DE TWEELINGZUSTERS
f
FEUILLETON.
Uit het Engelsch van
PATRICIA WENTWORTH.
Nadruk verboden
S3)
„We woonden in een mooie villa met een
grooten tuin", juffrouw Brownling begon
haar kaarten, die er smoezelig, vettig uit
zagen en ezelsooren hadden, bij elkaar te
zoeken. Wie had in dien tijd kunnen denken,
dat het nog eens zoo ver met me zou komen!"
Langzaam en peinzend schudde ze de kaar
ten. „Mijn man had een zaak heb ik je
dat al eens verteld? Dat is geen schande.
Maar een winkel blijft een winkel en ik was
grootgebracht als een echte dame. Toen ik
twintig was kon ik geen bed opmaken, geen
kous stoppen of geen aardappel koken".
Anne legde het brood, dat ze gesneden en
gesmeerd had. op 'n schaal. Ze had de opmer
king kunnen maken, dat juffrouw Brownling
ook nu nog geen aardappels koken kon. Ze
'glimlachte echter alleen maar en zette
thee.
„Och, lieve kind", zuchtte de andere
vrouw. „Een mensch weet nooit hoe het in
zijn leven nog eens loopen kan. De een komt
in goeden doen, de ander raakt aan lager
wal. Luister naar mijn raad en zoek een
weduwnaar die zijn bemoeizieke schoonmoe
der beu is, een geschikte, gemoedelijke man,
die er warmpjes in zit. Dat is de groote kans
voor een meisje zooals jij. Van de kinderen
hoef je heelemaal geen last te hebben, als
je maar weet hoe je er mee omspringen moet.
Je stuurt ze naar een kostschool en je hebt je
maai en je huis voor jezelf. Zeg nu eens zelf,
af dat geen goede raad is?" Al .pratend liet ze
de kaarten over de tafel vallen en haar mond
vertrok in een dwazen lach.
Anne ging de keuken uit met het thee
blad. Juffrouw Brownling was een beproe
ving. De keukentafel lag altijd bezaaid met
haar beduimelde, vette kaarten. Ze kon nog
niet een ei koken zonder de heele keuken
overhoop te halen; nooit waschte ze een bord.
schaal of pan om, voor dat de heele voorraad
schoone uitgeput. Anne had een slaapkamer
tje met haar samen een kamertje, waar
het grootste deel van juffrouw Brownling's
eigendommen gewoonlijk over den vloer ver
spreid lag. Uit- en aankleeden duurde einde
loos bij haar en ze praatte onderwijl aan
een stuk door: zenuwtergende verwarde en
veranderlijke verhalen over vervlogen groot
heid. De eene keer was ze de dochter van een
advocaat of notaris, dan weer van een dokter
of een predikant. Tegen middernacht zin
speelde ze op een adelijke afkomst. En deze
fantasiën eindigden steevast in een kramp
achtige huilbui.
Anne vond het verschrikkelijk. Nooit kon
ze eens alleen zijn; ze was veroordeeld tot
het bestendige, dolmakende gezelschap van
een morsige malloot. Een van de ergste din
gen was. dat niefs ter wereld juffrouw Brown
ling er toe kon bewegen met het raam open
te slapen. Er waren oogenblikken, dat Anne
haast met weemoed terugdacht aan Holloway.
Vrijdagmorgen haalde ze met de andere
post een getypte enveloppe geadresseerd aan
Miss Annie Jones uit de bus er zat een briefje
van John in
„Beste Anne,
Ik heb je mijn adres niet gegeven.
Ik had het willen doen, maar was
zoo dom het te vergeten. Denk er aan
me te laten weten, als je iets noodig
hebt. En vergeet niet je belofte voor
a.s. Donderdag. Om kwart over twee
zal ik op den hoek op je wachten.
v Je J. M. W.
Anne sloot den brief in haar koffer weg.
Het was de eerste lieve brief, die ze in meer
dan een jaar ontvangen had.
„Mij schrijft niemand", klaagde juffrouw
Brownling op verongelijkten toon. „Dat was
ook anders toen ik een meisje was, alles was
toen anders. Heb ik je verteld, hoe ik altijd
met mijn vader in een mooie dogcart reed.
met roodgelakte wielen? Hij was dokter, dat
weet je. nietwaar?, en hij had een heel goede
praktijk in het noorden van het land. Je
hebt er geen idee van wat voor brieven ik in
dien tijd van jongelui kreeg! Zei je niet, dat
die brief van je beminde was?"
„Neen, daar heb ik geen woord van ge
zegd", klonk het verbaasd.
..Ik dacht toch, dat het handschrift van
een man was".
Anne lachte hartelijk.
„En het is een getypte brief!"
„Ik had altijd een goeden kijk op man
nen", beweerde juffrouw Brownling zelf
ingenomen.
Zaterdagsmorgens was er op nieuw een
brief:
„Beste Anne,
Ik geloof, dat ik vergeten heb, je
mijn telefoonnummer f33610) op te
geven. Het kon wel eens te pas ko
men. als je me onverwacht noodig
mocht hebben. Ik hoop, dat je me
dan wilt opbellen.
Je J. M. W.
P. S. De beste tijd om op te bellen
is bij het ontbijt; dan ben ik altijd
thuis.
