Pierre Cot vraagt verbod der
particuliere wapenindustrie.
Een plan voor de
organisatie van den Vrede.
THIJS IJS EN DE SCHAT OP DE MAAN.
1
Radio-Procramma
WOENSDAG 19 DECEMBER '34
HAARLEM'S DAGBLAD
4
BUITENLAND.
Critiek op de oorlogswinst.
Fransche Kamer keurt de oorlogscredieten goed.
PARIJS, 18 Dec. In de Fransche Ka
n*;r begon heden het debat over het, sup-
pletoire crediet van 800 millioen francs voor
het ministerie van Oorlog'.
Pierre Cot.
Ket radicaal-socialistische Kamerlid de
oud-minister Pierre Cot stelde bij den aan
vang voor het debat te verdagen, aangezien
de regeering' eerst dient te verklaren, welke
maatregelen zij had genomen voor de con
trole op de wapen-aanmaak. Hij wenschte
het werk der regeering niet te verhinderen,
doch voor hem en zijn vrienden was het ver
bod van de particuliere wapenfabricage een
noodzakelijkheid Onder grooten bijval van zijn
partijgenooten verklaarde Pierre Cot, dat men
tijdens den oorlog had gezien hoe aan den
eenen kant mannen voor Frankrijk hun bloed
en leven gaven en stierven, terwijl aan den
anderen kant groote winsten werden opge
streken.
Hij deed vooral een beroep op de oud-front
strijders, omdat hij wist, dat dezen dat nog
niet vergeten hadden. Hij wenschte te hooren
hoe de regeering over het vraagstuk van de
controle op en geleidelijke afschaffing' van
de particuliere wapenfabricage en den
vrijen wapenhandel dacht. De Volkenbond
had duidelijk de tot oorlog ophitsende intri
ges van de wapen-industrie veroordeeld. Cot
en zijn vrienden waren bereid, de voor de
landsverdediging noodzakelijke credieten
goed te keuren, niet echter bedragen die be
stemd waren om deze lieden aan grootere
winsten te helpen, zooals aan het licht was ge
komen door het onderzoek van den Ameri-
kaanschen Senaat. Het was veelzeggend dat
de Fransche pers over dit onderzoek nauwe
lijks berichten had opgenomen Dat men te
genover dienstweigeraars optrad, was volko
men in orde, zeide Cot, doch in de eerste
plaats diende men allen burgers de zeker
heid te geven, dat men van hen niet het offer
van vrijheid en leven eischte, ten bate van de
wapenindustrie. Een onderzoek in Frankrijk
zou zeker dezelfde resultaten hebben getoond
als in Amerika. Frankrijk had te Genève haar
standpunt in deze zaak reeds bepaald, doch
dit was niet voldoende. Men moest géén' inter
nationale beslissingen afwachten, wanneer
het er om ging, in Frankrijk dergelijke prak
tijken onmogelijk te maken. Bij de controle
van de wapenindustrie diende toezicht ge
oefend te worden bijv. op de reclame-cam
pagnes van de gasmaskerfabrikanten. De po
litieke compagne over de gevaren van den
luchtoorlog ging uit van de gasmaskerfabri
kanten.
Minister-president Flandin antwoordde, dat
de oplossing waarnaar Pierre Cot streefde in
derdaad wenschelijk was en dat de regeering
te Genève hetzelfde standpunt zou verdedi
gen als haar voorgangster. Men heeft hier
echter te doen met een internationaal pro
bleem. Het was een Fransch voorstel, waar
door de ontwapeningsconferentie zich met
deze zaak bezig gehouden en de techni
sche commissie der conferentie had een ont-
werp-resolutie uitgewerkt, die den betrokken
mogendheden zal worden voorgelegd. Frank
rijk s instemming staat reeds van te voren
vast.
