DE MAN, DIE DE TROEVEN HAD. D« minister-president dr. H. Colijn heeft Maandagmiddag de Curagao-tentoonstelling In de Gothische Zaal te den Haag geopend. Dr. Colijn tijdens zijn openingsrede Aan de centrale Noord van de Gem. Electriciteitswerken te Amsterdam, is een groote ketel opgesteld Een stoomaccumulator, behoorende tot een groep van zes, die moeten dienen om in laag belaste perioden met stoom te worden ge vuld, en deze weer af te geven indien grootere stroomafname vereischt wordt Jac. van Egmond, de bekende Nederland- sche wielrenner, is te Tilburg in het huwe lijk getreden met mej. J. van Gelover. Het bruidspaar voor het stadhuis Het autogyro-vllegtulg, dat op de .Luto" te den Haag was geëxposeerd, Is Maandag weer van het Malieveld in de residentie onder groote belangstelling gestart Trudi Schoop, die met haar ballet een tournee door ons land komt maken, arriveerde Maandag aan het Centraal station te Am sterdam Een .verwarde situatie tijdens den voetbalwedstrijd Wales-Engeland, welke te Cardiff door het Engelsche team werd gewonnen De postzegel voor bijzondere vluchten, welke gebruikt zal worden voor de verzending van luchlpost met de Douglas-machine bij de deelname aan den wed strijd Engeland Melbourne (Australië) Een oud .beestje" arriveert op de .Salon de l'auto* mobile", welke in het Grand Palais te Parijs deze week geopend wordt De verkiezing van den nieuwen Lord Mayor van Londen. Sir Stephen Killik (rechts) de nieuwe dignitaris, met sir Louis Newton, den thans afgetreden Lord Mayor der Engelsche hoofdstad FEUILLETON Naar het Amerikaansch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. 37) „Ik leerde deze truc van iemand in Cin- cinnaittie. Hom atropine gebruik ik daarvoor. Houd nu maar op met dien onzin beet Braceway hem toe. zijn stem boven het gera tel van de schrijfmachine verheffend. „Kom I tot de misdaad of houd op". „Ook al goed", stemde Bristew toe. Nadat hij het blaadje, dat hij betikt had. van de rol getrokken en in stukken gescheurd •had stak hij er een ander in. „Ik heb Enid Fulton zes jaar geleden ont- :moet in Hot Springs, Virginia. Zij werd ver- iliefd op mij. „Ik heb altijd geweten dat indiscreties van een rijke dame goede winsten konden ople- veren. Zij was een slachtoffer van haar Braceway hield de handen van den schrij ver in zijn greep omvat. „Laat dat", beval hij streng. „Het is niet noodig". Bristew. onverstoorbaar, scheurde het laat ste blaadje eveneens in snippers en begon op nieuw: Later geloofde zij dat ik verduisteringen had gepleegd om haar nadat wij getrouwd waren, een gemakkelijk en luxueus bestaan te verzekeren". „Haar overdreven gevoel van rechtschapen heid en dankbaarheid hielp mij bij het uit leggen van den toestand. .Hoewel zy mij niet langer lief had. maar van Withers hield, kon zij mijn vat op haar, of liever op haar beurs niet kwijt raken. „Zij gaf mij geld in Atlantic City en Wash ington. Ik speculeerde en verloor, „Toen ik hoorde, dat ze in Furmville woon de, ben ik ook hier gekomen. Eerst was zij voor redeneering vatbaar, Abrahamson weet dat; ik verpandde verschillende dingen bij hem. „Later werd zij opstandig. Haar argument was dat, als zij nog meer van haar juweelen verpandde, zij niet in staat zou zijn om ze in te lossen, omdat haar vader haar niet meer helpen kon. „Maar ik moest nu eenmaal geld hebben. Ik bracht haar dat herhaaldelijk aan het ver stand als ik haar in no. 5 ontmoette altijd na middernacht, voor mijn eigen veiligheid zoowel als de