een geraffineerde eenvoud.
OM ZELF TE MAKEN!
EEN PELERINE.
Voor het vervaardigen van onderstaand
pelerinnetje. dat al naar gelang het mate
riaal, geschikt is om op een avondjurk zoowel
op al een badpak gedragen te worden, heb
ben we 1,25 Meter stof noodig.
Het beste is, als men materiaal kiest, dat
weinig verschil toont in rechte of verkeerde
zijde.
Wil men een cape'tje voor een avondjurk
maken, dan is satijn de aangewezen stof;
daar men van dit materiaal zoowel den
glanzenden als den doffen kant kan gebrui
ken.
We knippen nu hiervan een halven cirkel,
van 1,25 Meter lengte en een breedte vair
60 centimeter. Dan knippen we een split
van 47 c.M. terwijl de overige 13 c.M. dicht
blijven.
't Beste is om 't pellerinnetje niet af te zoo
men; maar om het om te laten festonneeren.
Is men hiermee klaar, dan slaat men de lap
om, op de wijze, zooals dat op de illustratie is
afgebeeld. Klaar is dit origineele pelerinne'tje.
Bij het dragen kunt u het vast steken met
een clip.
Op het badpak dragen we een clip, in den
vorm van een anker, terwijl men op een
avondjurk één van geslepen glas of iets der
gelijks draagt.
U zult eens zien hoe dit grappige dingetje
zal voldoen en met hoe weinig moeite en kos
ten u het vervaardigen kunt.
s/Bt Lm
Waarom zijn er eigenlijk zooveel kleine din
gen uit het dagelijksch leven waarover we
„met goed fatsoen" niet praten kunnen?
Een kleine jongen vertelt me van allerlei
intimiteiten over zijn eigen leven en dat van
zijn huisgenooten. Ee het is heel komisch. Je
weet zeker, dat de ouders van dat jongetje
je deze dingen nooit verteld zouden hebben,
omdat nu ja, omdat je dat eenvoudig niet
doet.
't Is waar heel belangrijk is het niet. En
het komt meest hier op neer. dat moeder 't
een of ander te duur vindt of dat vader het
wel gekocht heeft, maar nog niet betaald.
Verder mededeelingen over 't aantal kleeren
van moeder en het aantal boterhammen dat
vader pleegt te eten.
Eigenlijk heel gewoon, dat groote menschen
niet over die kleinigheden spreken. Maar ik
ben er zeker van dat de ouders van het jonge
tje het geen kleinigheden zouden vinden als
ze hun zoontje aan het vertellen hoorden.
Zulke dingen houd je geheim. Dus zijn het
géén kleinigheden. Want daar maak je geen
geheimen van.
Het kind vertelt argeloos. Het denkt dat je
belang stelt in al zijn wederwaardigheden, in
vader en moeder. Wie zijn er meer belangrijk
dan juist vader en moeder! Het kind vertelt
ons zijn leventje, dat leventje is zijn wereld,
het kent niet anders. En zou het dan niet
interessant zijn over de wereld te vertellen?
Dat een ander zijn verhalen gek kan vinden,
dat een ander vader en moeder en hemzelf
bespotten kan, daar denkt het kind niet aan.
En dan de groote gebeurtenissen in het kim
derleven! „Ik ga morgen voor het eerst naar
school". „We gaan veertien dagen uit logee-
ren". De wereld krijgt een ander aanzien, er
gebeurt iets. Kan iemand daar koud bij
blijven?
Het kleine kind vertelt, het groote vertelt
al minder en de volwassene zwijgt dikwijls
geheel. Want in, den loop van den tijd heeft
hij ontdekt hoe het met de belangstelling van
andere., in zijn zaken werkelijk staat. Voor
de kleinigheden in zijn leven heeft de ander
geen interesse, voor de belangrijke gebeurte
nissen hoogstens nieuwsgierigheid. Er zijn
maar heel enkele goede vrienden die zijn leven
met hem mee-leven.
Alleen de heel eenvoudige zielen blijven
voortgaan hun leven in bijzonderheden aan
ons te vertellen. We vinden die eindelooze
„kletspraat" vervelend en toch schuilt er een
groot vertrouwen in, een vertrouwen in onze
onverdeelde belangstelling.
Naarmate wij ouder werden is onze wereld
grooter geworden en we weten dat onze kleine
belevenissen niet de moeite van het vertellen
waard zijn, ze zijn voor ons zelf niet eens be
langrijk meer, laat staan voor anderen. Het is
kleinzielig er over te praten.