Ten aanzien van den zuiver Franschen kant
van de zaak diende men rekening te hou
den met wat in het buitenland gebeurde. Er
bestaat geen speciale wapen-industrie. Aller
lei vreedzame industrieele bedrijven konden
zeer snel tot oorlogsindustrie worden ge
maakt. Het is gevaarlijk een onderscheid tus-
schen bewapenings- en vredesindustrie te
maken. Niettemin kan niet worden toegelaten,
dat in geval van oorlog de een zijn bloed geeft
ien de ander de winsten opstrijkt. Het is de
vraag of in vredestijd de staatsarsenalen goed
kooper werken dan de particuliere onderne
mingen. De ervaring leert, dat nationalisatie
niet wenschelijk is. Het organiseeren van den
vrede is voor Frankrijk de hoofdzaak. Men
moest rekening houden met de bewapening
van anderen, in welk verband Flandin sprak
over een groote mogendheid, die Frankrijk in
de laatste honderd jaar driemaal had aan
gevallen. Een militair crediet is een /erze-
keringspremie voor de toekomst.
Pierre Cot verklaarde met voldoening Flan-
din's uiteenzetting over den internationalen
kant van de zaak te hebben gehoord, doch
Frankrijk diende zich niettemin met de na
tionale zijde bezig te houden. Hij trok zijn
ver dagings voor stel in.
Des middags vroeg de minister van oorlog,
generaal Maurin. de Kamer nogmaals de be
williging der 800.000.000. Het oorlogsmateriaal
is verouderd en moet vervangen worden.
De uitvindersgeest moet in Frankrijk ont
wikkeld worden, anders zal het volk van
40.000.000 menschen worden overwonnen door
een volk van 60.000,000. De Socialistische afge
vaardigde, Leon Blum, stelde namens zijn
partij voor, de behandeling te verdagen.
Hij sprak over de Duitsche herbewapening
en zeide, dat de Fransche herbewapening de
Duitsche in zekeren zin rechtvaardigt. Hij ver
dedigde verder het standpunt dat veiligheid
slechts mogelijk is door ontwapening en dat
men goedschiks of kwaadschiks Duitschland
moet bewegen tot deelnemnig aan een ont-
wapeningsaceoord. Leon Blum zeide, dat de
militaire credieten niet meer te verdragen
zijn.
De voorzitter van de Legercommissie, kolo
nel Fabry, verklaarde zich voor inwilliging
der credieten. Hij wees op het Duitsche ge
vaar en de Duitsche bewapening.
Flandin zeide, de opvatting van Blum te
weerleggen door te wijzen op de Duitsche be
wapening. Blum heeft gezegd aldus Flan.
din dat men Duitschland goedschiks of
kwadschiks in een ontwapeningsaccoord moet
betrekken. Hij heeft echter niet aangegeven,
hoe dat zou moeten gebeuren. Gelooft hij mis
schien, dat Frankrijk oorlog zal voeren om
Duitschland te noodzaken aan deelneming
van een ontwapeningsaccord. De Fransche
regeering heeft alles gedaan om op de Ont
wapeningsconferentie een accoord tot stand te
brengen?
Frankrijk zal zijn recht om zijn veiligheid
zelf te organiseeren, nooit prijsgeven en het
zal altijd blijven vasthouden aan den eiscli
tot garanties.
Bijzonder scherp laakte hij de bewering van
Blum, als zou e Fransche bewapening, die
van Duitschland rechtvaardigen. Frankrijk
moet terwille van zijn veiligheid zijn verde
diging organiseeren.
Het voorstel van Blum tot verdaging der be
handeling werd daarna verworpen met 462
tegen 126 stemmen, waarna een ander socia
listisch afgevaardigde een voorstel indiende
tot het overnemen door den Staat van de
particuliere wapenfabricage. De regeering
stelde de kwestie van vertrouwen. Dit voorstel
werd met 388 tegen 199 stemmen verwor
pen.
De Kamerheeft tenslotte mèt 460 tegen
130 stemmen het wetsontwerp inzake een
buitengewoon crediet van 800 millioen voor
de landsverdediging, in het bijzonder bestemd
voor het materiaal, goedgekeurd.
Frankrijk.
Flandin: Thans niet het
oogenblik voor een bewape
ningsdebat".
In den Senaat werden de budgetten van ko
loniën, oorlog en luchtmacht goedgekeurd.
In den loop van het debat over de begroo
ting van oorlog bepleitte senator Lemery de
noodzakelijkheid van de invoering van een
militairen diensttijd van twee jaar en het
sluiten van bondgenootschappen. Volgens zijn;
meening is het oorlogsgevaar niet voorbij en
slaapt Frankrijk in onder de verkeerde voor
stelling van een in het geheel niet meer aan
wezige kracht, Tevens bepleitte Lemery ver
sterking van het beroepsleger. „Wanneer men
bedenkt dat een werklooze per dag meer kost
dan een soldaat", aldus spr., „is niet te be
grijpen dat men daarmee nog wacht".
