R.K. Staatspartij heeft nog
enkele wenschen.
Haarlem's Kunstschatten.
WOENSDAG 12 DECEMBER '34
HAARLEM'S DAGBLAD
3
STATEN-GENERAAL
TWEEDE KAMER
Inwilliging aan minister Slotemaker gevraagd.
L. F. Duymaer van
Twist (A.-R.)
De omgekeerde wereld. Het minst belang
rijke debat van heden, dat over de Water-
staatsbegrooting werd voor den middag
daarentegen de discussie over steunregelingen
enz. (Hoofdstuk Sociale Zaken) voor de avond
vergadering gereser
veerd. Deze vreemde
regie zou volgens som
migen samenhangen
met het feit, dat een
waterstaat-dorstig
afgevaardigde als de
Krijger (c. h.) wegens
gezondheidsredenen
Js avonds niet mag
vergaderen. Om zij
nentwille zou dus
deze omzetting heb
ben plaats gehad. Hoe
het zij, ook dit Ka
merlid deed als van
ouds zijn duit in het waterstaatszakje, daarbij
beginnend met Mr. Westerman (nat. herst.)
te verwijten, dat deze wat al t^e,luchtig was
heengeloopen over de kosten, welke met ver
wezenlijking' van diens verlangens inzake 'n be
tere verhouding tusschen Zeeuwsch-Vlaande-
ren en N,oord-Brabant gemoeid zouden gaan.
De heer v. Braambeek (s. d.) toonde zich
evenals de heer Krijger ongeduldig over het
uitblijven van maatregelen betreffende de
coördinatie van het verkeer. De Minister, zoo
heette het, had alleen nog maar klein werk
gedaan, enkele doode takken afgeslagen en
liet alles verder maar in het wilde voort
vloeien.
Tegenover de klacht, dat hij op het gebied
der verkeersvraagstukken te zeer in gebreke
was gebleven beriep Minister Kalff er zich op,
dat hij geen voortgang met een regeling hier
van had kunnen maken, zoolang de parlemen
taire beslissing over instelling van het ver-
keersfonds niet was gevallen. Spoedig zal
thans echter de Centrale Commissie ingevolge
het Verkeersfonds aan den slag kunnen gaan
(weldra is de benoeming te verwachten) en
dan met adviezen voor den dag kunnen
komen.
Nauw lag het korte algemeene debat over
deze begrootingt achter ons, of daar begon de
groote trek door het land. Van Noord naar
Zuid, van Oost naar West trachtten de spre
kers hun gehoor mee te sleepen zij het ook
gewoonlijk met allesbehalve meesleepende re
devoeringen! bij het bepleiten van alle
mogelijke (soms ook onmogelijke) denk
beelden.
Op deze tocht ontmoetten elkaar o.m. de
heeren Bierema (lib.) en Duymaer v. Twist
(a. r.) die het beiden voor betere waterweg-
verbindingen in het Noorden opnamen.
Een ander tweetal, dat ten deele een ge
meenschappelijke reis ondernam bestond
uit de heeren v. d. Put (r. k.) en Mr .Westerman
(nat. herst.) bij hun excursie naar het vol
gens hen te stiefmoederlijk behandelde
Zeeuwsch-Vlaanderen. Ho, riep de sonore
stem der Maasstedelingen J. ter Laan (s. d.)
Rotterdam, allen uitstappen. En toen ging hij
ons voor op den lijdensweg van het verkeer
via den overladen Willemsbrug (ook wel Maas
brug genoemd) om met aandrang een oever
verbinding door middel van een tunnel te
vragen, wat bovendien nog 121/2 millioen ar
beidsloon zou opleveren.
Nadat nog de heeren Drop (s. d.), Smeenk
(a. r.), Ir. v. d. Waerden (s. d.) en Ir. Bon-
gaerts (r. k.) het woord hadden gevoerd,
kwam eindelijk de Minister aan de beurt. Als
er gezegd was, dat het Werkfonds wel op het
Departement moet wachten, dan wenschte hij
het omgekeerde te betoogen.
Kanalen in het Noorden: er is overleg ge
pleegd met Gedeputeerde Staten. Van het wa
ter op het land komend verklaarde Minister
Kalff dat nu het Verkeersfonds bestaat, de
staatsbijdrage voor de verbetering van de we
gen op de begrooting kan vervallen aangezien
deze al begrepen is in wat in het Verkeers
fonds komt.