hare. Eindelijk was mijn geduld ten einde. Ver leden Maandagnacht, of Dinsdagochtend zei ik het haar zonder omwegen. „Zij redeneerde en zette haar'meening uit een. alles fluisterend. Dat lange gefluister ir riteerde mij. Haar botte weigering, om de ju weelen af te staan, maakte mij razend. Toen heb ik de eerste fout van mijn leven ge maakt. „Ik verloor mijn kalmte. Mannen die onder de allermoeilijkste omstandigheden hun kalmte niet kunnen bewaren moeten zich niet met misdaad ophouden. Want zij loopen er vast en zeker in. „Ik worgde haar. „Terwijl ik daar stond en naar haar keek, trachtte ik zoo helder mogelijk na 'te den- ken. In een oogenblik begreep ik da.t het wen- schelijk was de schuld op iemand anders te gooien". Op de gezichten van Braceway en Fulton teekende zich diepe afschuw af. Het too- neel eischte dan ook veel van hun zenuwen. De misdadiger aan de schrijfmachine., de va der. die geleidelijk de beschrijving las van den moord op zijn dochter, de politie-agenten die het moment afwachtten, waarop zij den moordenaar achter de tralies konden zetten. Abrahamson. die zeer door alles was aan gegrepen, wilde maar dat hij maar weg ge bleven was. Hij voelde iets griezeligs langs zijn rug. Hij stak een sigaret op, die hij aanstonds weer wegwierp. Bristew schreef verder. „Onwillekeurig gingen mijn" vingers naar mijn vestzak en speelden met twee metalen knoopen, die ik den vorigen Maandag, in mijn keuken had opgeraapt. „Ik wist dat die knoopen afkomstig waren van het werkpak van den neger Perry Car penter. Zou makkelijk zijn er hier een te la ten vallen, en de andere op den vloer van mijn keuken, waar ik ze eerst had gevonden. „Dat zou hem vereenzelvigen met den moordenaar. Den vorigen dag was hij half dronken geweest. „De rest was eenvoudig de schakels van de ketting in het achtertuintje van 110. 5 te laten vallen, de hanger zelf op de binnen plaats van zijn huis te leggen en zoo meer. „Ik had een geluk, waarop ik natuurlijk niet had gerekend, toen ik deze gedragslijn aannam. Dat was toen Greenleaf mij vroeg hem te helpen bij het zoeken van den moor denaar. „Dat was een buitenkansje. Ik was de on derzoeker van mijn eigen misdaad geworden. ..Ik moet nu alleen nog vertellen dat ik voor den tweeden keer in no. 5 ben geweest. „Nadat ik hier veilig teruggekeerd was, merkte ik, dat ik daar vandaan was gegaan zonder de juweelen, die zij droeg en zonder degenen, die in haar juweelen kistje waren. „Zij had dit kistje in de woonkamer ge bracht om mij te laten zien hoe zeer haar collectie juweelen verminderd was. Iemand te vermoorden en er geen vruch ten van te plukken, dat staat gelijk met zich zelf bestelen. Ik keerde dadelijk terug en maakte mijn verzuim goed. „Voordat ik dezen laatsten keer vertrok, draaide ik de lichten op, om er mij van te overtuigen dat ik alleen het spoor had achter gelaten van den neger en niet van mij zelf. „Dat verklaart Withers' verhaal van zijn worsteling onder aan de stoep. Die had wer kelijk tusschen ons plaats. ..Als de zaak zijn gewoon beloop had gehad, zou de neger er voor opgedraaid zijn. „Maar er waren complicaties, die ik niet voorzien had. „Morley's diefstal en het aandringen om geld bij juffrouw Fulton, de jalouzie van Wi thers en mijn eigen extra voorzorgsmaatregel- om den man niet dén baard en den gouden tand in het Brevord Hotel te laten verschij nen om in geval van noodzaak de verdenking te schuiven op een geheimzinnige „onbeken de", al deze dingen gaven teveel sporen. „Als ik dat