Maar het is nog kleinzieliger ze expres te
verzwijgen. Een teeken van kleinzieligheid
aan beide kanten? Bij den verteller en bij den
toehoorder. De verteller of in dit geval
eigenlijk de niet-verteller houdt zich graag
groot en zal daarom als het zoo te pas komt
angstvallig zwijgen over kleine huiselijke
moeilijkheden. Kleinzielig maar ook omdat
hij weet, dat die moeilijkheden den toehoorder
aanleiding kunnen zijn tot kwaadspreken, spot
laatdunkendheid. Dus tot kleinzielig gedoe.
En zoo blijft het in een kringetje rond
draaien.
Conclusie?
Alsjeblieft niet, dat we elkander moeten ver
velen met gezanik over kleinigheden. Maar
wel, dat we zoo weinig vertrouwen in elkaar
stellen en blijkbaar kunnen stellen. En ook,
dat we zelf nog altijd veel meer waarde hech
ten dan we zelf wel weten aan ingehamerde
fatsoensbegrippen en aan de onbetaalde
rekening van onze buren.
BEP. OTTEN.
NAAR EEN HOOCERE KLAS.
Zou er wel één gezin met schoolgaande kin
deren te vinden zijn, waar niet in dezen tijd
het overgaan of zitten-blijven een onderwerp
van gesprek uitmaakt?
Daar zijn de gelukkige gezinnen, waar het
geval niet aan twijfel onderhevig is: de kin
deren gaan vlot ieder jaar over naar een hoo-
gere klas, er valt dus weinig over te zeggen;
maar zeker heeft een der kinderen wel een
vriendje of vriendinnetje, die er slecht voor
staat, en het heele gezin leeft mee, ten eerste
met den leerling, maar de ouders ook alweer
met die andere ouders, die in spanning ver-
keeren: zal het dit jaar lukken, of niet!
Dan zijn er andere gezinnen waar het veel
moeizamer gaat met de overgang, waar de
ouders er zoo buitengewoon op gesteld zijn, dat
de kinderen worden bevorderd; wanneer dit
abnormale vormen gaat aannemen, kan het
gebeuren dat de kinderen met een nagetief
resultaat niet naar huis durven komen, op
straat blijven zwerven, en natuurlijk zelf niet
weten, waar dit tenslotte allemaal op uit moet
loopen.
Gelukkig komt dat niet vaak voorhet is een
gevolg van een strengheid, die niet in verhou
ding is tot het feit waar het om gaat; boven
dien zal gelukkig niet ieder kind. dat zulke
strenge ouders heeft, over-conscientieus genoeg
zijn, om tot een dergelijke daad te komen uit
angst voor straf.
Sommige ouders zijn van het Paaschrapport
af al bezig verontschuldigingen te zoeken voor
het feit dat hun kinderen zeker en vast blij
ven zitten; zelfs een verkoudheid is voor hen
voldoende om te bedenken dat deze hun
schoolwerk slecht beïnvloedt, zoodat het feite
lijk hun schuld niet is, dat zij blijven zitten.
De meesten echter zijn hun eigen schooltijd
nog niet zóó vergeten, of zij oordeelen buiten
de kinderen om mild genoeg over een zitten-
blijver, terwijl zij tegenover den delinquent
zelf een zekere mate van strengheid voorwen
den, om het kind niet het gevoel te gevenhet
kan vader en moeder niet schelen, waarvoor
zou ik me nu nog druk maken.
De kinderen rea'geeren echter evengoed ver
schillend op deze koortsachtige periode van
overgang als de ouders, en zoo kan het gebeu
ren. dat vader en moeder onverschilliger zijn
ten opzichte van de vorderingen en de over
gang der kinderen, dan deze zelf. misschien
ook wel noodgedwongen om het kind te rem
men in zijn al te groote eerzucht. Want een
kind, dat er komen w i 1. redeneert niet dat er
aan al het blokken ook eens een einde moet
komen, dat niemand het kan volhouden om
ononderbroken door te werken, en zeker niet
een mensch die in zijn groei is, het kind blokt
door, wanneer de ouders er niet op een zeker
oogenblik een stokje voor steken.
Maar ook dit komt net zoo min algemeen
voor, als het wegloopen om een slecht resul
taat: de meeste kinderen vinden het wel op
recht jammer dat zij moeten blijven zitten, zij
zijn er ook wel even van onder den indruk,
maar het leed is al gauw weer vergeten en dat
is maar goed ook, anders was die spanning
ieder jaar immers niet om vol te houden.
Stelt u eens voor, dat een volwassene minstens
elf jaar achter elkaar iederen zomer moest
overgaan naar een hoogere klasse, en dat
daarvan het wel en wee voor het komende jaar
afhing. Dat zou immers voor iemand die zijn
volle verantwoordelijkheid voelt, niet om vol
te houden zijn.
Gelukkig daarom maar, dat een kind die
verantwoordelijkheid niet kent, gemakkelijk
over de geleden nederlaag heenstapt, en met
frisschen moed aan den nieuwen cursus be
gint.
