NATIONALE or Jul t w ST. BA VO Hulp om over de tijdelijke crisismoeilijkheden te komen noodig. ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1934 HAARLEM'S DAGBLAD 3 LEVENSVERZEKERING-BANK Rotterdam SCHEEPVAART Vernieuwing van het verouderende Scheepspark. Naar aaneensluiting moet tevens gezocht worden. Aan een door „De Kern" geciteerd artikel van Mr. W. J. van Balen in „Economisch Sta tistische Berichten" ontleenen wij: Het is niet voor het eerst, dat in. Nederland de Overheidsbemoeiing met de scheepvaart in debat komt. Wij hebben ons reeds eenige jaren lang in het pro en contra van regee ringssteun kunnen oefenen ter gelegenheid van de discussies of de Koninklijke Holland sohe Lloyd al dan niet als levensvatbaar moest worden beschouwd. Er zijn bij die ge legenheid harde dingen gezegd, niet altijd argumenten van waarde, maar doorgaans ontegenzeggelijk uitlatingen, die voortvloei den uit den wensch tot nuchtere zakelijk heid, die gelukkig nog steeds een der meest typeerende karakter-eigenschappen van ons volk is. Een hoera-stemming met vlag en na tionalisme blijkt in ons land nimmer die weerklank te vinden, die elders zoo vaak groo- te spontane acties mogelijk maakt. Gelukkig maar, want in crisistijden hebben wij meer behoefte aan koel verstand dan aan chau vinistische geestdrift. Indien b.v. blijkt, dat wij hier te lande beter doen met geen auto mobielen te vervaardigen, dan zal niemand voor het droombeeld van een zuiver nationale auto geld of zelfs woorden over hebben. Het zij zoo: wij zullen onze automobielen wel el ders koopen, Maar indien een vanouds in Nederland ge vestigde tak van bedrijf, die een integree rend deel van het nationale economisch le ven geworden is, indien bijvoorbeeld de landbouw, de tuinbouw, de veeteelt, de zuivel bereiding door crisismoeilijkheden bedreigd worden, vereischt dan niet diezelfde zakelijke koelheid, dat wij een dusdanig bedrijf door doeltreffende noodmaatregelen over de cri sismoeilijkheden trachten heen te helpen? Reeds aan de bovenmate voorzichtige wijze van omschrijving herkent men de bezwaren die uit onze Nederlandsche mentiliteit ver wacht worden: steun is uit den booze! (Ik zou niet gaarne beweren, dat allen er zoo over denken, maar het doet goed. te kunnen constateeren. dat de meerderheid toch nog steeds meer voelt voor eigen hulp dan voor kunstmatigen steun van buitenaf). Wordt er dus al tot steun overgegaan, dan mag deze nooit het tijdelijke, incidentieele en auxiliaire karakter verliezen. Geen bescherming, geen subsidieering. die slechts kasplantjes of pa rasieten kweeken. Wèl daarentegen verstandige maatregelen om een zoo gewichtig bedrijf als de scheep vaart tegen de gevaren van het oogenblik te verdedigen. Want wij kunnen haar niet mis sen. En door haar uit overdreven principes te laten vallen, zouden wij enkel in de kaart spelen van onze concurrenten, die natuurlijk zelf hun scheepvaart zouden behouden. Dat onze scheepvaart met hare eigen be drijfsresultaten niet meer kan rondkomen, is inmiddels algemeen bekend geworden. Men behoeft waarlijk niet te smalen over een te groot aantal directeuren of over te hooge salarissen, wanneer de voornaamste grond der tekorten open en bloot ligt: de malaise, die het verkeer van lading en passa giers sterk deed inkrimpen; en daar boven op de sterke waardevermindering van de beide deviezen waarin deze tarieven genoteerd ple gen te worden, het Pond en de Dollar. De nationale scheepvaart van de Vereenig- de Staten, Canada. België, Portugal, Brazilië, Polen zij lij den alle aan bloedarmoede, en moeten met zwaar vergulde pillen in het le ven gehouden worden. De Royal Mail Steam Packet Company, voorheen een der omvang rijkste Engelsclie reederijen, heeft het eene gebied na het andere moeten opgeven. Leer zaam voor ons is vooral, hoe zij, na