De heer Duymaer v. Twist kreeg te hooren,
dat de heele kwestie der scheepvaartrechten
in onderzoek is bij de commissie-Patijn.
Geld voor concentratie in de electriciteïts-
voorziening is er niet. De Minister kan alleen
voorkomen, dat men in dit opzicht dwaashe
den begaat. Met den heer Krijger vond zijne
Excellentie de klaagzangen over Zeeuwsch-
Vlaanderen's isolement overdreven.
Bruggen- of tunnelbouw in Rotterdam: dit
vraagstuk verkeert nog in het stadium van
voorbereidende overwegingen."
Bij de replieken toonde de heer Drop (s. d.)
zich niet tevreden met 's Ministers antwoord
aangaande het niet-opnoemen van collectieve
arbeidscontracten in de Rijksbestekken. Dus
deponeerde hij een motie om de Regeering uit
te noodigen maatregelen te nemen tot ver
bindend verklaring van collectieve arbeidscon
tracten in bestekken van Rijkswerken. De Mi
nister drong op verwerping dezer motie aan.
Op de sommen waarvoor men voor Rijkswer
ken inschrijft zal z.i. het niet-verplichtend
zijn van c. a. o. van grooten invloed zijn.
Morgen stemming.
Eer het groote oogenblik van den avond
aanbrak moest Minister Slotemaker de Bruine
nog op een aantal de vorige week gemaakte
opmerkingen i.z. werkloosheidsverzekering
antwoorden.
Wettelijke regeling hiervan moet blijven
wachten. Alleen is een voorziening in den
maak tegen uit de werkloosheidsverzekering'
tredende gemeenten; zij zullen dan geen uit-
keeringen uit het zgn. steunbedrag ontvangen.
Verhooging der uitkeeringen aan landarbei
ders zal niet kunnen plaats hebben. Voorts
vernam men, dat de categorieën van beroepen,
die niet meer voor vreemde arbeidskrachten
zullen openstaan geleidelijk uitbreiding zullen
ondergaan.
Weldra kwamen nu de vraagstukken betref
fende werkverschaffing en steunverleening
aan de orde. Eerst de liberaal Louwes, die
vroeg' of het geen Regeeringstaak was om te
bevorderen dat meisjes uit de arbeiderskrin
gen voor haar huisvrouwen-taak worden op
geleid. Als een der oorzaken van werkloosheid
noemde spreker de hooge loonen in de be
schutte bedrijven.
Toen spanning en stilte in de zaal. Mr. Aal-
berse betrad het spreekgestoelte. Hier kreeg
men dus de lang verwachte voortzetting van
het algemeen politiek debat. Zou de leider der
R.K. fractie thans duidelijke taal spreken?
Prof. Aalberse.
Het had er in zeker
opzicht veel van weg.
Want hij liet niet na
te erkennen, dat de
Regeering hem t.a.v.
zes der acht door hem
bij de algemeene be
schouwingen voorge
dragen verlangens be
vredigende antwoorden
had verstrekt. De vo
rige week was bij de
beraadslagingen over
dit begrootingshoofd-
stuk gebleken, dat het
Kabinet aan de ver
langens der R.K. fractie in zake verlaging van
huren en andere vaste lasten tegemoet kwam.
Beschikbaarstelling van levensmiddelen tegen
sterk verminderde prijzen (zonder onnoodige
uitsluiting van den middenstand)ook hier
voor kreeg Minister Slotemaker de Bruine
voldoende van Mr. Aalberse. Op het gebied dei-
winterhulp stond het al net zoo gunstig.
Een stuk in de richting van wat de R.K.
Staatspartij wil gaat de Minister t.a.v. ver
plichte steunregeling voor alle gemeenten. Het
onderzoek dat naar het aantal nog steun-
■egeling-looze gemeenten, wordt ingesteld
wacht Mr. Aalberse in goed vertrouwen af.
Dan, tweede ten deele in vervulling gaand ver
langen, het streven der R.K. fractie om pen
sioenen en andere dergelijke inkomsten van
inwonende familieleden gelijk te doen stellen
met inkomsten uit arbeid. Wat dus wil zeggen
dat ze slechts voor 2/3 van het steunbedrag
zullen worden afgetrokken. Welnu voor wat
de pensioenen aangaat was de Memorie van
Antwoord den heer Aalberse heelemaal naai
den zin. Er restte derhalve nog maar een klein
verschil de regeling i.z. „andere dergelijke
inkomsten" en hier zou de Minister zeker
ook nog wel over de brug komen.