Senator Sari bracht rapport over de begroo
ting uit. Hi.i verklaarde dat Duitschland over
600.000 afgeëxerceerde soldaten beschikt en
Frankrijk over 460.000. Bii de Duitsche strijd
krachten komen nog 7QO.OOO man, die vrijwel
ereed zijn voor militairen dienst, 1.400.000
reservisten van hoogeren leeftijd en 1.000.000
man uit de semi-militaire organisaties.
De premier Flandin beantwoordde Lemery.
Spr. zeide op dit oogenblik in den senaat
geen debat te willen beginnen over bewape
ning en pactenpolitiek, daar de Fransche re
geering thans bezig is den wereldvrede te ver
sterken. In (het-andere geval zou Frankrijk de
internationale solidariteit voor bescherming
tegen oorlogsgevaar verstoren. Het werk van
Genève is nog niet geëindigd. Frankrijk is
meerderjarig en bedelt niet om veiligheid. Het
zal het zichzelf wel verschaffen. Maar het zou
een fout zijn de veiligheid te miskennen, welke
uitgaat van het internationale systeem, waar
op de wereldvrede berust.
Senator Lemery interrumpeerde: ,,Dat is
fatalisme!"
Flandin antwoordde: „Neen! Wanneer mij
bewezen wordt dat verhoogde bewapening
noodzakelijk is, zal ik daartoe overgaan. Maar
daar willen wij het thans niet over hebben.
Laten wij thans een -debat staken dat nutte
loos en van buitenlandsch politiek standpunt
bezien zelfs gevaarlijk is".
Laval over de internationale
vraagstukken.
De Fransche minister van Buitenlandsche
Zaken, Laval, heeft bij de behandeling dooi
den Senaat van- zijn begrooting een overzicht
gegeven van den buitenlandsch-politieken
toestand.
Na te hebben gewezen op de te Genève be
reikte resultaten besprak hij de onderhan
delingen met Italië Wij trachten aldus de mi
nister, met de regeering te Rome een gemeen
schappelijk standpunt vast te stellen voor de
voornaamste algemeene, politieke problemen.
De Kleine Entente kan ons vertrouwen schen
ken en bij voorbaat er van verzekerd zijn, dat
hetgeen de Fransche regeering van plan is,
in haar belang geschiedt.
Laval las 'daarop den tekst voor van de
Fransch-Russische overeenkomst, waarbij de
twee regeeringen zich verplichten, niet te on
derhandelen over accoorden, welke het Ooste
lijk Locama-pact in gevaar kunnen brengen.
De onderhandelingen met Duitschland over
dit pact worden hervat.
Ten aanzien van het Hongaarsch-Joego-
slavische conflict zeide de minister: Ik heb
den nadruk gelegd, en zal nooit nalaten dit
te blijven doen op het vasthouden van de
Fransche. politiek in zake de handhaving van
de huidige grenzen Dit is een waarheid, die
tot alle regeeringen in het belang van de rust
in Europa, moet doordringen.
Tenslotte zeide hij
„De Hongaarsche gedelegeerde heeft door
zijn optreden de mogelijkheid opengelaten
voor de economische en moreele opheffing
van het Donaubekken en een samenwerking,
waartoe de Kleine Entente harerzijds bereid
is".
De begrooting van Buitenlandsche Zaken
werd daarna goedgekeurd.
Joegoslavië.
Het kabinet-Oezoenowitsj
afgetreden.
Na het aftreden van den Joegoslavischen
minister van Buitenlandsche Zaken Jeftitsj
en den minister van Landbouw Kojitsj is
thans het geheele kabinet-Oezoenowitsj af
getreden.
Een officieele mededeeling hieromtrent
luidt volgens Reuter als volgt: De ministers
Kojitsj en Jeftitsj hebben hun demissiebesluit
overhandigd. In verband daarmede heeft de
minister-president Oezoenoitsj bij den
regentsehapsraad het besluit tot aftreden der
geheele regeering ingediend. Het demissiebe
sluit werd aanvaard. Het. minïsterie-Oezoeno-
witsj wordt belast mét de verdere afdoening
der zaken, tot een nieuw kabinet is gevormd.