het eindi gen van haar subsidiecontract in West-Indië, haren dienst op de eigen Britsche koloniën (Trinidad, Demerara, Barbados, etc.) heeft moeten stopzetten; de plaats van de Engel se he Royal Mail is toen ingenomen door de Nederlandsche K.N.S.M.. die het wel zonder subsidie bleek te kunnen en die nu reeds sinds jaren ..de" lijn is voor het verkeer tus- schen Engeland en Britsch-West-Indië. Moet men nu een dergelijke onderneming, op wier ijver, zuinigheid en vindingrijkheid ons land trotsch kan zijn, laten vallen, om dat een samenloop van economische abnor maliteiten hare bedrijfsresultaten aanvreet? De strijd is toch al zoo ongelijk! Wanneer de Duitschers of Italianen of Franschen een nieuwer en grooter schip noodig hebben neen. beter is: wanneer ze dit gemakkelijker vinden dan komt dat er. Eschepen als de Breinen van den Norddeutschen Lloyd, de Cap Arcona van de Hamburg Südamerikani- sche. de Caribia en Cordillera van de Hapag waren evenmin een economische noodzake lijkheid als de Rex en de Conté di Savoia van de tot „Italia" gefusioneerde Genueesche ree derijen. of de l'Atlantique zaliger gedachte nis. en de nog niet voltooide Normandie van de Franschen. Als technische prestatie zijn het meesterwerken. Als economische daden grenzen ze aan het schandalige. De een was telkens berekend om den ander in een hoek te duwen. De l'Atlantique had de Cap Arcona tot oud-ijzer moeten maken, evenals de Cari bia en Cordillera tot taak hadden, onze Co lombia te overvleugelen, het mocht kosten wat het wilde. Tegenover een taktiek van dezen aard zou het dwaasheid zijn om met dezelfde wapenen te strijden. Dit zou zelfmoord beteekenen voor het land, dat niet?kan beschikken over onuit puttelijke nationale geldmiddelen (ofschoon in het geval van onzen Oostelijken buurman de benoodigde contanten voor een aanzien lijk deel bij zijn westeliiken buurman waren geleend). Met dien wedloop willen wij dus niet meedoen, ook al konden we. Wij kunnen daar enkel tegenover stellen een redelijken, naar alle eischen des tijds geëquipeerden dienst met schepen van voldoende afmeting, voldoende snelheid, voldoende frequentie en wat betreft dienst voor passagiers en lading in alle opzichten onberispelijk. Dit is eigen lijk alles wat onze reederijen noodig hebben: in staat gesteld te worden om hun gaande weg verouderde scheepspark gaandeweg te vernieuwen zonder dat hare thans reeds overbelaste exploitatierekeningen daarvan in eens den vollen druk behoeven op te vangen. Voorts een marge om gedurende de crisis te kunnen leven. Niet de Crisissteun op zichzelf is dus vol doende. Dit zou slechts half werk zijn, wan1 men zou blijven doorsukkelen met een vloo; die elk jaar minder concurrentiewaardig zou worden, Men zal in principe niet kunnen ontkomen aan de consequentie om onze scheepvaart lijnen aan nieuwe schepen te helpen, anders valt iedere steun in een bodemlooze put. Van welk type deze schepen nu moeten zijn, daarover nu reeds te debatteeren zou prematuur zijn. Men kan enkel in aigemee- nen zin de grenslijnen trekken, waarna de nadere uitwerking dient te berusten op scherpzinnige studie door ervaren kenners van 's werelds behoeften En aangezien deze laatste zich in onze tijden zeer snel en gron dig plegen te wijzigen, zullen degenen, wier ondervinding hoofdzakelijk een vorig tijdperk betreft, verstandig doen door niet in hun ge durende die periode verworven kennis te ver stijven. Nieuwe tijden vereischen nieuwe ge dachten Het is verblijdend, te constateeren. dat reeds hier en daar jongere krachten met een door geen sleur bezwaarde frischheia aan het werk gezet zijn. Tot hun taak behoort niet uitsluitend het voortzetten van het oude bedrijf, maar vooral het gezamenlijk over zien van het totale terrein, het inventarisee ren van wat bruikbaar is, en het opruimen van wat