Geen uitsluitsel echter had Minister Slote
maker gegeven op den wensch, dat het maxi
mum der uitkeering aan groote gezinnen zal
kunnen stijgen tot 90% van het loon voor de
uitgetrokkenen en 85% voor de dubbel uitge-
trokkenen.
Bevredigend antwoo'rd bleek de leider der
R.K. fractie wel zeer nadrukkelijk op dit punt
te verlangen, Inwilliging van dit verlangen
noemde hij speciaal voor de groote plaatsen
met hooge loonen, van groot belang. Daar kan
op den duur een steunuitkeering van ten hoog
ste 70% van het loon tot ondervoeding leiden.
Tenslotte dan de ernstigste teleurstelling-
door den Minister verwekt. Die was gelegen
in het feit, dat terwijl Mr. Aalberse verlangd
had, dat hetgeen kerkelijke en particuliere
liefdadigheid doen, heelemaal niet in minde
ring van het. steunbedrag zou mogen karnen,
blijkens de M. v. A. ook voortaan van het
geen particuliere en kerkelijke liefdadigheid
geven 2/3 van het steunbedrag zal afgaan, ter
wijl dan alleen het aantal noodgevallen waar
in die aftrek achterwege zal blijven, wel eenige
uitbreiding zal kunnen ondergaan.
Die vermindering van 2/3 van liefdadige gif
ten nu noemde de leider der R.K, fractie den
dood van alle liefdadigheid. Als men weet, dat
van elke drie gulden, die men iemand geeft,
hij er tenslotte slechts een mag houden en er
twee terugvloeien in de publieke (gemeente-)
kas, zal dit het geven niet bepaald bevorde
ren.
's Ministers argument dat zoodoende voor
komen moet worden, dat de werklooze meer
zou ontvangen dan hij anders zou verdienen,
mocht volgens Mr. Aalberse op zichzelf niet
onjuist wezen, te bedenken viel, dat er gezin
nen zijn, die tengevolge van hun grootte of
van ziekte wel niet kunnen rond komen met
het normale loon van den werkenden vader
en die dan dus toch liefdadige hulp noodig
hebben. Maar bovendien, het gevaar voor te
groote royaliteit der liefdadigheid is absoluut
uitgesloten, want de liefdadigheidsinstellin-
Het zelfportret van James Northcote,
in het Frans Halsmuseum.
gen ondervinden zelf in dusdanige mate den
nood der tijden, dat zij, zelfs al zouden zij
meer willen, niet dan alleen in uiterste nood
zaak hulp kunnen verleenen.
Viel de heer Smeenk (a.r.) Mr, Aalberse.
die alles te zamen genomen in belangrijke
mate bevredigd bleek, bij. speciaal dan wat
betreft het geheel vrij laten der particuliere
weldadigheid, naar 's heeren Kupers" (s.d.)
smaak was de R.K. leider niet ver genoeg ge
gaan. Dat werd ook in een tweetal s.d. mo
ties onderstreept. De eene verlangde verhoo
ging der op 1 Juli jl. verlaagde steunnormen.
De andere motie wenscht verstrekking van
kleeding', dekking en goedkoope voedingsmid
delen op ruimeren schaal dan het plan is en
een grootere toeslag gedurende de winter
maanden dan uit de in het vooruitzicht ge
stelde 2 millioen te behalen valt, nl. f 10 per
gesteund gezin. De 2 millioen waren volgens
den heer Kupers „een druppel op een gloeien-
den steen".
Zoowel de heer Loerakker als de heer Hein-
metz lieten duidelijk blijken, dat hetgeen hun
partijgenoot Mr. Aalberse verlangd had. wel
iet uiterste minimum was. Grauwe ellende
heeft, naar de heer Heinmetz opmerkte, in tal
van gezinnen haar intree gedaan: verhooging
der steunnormen en der kindertoeslagen be
pleitte hij.
Mevr, de Vries-Bruins (s.d.) betoogde, dat
er wel ondervoeding valt waar te nemen. Na
haar kwamen nog verschillende andere spre
kers aan de beurt, doch het belangrijkste,
's Ministers antwoord zal vannacht vermoe
delijk nog wel uitblijven.
