IBIS SUM
„ARNHEM"
LEVENS-
M (VERZEKERING
MAATSCHAPPIJ
D'ONDERDAG 21 MAART 1935
hïsrceM*S AGBCAD
"6
t&i (k-s-cUeiden lid dei familie.
door TJEBBO FRANKEN.
V.
Crocus, Woem van Aurora, die bij de oude
Grieken reeds de brengster waart, van het
geluk .en de vreugde, crocus, waarom zi.it ge
toch zoó bescheiden? Waarom verheft gij u
niet op een sierlijken stengel hoog boven het
loof uit, trotsch op dat roemrijk verleden,
toen gij daar bloeidet op de heuvels en ber
gen, in de zonnige dalen, van het oude Hel
las? Gii hebt zelfs geen stengel! Welk een
eenvoud!
Heeft de schaduw der goddelijke tempels u
te gelijk niet wat koelte de wijsheid ge
bracht, de wijsheid, die werd samengevat in
de schoone woorden: „Ken u zeiven".
Ja, inderdaad, gij hebt u zelve altijd ge
kend, gij. die ook naar men zegt, geboortig
zijt uit het land der hoogste bergen, uit
Zwitserland, waar de reuzen der Alpen een
pels van eeuwige sneeuw dragen. Ook daar
hebt gij uw plaats geweten, gelijk gij die
vondt in de Oudheid.
En bij ons in de lage landen? Och, al even
zoo. Want al hebben de bekwame kweekers uw
gewaad zoo menigmaal verwisseld in kleur en
en vorm, al hebben zij u tot een wonderlijke
weelde van cultuur gebracht, ja u zelfs met
beroemde namen gevleid, gij zijt uw natuur
getrouw gebleven. Wat noch de vereering der
Grieken, noch de macht der bergen vermocht,
gelukte evenmin aan den listigen kweeker,
die met de meest verfijnde middelen werkte,
Bescheiden waart ge, bescheiden zijt ge
gebleven, gij liefelijke crocus, en terecht.
Want het is schoon de wijsheid der zelfken
nis te bewaren ook al wordt men vergeleken
bij Sir Walter Scott, bij Sir John Franklin, bij
den Mont-Blanc, aan welk voet men eens te
droomen stond van het naderende voorjaar.
Zoo bloeit gij dan in onze tuinen als de
lente nog in aantocht is, gij staat daar weg
gedoken in het gras tegelijk met uw jeugdigen
vriend, het sneeuwklokje, gij vormt er teza
men een sprookjesgroep van sneeuwwit met
de dwergen. Ja, want kabouters zijt ge tegen
over die narcissen en hyacinten en tulpen,
die straks stuischer en trotsoher zullen zijn.
Neen, niet in uw grootte, evenmin in uw geu
righeid schuilt uw schoonheid, maar wel m
uw vorm en kleur. Gij, crocus, die als een
fijngeslepen glaaske in het vroege voorjaars-
lich te fonkelen staat in 't wit, in 't geel, in
blauw en purper.
Ja, waarlijk, wit kunt gij zijn als die Mont-
Blanc en geel als een Saksische kanarie, blauw
als een oud-Delftsch pulletje, purper, gelijk
een koningsmantel. Neen, maar zoo is het
niet, gij bescheiden crocus, gij hebt recht op
schoonere vergelijking, wit zijt ge als het zui
verste damast, geel als het glanzend koper
bij den Hollandschen haard, blauw als een
meer in de bergen, purper als een hemel bij
zonsondergang.
Crocus, ik schaam me, wat praat ik van
bergen en meren, van koper en kanaries, van
koningsgewaad en avondzon, gij zijt immers wit
als de haren mijner grootmoeder, die u zoo
liefhad en koesterde voor het venster, en geel
zijt ge, ach! als het Paasohlammetje van
grasboter, en blauw, ja vooral blauw zijt ge als
die oogen, die hemelschee oogen, van haar,
die ik niet noemen zal, want zij is bescheiden
als gij en haar wangen zouden zich kleuren
met een purper gelijk het uwe.
Wat weef ik ijdele woorden om uw eenvoud,
Crocus, gij die Queen of the Blues en Queen
of the Whites zijt, gij die Xerxes, Pallas en
Rembrandt zijt. Goudlakensch, Zilverla-
kensch en Velvet, gij la Majestuese en 1' In
nocence, gij Grootvorst, Mikado en nog veel
meer.