beter gemist kan worden, ook al zou dit menigeen aan het hart gaan. Voorts het zoeken naar aaneensluiting, naar afronding van het gebied in plaats van de tot dusverre gevolgde angstvallige afbakening van elks ter rein. Reeds alleen in de transatlantische vaart zou waarlijk heel wat te rationaliseeren zijn, mits men van te voren bereid is om locale of persoonlijke stokpaardjes en taboos zoo noo dig naar de rommelkamer te verbannen. Schepen, waarmee men op een bepaalde lijn vruchteloos tracht te concurreeren, kunnen misschien op een andere lijn een succes wor den. Mits het er niet toe doet of Amsterdam dan wel Rotterdam hun basis wordt en of di recteur zus dan wel dirceteur zóó er over zal gaan. En mits er geld is om de allicht ver- eischte veranderingen aan te brengen, die elke wijziging van route pleegt mee te bren gen. Een dergelijke concentratie aller krachten zou volstrekt niet noodzakelijkerwijze tot een fusie behoeven te leiden. Reeds een studie van mogelijke rationaliseering over de ge- heele linie zou groot nut hebben, en ongetwij feld tot practische maatregelen voeren. Misschien zal de Regeering. alvorens over heidssteun toe te zeggen, ook zelf wel met. wenachen van dezen aard verschijnen, waar toe zij onder die omstandigheden natuurlijk het volste recht zou hebben. Den veteranen in de scheepvaart zal een dergelijke inbreuk op hunne tot dusverre zoo onaantastbare sou- vereiniteit bezwaarlijk aangenaam in de ooren kunnen klinken. Zij zullen echter wel zoo ver standig zijn om dit offer ivoor zoover het er een is"' te brengen. Wat de jongere elemen ten betreft, stemt het tot vertrouwen op te merken, dat er geen principieele afkeer van een breedere samenwerking schijnt te be staan, doch dat integendeel een hoopgevende neiging kan worden geconstateerd om het vraagstuk van de Nederlandsche scheepvaart meer dan te voren, en onbevangen, te zien als een groot algemeen belang. Onder dergelijke omstandigheden behoeft er ook geen bezwaar te bestaan om dezen zoo gewichtigen tak van nationale bedrijvig heid over de tijdelijke moeilijkheden van de crisis heen te helpen. Ver van huis is 't ook niet alles. Drie Amsterdamsche inbrekers te Groningen gearresteerd. Gisternacht bemerkte een surveilleerend agent van politie te Groningen, dat in den ijzerhandel van de firma Adriani aan de Hooge Der A, inbrekers aan het werk waren. Het hoofdbureau van politie werd gewaar- schuwod waarop een 20-tal agenten de om geving afzetten. In het gebouw werden twee inbrekers gearresteerd. Korten tijd latei- bleek dat er nog een derde inbreker in de dakgoot kroop. Een achtervolging volgde, waarbij werd geschoten. Een der kogels had den man geraakt, zonder hem evenwel te verwonden, daar de kogel op zijn portefeuille was afgestuit. Het bleken drie Amsterdamsche beroeps inbrekers te zijn, n.l. de 43-jarige machine bankwerker H. S.. de 33.jarige meubelmaker S. H. en de 44-jarige M. J. v. d. H. Zij waren in het bezit van talrijke inbrekerswerktuigen Een van hen had een bedrag van ruim f 100 bij zich. De politie onderzoekt of dit bedrag van diefstal afkomstig is. Lagere salarissen voor hooger Gemeen tepersoneel Regeering wil njeer gelijkheid met Rijkssalarissen. Eenigen tijd geleden hebben wij melding gemaakt van een schrijven der Regeering aan de groote gemeenten gericht, waarin werd ge zegd. dat bij het opmaken der begrooting voor 1935 rekening ermee moest worden ge houden met een verlaging van salarissen en loonen, zoodanig, dat deze in overeenstem ming zouden komen met die bij het Rijk. De Tel. verneemt nu nader, dat het verlangen der regeering niet in de eerste plaats verband houdt met de noodzaak van verdere bezui niging. doch veeleer voortspruit uit de over weging, dat het niet gewenscht geacht wordt, dat een groote afstand gehandhaafd blijft tussohen