E. v. R.
Het toeval bracht ons dezer dagen tegen
over één der Haarlemsche Kunstschatten
dochniet in Haarlem. Op de zeer in
teressante tentoonstelling van Engelsche
kunst in het Boymans-museum te Rotterdam
ingericht bevonden wij ons op een gegeven
oogenblik voor een geestig en expressief, ty
pisch Engelsch portret en toen wij den ca
talogus raadpleegden, kwam er een beetje
beschaamd gevoel over ons wantdit
mooie portret bleek tijdelijk uit ons Haar-
lemsch museum geleend te zijn en wij zijn er
dus hoogst waarschijnlijk verscheidene maleii
onachtzaam voorbij geloopen. Hetgeen be
wijst hoe nuttig het is wanneer bepaalde
museumstukken zoo nu en dan eens van den
spijker komen, al zijn wij over het geheel
genomen geen voorstander van een al te be
wegelijke museumbezit. Enfin, wanneer deze
Rotterdamsche tentoonstelling die naar ik
zoo juist verneem, tot 17 December verlengd
werd gesloten zal zijn, komt deze heer
James Northcote weer naar het Spaarne te
rug wandelen, en zullen onze lezers mis
schien met hem willen gaan kennis maken,
voor zoover ze hem nog niet vroeger hadden
opgemerkt. Van veel belang schijnt men hem
al vroeger niet gevonden te hebben: in het
oude gidsje van 1911, nog door directeur
Kranig opgesteld, wordt hij niet eens ge
noemd, wel een werk van Hodges en die zul
len dan met hun beitjes wel het geheele ge
meentelijk bezit aan Engelsche kunst uitma
ken. Reden te meer om er meer aandach'
'aan te schenken, dan ik tot nu toe ik er
ken het grif gedaan heb.
Wie is die meneer NorthCfDte en hoe komt
zijn zelfportret bij ons in Haarlem?
Northcote schilderde dit zelfportret in 1796
en was toen juist even de vijftig gepasseerd.
Men behoeft zelfs deze reproductie maar even
aan te zien om gewaar te worden dat hij een
uiterst bekwaam portrettist geweest moet
zijn en een sterk, scherp karakter. Dat hij
bekwaam was. wordt ten overvloede nog be-
Bezwaren tegen uitvoering
dienstweigeringswet.
Adres der J. V. A. aan de Tweede Kamer.
Dezer dagen heeft het Landelijk Comité der
Jongeren Vredes Actie zich met een adres tot
d-e Tweede Kamer der Staten Generaal ge
wend, waarin het volgende wordt gezegd:
dat haar als vereeniging herhaaldelijk
klachten bereiken over de uitvoering d-er wet
telijke bepalingen der Dienstweigeringswet;
dat toch dienstplichtigen, van wie vaststaat
dat zij ernstige gewetensbezwaren tegen het
vervullen van den dienstplicht hebben, hun be
roep op evengenoem.de wet ongegrond zien
verklaard;
dat door een dergelijke uitvoering, aan d-e
Dienstweigeringswet alle kracht ontnomen
wordt;
dat als gevolg daarvdn de dienstplichtigen,
die zich oo evengenoemde wet beroepen heb
ben en afgewezen zijn, zich voor een ernstig
gewetensconflict geplaatst zien;
dat zij zich immers als gevolg van hun ge
wetensbezwaren en van hun afwijzing genood
zaakt zien dienst te weigeren en zich aldus
aan een strafbaar feit schuldig maken;
dat verzoekster speciaal de aandacht wil
vestigen op het geval van haar lid, R. van
Iieusden, wiens gewetensbezwaren tegen het
vervullen van den dienstplicht naar bevoegd
oordeel ernstig en diepgaand waren;
dat genoemd lid echter zijn beroep op de
Dienstweigeringswet ongegrond zag verklaard
en als gevolg van zijn gewetensbezwaren ge
dwongen was dienst te weigeren;
dat hij vervolgens door den Krijgsraad ver
oordeeld werd tot de maximum gevangenis
straf van 10 maanden, op welke straf de Audi
teur-Militair zelfs aandrong:
dat een en ander, naar het oordeel van ver
zoekster tot een schromelijk onrecht leidt en
duidelijk belicht:
1. voor welke onduldbare gewetensconflic
ten dienstplichtigen zich gesteld zien, wier
beroep op de Dienstweigeringswet zonder mo
tiveering en zonder de mogelijkheid van een
hooger beroep afgewezen wordt;
2. dat de afgewezen dienstweigeraars on
danks hun ongegrond verklaard beroep op de
Dienstweigeringswet toch zulke ernstige ge
wetensbezwaren blijken te hebben, dat zij een
eventueele gevangenisstraf van 10 maanden
trotseer en;
dat verzoekster zich het lot van R. v. H.