Genoeg, niet waar?, van schoone namen
die u prijzen, Wat schuilt ge nog weg in dien
kleinen bol.. Kom in het licht en verheug onze
dagen, breng ons het geluk en de vreugde die
ons even lief zijn, als aan de oude Grieken en
laat u door ons verzorgen tot een juweel in
ons huis tot 'n droom van kleurige gedachten
in onzen hof.
Maar hoe moeten wij u behandelen? De
heeren van Zwanenburg leeren het ons. Zij
zeggen woordelijk in hun korte handleiding
tot het kweeken van de verschillende bol- en
knolgewassen en vaste planten het volgende:
Voor cultuur in den vollen grond kan men
er op de perken fraaie groepen mede vor
men, waartoe croeussen zich door hun com-
pacten groei en groote mildbloeiend'heid bij
zonder leenen. Planttijd zeer vroeg in het
najaar; in den winter .behoeven ze slechts
weinig bedekking. Bij voorkeur groeit crocus
in vrij zwaren. doch goed losgemaakten
grond; lichte zandgrond, die spoedig aan de
oppervlakte uitdroogt, en warm wordt, geeft
wei eens aanleiding dat de bollen ziek worden
en niet opkomen. Op zulke gronden moeten de
bollen een paar c.M. dieper worden geplant.
Versc'he meststoffen kunnen zij volstrekt
niet verdragen. Van crocus heeft men voor den
tuin 100 a 125 stuks per vierk. meter noodig en
men plant ze 5 a 6 c.M. diep. De croeussen zijn
ook zeer geschikt om hier en daar aan groep
jes in het gras te worden geplant en kunnen
daar jaren lang vast blijven staan, men zij
indachtig met 't maaien van 't gras vooral
't crocusloof niet af te snijden, omdat de
knollen dan hoe langer hoe meer achteruit
gaan en niet bloeien.
Voor potcultuur worden de knollen vroeg
'(uiterlijk begin October) dicht bijeen in pot
ten, ondiepe schotels of pannen gezet, gevuld
met gewonen tuingrond of wit zand (onge
veer 2 1/2 a 3 c.M. diep planten) en eenvoudig
buiten, op een verloren hoekje van den tuin
of beter nog in den kouden bak ingegraven.
Men laat ze daar staan tot dat de spruiten
minstens 7 a 8 c.M. lang zijn geworden (bij
vorst wordt de plaats in den vollen grond,
waar de potten staan door het bedekken met
riet, stroo of blad ontdooid gehouden, opdat
(men de potten te allen tijde bereiken kan) en
brengt de potten, die men voortdurend matig
vochtig heeft gehouden (wanneer men de
potten in den vollen grond heeft ingegraven
is begieten natuurlijk overbodig), in een
koude, doch vorstvrije kamer, zoo dicht mo
gelijk bij het lichi waar de knollen al spoe
dig bloemknoppen zullen schieten en de
mooie bloemen zich zullen ontplooien. Ook
kunnen croeussen, indien men over geen
tuin te beschikken heeft, geheel binnenshuis
in bloei worden gebracht; de knollen worden
daartoe eveneens vroeg opgepot en eenvou
dig in een koele donkere kast of in den kelder
gezet; (vooral niet vergeten af en toe te begie
ten!) van waar zij niet vóórdat de spruiten
ieen lengte van minstens 7a"
verkregen, in 't licht mogen worden ge
bracht als boven omschreven.
Om met croeussen voor potcultuur succes te
hebben, moeten de bollen vroeg worden ge
plant. Croeussen kunnen volstrekt geen droge
kachelwarmte verdragen; men dient er dus
wel om te denken ze in 't voorjaar in een wel
zonnige, doch vooral koele kamer te houden,
waar het den knollen nooit aan vocht ontbre
ken mag.
Dikwijls voorkomende klachten, dat de Cro-
cusknollen wel overvloedig loof maken, doch
dat de knoppen, half ontwikkeld verdrogen,
zijn niet een gevolg van kleine of ondeugde
lijke bóllen, zooals door sommigen wordt ver
ondersteld. doch zonder uitzondering het re
sultaat van verkeerde behandeling.