Rijkssalarissen en gemeentesala- rissen. Met name heeft de Regeering het oog, niet zoozeer op de salarissen van de lagere groe pen ambtenaren en werklieden, als wel op die van de hooge groepen. Zoo worden b.v. de directeuren van bedrijven en groote instel lingen van het Rijk beduidend veel lager ge salarieerd dan de overeenkomstige functiona rissen bij de groote gemeenten. Hoewel financleele gelijkstelling voor de ge- mee ntebegroo tin gen niet veel voordeel ople vert, meent de regeering toch, dat terwïlle van een meer zuivere verhouding tusschen de hoogere overheidssalarissen, de gemeenten tot verlaging moeten overgaan. Hulpmaatregelen voor de visscherij. Bedrijf 'op een loonender basis. Credietverleening, organisatie van belanghebbenden enz. GöMBöS HERTROUWD MET ZIJN EERSTE VROUW. De eerste minister van Hongarije generaal Gömbös is in de parochiale kerk van Nagy- teteny hertrouwd met zijn eerste vrouw Mar garet Reicherti Naar men ons meedeelt, zijn de volgende nieuwe maatregelen met betrekking tot de visscherij op grond van de Landbouw-Crisis- wet 1933 in voorbereiding. De toestand in de zeevisscherij is van dien aard, dat maatregelen genomen zullen moeten worden om hierin verbetering te brengen. Hoewel de verminderde export een voor name rol speelt bij de slechte bedrijfsresul taten. zijn daarnaast verschillende zeer be langrijke oorzaken aan te wijzen, waardoor het bedrijf in den huidigen toestand is ge raakt. Getracht zal worden, door het nemen van verschillende maatregelen onder de Land- bouwcrisiswet 1933 het bedrijf op een loonen der basis te brengen. Deze maatregelen zijn te onderscheiden in die, welke onmiddellijk zullen worden over wogen, b.v. maatregelen ten opzichte van den uitvoer van fijne visch naar Frankrijk, en die welke slechts geleidelijk ten uitvoer zullen kunnen worden gebracht, onder meer een meer regelmatige aanvoer, verruiming van den af zet en vermindering van de productiekosten, door samenwerking en verbetering op bedrijfs organisatorisch gebied. Het ligt in de bedoeling als eerste stap over te gaan tot het organiseeren van de belang hebbenden, ten einde ter bereiking van het hierboven gestelde doel verschillende maat regelen te kunnen voorbereiden en uit te voeren. Steun aan de haringvisscherij. Zooals reeds eenigen tijd geleden werd medegedeeld, zal een crediet van f 750.000 ter beschikking worden gesteld voor den opslag van haring, teneinde te voorkomen, dat de door de Nederlandsche haringdrijfnetvisschers aangevoerde haring door tijdelijke te groote aanvoeren ongewenscht in prijs zal dalen. Omtrent de uitvoering van deze credietver leening is een regeling in voorbereiding. Steun aan consumptie-garnalen- visscherij. Teneinde verbetering te brengen in den slechten toestand van de consumptie-garnalen visscherij, zullen de volgende maatregelen worden genomen: De exporteurs van gepelde en ongepelde garnalen en de pellerijen zullen zich ais ge- organiseerden moeten aansluiten bij een door den minister aan te wijzen crisisorganisatie. De uitvoer van gepelde en ongepelde gar nalen wordt gebonden aan een vergunning. Een dergelijke vergunning wordt uitsluitend uitgereikt aan georganiseerden, wanneer deze ten genoege van die crisisorganisatie aantoo- nen. dat de garnalen worden geleverd tegen prijzen, welke gelijk zijn aan of hooger dan door den minister vast te stellen minimum prijzen; bovendien zal deze vergunning niet worden afgegeven dan nadat de georganiseer de ten genoege van de crisisorganisatie heeft aangetoond, dat aan de garnalenvisschers een prijs is betaald, gelijk aan of hooger dan een door den minister te bepalen minimumprijs. Alleen georganiseerde pellerijen zullen ge pelde garnalen voor de binnenlandsche con sumptie mogen afleveren; een vergunning daartoe wordt slechts afgegeven, indien zij ten