De terugkeer van den Hertog van Gloucester. EEN LIEFDE IN CHINA De Hertog van Cloucester in het statierijtuig tijdens den rit door Londen, wetke hij Donderdag maakte onmiddellijk na zijn terugkeer van zijn Australische reis Offieicrsbeëediglng van de burgerwacht. Overzicht van de zaal van het Concertgebouw te Amsterdam, alwaar de plechtigheid Vrijdagavond plaats vond. Eerste rij v.r.nl.vice-admiraal Quant, generaal Snijders, mevrouw Snijders, generaal-majoor Bauduin en J. J. G. baron^van Voorst tot Voorst Hel score-bord voor den interlandwedstrijd Nederland België wordt in het Amsterdamsche stadion in gereedheid aebracht In verband met den Landdag van den NSB. is een marechaussee- versterking uit verschillende deelen van het land naar Amsterdam gekomen. De versterking gaat een .versterking" nemen in de Oranje-Nassau kazerne De eerste overspanning voor de brug over het Hollandsch Diep over den Moerdijk, die Vrijdag van Dordrecht naar de plaats Yan bestemming werd gesleept, kon wegens het ruwe weer niet op de pijlers gezet worden. Het gevaarte op de bokken Aan boord van de „Rita", het nieuwe bij de Nederlandsche Scheeps bouw Mij. gebouwde tankstoomschip, dat 2 April zal proefvaren In de Apollohal te Amsterdam zijn Vrijdag avond de tenniswedstrijden Nederland Frankrijk om de Coupe Bonnardel begon nen. V.l.n.r. in wit costuumPlaa, Waasdorp en Estrabeau Het .kampioenschap van Nederland 1 e klasse klein biljart is Vrijdag te Amster dam begonnen. H. Scholten aan stoot FEUILLETON. rit het Engelsch door BEN BOLT. 9) „Ik beri ér van overtuigd. Dr. Forsyth. Als u door de benedenst-ad wandelt zult u ver scheidene opiumkitten zien, de prijs van dat goed is ook geweldig gestegen. U zult tegelijk het gemopper van" de kooplieden kunnen hooren. omdat ze niet in het winstgevende artikel mogen handelen. Verleden week heeft de mandarijn een bekend handelsman een 'boete van vijfhonderd tael opgelegd en hem een dracht bamboeslagen laten toedienen, om dat hij opium aan een koelie verkocht had: hij dreigde dat de volgende overtreder ont- .hoofd zou worden. Zoo krijgt hij de reputatie deugdzaam te zijn, maar tegelijkertijd deelt '„hij in de winst van den Engelschman. Een verontruste uitdrukking kwam in Dick .Forsyth's oogen. „Denkt u. dat Miss Barrington iets van deze onderneming afweet?" ..Ik weet het niet. Ik heb haar nooit gespro ken. maar aangezien ze haar vaders secreta resse is. zou ik denken, dat ze er wel mee op de hoogte moet zijn". Een moment zag Forsyth de liefelijke schoonheid van het meisje voor zich, hij zag hoe zij zich over het kinderbedje in Burritt's hospitaal boog en maakte onmiddellijk voor zichzelf uit, dat Dr. Wang-Hi ongelijk had Kathleen Barrington mocht, haar vaders se cretaresse zijn. ze mocht zich onwetend als zijn werktuig laten gebruiken, maar het was .buitengesloten, dat ze samenspande met den .mandarijn en Barrington en bewust meehielp opiuf te smokkelen; neen, dat kon hij niet ge- looven. Hij hield zijn gedachten voor zich en vroeg: „Waar is Mr. Barrington's kantoor?" „Op de kade van de hoofdrivier. Maar zijn huis staat op den heuvel, geen steenworp van de hekken van het paleis van den mandarijn verwijderd". „Ik denk, dat ik hem vanavond ga opzoeken. Ik moet hem vertellen waar zijn dochter is". „Zy'n dochter „Ja. Ze is in het zendingsstation in Kaiping en verpleegt een klein meisje, dat daar met verminkte voetjes ligt". Verrassing stond in Dr. Wang-Hi's gezicht ie lezen. „Ik sta verbaasd". „Ja". Forsyth lachte even. „En ik denk, dat Mr. Barrington niet minder verbaasd zal zijn als hij de feiten hoort". „Hij zal kwaad zijn", zei Wang-Hi met over tuiging. En die overtuiging van Dr. Wang-Hi werd tenslotte niet geheel bewaarheid toen Dr. Forsyth, even voor zonsondergang, zijn voor genomen bezoek bracht. Hij gaf zijn kaartje aan den Chineesche bediende, die hem open deed en even daarop zei een grove stem. die van binnen uit het huis kwam. hem, dat Leiand Barrington thuis was. De bediende kwam mee- deelen, dat zijn meester den bezoeker zou ont vangen en ging dezen voor tot aan een deur waarvoor een zijden gordijn gehangen was Hij klopte en kondigde op Europeesche wijze aan: „Dokter Forsyth". Een moment later begroette hem Barring •on's harde, booze stem met de woorden: „En dokter Forsyth, wat hebt u met mijn dochter gedaan?" Hij wendde zich om en merkte den spreker op, die op een gebeeldhouwde, ebbenhouten 'oank zat en hem met onvriendelijke oogen aankeek. „Ik, niets", gaf de zendingsarts ten ant woord „Ze wilde nog een paar dagen in Kai- Ping blijven. Ik heb een briefje voor u mee- gebra Hij overhandigde Barrington een enveloppe, die deze zonder zich te excuseeren opende. Toen hij met lezen klaar was, ontspanden zich zijn booze trekken eenigermate. „Zoo", begon hij, „is mijn dochter een zen delinge