Maandagmorgen gaf Mrs. Fossick Yates
Anne den derden brief. Ze bekeek hem eerst
eenige seconden en las toen den poststempel.
Daarop zei ze: „getypt", met een stem als
een officier van Justitie, die de aandacht
een-uiterst "pczwi
Anne sprak geen woord, nam den brief aan
en ging er mee weg; haar vingers tintelden
Wat dom van hem om nu weer te schrijven
ontzettend dom. Toch moest ze zichzelf
bekennen, dat ze het niet heelemaal onple
zierig vond.
Dezen keer schreef John:
„Beste Anne,
Ik hoop, dat je onze afspraak van
Donderdag niet vergeet. Ik kom
maar om twee uur; want als ze om
één uur lunchen heb je toch tijd ge
noeg om den boel op te ruimen.
Je J. M. W.
Een half uur later, toen Anne de eettafel
aan het wrijven was, zeilde Mrs. Fossick
Yates de eetkamer binnen en posteerde zich
in een majestueuze houding voor den haard
„Een oogenblikje Anne".
Anne kwam overeind. Ze had roode wangen
gekregen van het wrijven. Ze droeg een blauw
katoenen japon, waarvan de aanschaffings-
kosten van haar loon zouden worden afge
houden.
„Eh Anneging Mrs. Fossick Yates
voort.
„Ja mevrouw?"
„Ik ik ben overtuigd, dat je eh
de noodzakelijkheid wel zult inzien om
eh je niet verder in te laten met de con
necties uit je vroegere, minder gewenschte
omgeving
Anne zei niets.
„Ik verwacht, dat je geen correspondentie
met je vroegere kornuiterf aanmoedigt".
Anne keek haar aan over de glimmende
tafel. Waarom was ze zoo vreeselijk? Waar
om kon ze niet behoorlijk zijn? Haar eerste
woede was over.
Het leek haar alleen nu nog maar gek en
jammer.
„Geef antwoordt, sjvauwde Mins. Nosstck'
„Ik weet niet wat jk zeggen moet".
„Ikverlang een belofte van je, dat je zoo
lang je onder mijn dak woont geen corres
pondentie meer zult voeren met je oude ka
meraden. Ik weet, dat je dagelijks brieven
ontvangt; je het 't als een vriendelijkheid I
van me beschouwen, dat ik je waarschuw.
Maar zal ik er niet van zeggen".
Maar juffrouw Brownling had heel wat
meer in het midden te brengen.
„Wat voor kleur oogen heeft hij, kind? Dat
moet je me heusch vertellen, dan zal ik je
zeggen of hij een standvastig karakter heeft. 3
De eerste jongen, waarmee ik verloofd was,
had de mooiste lichtbruine oogen. die je je
kunt voorstellen en hij maakte het af om
met een meisje van adel te trouwen. Ik heb
nooit iemand zoo razend van woede gezien,
als mijn vader toen was. Hij had in diezelfde
week aan de beurs zware verliezen geleden
ik heb je toch al verteld, dat hij effecten
makelaar was, hè? Ik was bang. dat hij een
moord zou begaan, maar je snapt ook wel
dat ik er niets voor voelde, dat mijn naam/
genoemd zou worden in verband met een
moordgeschiedenis en dat heb ik hem dan
ook verteld. Toen kalmeerde hij een
beetje
XXV.
Dinsdag was er geen brief van* John.
Woensdag schreef hij weer, blijkbaar met het
doel Anne eraan te herinneren, dat het den
volgenden dag Donderdag zou zijn. Hij voegde
er aan toe, overtuigd te zijn dat zij wel om
kwart voor twee klaar zou kunnen wezen
en dat hij daarom al vast om half twee opj
den hoek zou wachten.
W/ordt vervoegd)
I L -L II -. I /-> I I p.. Op den 250sten geboortedag van Georg
In een hooiberg naast een boerderij aan de Oudekerkerlaan te Diemen
brak brand uit. Het vuur sprong over naar de boerderij', welke spoedig in Friedrich Handel stond het standbeeld van
licht.rl.al. Mond. D. brondw.or tijden» h.t n.bl.Mch.n b.ro.md.n componiM I. H.ll. in h.t
middelpunt der belangstelling
D« opbouw van de 50ste Beurs van de Dameskroniek in het R A I -gebouw te Amsterdam,
Een overzicht van de werkzaamheden In de groote zaal
Verwelkomd door vele autoriteiten arriveert de Oostenrijk-
geho Bondskanselier Schuschnigg te Folkestone voor zijn
bezoek aan Engeland
Een nieuw systeem brandladder, redding-
toestel, transporteur, montagewagen en
uitkijktoren, die in 25 seconden tot een
maximum hoogte van 25 meter gedraaid
kan worden, is Maandag te Amsterdam ge
demonstreerd
De bloemententoonstelling Flora 1935 te Heemstede nadert haar voltooiing. De paddenstoelen rijzen
reeds uit den grond
In de Waalhaven te Rotterdam Is bij het
uitzetten van vischnetten een roeibootje
omgeslagen. De twee inzittenden verdronken
De .Bluebird de racewagen van den
Engelschen coureur Malcolm Campbell wordt
aan het strand te Daytona in gereedheid
gebracht voor de eerste proefritten ter
verbetering van het wereldsnelhèidsrecord
Deze foto werd langs telegrafischen weg
naar New York overgebracht