Zot zoover de Zwanenburgsche handlei
ding. Gij zult ongetwijfeld croeussen gaan
kweeken, want, niet waar?, de bescheiden
heid is ih onze maatschappij toch waarlijk te
zeldzaam, dan dat men niet van de gelegen
heid zou willen gebruik maken haar in
schoonheid en liefelijkheid voor zich te zien.
Jammer genoeg, zult gij denken, is mij dit
geluk alleen in het vroegste voorjaar gegund.
Bescheidenheid dringt zich niet op. zij komt
even om den hoek kijken en verdwijnt weer,
wellicht nauwelijks opgemerkt door ons men-
schen, die voort moeten, altijd maar voort,
beladen met zorgen, over de aarde, over de
zee, en door de lucht met snelheid van moto
ren. Zoo gaan wij dan door de lente, den zo
mer, den herfst en den winter, dus van de
geboorte tot den dood en wij zien veel wat
ons verheugt, of bedroeft, in onze rijke afwis
selende wereld.
Maar veel was aan ons voorbij gegaan, on
opgemerkt, al verdiende het ook onze volle
belangstelling, onze vriendschap, ja, meer dan
dat: onze liefde. En ziet, hoe wijs is toch die
crocus in haar eejivoud. Nog eenmaal in het
jaar laat die kleine bloem zich weer bewon
deren, heel even maar, want menigmaal is het
klimaat haar te machtig, verkleumt ze van
de koude. Toch ziet ze dikwijls kans ons een
afscheidsgroet te brengen in den herfst.
Gij hebt het al begrepen: er zijn ook soor
ten, die in het najaar bloeien, zij zijn af
komstig uit verre en warme landen, zij zijn
wellicht een vreugde geweest voor de harem
vrouwen in Turkije, zij hebben gebloeid in de
schaduw van moskeeën en minaretten aan de
noordkust van Afrika, zij waren wellicht het
geluk van menigen Italiaan, die haar op de
borst droeg en er een vurig lied bij zong, of
wel, zij lieten haar bloemenbe'kers vullen met
den gouden wijn der warme zon van Zuid-
Europa, of zij kleurden zich met het purper
van den gloeienden drank uit Portugal,
zelfs met het zwoele purper, dat paars
blauw en rood tegelijk is, dat als het bloed is
van den zieltogenden stier, het stollende
bloed, dat kleeft aan het lemmet van den
overwinnenden toreador.
Zoo stamt gij dan, herfstorocus, uit Spanje
en Portugal, uit Midden en Klein-Azië, uit
Turkije, uit Zuid-Europa en Noord-Afrika en
al draagt ge nu de bijzondere namen van
sativus, speciosuse pulchellus, medius en zo-
natus, gij blijft toch een bescheiden lid der
bollenfamilie, maar niet zoo bescheiden, of
gij zijt wel slim tegelijk. Ja, gij herfstbloeiende
crocus, gij laat eerst uw schoone bloem zien
en dan het loof. De zonnige dagen in den
herfst zijn immers snel voorbijDus eerst de
bloem, eerst de schoonheid, want er is haast
bij, zoo bescheiden zijt ge toch niet, gij wilt
gezien worden en bewonderd. Vóórdat de
whiter komt, wilt gij ons nog een kortswijl
verheugen met uw gamma van wit, blauw,
paars, purper en violet, heel even daarin
gestrooid een stipske van zwart, geel en
oranje, dat de kopjes der meeldraden kleurt.
Ja, oranje, saffraan, als gij sativus heet, dat
was eenmaal de verleiding voor ons men
sehen. Wij arme, hunkerende kleurwelluste-
lingen, wij hebben getracht het saffraan ui*
uw hart te plukken, wij hebben dat- gedroogd
en bewaard, om er later onze huizen mee te
versieren, vooral om er onze gordijnen zoo
smakelijk roomkleurig mee te verven. Maar
dat is alles lang voorbij, onze chemici vonden
andere middelen, zij tooveren met aniline en
zij laten u, crocus, zelfs als gij sativus heet, in
rust en vrede bloeien. Ook gij herfstcrocussen,
vraagt een nauwgezette verpleging, evenals
uw familieleden in het voorjaar. Wat zeggen
de heeren van Zwanenburg daarvan? Wel,
letterlijk het volgende:
De z.g. najaarscrocussen moeten, met het
oog op den bloeitijd niet later dan uiterlijk
September worden geplant. Ze kunnen ook
jaren lang vast blijven staan en groeien zoo
wel op zonnige als half beschaduwde plaat
sen; ook voor de cultuur binnenshuis ver
dienen zij warme aanbeveling en bloeien in
een ibakje of schoteltje met wit zand gezet,
binnen enkele weken na de plaatsing.