In een tweede officieele verklaring wordt
medegedeeld, dat de voorzitter van den Se
naat Tomasjitsj en de voorzitter der Skoep-
sjtina. Koemanoedi, gistermiddag door den
prins-regent Paul in audiëntie zijn ontvan
gen.
Arthur Henderson is dezer
dagen de Nobelprijs voor
den vrede toegekend.
door Arthur Henderson,
Voorzitter van de ontwapeningsconferentie.
Bedreigingen tegen president
Roosevelt.
Federale autoriteiten stellen een
onderzoek in.
Fulkes, een democratisch lid van het Ame-
rikaansche Huis van Afgevaardigden, heeft,
naar gemeld wordt, vier brieven ontvangen,
waarin hij en president Roosevelt met den
dood worden bedreigd. De aangelegenheid
wordt door de federale autoriteiten onder
zocht.
SIR OSWALD MOSLEY
VRIJGESPROKEN.
Sir Oswald Mosley en drie andere Zwart-
hemden, die zich wegens ordeverstoring had
den te verantwoorden voor het gerecht te
Lewes, zijn gisteren vrijgesproken. Het betrof
hier incidenten op een fascistische vergade
ring te Worthing.
Paraguay antwoordt Genève.
Aanbevelingen van den Volkenbond niet
aanvaard.
United Press meldt uit Asuncion:
Het antwoord van Paraguay op de aanbeve
lingen van den Volkenbond tot bijlegging van
het Chaco-conflict is Dinsdag naar Genève
verzonden. Het is tamelijk negatief en noemt
de aanbevelingen onuitvoerbaar. Zooals be
kend, heeft Bolivia de aanbevelingen aange
nomen.
(Tel.)
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELUNC.
„Hoor, Sim," zegt Thijs, „ik hoor stappen
„Ja, ja," zucht Sim, „wat ben ik vreeselijk bang!"
„Kijk," juicht Thijs dan, „kijk Sim, het is Glimmer!"
„Wees stil," zegt Glimmer, die zeer snel den toestand overziet, „tot
ik die spin eens een afstraffing geef; want dat is, naar ik meen, een
valscli beest."
Hij voegt de daad bij het woord en ineens klinkt een plof de spin
yalt flauw; hoe dat gebeurde zie je hier.
De Ontwapeningsconferentie is bijeengeroe
pen op gezag van den Volkenbond, speciaal
van den Bondsraad, waarvan Frankrijk, En
geland en Italië permanente leden zijn. De
Raad heeft met algemeene stemmen gevraagd
of ik het voorzitterschap van de conferentie
op me wilde nemen. Mijn taak als zoodanig
blijft beperkt tot leiding geven bij de zittingen
en de beraadslagingen, die gebaseerd zijn op
de verschillende door de op de conferentie
vertegenwoordigde regeeringen aangenomen
resoluties en besluiten. Daarom moet elke cri
tiek op de grondslagen, waarop de conferentie
arbeidt, gericht worden tot de regeeringen,
welke die grondslagen vastlegden, en niet tot
den voorzitter.
Maar ik geloof, dat we niet moeten strijden
over die beginselen, omdat die over 't geheel
volgen uit de Volkenbondsacte waarvan al
onze landen onderteekenaren zijn en dat het
echte vredesverdrag is voor de wereld.
Als voorzitter van de Ontwapeningsconfe
rentie ben ik beperkt tot de wat negatieve rol
van onzijdig persoon, wat beteelcent, dat ik als
zoodanig geen persoonlijke meeningen kan
hebben. Maar ik zou er de aandacht op willen
vestigen, dat ik het gewaagd heb mijn eigen
opinie langs een anderen weg uit te drukken.