nog temeer aantrekt, omdat zijn getuigenis en
bekendheid als pacifist als bezwarende om
standigheid gold:
Dat verzoekster evenwel met Idem protes
teert tegen het aanleggen van andere maat
staven dan die van het gehalte der gewetens
bezwaren, en het verzoekster integendeel wil
voorkomen.dat deelname aan pacafistischen ar
beid in organisatorisch verband juist den ernst
der bezwaren van de betrokkene aantoont;
Redenen waarom verzoekster er eerbiedig
bij Uw College op aandringt, dat het:
1. een onderzoek doet instellen naar de
werking der Dienstweigeringswet;
2. met name doet onderzoeken op grond
waarvan het beroep van de dienstweigeraars
van Mierop, Hoos en v. Heusden op de Dienst
weigeringswet ongegrond is verklaard.
ontoelaatbaar verklaart, dat iemands be
kendheid en getuigenis als pacifist als bezwa
rende omstandigheid geldt bij beroep op de
Dienstweigeringswet en berechting voor den
Krijgsraad.
Regeering zal Staten-Generaal
inlichten.
Over medewerking' voor de Saarstemming.
Een halve eeuw geleden.
Uit Haarlem's Dagblad van 1884
Naar wij vernemen, is de regeering voor
nemens, binnenkort aan de Staten-Generaal
een overzicht te doen toekomen van haar me
dewerking aan de Volkenbondswerkzaamheid
in het Saargebied in verband met de volks
stemming.
De Staatscourant van gisteravond bevat een
Kon. besluit, waarbij aan de Nederlanders, die
in verband met de op 12 Januari a.s. in het
Saargebied te houden volksstemming in poli
tiedienst zullen treden van de regeeringscom-
missie van het Saargebied, hiertoe, voor zoo
veel noodig, verlof wordt verleend.
De afdeeling mariniers, die hoogstwaar
schijnlijk naar het Saargebied zal trekken,
zal ongeveer 300 man sterk zijn. Van dit con
tingent levert Rotterdam 2 3, de overige 100
man worden uit andere plaatsen in het land
naar de kazerne te Rotterdam gedirigeerd. In
den lcop van deze week zal de troep geheel in
de marinirs-kazerne aldaar geconcentreerd
zijn. Het ligt in de bedoeling om hem voor het
vertrek, dat zooals reeds gemeld waarschijnlijk
omstreeks de Kerstdagen zal vallen, nog eens
terdege te oefenen. Het contingent zal wor
den ingedeeld in twee compagnieën en volle
dig worden uitgerust met bagage-, munitie-
en gevechtst-rein.
De kapitein der mariniers W ,A. Roelofsen
is naar Genève vertrokken als bemiddelings
officier.
ERBOD OM MELIvLEVERANCIERS OVER
TE NEMEN.
Zooals bekend heeft het crisis-zuivelbureau
een circulaire rondgezonden, waarin het aan
zuivelfabrieken werd verboden om melk-
leveranciers van elkander over te nemen.
Aanleiding tot dit verbod was dat verschil
lende fabrieken in de veronderstelling, ten
gevolge van de exportregeling in een gun
stiger positie te verkeeren dan andere er toe
overgingen veehouders te bewerken naar hun
bedrijf over te gaan.
De minister van economische zaken heefi
de juistheid van dit verbod echter alleen
maar als noodmaatregel erkend, door bij de
crisissteunbeschikking 1934 (zuivel) als voor
waarde te ste'\en voor het ontvangen van
steun op zuivelproducten, dat de fabrieken
niet na 15 December 1934 zonder goedkeuring
van een crisiszuivelcentrale. direct of indi
rect, melk of room ontvangen van leveran
ciers, die zij na 18 October hebben aange
nomen.
Een definitieve regeling is in voorbereiding,
welke regeling uiterlijk 1 Maart zal worden
ingevoerd.
James Northcote. Zelfportret.