genoege van de Crisisorganisatie hebben aangetoond, dat de gepelde garnalen worden geleverd tegen een prijs gelijk aan of hooger dan een vastgestelden minimumprijs. Overwogen zal worden, in hoeverre een uit breiding van deze maatregelen noodzakelijk is. Voor de oestercultuur zullen eveneens ver schillende maatregelen worden genomen, ter wijl minimum-prijzen zullen worden vastge steld. Chineesche boekhouder te Rotterdam vermoord. Landgenoot schoot hem op straat neer. Dader terstond gearresteerd. In de Edisonstraat te Rotterdam is Vrij dag een 32-jarige Chineesche ..shipping- master" door een 37-jarigen stoker-landge noot om het leven gebracht. Toen het slacht offer in de Edisonstraat uit de tram stapte, werd hij opgewacht dooV den stoker, die naast hem ging loopen. Wat tusschen beide mannen besproken is zal wel een geheim blijven. Bij het kantoor van het Electriciteitsbe- drijf gekomen trok de stoker plotseling een cylinder revolver waaruit hij van een korten afstand een schot afvuurde dat Chin in het hoofd trof. De shipping-master wankelde nog enkele meters voort, waarna hij op de straat neer viel. De stoker wierp zich daarna op hem ging schrijlings op hem zitten en vuurde de vijf nog in de kamer zittende patronen op zijn slachtoffer af. Daarmee was zijn moordlust blijkbaar nog niet bevredigd, want met den kolf van den revolver sloeg hij daarna als een razende op zijn zieltogend slachtoffer in. Vervolgens stond hij op om rustig te blij ven toekijken hoe Chin, die uit tal van won den bloedde, den laatster! adem uitblies. Op het geluid van de schoten waren ver scheidene voorbijgangers toegesneld. Een paar spoorwegarbeiders hebben den stoker, die geen verzet pleegde vastgegrepen enovergeleverd aan den inspecteur van den justitieelen dienst van het bureau der Rivier politie. die met enkele agenten onmiddellijk op de plaats van de misdaad, die vlak bij het bureau is gelegen aanwezig was. Zooals dat altijd het geval Is bij twisten onder Chinee zen zal men vermoedelijk het juiste over de drijfveer tot deze afschuwe lijke misdaad wel niet te weten komen. Zeer vermoedelijk betreft het hier weer een wraakneming. Chineesche Shipping-Masters genieten nu eenmaal niet de onverdeelde sym pathie van hun landgenooten en het is niet de eerste keer dat een van hen werd vermoord of op geheimzinnige wijze verdween. Een Lijfrente-Polis der „Nationale"- geeft een hooge vaste rente (Adv. lngez. Med.) y DE HEER S m-y ii C.A. LUITINCH VERTELT. O V E iR DE De heer G. A. Luitingh, de koster der St. Bavo, kent de geschiedenis dezer kerk als wei nig anderen. Hij is de vraagbaak voor ieder die iets van dit mooie oude bouwwerk en zijn geschiedenis wil weten. Vertelt u ons zoo vroegen wij hem wat u bekend is over legenden die aan de Bavo ver bonden zijn. Uit zijn verhaal maakten wij de volgende aanteekeningen. Het ondeugende kind. De legende wil. dat er eens een kind was. dat zijn ouders geslagen had. Toen dit on deugende kind gestorven was en het lijkje in de St. Bavo begraven was groeide de hand die geslagen had boven het graf uit. De hand werd afgehouwen, maar groeide steeds weer aan. Er is tenslotte op de zerk een koperen plaat bevestigd om dit te voorkomen. Nu is het waar dat er in de kerk eenige zerken zijn met koperen platen. Dat is op zich zelf evenwel geen bewijs, want vroeger werden op vele zerken zulke platen bevestigd. In den tijd van Napoleon zijn de meeste koperen pla ten van de zerken gesloopt om er kogels van te gieten. Eenige platen zijn blijven zitten, maar er valt niet uit af te leiden, dat daaronder een kindergraf is. Bovendien hebben verschillende kerken in ons land een legende van zoo'n boven het graf groeiende kinderhand! De gevallen weesjongen. Er is eens een weesjongen van een der bal ken in het Noordertransept gevallen. Dat was nog in den