Bestelt en plant men de najaarscrocussen
wat laat, dan zijn zij meestal reeds uitgebloeid
en het verdient dan aanbeveling de knollen
onverwijld buiten te plaatsen.
Crocus, bloem van Aurora, die niet alleen de
kleur weergeeft van het vroegste morgenlicht
als zoo straks de zon in het oosten zal op
gaan en u omstralen met een gouden nimbus,
maar die ook een der eerste teedere lentebo
den zijt, zoowel als een der laatste najaars-
bloemen, wij groeten u, wij leeken, die u zoo
weinig kenden en wij zullen voortaan u meer
en meer liefhebben in onzen tuin, zoowel als
binnenskamers. Wij zullen u helpen, kleine
crocus, die tot de familie der Irideeën be
hoort, die uw schoonheid nog te veel verbergt.
Ja, want gij zijt wit als een zwanedons, goud
geel als een zonnevonk en gij toovert met uw
violet en lila als een rijk juweel uit amethyst
geslepen. Vermenigvuldigt u dan, bloeit wijd
en zijd en laat u door de kweekers en hande
laren tot ver over de wereld brengen. Be
scheiden? Och crocus, die zoo wijs en schoon
zijt, weet ge dan niet wat de Duitsche dichter
zegt?
Bescheidenheit ist eine Zier,
Doch weiter kommt man o'hne ihr!
PERSONALIA.
De heer J. F. A. van Huet is benoemd
Amsterdam aks agent van politie.
VEREENIGING „HAERLEM".
Plet bestuur van de Vereeniging „Haerlem"
heeft leden met hun dames uitgenoodigd tot
het bijwonen van een voordracht met licht
beelden op Woensdagavond 27 Maart, in één
der zalen van café-restaurant voorheen Gebr.
Brinkmann, Groote Markt. Dan zal de heerA.
A. Kok, architect te Amsterdam, behandelen
het onderwerp: Het bewaren en herstellen
c.M. hebbenvan oude bouwwerken.
VQOB DE PUP
ROOKT IBIS EN GÉÉN ANDERE SHAG
(Adv. Ingez. Med.)
Flora 1935 Heemstede.
Schoolkinderen bewonderen eigen
inzendingen.
Zooals we aangekondigd hebben, is een ge
zelschap Heemsteedsche schoolkinderen, wier
zelf getrokken hyacinten een plaats gekregen
hebben in het Bloemenpaleis, door het Uit
voerend Comité van Flora op Woensdagmid
dag 3 uur op de tentoonstelling ontvangen.
De heer PI. J. Voors, secretaris van het Co
mité, sprak de kinderen toe op het bordes
van het bloemenpaleis en zei, dat de kinderen
dezen winter vooral geduld hebben geleerd
bij het opkweeken der planten, en voorts om
van bloemen te houden. Een duidelijk merk
bare vooruitgang is te bespeuren in het werk
der leerlingen, die jaarlijks bollen krijgen om
op te kweeken. Met een dankwoord aan de
kinderen voor de betoonde moeite en gedulid
en speciaal aan het bestuur der vereeniging
St. Deus Dedit, die zich voor dit werk zoo
zeer inspant, sloot de heer Voors.
De heer J. C. Behage dankte namens de
Vereeniging voor de vriendelijke ontvangst
en zei, dat door het werk vakbekwaamheid,
soortenkennis en liefde voor bloemen en plan
ten bij de kinderen worden bevorderd, waar
uit weer plichtsgevoel en liefde voor ieder
een spruiten. Hij dankte den heer Voors voor
zijn medewerking en adviezen en het Comité
van Flora voor zijn bereidwilligheid.
Plierna trokken de kinderen, wier aantal
130 bedroeg, door het Bloemenpaleis en het
terrein, waarbij ze door het Comité op een
versnapering werden onthaald.
Steun aan tramwegen.
Pleidooi voor handhaving van Staatssteun.
Bij de N.V. Technische Boekhandel J. Walt-
man Jr. te Delft is een brochure verschenen:
,-;Steun aan Tramwegen". Deze brochure is
uitgegeven door de Ned. Vereen, voor Tram
wegen en Autotransportdiensten.