Frans Halsmuseum
Royal Academy; van zijn karakter spreken
de fel observeerende oogen, de energieke
mond, en onder zulk een prachtig gewelfden
schedel schuilen gemeenlijk geen alledaagsche
hersens Al vergeten wij daarbij niet dat de
Engelsche portretkunst van de achttiende
eeuw gaarne idealiseert en ook de heer
Northcote zijn eigen grandezza wel met een
weinig welbehagen zal aanschouwd hebben.
Dan nog blijft ook in de kleur, wijnrood
tegen donkeren achtergrond, een aristocra
tische allure te bemerken, die kenmerk van
den tijd was,' doch hier eenvoudig bleef
zonder in pompeuse opgesmuktheid over
te slaan. Nu de vraag: hoe kwam dit zelf
portret in Haarlem? Op de Rotterdamsche
expositie hangt nog een door Northcote ge
schilderd portret, dat den Londenschen Jonk
heer Salvador, die in het begin der vorige
eeuw naar Holland kwam en in Den Haag
stierf, voorstelt Een van diens nakomelingen
was in de zeventiger jaren raadslid van
Haarlem kreeg hier hoogloopende ruzie met
voorname Haarlemsche families, werd in Am
sterdam in de gijzeling gezet en daarna door
het Haarlemsche volk onder gejuich weer
binnengehaald, nadat hij bij de Amsterdam-
sche Poort in eene, met zes paarden be
spannen open calèche verwelkomd was. Wat
deze heer allemaal gedaan en gezegd heeft
en waarom 'n deel der burgerij zoo op hem ge
beten was, doet nu hier niet ter zakedat
zou een, met kunst niet te maken hebbend
feuilleton wordenmaar één goed ding
deed hij zeker: hij gaf in 1870 dit zelfportret
van Northcote aan de gemeente cadeau. Het
andere doek van Northcote ging uit de familie
Salvador over in de met haar geparenteerde
Amsterdamsche familie van Nierop en werd
nu eveneens in Rotterdam tijdelijk afgestaan
wezen door het feit dat hij lid was van de Zoo hebben, evenals de boeken, ook de schil
derijen hun lotgevallen en komen, na jaren
van scheiding weer vreedzaam naast elkaar
te hangen
Wij zouden deze gelegenheid te baat kun
nen nemen nog iets over die Engelsche kunst
in Rotterdam te noteeren. Er blijkt in de
voorname Hollandsche families nog wel het
een en ander, vooral aan portretten, uit En-
geland's schilder-glorietijd te zitten.
Maar ook een aantal artistieke curiosa
welke eens voor het voetlicht te brengen een
verdienste van zulk een expositie is.
Ik wil graag erkennen nog nimmer
een schilderij van George Smith of
Chichester, bewust gezien te hebben. En toch
is deze heer, die in 1714 in Chichester gebo
ren werd en in 1776 in Chichester dood ging
een stillevenschilder van respectabel formaat
geweest. Daar zijn er hier twee, niet vrij
van invloed van Chardin waarop met stukken
roastbeef, kaas en brood, groot genoeg om
een weeshuis eener kleine stad mee te voede
ren, een picturaal effect bereikt wordt van
een wel zich zeer bewuste kracht. Het is een
Chardin, in het kolossale getransponeerd,
curieus en wat eigenzinnig van compositie,
doch hoogst interessant. Dat men in Neder
land vier werken van den jonggestorven
Bonington (18011828) kon vinden, aan wel
ker authenticiteit geen twijfel behoeft te be
staan is ook verblijdend. Een buitengewoon
prachtig stukje, een gezicht op het Canal
Grande in Venetië kwam uit het Rijksmuseum
waar het in bruikleen zich bevond. Een schil
derijtje van een verwonderlijk rijpheid voor
een schilder die nog geen 28 jaar oud werd.
Uit een ander doek, een landschap uit de col
lectie Van Beuningen in Rotterdam ka.i men
reeds de latere romantische landschapsschil
dering van een Isabey, Dupré etc. vóór proe
ven. Buiten de miniaturen en de teekeningen
zijn er in Boymans een veertigtal schilderijen
geëxposeerd. Van Lawrence en Reynolds
enkele weinig bekende dingen: van den
laatste b.v. het portretje van Lady Hastings
(eigendom F. Lugt), van Lawrence dat van
den jongen Baron van Fife (eigénd. van Beu
ningen) en een meisjesportret uit de coll.