tijd toen de gewelven nog niet ge maakt waren, dus ongeveer een eeuw geleden. De jongen liep toen over een der balken. Hij viel en als plaats waar hij op den grond is neergekomen wordt een in tweeën gebroken zerk aangewezen. Het is niet bekend waarom of de jongen op de balk aan het loopen was. In een boek wordt gezegd, dat hij aan het kerk was voor de versiering der kerk ter gelegenheid van een bezoek van den Koning. Anderen willen, beweren dat de jongen een staaltje van durf wou laten zien door op zoo'n hoogte over een balk te loopen. Er wordt ook verteld,, dat in het Noorder transept een Mariabeeld stond, dat hij wilde weghalen. Ik kan evenwel niet aannemen, dat er in dezen tijd op die plaats nog een Mariabeeld gestaan heeft. De beelden die niet bedekt kun nen worde n. Ongeveer een halve eeuw geleden is in het Noordertranspect aan een der muren een kleine beeldengroep ontdekt, die door metsel werk aan het oog onttrokken was. De beelden zijn vermoedelijk tijdens den beeldenstorm beschadigd geworden en daarna weggemet- seld. Toen dit ontdekt is werd de muur ge deeltelijk weggebroken om de groep weer in het gezicht te brengen. Nu wordt verteld, dat herhaaldelijk ge. poogd is de muur dicht te metselen, maar dat men daarin niet geslaagd is. Steenen die er in gebracht worden, zouden er weer uit zich zelf uitvallen. Ik kan evenwel verzekeren, dat al dien tijr niet getracht is om het gat dicht te metse len. De pestbuil-bacillen. Onder de honderdslagenkapel moest het zal ongeveer 60 jaar geleden zijn, want het was in den tijd dat de heer Joh. de Breuk, die het mij verteld heeft, jong was eenig herstelwerk uitgevoerd worden. De mannen die dit werk uitvoerden moesten in den grond werken waar vroeger begraven was. Bij drie van hen deden zich ziekteverschijnselen voor, gepaard met hevigen uitslag. De ge neesheeren constateerden toen. dat de man nen besmet waren met bacillen van pest buil. Blijkbaar was daar dus vroeger iemand begraven die aan pest gestorven was. Na zooveel jaar minstens 40 jaar. want sinds 100 jaar wordt niet meer in de kerk be graven hadden de bacillen dus hun smet- kracht nog niet verloren. Er wordt weinig in de kerk in den grond gewerkt. Als het gebeurt wordt in het ver volg natuurlijk de uiterste voorzichtigheid betracht. Niet alleen in de kerk maar ook ook rondom werd in den ouden tijd begra ven. Overal waar men een spade in den grond steekt worden daarvan nog de bewij. zen gevonden. Op de plaats waar nu de vischmarkt ge vonden wordt, was vroeger het dievenkerk- hof. De kinkhoestpomp. Aan de kerk tegenover de Jansstraat stond vroeger een pomp. De legende wilde, dat het water van die pomp een gunstige werking had bij kinkhoest. Toen de duinwaterleiding kwam is de pomp op last van het gemeente bestuur, gelijk met de vele andere stads- pompen, weggebroken. Toen de pomp al jaren verdwenen was. op zekeren dag aan de kosterij gebeld door automobilisten uit Hilversum. Zij vroegen waar de kinkhoestpomp stond. Zij hadden thuis aan kinkhoest lijdende kinderen en hoopten die te kunnen genezen met het water van de pomp. De heer de Breuk, die toen nog leefde kwam er bij. Wat konden wij doen om de menschen uit Hilversum ter wille te zijn? In de kosterij is ook een pomp, die toen nog voor schrobwater gebruikt werd en vermoe delijk op dezelfde wel onder de kerk aange sloten is. Wij hebben de Gooilanders toen gelukkig gemaakt met water uit die pomp. Of het water de kinkhoest genezen heeft, weet ik niet. Ik ben'later nog wel eens in Hilversum geweest, maar hoesten heb ik niet gehoord Het spookte. Eiken avond maak ik in de kerk een rond gang om te onderzoeken of alles in orde is. Zoo'n wandeling in een donkere kerk, ter wijl de eenige verlichting bestaat uit een lantaarn die je in je hand hebt. heeft altijd iets eigenaardigs. Ik neem wei