Onderscheidingen.
WOENSDAG 2 JANUARI Ï935
HAARLEM'S DAGBLAD
Bij Kon. besluit is toegekend de eere-me-
0aille, verbonden aan de Oranje-Nassauorde:
in zilver, aan:
E. Levie, te Gelsenkirchen;
G. A. H. Theelen, te Essen;
in goud, bij bevordering, aan;
H. van Staal, te 's-Gravenhage;
in goud. aan:
E van den Berg, te Breda;
F. Jimmink, te s-Gravenhage;
H. Segers, te Arnhem;
A. A. van Dijk, te 's-Gravenhage;
in zilver, aan:
M. C. Uittenbroek, te Zaltbommel;
P. Dorst, te Numansdorp;
F. Zigter, te Winsum:
J. Marijnissen, te Breda;
C. N. van Eijk, te Alphen aan den Rijn;
P. de Vries te Utrecht:
J. van der Velde, te Veenhuizen;
'A. Arnoldus, te Heusden
R. Reitsma, te Oppenhuizen;
Ph van Rijn, te Tilburg;
R Enter, te Winsum-Obergum;
W. M. Slingerland te Krimpen aan de Lek;
J. E. Koek, te Amsterdam;
in brons aan:
J. Koster, te Zaandijk;
H Jagersma, te Nuth;
(L. Duisterhout, te Leeuwarden;
J. Ch. van der Linden, te Zutphen;
in goud, bij bevordering, aan:
C. F. P. van der Goes, te Rotterdam;
an goud, aan:
G Biesbroek, te 's-Gravenhage;
P. van den Berg, te Vlaardingen;
R. Kalker, te Rotterdam;
Ph. M. Engelvaart te Tholen;
G. van der Horst, te Amersfoort;
C. H. Bensik, te Groningen;
P. Menage, te 's-Gra/venhage (postkantoor);
onej. M. C. P. Hoekstra, te Leiden;
H. Kouwenhoven Azn., te Enkhuizen;
in zilver aan:
P Paase, te 's-Gravenhage;
W. F. Duunk, te 's-Gravenhae
•P. J. van der Valck, te 's-Grawenhage;
D. Blok, te 's-Gravenhage;
J M. Minnaar, te 's-Gravenhage;
G. Struik te Woudrichem;
A. van Velzen te 's-Gravenhage;
(M. Zandbergen, te Rotterdam.
J. van Golen te Rotterdam.
J. J. Verhoeven te Rotterdam;
H. C. Beumer te Amsterdam.
G. M. van der Mark, te Amsterdam.
M. Bas te Amsterdam.
H. Wierda te Amsterdam.
H. Best te Amsterdam.
Tj. Nijdam, te Amsterdam;
B. Jurgens, te Schiedam.
J. H. Kloppenburg, te Amsterdam.
J. G. Wollenberg te Middelburg.
M. Holsheimer te Aduard.
K. F. Odekerken, te Maastricht.
G. Benckhuijsen te Boskoop.
G. J. Felix, te IJsselmuiden.
J. C. Fraissinet te 's-Gravenhage.
W. Baartman, te 's-Gravenhage.
D. N. den Boer te 's-Gravenhage.
J. Talens te Groningen.
P. J. Smets te Venlo.
W. van Dijk, te Utrecht.
G. Strijker, te Groningen.
H. Simmer te Amsterdam.
A. D. H. Bouwman te Helmond.
Ch. Stakenborg, te Helmond.
M. van Schijndel te Boxtel.
H. Vink te Groningen.
P. P. van de Velde.
J. Stulp te Grootegast.
K. Heethuis te Opende.
J. M. Stevens te Stramproy.
A. de Beus te Utrecht,
in brons, aan:
A. M. Maurer te Bergen op Zoom;
A. Vos, te Werkendam;
A. Pijs te Nuenen.
G. J. van Gent te Arnhem.
J. Speksnijders te 's-Gravenhage.
A. F. Otten te Rotterdam.
J. H. Terstappen te Rotterdam.
J. Spoelstra te Amsterdam.
J. H. J. Beekman te Amsterdam.
J. P. Poeckling te Amsterdam.
Mej. R. van Dijk, te Wolvega.