Het bestuur dier vereeniging zegt in een
inleidend woord o.m.:
„In haar meer dan vijftigjarig bestaan heeft
de Nederlandsche Vereeniging voor Locaal-
spoor- en Tramwegen thans Nederlandsche
Vereeniging voor Tramwegen en Autotrans
portdiensten geheeten het tot haar taak
gerekend het openbare locale vervoer van per
sonen en goederen te bevorderen. Tot nu toe
geschiedde dat veelal in bescheiden samen
werking met de autoriteiten van Staat, provin
cies en gemeenten, zonder dat aan dit werk
algemeene openbare bekendheid werd gege
ven.
De groote moeilijkheden en gevaren, waar
aan de intercommunale tramwegen in de
laatste jaren zijn blootgesteld, waardoor ook
het publieke belang, dat ongetwijfeld aan een
joed geordend openbaar locaal vervoer is ver
jonden, wordt bedreigd, leggen onze vereeni
ging den plicht op, de algemeene aandacht
te vestigen op kwesties die dat openbare ver
voer in groote mate beheerschen.
Tot zoodanige zaken behoort ook de Staats
steun aan tramwegen.
Deze brochure geeft een historisch overzicht
van dien Staatssteun en zet uiteen waarom
de Staatssteun noodzakelijkerwijs moet ge
handhaafd en welke basis voor het bepalen
van dien steun kan worden gebezigd".
Betoogd wordt verder, dat èn de billijkheid
èn het belang van het land eischt, dat al
thans voorloopig met den steun wordt voort
gegaan.
Daarbij zal voorop moeten staan, dat de
steun zoodanig verleend wordt, dat de tram
wegen, waarvan thans nog niet met volstrek
te zekerheid gezegd kan worden, dat zij ook
in de toekomst overbodig zullen zijn, in stand
gehouden kunnen worden totdat omtrent een
blijvend voortbestaan definitief beslist kan
worden en zoodanig, dat de billijkheid betracht
wordt.
Men zal derhalve moeten komen tot een
handhavingssubsidie, dat in de plaats treedt
van het oorspronkelijke kolensubsidie, dat la
ter in een personeellastensubsidie werd omge
zet. Dat tijdelijk handhavingssubsidie zal kun
nen worden bepaald naar het tekort dat de
exploitatierekening van elk bedrijf aanwijst
onder de volgende voorwaarden:
de exploitatie-rekeningen worden opge
maakt m overeenstemming met de met den
Staat aangegane overeenkomsten.
b. in deze exploitatie-rekeningen wordt een,
zoo mogelijk in overleg met den Minister van
Waterstaat te bepalen, lage obligatierente op
genomen,
c. in deze rekeningen worden geen afschrijvin
gen of stortingen -in de v-ernieuwingsfond-sen
opgenomen, doch slechts de bedragen, die voor
de handhaving van het bedrijf volstrekt nood
zakelijk waren voor vernieuwing of vervan
ging van onmisbare bedrijfsmiddelen
d. de overige exploitatie-uitgaven mogen
niet hooger zijn dan het gemiddelde der over
eenkomstige uitgaven in de drie laatst voor
afgaande jaren, tenzij dwingende, door den
Minister van Waterstaat als juist aanvaarde,
redenen kunnen worden aangevoerd, waar
door hoogere uitgaven werden veroorzaakt,
de in totaal aan de maatschappijen uit
te keeren handhavingssubsidies zullen niet
hooger zijn dan het totaal van de in 1930 toe
gewezen personeellastensubsidies.
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN.
Handschoenen en ceintuurs: Politiebureau.
Smedestraat 9; zilveren armband, Stroosma,
Padangstraat 17; wollen das, Plukker, Zijlweg
194; gewicht van 5 K.G.. Berkhout, Wagen
makerslaan 4; honden: Kreule, Meidoorn
plein 16. Van Zanten, Stoofsteeg 6 en Ver
woerd, Harm-enjansstraat 26; loterijbriefje,
Van Waard, Lotterstraat 20; kindermuts,
Sweitzker, Borskistraat 5; portefeuille met
boekje, Luijken, Eendrachtstraat 13; pakje
ansichtkaarten, Bosveld, Zuiderstraat 11;
portemonnaie met in-h., Handgraaff, Klaren-
beekst-raat 57; portemonnaie, Geuskens, Van
Oosten de Bruijnstraat 200; zilveren ramme
laar, W. Groenev-eld, Kleverlaan 99; rijwiel,
Meerveld, Lange Vlamingstraat 5; lakschoen
tje, de Bruin, Nassaulaan; sleutel. Van B-eek,
Kleverparkweg 11 rood; kettingslot van rijw.,
Brouwer, Soendastraat 6; vulpen in étui,
Kat, Zomerlaan 17, Heemstede; vrijkaart
Ned. Spoorwegen, Van de Mattum, Rijks-
straatwee no. 42 rood.