eens men- schen mee en die komen, vooral door het on gewone, steeds onder den indruk. Op een avond hoorde ik een geluid dat op kreunen van een mensch geleek. Ik keek overal rond maar zag niets Eindelijk kwam ik er achter, dat het geluid onder den grond van de Brouwerskapel kwam. Zou na eeuwen een oude brouwer in zijn graf onrustig gewor den zijn? Er kan toch zoo redeneerde ik geen levend wezen onder de zware zerken gekomen zijn. Weer klonk het kreunen Het kwam juist onder den grond op de plek waar ik stond. Toen zag ik bij het licht van mijn lantaarn. dat eenige vleermuizen be kneld zaten in een spleet tusschen twee zerken. Ik had eenige kennisen bij mij thuis. Die ging ik halen met de verzekering, dat het in de kerk spookte. Zij hoorden oo het gekreun. Bij het licht van de lantaarn zag ik hun ge laat lijkbleek worden. Toen heb ik ze maar gauw de oplossing van de spookhistorie laten zien! Dit geval toont evenwel aan hoe gemakke lijk spookverhalen ontstaan als voor vreem de geluiden in oude gebouwen geen verkla ring gevonden kan worden. Aaxi den dood ontsnapt. In het verleden waren eens twee mannen in de kap van®de kerk aan den arbeid. Zij kregen, waarover is niet bekend, hoogloopen- de ruzie. Het liep daar in de hoogte zelfs uit op een handgemeen. De een gooide den ander naar beneden. Maar het slachtoffer had de tegenwoordigheid van geest om zich aan een balk vast te klemmen. Zoo heeft hij uren gehangen. Eerst toen werd zijn hulp geroep door anderen gehoord en kon men er in slagen hem uit zijn hachelijke positie te bevrijden. Steenenwerpers staan terecht. Naspel der Amsterdamsche relletjes. Toen op den 5den Juli een polltieoverval- wagen de Van Boetselaerstraat te Amsterdam binnenreed zagen de chauffeur en de briga dier die naast den chauffeur zat, dat cm menigte bezig was de straat op te breken en een barricade op te werpen. Kort daarop werd gearresteerd de 40-jarige timmerman R. S., cue ervan verdacht werden daar met steenen naar de politie te hebben geworpen. De verdachte stond naar aanleiding daar van Vrijdag terecht, maar hij ontkende met steenen naar de politie te hebben geworpen. Uit het getuigenverhoor blijkt, dat de ver dachte steenen heeft genomen en die zonder bepaald te richten tusschen zijn beenen doDr naar achteren heeft geworpen. De brigadier, die hem later heeft gearresteerd heeft den verdachte herkend aan zijn kleeding. Hij heeft hem niet, terwijl hij gooide in het gelaat gezien. Een andere getuige, een agent van politie, heeft hem wel in het gelaat gezien cn deelde voorts mede. dat hij hem ook heeft zien gooien met steenen tusschen zijn beenen door Of het de bedoeding van den verdachte is ge weest naar de politie te gooien, kon deze ge tuige niet verklaren. Het OM. meende dat verdachte moet worden vrijgesproken. De verdediger van beklaagde vroeg de on middellijke invrijheidstelling van zijn cliënt. De Rechtbank die daarop in de Raadkamer gaat, besluit dadelijk uitspraak te doen. Zij spreekt verdachte vrij van het hem ten laste gelegde en gelaste zijn onmiddellijke in vrijheidstelling. Hierna stonden terecht een 57-jarige schil len ophaler en een 34-jarig los werkman, die uitt het dakraam van de Houtrijkstraat 65 op 5 Juli met steenen naar de politie hadden geworpen. De beide verdachten ontkenden. De hoofdinspecteur, die het proces-verbaal heeft opgemaakt, blijft bij zijn verklaring en herkende beslist beide verdachten, die zeker ieder eenmaal met een klinker naar hem ge worpen hebben. Door eenige getuigen a dé charge worden nog eenige vragen beant woord, waaruit zou blijken dat beide ver dachten dien avond niet op zolder zouden zijn geweest. Het O.M. achtte het ten laste gelegde bewe zen. Spr vroeg zes maanden gevangcnisstraj met aftrek van het voorarrest.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 5