van tevoren voorzien had, dan zouden of Morley of Withers voor de mis daad geboet hebben. Aan den neger zou ik nooit gedacht hebben. „Ik ben niet kreupel ik ben het nooit ge weest. „Als Braceway die albino-ontdekking niet gedaan had. zou mijn veroordeeling onmogelijk zijn geweest. De zaak tegen Perry stond te sterk." Hij overhandigde de laatste bladzijde aan Braceway. leunde achterover in zijn stoel, strekte zijn armen uit en geeuwde. De blik. dien hij langs de gezichten der aanwezieen liet gaan, was aanmatigend. Er lag een boos aardig brutaliteit in. „Het is een volledige bekentenis," zei Brace way kortaf tot Greenleaf. „Neem hem mede. Neen wacht!" Hij haalde een vulpen te voorschijn en keerde zich tot den gevangene. „O, die handteekening", sprak Bristew be daard. Hij griste de getypte velletjes uit Fulton's handen en schreef in een groote, flinke hand onderaan elk blaadje: „Thomas F. Splain". ,.Ik sta tot uw beschikking", kondigde hij aan, van zijn stoel opstaand, waarbij hij Ful ton onnoodig aanstootte. De oude man, wiens zelfbeheersching ten einde was, gaf hem met zijn open hand een slag in het gezicht. Zijn vingers lieten drie strepen op de witte kaak van den moordenaar achter, Eer Braceway er nog tusschen kon komen, had Bristew zijn aanvechting om terug te slaan bedwongen. .Hoe hem de handboeien aan", comman deerde Greenleaf. „Maar eerst zou ik wel een schoon boord wil len aandoen, en schoon ondergoed en ik zou dezen beugel kwijt willen zijn", viel Bristew in. „Naar de hel met je verlangens," riep Green leaf woedend. Bristew_keerde zich tot Braceway* „Ook goed. De rommel zit in de zool van deze laars". „Laten we hem tenmniste zijn schoenen uit trekken", sprak Braceway tot den commissaris. Zij grepen hem gelijktijdig beet en duwden hem met weinig complimenten naar zijn slaapkamer. Bristew trok zijn pantalon uit, en terwijl hij zijn gordel losgespte en de riemen van zijn stalen beugel, deed hij de dikgezoolde laars uit. Greenleaf stak er zijn hand in en trok er den binnenzool uit. „Zij gaat van buiten af open," verklaarde Braceway, „van onderen, bij de wreef." „Wees nu niet onredelijk," klaagde Bristew, terwijl hij een andere schoen aantrok. „Laat mij een schoon overhemd en boord aandoen." „Maar dan ook gauw," stemde Braceway toe, zijn stem heesch van verachting. Terwijl Greenleaf hem bij den arm hield, schoof hij hem naar de kast. Bristew stak zijn hand uit om een overhemd van de bovenste plank te nemen, greep dit, maar tegelijkertijd de kleine revolver, die er onder verscholen lag. In een ondeelbaar oogenblik richtte hij het wapen op Braceway, terwijl zijn oogen fon kelden van feilen haat. Een schot knalde maar de detective had de tegenwoordigheid van geest gehad een harden slag tegen Bristow's opgeheven arm te geven, waardoor de kogel In het plafond terecht kwam. Maar geen halve seconde daarna klonk een tweede schot. Greenleaf, in wien de opgekropte wrok om het figuur dat Bristow hem had doen slaan, nog onverzwakt brandde, had geen oog van den moordenaar af gehad; de revolver in een zijner zijzakken voortdurend met de hand omklemmend. Op hetzelfde moment dat Bristow's arm om hoog schoot, vuurde de commissaris en zonder een woord of een kreet, viel de boosdoener neer. Greenleaf en Braceway bogen zich over het roerlooze lichaam. „Dien kan de aardsche gerechtigheid niet meer achterhalen." zei de commissaris en er was iets spijtigs in zijn stem. EINDE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 9