G. Voors, te Sleen.
A. P. Stauttener te 's-Gravenhage.
A. G. Goedman te 's-Gravenhage.
D. Nieuwenhuijs, te Apeldoorn;
A. v. d. Laar, 's-Hertogenbosch.
J. Verhoef te Amsterdam.
M. H. Meuffels, te Weert.
F. J. H. Lamberts, te Venlo.
A. Hansma te Foxhol.
E. Graafsma, te Sneek.
P. J. Hurkmans, te Someren.
P. J. Knippenberg, te Huijthuisen.
A. van Glabbeek. te Boxmeer.
K. Wolthuis, te Harkstede.
J. Nieuwenhuys, te Amsterdam.
A. C. Rolvers, Amsterdam.
R. J. Drost, te Groningen.
F. Vercauteren, te Sas van Gent.
A. van Eek, Zoelen.
D. J. Bart, te Zaandam;
In goud aan:
H. J. Eykelboom, te Utrecht.
R. de Vries, te Groningen.
J. Botterop te Wormerveer.
In zilver, aan;
G. J. Zwarts, te Leiden.
H. J. Schiitz, te Utrecht.
G. Langeveld, te Groningen.
H. F. van Dreumel, te Delft.
A. H. Ritter, te Delft.
C. van de Plas, te Wemeldinge.
In brons aan:
Mej. W .ter Veld—van der Velde te Gronin
gen.
In goud, bij bevox'dering aan:
H. J. Brummelkamp, te 's-Gravenhage.
In zilver, aan:
B. van der Bor. te 's-Gravenhage.
G. van de Griek, te Rotterdam.
G. Westinga, te Coevorden.
A. Hoekstra, te Winterswijk.
P. J. Stoutjesdijk. te Ginneken.
J. Kootstra, te Rotterdam.
P. Looy, te Rotterdam.
M. A. van Benthem, te Rotterdam.
F. Post. te Zwolle.
W. Boer. te 's-Gravenhage.
J. J. J. M Zimmerman, te Arnhem,
J. Staal te Breda.
H. Russcher, te Assen.
in brons aan:
F. L. van Thiel, te Rotterdam.
i In goud met zwaarden, aan: den opper-
Behipper C. Mallie.
In goud, met de zwaarden, bij bevordering,
aan: den adjudant-onderofficier-vlieger-in-
structeur P. J. van der Griend.
in goud, aan:
den zeeloods te Rotterdam E. Edelenbosch en
den kamerbewaarder van den Minister van
Defensie J. W. de Groot;
in zilver, met de zwaarden, aan:
den adjudant-onderofficier-machinist T. N.
Bleeker;
den opperziekenverpleger R. Vos;
den opperschrijver G. van Veen;
den majoor-konstabel A. Feenstra;
den majoor-monteur A. Boom;
den sergeant-majoor der mariniers A. Touw:
den adj .-onderofficier-administrateur W. K.
Hövig,
den meester-geweermaker P. Kwak, van den
staf der artillerie;
den adjudant-onderofficier-instructeur W.
H. de Leers,
den adjudant-onderofficier F. K. Peters,
den adjudant-onderofficier-instructeur J. C.
Smits,
den adjudant-onderofficier-administrateur
J. van Dijk,
den magazijnbeheerder N. E. Rost;
den adjudant-onderofficier-schrijver P. H.
Ar ends,
den adjudant-onderofficier-instructeur M.
M. C. van Trier,
den adjudant-onderofficier-administrateur
M. P. Bijl,
de adjudanten-onderofficier-instructeur H.
van der Steeg en W. B. Cramer,
den adjudant-onderofficier-administrateur
A. Hoogstraten;
den meester-smid-bankwerker J. A. van dei-
Knaap;
den opperwachtmeester-instructeur L. Teu-
nissen;
den sergeant-majoor-instructeur A. Rijsdijk;
den sergeant-majoor-administrateur J. P.
Meijer;
den sergeant-amanuensis J. H. Sijbesma;
in zilver, aan:
den bewaarder te Willemsoord A. L. J. La-
bout;
den hulpzeeloods te Harlingen K. Broekema;
den penningmeester van „Je Maintiendrai
C. A. Geevers;
den bureelambtenaar te Amsterdam T. Ho-
ningh;
den bode bij het Departement van Defensie
H. Thiele, en
den gepensionneerd commandeur der scheep
makers te Willemsoord H. Meijer;
m brons, met de zwaarden, aan:
den remonterijder L. W. Borger;
in brons, aan:
den koper- en blikslager te Willemsoord J. F*
Asma;
den machinebankwerker te Willemsoord N«
Dijker;
het hoofd der kustwacht te Vrouwenpolder
D. Koets;
den nachtwaker te Woerden L. den Hartog;1
den magazijnknecht der artillerie G. Gras-
maijer;
den burgerwerkman G. Voerman te Breda;'
den Rijkswerkman (stoker) bij het artillerie-
paarden depot H. F. C. Mols;
den gepensionneerd magazijnknecht der ar
tillerie J. J. van Wouwe;
den gepensionneerd Rijkswerkman J. Coe-
mans, en
mej. E. M. Bol, geboren Torsie, te Leiden;:
deDyenhoc*<
AMSTERDAM