Wat echter niet wegneemt, dat de ouders wis
en zeker tot plicht hebben, het verantwoorde
lijkheidsgevoel bij de kinderen aan te kwee
ken, zoodat zij bij het ouder worden steeds
meer gaan inzien, dat het voor een groot deel
van henzelf afhangt of zij slagen, eerst op
school, later in'het leven. Want wanneer hun
dat als kinderen niet wordt bijgebracht, dan
zullen zij als volwassenen geen kans meer zien
om het zich eigen te maken.
E. E. J.—P.
ENCELSCHE MODE.
Kjeukenceli eTrnert
Dat er een Engelsche heerenmode bestaat,
die op het gebied van mannenkleeding even
toonaangevend is als de Fransche op het ge
bied van dameskleeding, weet iedereen. Maar
niet iedereen weet, dat er ook een Engelsche
damesmode bestaat, en dat er Engelsche mode
ontwerpers zijn. die in Engeland een heele re
putatie genieten, maar wier modellen buiten
de Engelsche grenzen niet veel bekendheid
plegen te krijgen. Die Engelsche mode-ont
werpers hebben in den laatsten tijd onder tal
van historische invloeden gestaan: de beken
de Engelsche film „The private Life of Henry
Vin" met Charles Laughton in de hoofdrol,
heet bijvoorbeeld de hoedenmode ernstig te
hebben beïnvloed en heeft in allen gevalle in
Engeland een geweldige voorliefde voor haar
versiersels bij het avondtoilet teweeg ge
bracht. Iedereen droeg in den afgeloopen
winter in Engeland de „halo" oftewel „stra
lenkrans" bij de avondjaponnen: op alle mo
gelijke wijzen versierde bandeau's, die soms
bijna het model van kroontjes kregen, en die
rond het hoofd, maar heel ver achterover
werden gedragen.
Die mode is dus nu niet nieuw meer, en de
Engelsche ontwerpers hebben hun inspiratie
elders gezocht en gevonden. Het nieuwe boek
„Anthony Adverse" door Hervey Allen, dat dit
voorjaar uitkwam en ongelooflijk succes had,
voorzag hen van de noodige nieuwe ideeën:
het speelt in het laatst van de achttiende
eeuw, en gedeeltelijk in Spanje, gedeeltelijk
in een groot aantal verschillende andere oor
den van de wereld, en is inderdaad zoo kleur
rijk, zoo levendig geschreven, dat het in elk
mensch wel dingen in beweging brengen
moet. „Anthony Adverse" kwam, zag en over
won; het overwon ook de Engelsche mode
ontwerpers, en op het oogenblik zijn in
Engeland „Anthony Adverse"-hoeden het
laatste en het nieuwste. Kleine, iets schuin
staande hoedjes met een smallen, aan beide
zijden opgeslagen rand en een stijven, vrij
lagen bol.
Of de schrijver ooit gedacht heeft, dat hij
zelfs de damesmode zou beinvloeden met
zijn boek?
W. T.
Halve gedraaide (4 personen)ongeveer 3
ons overgebleven koud vleesch, 4 hardge
kookte eieren, 8 koude gekookte aardappelen,
2 tomaten, wat ingemaakte uitjes en augurk
jes, 2 lepels olie, 3 lepels azijn, wat soja of
Maggi-aroma.
Meng het fijngehakte vleesch, de fijnge
maakte aardappelen, 3 fijngewreven harde
eieren en een paar gehakte uitjes en augur
ken met de olie, de azijn en de soja tot een
samenhangende massa, desnoods nog wat
olie en azijn toevoegende, als de aangegeven
hoeveelheid vloeistof niet voldoende blijkt te
zijn.
Stapel het mengsel eenigszins kussenvor-
mig op een platte schotel en gebruik als rand
garneering afwisselend tomatenschijfjes en
partjes hardgekookt ei, als middenversiering
eenige waaiervormig ingesneden augurken en
tot openspringende roosjes gevormde uitjes.
Kruisbessentaart: 100 gr. bloem, 50 gr. bo
ter, een snuifje zout, 2 a 3 eetlepels water;
1 pond onrijpe kruisbessen, suiker naar
smaak, 1 d.L. slagroom, 1 lepel poedersuiker.