geworden?" „Dat niet bepaald", antwoordde Forsyth. „Ze is daar uit medelijden gebleven en verpleegt een kindje van een mandarijn, dat erg ziek is". „Ja, dat heb ik begrepen, en de Taot'ai in Kai-Ping is een machtig man. Misschien was weten dat je dat nog eens te pas kan komen. Chinees kan dankbaar zijn en je kunt nooit weten, hoe jedat nog eens te pas kan komen. Ik veronderstel, dat ik u mijn dank moet bren gen, dat u mijn bagage op de zendingssampan heeft vervoerd". „Miss Barrington scheen van meening te zy'n, dat ze u ten spoedigste bezorgd moest worden, en ik was blij haar van dienst te kun nen zijn". „Zeker, zeker". De handelaar zweeg en liet toen een korten lach hooren. „Het is een reuzenmop om de zendingssampan voor dit doel te gebruiken". „Een mop kan geen mop genoemd worden als de persoon voor wie hij bestemd is. hem niet begrijpt. Misschien wilt u zich nader ver klaren. Mr. Barrington". Ik niet!" Lachte Barrington. „Dat zou alles bederven. Vraag u het Kathleen, misschien zal zij het u vertellen. Zij heeft alle recht om er trotsch op te zijn, want zij heeft de mop verzonnen". „Als ik de gelegenheid krijg, zal ik het Miss Barrington zeker vragen. Het is ongetwijfeld een goede mop, dat u er zooveel plezier om hebt". Barrington gaf hierop geen antwoord, maar vroeg: „Denkt u, dat u veel met die zendingsbe- -eging in Yong-Foo te doen hebt, dokter?' „Waarschijnlijk wel". „Het is gevaarlijk om je met de dingen in China te bemoeien", hernam Barrington. „Het is het beste: te leven en te laten leven. Wees niet kwaad, dat ik dit zeg". De koopman lachte. „Het is om uw eigen bestwil, dokter. Als u zich bij uw pillen en drankjes houdt, is het niet zoo erg. Maar steek uw neus niet in andermans zaken. Maak geen slapende hon den wakker!" De waarschuwing werd zóó nadrukkelijk ge geven, dat Dick voelde, dat de man er iets anders dan zijn Forsyth's welzijn mee op het oog had, maar het maakte geen indruk op hem. „Ik doe alleen mijn plicht", antwoordde hij. „Hm!" gromde Barrington spottend; toen zei hij met een lach: „Toch kan ik niet na laten u nogmaals te zeggen, dat u. als u zich in deze stad niet uitsluitend met uw eigen zaken bemoeit, een bittere pil zult slikken. Geloof mij, dokter; ik weet wat ik zeg. Wij hebben niet veel dingen gemeen, maar we zijn beiden Engelschen en het zou mij spijten als u het slachtoffer zou worden van Chineesch recht. De mandarijn is een barbaar en Hij brak af, toen hij buiten beweging hoor de; hij keek uit het venster en stond op. „Als ie van den duivel praatzei hij. „Daar heb je Li Weng-Ho in eigen persoon! U moet mij excuseeren. dokter; een anderen keer bent u welkom. Ik heb niet vergeten, wat u bij die b-oemenbooten gedaan hebt en ik zal u graag van dienst zijnJa, dezen kant uit. Ik ga met u mee". Hij vergezelde den zendingarts tot aan de buitendeur, waar ze Li Weng-Ho ontmoetten Ge mandarijn wierp den dokter een vluggen blik toe. waarna hij hem met den waaier groette. Forsyth boog. Geen woord werd er tusschen hen gesproken, maar toen de En gelschman de laan afliep, keerde de manda rijn zich om en staarde hem na tot hij door de poort ging. Daarna keek hij Barrington met zijn glinsterende kraaloogjes aan en eer kwaadaardige glimlach trok over zijn glim mend gezicht. De koopman lachte en iemand die hem gade geslagen had moest wel tot. de ontdekking gekomen zijn, dat er een vol maakte verstandhouding tusschen het tweetal heerschte VI. De vloek van den Mandarijn. Toen Dick Forsyth Barrington's huis verliet, was hij diep in gedachten. Zoo verdiept was hij, dat hij verdwaalde en dit pas ontdekte, toen hij zich in een warnet van straten be vond bij den waterkant. Het schemerde toen hij den weg naar huis zocht en ontelbare lichtjes begonnen te twin kelen. Hij kwam onverwacht aan een huis, dat vroolijk verlicht was. Gesneden draken ston den op hooge pilaren en fel gekleurde borden gaven de illusie, dat daar iets heerlijks te be leven was. Forsyth staarde er ongeloovig naar, toen ontdekte hij vergulde letters boven de deur: „Het Huis der Honderd Heerlijke Droomen". Hij twijfelde nauwelijks wat het voor een gelegenheid was. Het moest een opiumkit zijn. Om zich zekerheid te verschaffen, stak hij de straat over en ging bij den ingang staan. Juist terwijl hij dit deed, kwam een man het huis uit, die een walgelijke, doordringend zoete lucht met zich mee bracht. Dat was ge noeg voor Forsyth. Wat Wang-Hi hem verteld had. bleek waar te zijn. In Yong-Foo werden onder Li Weng-Ho's beheer de opium-edicten genegeerd. „Ik zal morgen naar hem toe gaan", besloot hij, ziedend van verontwaardiging, „ik wil er met den mandarijn over spreken. Ik zal hem een kans geven en als hij niet luisteren wil, dan rapporteer ik het aan de autoriteiten ia Peking". (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 18