Handschoenen en ceintuurs: Politiebureau,
Smedestraat 9. Autobus-abonnement: Hessel-
man, Kloosterstraat 49rood. Abonnemept Ned.
Spoorwegen; Reijer, Leeuwerikstraat 10. Da
mes armbandhorloge: Hendriks, Brouwers
plein 29r-ood. Drie muziekstukken: De Groote.
Parklaan 60, Hoofddorp. Portemonnaie met
rozenkrans: Van Bakel, Eendrachtstraat 4.
Zwarte portemonnaie: Lasones, Westerstraat
51. Chauffeurspet: Drogtrop, De Clercqstraat
132. Padvindersriem: Opdam, Rijksstraatweg
24. Rozenkransen: Van Bakel, Eendrachtstraat
4; Jansbeek, Langendijkstraat 1 en Van Ger-
wen, Bankastraat 14. Rijwielbel. plaatjes:
v. d. Linden, Scheepmakersdijk 18; Jacobs,
Linschotenstraat 40 en Vintgers, Eikenstr, 4-3.
Regenjas: Betz, Teijlerstraat 36. Sleutel, Po
litiebureau, Smedestraat 9. Kinderschoen:
Visscher, Essenstraat 24H. Kindergummilaars:
De Groot, Schotervoetpad 7. Teekening van
een landhuis: Politiebureau. Smedestraat 9.
Vrijkaart Ned. Spoorwegen: v. d. Mattum,
Rijksstraatweg 42rd. Broodzak; Leipold,
Oranjestraat 127^
BESPREKING VAN DE VOORSTELLEN BIJ
DE PARTICULIERE MIJNEN.
HEERLEN, 20 Maart (V.D.) Bij de R,K.
MijnweTkersbond is een schrijven binnenge
komen van den minister van waterstaat in
houdende, dat het bestuur van den bond
wordt uitgenoodigd naar Den Haag te komen
om de voorstellen van de particuliere mijnen
te bespreken.
De datum voor deze besprekingen is nog
niet vastgesteld.
EIST DIT MERK OP DE ZELFKANT
(Adv. Ingez. Med.)
INGEZONDEN
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
Hoe moet het Ned. Elftal
worden samengesteld?
Geachte Redactie,
Heel voetballievend Nederland volgt vol
enthousiasme de verrichtingen van onze
Oranjeploeg. Gaarne zien wij onze jongens
mooi spelen, maar natuurlijk ook graag win.
nen.
De Technische Commissie van den K.N.V.B.
stelt alles in het werk om het elftal zoo sterk
mogelijk te maken, teneinde onze ploeg een
goed figuur te laten slaan.
Maar toch kunnen wij mijns inziens noit zeker
zijn van oris elftal, omdat een ploeg bestaande
uit goede spelers, nog lang geen ploeg is, waar
in men de hechte eenheid vindt die bij voet
bal nu eenmaal onmisbaar is. Om die een
heid te krijgen is een langdurige oefentijd
noodig, dien o-ns Ned. elftal niet heeft, of
althans te weinig. Om spelers te oefenen, die
steeds in hun eigen competitieploeg spelen,
is zeer moeilijk, omdat zij daarin gewoonten
aanleeren die men er niet gemakkelijk uit kan
krijgen.