Bachstitz. De activiteit van Rotterdam weer
spiegelt zich in zijn Museumbeheer. Als de
Engelsche kunst over enkele dagen weer zal
zijn afgenomen worden de wanden weer voor
de Kersttenoonstelling in gereedheid ge
bracht. En dan zal Mr. Northcote weer op het
Groot Heiligland te consulteeren zijn.
J. H. DE BOIS.
12 December:
In de sociëteitszaal te Krommenie
nam gisterenavond de vereeniging „J. J.
Cremer" van Haarlem, aan het aldaar
uitgeschreven tooneelconcours deel, met
de opvoering van het tooneelstuk van
Rosier Faassen „De Oude Kassier". Het
stuk werd tot het grootste genoegen van
het talrijke publiek afgespeeld, dat door
oorverdoovend applaus te kennen gaf,
hoezeer het spel der Haarlemsche ver
eeniging in den smaak viel. De opvoering
mag dan ook uitstekend verzorgd
heeten.
Te Petersburg is een damesvereeni-
glng gesticht, die zich ten doel stelt de
honden aan te kleeden. In het reglement
komen o.a. deze bepalingen voor: Hon
den van leden mogen niet ongekleed de
deur uitgaan. De snit en de kleur der
honden-kostuines worden op de maande-
lijksche vergaderingen bij meerderheid
van stemmen vastgesteld. Er is een
commissie van toezicht, die te waken
heeft of de leden der vereeniging haar
honden werkelijk kleeden „comme il
faut".
Door onze lens gesnapt.
De heer A. J. Meyerink.
De heer A, J. Meyerink werd in onze stad
geboren op 25 October 1865 en is dus 69 jaar.
Toen hij het eerste derde gedeelte van dien
leeftijd bereikt had. deed hij met goed gevolg
examen voor de akte Gymnastiek M. O. 110
December 1888). Gedurende tal van jaren heeft
hij gymnastieklessen gegeven aan verschillen
de scholen te Haarlem en ook te Bloemen-
daal.
De heer Meyerink was indertijd een uitmun
tend schermer; vele medailles behaalde hij in
tal van wedstrijden. Niet voor niets droeg hij
den bijnaam van „de sabelduivel".
Bekend zijn de „Lighaluitvoeringen", die de
heer Meyerink gedurende 20 jaren elk jaar
organiseerde ten behoeve van de Vereeniging
tot bestrijding' der t. b. c.
Vurig propagandist voor het zwemmend red
den is de heer Meyerink steeds geweest en is
hij nog altijd met onverminderd enthousiasme
Hij richtte indertijd, in 1917, de Haarlemsche
Reddingsbrigade op en was daarvan onafge
broken voorzitter tot 1926.
Hij heeft zitting in het bestuur van den
Ned. Bond tot het redden van drenkelingen
en was ook eenigen tijd bestuurslid van „Het
Oranje Kruis".
Schandelijke practijken van
twee broers.
Speculanten op de liefdadigheid.
Voor het Amsterdamsche Gerechtshof dien
de Dinsdag in hooger beroep de strafzaak te
gen de gebroeders J. H. en D. J. P., resp. ver
dacht van oplichting en uitlokking van op
lichting.
Dit tweetal, vooral de oudste D. J. P.. hield
zich bezig de goegemeente geld afhandig te
maken, z.g. om thuiswerkende blinden te steu
nen. De blinden konden echter naar het geld
fluiten, dat terecht kwam in de zakken van
de gebroeders. Tegen hun praktijken is her
haaldelijk door de politie gewaarschuwd. Het
tweetal ging rustig door met het winstgevend
bedrijf. Tenslotte achtte de justitie termen
aanwezig om daadwerkelijk in te grijpen.
De jongste broer hoorde zich op 12 Juli door
de rechtbank veroordeelden tot drie maanden
de oudste kwam er minder genadig af, hij
werd tot anderhalf jaar veroordeeld,
De proc. generaal vroeg bevestiging der von
nissen.
Bij het verhoor bleek, dat de jongste ver
dachte in Den Haag op zekeren dag tegen een
concurrent op dit terrein was aangeloopen en
om zijn „jachgebied" veilig te stellen had hij
zich uitgegeven voor rechercheur van politie,
de boekjes van zijn concurrent in beslag ge
nomen en hem met een „waarschuwing" laten
gaan
Volgens den proc. gen. is de „zaak" in 1895
reeds begonnen. De vader van verd. had haar;
overgenomen.