Een jaar geleden ongeveer publiceerde ik een
brochure onder den naam: Labour's Buiten
landsche Politiek, waarin ik alles zei, dat naar
mijn meening betrekking heeft op de organi
satie van den vrede. In die brochure gaf ik
uitdrukking aan mijn overtuiging, dat de vol
gende Labour regeering mijn land zal verbin
den tot een gezamenlijk vredessysteem, dat
'n permanenten en onschendbare vorm zal aan
nemen door een „Vredeswet", die aan het Par
lement zal worden voorgelegd en die onze na
tionale wetgeving in volledige overeenstem
ming zou brengen met onze internationale
plichten. Ze zou bepalen, dat in alle gevallen
zonder uitzondering de regeering haar inter
nationale geschillen zou onderwerpen aan een
van de methoden van vreedzame beslechting,
waartoe wij ons hebben verbonden; dat noch
tijdens de behandeling van een geschil, noch
in een ander stadium daarvan de regering
haar gewapende macht zou mogen mobilisee-
ren of eenige oorlogsdaad verrichten van welke
soort ook, behalve dan om een feitelijken aan
val af te slaan, en dat de regeering volmacht
zal hebben om alle economische, financieele
en andere maatregelen te nemen, die vereischt
zijn om haar in staat te stellen onmiddellijk
al de nationale verplichtingen na te komen
van het Tractaat, de Locarnoverdragen en
andere stukken, waaraan wij gebonden zijn.
Ik voegde er bij, dat de volgende Labourregee-
ring in Genève er krachtig voor zal werken
dat ook alle andere onderteekenaren op de
zelfde wijze hun gegeven woord zullen houden,
Hierdoor zal ze vasthouden aan het principe,
dat elke greep naar oorlog op zichzelf een
internationale misdaad is, en dat geen regee
ring, hoezeer ze in haar eigen oogen ook ge
rechtigd is daartoe, voor haarzelf recht mag
zoeken door middel van wapengeweld. Zij zal
daarom streven naar algemeene aanvaarding
van de wijzigingen van het Verdrag, die voor
gesteld worden door de tweede Labourregee
ring met het doel het Verdrag in overeenstem
ming te brengen met het Briand-Kelloggpact.
Ze wil overeenstemming hier over, dat alle
gebruik van de gewapende macht als een
middel van de nationale politiek verboden zal
zijn; en ze zal niet gedoogen, dat welke aan
valler ook zijn misdaad zal verbloemen door
te beweren, dat hij niet officieel „den oorlog
verklaard heeft" of dat hij handelt uit „zelf
verdediging".
Voorts heb ik gezegd, dat de Labourregeering
ook zal pogen de andere fouten in het Verdrag
weg te. werken, die de ervaring heeft getoond,
Zij zal aandringen op alle verbeteringen, die
noodig zijn om te bereiken, dat de aansprake
lijkheid van een aanvaller, spoedig vastge
steld kan worden en dat de actie om de wet
te handhaven en het verbreken van den vrede
te beëindigen, snel, algemeen en effectief zal
zijn.
Met dit doel zal zij er naar streven de uitge
breidste aanvaarding te verkrijgen van de
Conventie tot Verhooging der Middelen om
den oorlog te voorkomen en de Conventie voor
Geldelijken Steun, dien, wat ook veranderen
moge in haar voorwaarden, de instandhouding
van een Ontwapeningsconferentie eischt.
Een Labourregeering zal ijveren voor een
drastische vermindering in de nationale bee
wapeningen door internationale samenwer
king. Er kan nooit een ware Vrede zijn, als
in welk groot land ook een geweldige oor
logsmachine onophoudelijk werkt met de
bedoeling iedere triomf der wetenschap en
eiken vooruitgang der menschelijke krachten
te gebruiken om de methoden tot vernietiging
te verbeteren Wil men den oorlog uitbannen,
dan moet de oorlogsmachine afgeschaft wor
den. De Labour Partij zal niet rusten vóór de
machten, die de regeeringen handhaven, op
snelle wijze gereduceerd zijn tot het minimum
dat noodig is om de binnen- en buitenland
sche orde te bewaren, en vóór de aanvalswa
pens, die aan de Centrale Mogendheden ver
boden zijn bij het verdrag' van 1919 dat zijn
dus alle zware artillerie, tanks, oorlogsbo
dems van meer dan 10.000 ton, onderzeeboo
ten, leger- en marinevliegtuigen, vliegtuig
moederschepen totaal afgeschaft zullen
zijn.