Snijd met twee mesjes de boter in de bloem
tot kleine stukjes, voeg er het zout en zoo
veel water bij dat de ingrediënten een droge
samenhangende massa vormen. Rol het deeg
op een met bloem bestoven aanrecht uit tot
een dunne lap, vouw deze op en rol hem nog
maals uit tot een ronde lap, die juist in de
platte taartvorm past. Besmeer de taartvorm
met boter, druk het deeg tegen de bodem en
de opstaande kant, snijd het randje ter
hoogte van de rand van de taartvorm bij. Leg
een stukje vetvrij papier op het deeg en vul
de open ruimte aan met propjes papier, rau
we rijst of rauwe boonen. Bak de taart in een
heete oven ongeveer 20 minuten, neem hem
uit de vorm, verwijder de voorloopige vulling
(de rijst en boonen kunnen in een trommel
tje worden bewaard en later weer gebruikt),
en laat het gebak bekoelen. Zoek de kruis
bessen uit, ontdoe ze van kroontjes en steel
tjes, wasch ze, zet ze op met weinig kokend
water en laat ze tot moes koken. Wrijf de
kruisbessen door een zeef, maak ze naar
smaak af met de suiker en laat ze door en
door koud worden. Vul de bekoelde deegbak
met het koude vruchtenmoes en garneer de
taart met de slagroom, die met een lepel poe
dersuiker is stijfgeslagen.
C. F.
Menigeen bezorgt u door zijn vijandschap
meer achting, dan hij anderen door zijn
vriendschap bewijst.
De mensch moet aan zijn levensavond niet
treuren over de ondergaande zon; maar zich
verheugen over de .aan den hemel verschij
nende sterren.
Om zijn innerlijk leven voor nieuwsgie
rige blikken te verbergen, is menigeen het
slechtste masker goed genoeg.
De dagdief is de eenige. die hoe meer hij
steelt, des te minder heeft.
ONS WEKELIJKSCH
KNIPPATROON.
Het ondergoed is tegenwoordig zoo eenvou
dig van snit. dat het geen enkele vrouw, die
een beetje handig met de naald kan omgaan,
moeite behoeft te kosten om het zelf te ma
ken.
No 239: keurige getailleerde onderjurk
van battist en crêpe de chine. Benoodiga ma
teriaal: 2 maal de hoogte van 2,50 a 3 Meter
kant.
No. 240: kapmanteltje van gebloemde
kunstzijde of kant. Benoodigd materiaal: 2
Meter.
Beide patronen zijn in alle maten tegen
den prijs van 0.38 ets per stuk te verkrijgen
bij de „Afdeeling Knippatronen" van de Uit
geversmaatschappij „De Mijlpaal" postbox
175 te Amsterdam.
Toezending zal geschieden na ontvangst
van het bedrag dat kan worden overge
maakt per postwissel, in postzegels, of wel
per postgiro 41632.
Den lezeressen wordt vriendelijk verzocht
bij bestelling van één der patronen niet alleen
het verlangde nummer, maar tevens de ge-
wenschte maat, d.wz. boven-, taille-, heup
wijdte, enz, op te geven.
Gelieve verder naam en adres duidelijk t-e
vermelden. Men voorkomt daardoor onnoo-
dige vertraging in de opsturing.
GROOTE HOUTSTRAAT 16
Onze
in dames japonnen, blou
ses, rokken, pullovers,
peignoirs, kinderjurkjes,
ondergoederen, kousen en
sokken is begonnen. De
prijzen zijn lager dan ooit!
Wij noodigen U beleefd
tot een bezoek uit.
iiiii
(Adv. Ingez. Med.)
TAFELDEKKEN IN DEN TUIN.
Nu het weer zoo mooi is, hebben de ge
lukkigen onder ons, diie in het bezit van een
tuin zijn, het voordeel, dat ze niet aldoor
in benauwde vertrekken behoeven te verblij
ven. De woonkamer wordt verplaatst naar
den tuin. En daar wordt natuurlijk ook gese
ten. s'Morgens lekker in de zon; 's middags
in de schaduw van een paar struiken, boomen
of onder een parasol; 's avonds aan de West
zijde.
De ontbijttafel wordt gedekt met een in-
danthren geverfd, vroolijk gestreept laken.
Aan de binnenzijde heeft men in de punten
kleine stukjes lood bevestigd, opdat de wind
ons geen parten kan spelen.
Het servies is van effen aardewerk; te sa
men met de pul bloemen vormt dit een fleu
rig geheel.
De middagtafel is yeel feestelijker. Een
groot damasten tafellaken wordt over
ronde tafel gelegd. Breed, blauw zijden 1
wordt er kruislings over gespannen. De blot
men zijn groote witte margrieten, die men op
de linten bevestigt. In het midden vormen ze
een toef. Bij ieder couvert steekt men boven
dien nog een klein tuiltje. Ook hier zijn aan
den binnenkant van het laken kleine stukjes
lood bevestigd.
Tenslotte de tafel voor den avond. Een geel
batist laken dekt de tafel, waarop het bowl-
stel staat. Op een platte drijf schaal liggen
bloeiende, diep roode rozen. Ook aan de vier
hoeken is een rozenknop bevestigd. Hieronder
hecht men tegelijkertijd het looden gewichtje.
De gasten, die we zoo ontvangen, zullen de
dagen, die zij bij ons doorgebracht hebben,
niet gauw vergeten,