Dus kunnen wij nooit op 'n goede combinatie
van spelers rekenen, die niet in alle spel-
onderdeelen aan elkaar gewend zijn. Om dit
nu wel te krijgen, geef ik het volgende in
overweging:
De K.N.V.B. verzekert zich de medewerking
van technische personen uit verschillende dis
tricten. Die Technische Commissie kiest spe
lers van 20—21 jaar (niet ouder) uit plaatse
lijke vereenigingen, waaruit elftallen worden
geformeerd. De gekozen elftallen spelen na
afloop van de competitie wedstrijden onder
toezicht van de plaatselijke Technische Com
missie. Deze kiest daar één elftal uit. Dit moe
ten alle aangewezen Commissies doen. Al deze
gekozen elftallen spelen dan weer onder toe
zicht van de Technische Commissie van den
K.N.V.B., die op haar beurt ongeveer vijf elf
tallen formeert. Nu deelt de K.N.V.B. deze elf
tallen in de derde klasse in: zij spelen daarin
buiten mededinging mede. Het tweede seizoen
in de tweede en vervolgens in de eerste klasse
van den K.N.V.B. Zij spelen mede in de kam
pioenswedstrijden, zonder mededinging. Er
moet voor gezorgd worden, dat elk elftal steeds
met dezelfde spelers uitkomt en dat ze regel
matig goed oefenen. Het elftal, dat in dezen
oefentijd van drie jaar de beste resultaten
bereikt, is het Nederlandsch elftal.
Op die manier krijgen wij een elftal, en vier
reserve-elftallen, die in alle onderdeelen goed
geschoold zijn en die zich met alle buiten-
landsche elftallen gerust kunnen ineten
Waarom het zoo noodzakelijk is, dat een
langdurige oefening noodig is om een elftal
op het gewenschte peil te brengen?
Ten eerste om aan de gewoonten van alle
spelers gewend te raken en ten tweede om
verschillende spel-methoden toe te kunnen
passen. Zooals lang en open spel (het meest
productieve); kort spel, driehoek-spel, goede
balcontrole, enz. Een elftal moet op één wenk
van den aanvoerder, als beide elftallen het
open spel goed onder de knie hebben, plotse
ling in kort spel overgaan. Dan zal het elftal
met de beste balcontrole en de snelste bewe
gingen zeker winnen.
Ik hoop, dat dit een goede wenk mag zijn,
en dat de alle vereenigingen mee zullen werken
om dit eens te probeeren,
Hoogachtend,
A. SEGERIUS,
Hof van Egmond 4 e.
Een volle brievenbus.
Herhaalde malen is het mij opgevallen, dat
de brievenbus in de Frans Halsstraat, welke
's avonas om half elf wordt gelicht, zóó boor
devol is, dat de brieven er gewoon in gedrukt
moeten worden, willen ze er niet buiten
steken.
Zou liet niet mogelijk zijn, dat P.T.T. daar
nog een bus voor reserve naast zet om de
veiligheid der post beter te kunnen waarbor
gen. De mogelijkheid bestaat nu, dat de brie
ven er gewoon met de hand kunnen worden
uitgehaald.
Met dank voor de plaatsing
Abonnee A. KEESING.
V erkeersexamens.
De vereeniging „Veilig verkeer" zal. zooals
uit een ingezonden stukje in het nummer van
12 dezer blijkt, verkeersexamens houden,
waaraan de schooljeugd kan deelnemen. Ge
slaagde candidaten zullen een diploma ont
vangen en, zoo de oproep van den secretaris
der vereeniging succes heeft, bovendien een
insigne.
Een vereeniging als „Veilig verkeer" kan
in onzen tijd met zijn diverse verkeers pro
blemen nuttig werk doen. De vraag rijst ech
ter, of de nieuwigheid der „Verkeersexamens"
niet een beetje te erg den kant van de over
drijving op gaat.
Dat aan het verkeers vraagstuk in de klas
aandacht wordt besteed is natuurlijk ge-
wenscht, ja, noodig. Menig ongeluk zal voor
komen kunnen worden, als de onderwijzer een
paar lessen besteedt aan de gevaren van den
weg. Of in onze dagen, die ons weer het beeld
toonen van klassen met veertig a vijftig leer
lingen, daartoe veel gelegenheid zal zijn is een
vraag, die de leerkrachten moeten beant
woorden en dan ook hier terloops gesteld
wordt. Een andere vraag Is echter en ik
meen, dat ook de ouders hier stem in het
kapittel hebben of het v er keer svr a agstuk,
hoe 'belangrijk op zichzelf overigens, nu wer
kelijk moet worden opgeschroefd tot een exa
menvak.
Oordeel er niet te min over! Een leerling,
die aan het examen deelneemt dient zich
verdiept te hebben in een examenstof, die
aanleiding geeft tot niet minder dan honderd
drie vragen, die den leerkrachten ter behan
deling zijn toegestuurd en waaronder er ver
schillende zijn, die een vrij intensieve bestu
deering der leerstof noodzakelijk maken.