De Labourregeering zal haar invloed vooral
aanwenden om volkomen afschaffing te be
reiken van alle leger- en marineluchtmach
ten en voldoende veiligheidsmaatregelen te
nemen tegen eventueel misbruik van civiele
luchtmachten in den oorlog.
Voor dit doel zal ze vooral aandacht schen
ken aan internationale toenadering. Geen an
dere stap zou zóó de nationale veiligheid van
het Britsche Rijk bevorderen als algeheele
afwending van het gevaar van luchtaanval
len. In deze kwestie, evenals in alle andere
van het ontwapeningsprobleem, zal het uit
eindelijke plan dat de Labour Partij in studie
zal houden, de volslagen afschaffing zijn
van alle gewapende machten in de landen,
zooals we die heden kennen, en de vervan
ging ervan door een internationale politie
macht onder den Volkenbond.
De Labourregeering zal ook aandringen op
sterke beperking van de oorlogsbegrootingen
en op een uitgebreide en voortdurende con
trole op de inachtneming van het ontwape
ningsverdrag ten aanzien van de begroo-
tingsposten voor menschen en materiaal voor
den oorlog.
Door middel van haar vertegenwoordigers
in de Permanente Ontwapeningscommissie
zal zij probeeren vast te leggen, dat aan deze
controle streng de hand wordt gehouden. Zij
zal ter vergemakkelijking van haar taak,
pogen in de Ontwapenmgsconventie opgeno- i
men te krijgen vrijstelling van vervolging voor
hen, die inlichtingen geven aan de officieel
voor de controle aangestelde personen van den
Volkenbond. De Labourregeering zal voorts
een wet aan het Parlement voorleggen om
boete en gevangenisstraf op te kunnen leggen
aan iedereen, die schuldig bevonden is aan het
opzettelijk geven van valsche inlichtingen of
weigeren van informaties aan een agent van
den Bond, welke wet aan die agenten de
macht schenkt om een verdacht persoon voor
de Engelsche rechtbanken te brengen. Zij zal
er in Genève op aandringen, dat ook andere
regeeringen een dergelijke wet aannemen.
De Labour Partij is er van overtuigd, dat
het .voordeel trekken uit een oorlog" moet
worden afgeschaft. Overeenkomstig den
wensch van den officieelen vertegenwoordiger
van acht en een half millioen oud-strijders,
die in den laatsten oorlog hebben gevochten,
zal de Labourregeering voorstellen „de alge
heele afschaffing van de Particuliere Wapen
en Munitie-industrie, waartegen, zooals de
Volkenbondsleden in het verdrag hebben ge
zegd, ernstige bezwaren bestaan".
Zij zal voorts voorstellen, dat de Wapen
handel zal worden gecontroleerd volgens een
zelfde systeem als pas geleden is vastgelegd in
een Algemeene Conventie voor Gevaarlijke
Verdoovingsmiddelen.
De Labourregeering zal ijveren voor „mo
reele ontwapening" door middel van interna
tionale samenwerking tot voorkoming van
misbruik van Opvoeding, Radio-omroepen,
Bioscoop, enz. voor oorlogs- of nationalistische
doeleinden.
Ik geloof, dat mijn vrienden overal het met
mij eens zullen zijn als ik vaststel, dat tusschen
ons geen verschil van meening bestaat, niet
alleen ten aanzien van de noodzaak om pre
cies te omschrijven wat gedaan moet worden
om ervan verzekerd te zijn, dat er geen oorlog
meer zal komen, maar eveneens ten aanzien
van het feit, dat wij geheel hetzelfde doel na
streven. In alle landen hebben we de hel van
den laatsten oorlog doorgemaakt, en we heb
ben daaruit de les getrokken, dat onze levens
in het vervolg gewijd moeten worden aan de
organisatie van den vrede en de vestiging van
internationale Broederschap. We deelen de
overtuiging, dat wij, om den vrede te kunnen
genieten, de wereld op een internationale leest
moeten schoeien; we moeten de nationale
souvereiniteit ondergeschikt maken aan de
souvereiniteit van wereldlichamen en aan ver
plichtingen, die een nauwere en diepere sa
menwerking toestaan en die ons allen, groot
en klein, sterk en zwak, onderworpen doen zijn
aan de onpartijdige macht van de wet.
(Nadruk verboden).
DONDERDAG 20 DECEMBER.
HILVERSUM 302 M.
8.00 AVRO. Gramofoonmuziek. 10.00 Mor
genwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30
Sophie Vos, pianovoordracht. 11,00 J. Felder-
hof, viool. 12.00 Omroeporkest olv. Nico Treep.
Afgewisseld door gr. pl. 2.00 Halfuur voor de
vrouw. 2.30 Gramofoonmuziek 3.00 Naaicur
sus door mevr. Ida de Leeuw van Rees. 4.00
Ant van Dijk spreekt voor zieken en ouden
van dagen. 4.30 Aansluiting met het Grand
Café Rest. „Caland", Rotterdam. Neder-
landsch orkest Ormenda, olv. Nina Dolce.
Henk Stuurop a. d. vleugel. 5.00 Halfuur voor
grootere door mevr. Ant. v. Dijk. 5.30 AVRO
Aeolianorkest. 6.30 Sportpraatje door H. Hol
lander. 7.00 Voor de jeugd. Kerstliedjes voor
het naar bed gaan. 7.15 Nieuwe dansplaten.
7.30 Engelsch voor gevorderden door Fred
Fry. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gramofoonmuziek. 8.15
Aansluiting met het concertgebouw te Am
sterdam. Ned. Ver. vna concertgebouwvrien
den. Concertgebouw o.l.v. Dr. Willem Mengel
berg. Hélène Cals, sopraan. In de pauze piano
spel door Olga Moskowsky-Elias en Franz
Weiss.
10.30 Gramofoonmuziek, 11.00 Vaz Dias.
11.10 Aansluiting met Claridge Dancing, te
Den Haag. 12,00 Sluiting.
HUIZEN 3875 M.
8.00 KRO. Morgenconcert. 10.00 NCRV. Gra
mofoonmuziek. 10.15 Morgendienst. 10.45 Le
ger des Heilskwar tiert je. 11.00 KRO. Gramo
foonmuziek. 11.30 Godsd. halfuurtje door
pastor L. H. Perquin. 12.15 KRO-orkest olv.
Mar. van 't Woud. 1.00 Gramofoonmuziek. 2.00
NCRV. Fraaie handwerken. 3.00 Gevraagde
gr. pl. 3.45 Rustpoos. 4.00 Bijbellezing. 5.00
Handenarbeid voor de jeugd. 5,30 F. Kloek,
orgel. 6.30 Adj. J. Smael van het Leger des
Heils: Licht en schaduw. 7.00 Politieberichten
7.15 Feestelijke herdenkingsavond ter gelegen
heid van het 10-jarig bestaan van den Om
roep der Ned. Chr. Radio Ver. in de Juliana-
kerk te Den Haag. Jan Zwart, orgel. Chr.
Residentie mannenkoor olv. L. W. Visser, Mr.
A. v. d. Deure, Ds. A. v. d- Bosch, verschillende
autoriteiten, feestredenaars. NCRV klein or
kest olv. P. v. d. Hurk. Hélène Ludolph Gev-
sen, sopraan. Ds. L. J. van Leeuwen, slot
woord. 9.00 Vas Dias.
BRUSSEL 484 M.
12.20 Orkestconcert olv. Karei Walpot. 5.20
Omroeporkest olv. Paul Gason. 8.20 Idem. 9.35
Concert olv. Karei Walpot. 10.30 Gevraagde
gram. platen.
KALUNDBORG 1261 M.
205 Louis Preil's instrumentaal ensemble.
9.20 Kerstconcert 9.35 Idem. 10.20 Aage Juhl-
Thomsen's dansorkest.
DROITWICH 1500 M.
12.10 Het Rutland Square en New Victoria
orkest. 2.20 Het Carrick Theaterorkest. 8.20
Callender's Band. 10.35 Het Leslie bridgewater
Kwintet. 11.35 Lou Praeger en zijn orkest.
PARIJS RADIO 1684 M.
,7.20 Gramofoonmuziek. 12.50 Victor Pascal
en zijn orkest. 9.05 Het Orchestre national.
Mar. Long, piano, 10.50 Lucien Göldy's orkest.
ROME. 421 M.
4.20 Concert. 5.20 Gramofoonmuziek. 8.05
Concert ol.v. A. Zanella, C, Buonerba, piano.
9.50 Dansmuziek.