Men houde in het oog, dat de -examinantjes
zesde-klasse leerlingen, dus kinderen van
twaalf-dertien jaar zijn, die straks gesteld
zullen worden voor vragen als deze:
Waarom moet men bij een kruising ook let
ten op het afbuigend verkeer?
In welke wet zijn de verkeersvoorschriften
vervat?
Welk reglement is een uitvloeisel dezer wet?
Wat voor teeke'ns kan een verkeersagent
geven?
In welke gevallen (het betreft hier en in de
volgende vragen het autoverkeer) is het rij
den op de linker weghelft verboden, ook bij
inhalen?
Wanneer mag men een tram linies inhalen?
Welke organen van de auto moeten steeds
in perfecte conditie zijn mét liet oog op veilig
verkeer
Welke verbodsborden zijn U bekend?
Dit zijn enkele vragen van de meer dan
honderd. Wie ze, zelfs als volwassene, behoor
lijk kan beantwoorden verdient een insigne,
zoogoed als de twaalfjarige. We laten nu vra
gen van de listige soort als: Waarom is het
gevaarlijk, uit een rijdende tram te stappen?,
Mag een automobilist alcohol gebruiken?
Is het verstandig om vlak achter een auto te
rijden? e.d. nu maar daar. In ieder geval ver-
eischt het aanstaand verkeersexamen van
onze kinderen een speciale studie en dit zal
menig ouder van het goede.teveel lijken, niet
het minst hem die de eischen kent, welke het
huiswerk tegenwoordig stelt.
En men zegge niet: De deelneming is vrij!,
Een diploma en een insigne verlokken al spoe
dig en een zachte aandrang van verkeers-
specialisten onder de onderwijzers we heb
ben er enkelen in Haarlem kan almede
aanmoedigen. Hun hobby zij hun vergeven,
doch laten we de schooluren, die onze kinde
ren zoo brood-noodig hebben, niet nog eens
gaan belasten met opleidingen voor diploma's
van deze soort. We moeten ten slotte ook iets
aan de practijk overlaten!
Met dank voor de plaatsing,
EEN LID EENER OUDERCOMMISSIE.
EEN POLIS DER 1
SCHEPT KAPITAAL VOOR MOEILIJKE TIJDEN
Dir. Bijkantoor W. J. WIERSMA, Schotersinge! 129
(Adv. Ingez. Med.)
AGENDA
Heden:
DONDERDAG 21 MAART
Stadsschouwburg, Wilsonsplein: „De Fa
kir" door het Nieuw Schouwtooneel. 8.15 uur.
Gem. Concertzaal: Opvoering van de
Matthaus Passion door de C. O. V. 7.45 uur.
Ged. Oude Gracht 65: aandeelhoudersver
gadering N.V. De Haarlemsche Hypotheek
bank. 3 uur.
Broederkerk, Parklaan: Rede Ds. A. M.
Berkhoff. 8 uur,
Gebouw Protestantenbond: Lezing Coué-
stichting, 8.15 uur.
Bakenessergracht 13: Rozekruisers Genoot
schap. Lente Equinondienst. 10 uur nam.
Rembrandt Theater: „Le Grand Jeu". Op
het tooneel: Janson Jacobs Ballet. 2.30, 7 en
9.15 uur.
Luxor Sound Theater: „Don Juan van
Broadway". Doorloopende voorstelling van 7
uur af.
Cinema Palace: „Circusclown". Op het too
neel Margit en Fred, danspaar. 7 en 9.15 uur.
Frans Hals Theater: „De familie van mijn
vrouw". 2.30, 7 en 9.15 uur.
Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan
dags, Toegang vrij.
H e ejn stede: Bloemententoonstelling in
Groenéndaal van 's morgens 9 tot 's avonds
12 uur.
Zandvoort: Vergadering van den ge
meenteraad, 7.30 uur.
Lis se: Vergadering van den gemeenteraad
7.30 uur.
VRIJDAG 22 MAART
Groote Kerk: Orgelbespeling van 3 tot 4 U.
Bioscopen: nieuw programma.
Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 113 uur, behalve 's Maan
dags. Toegang vrij.
Heemstede: Bloemententoonstelling in
Groenendaal van 's morgens 9 tot 's av nds
12 uur.