Wijziging der tariefwet er door. Haarlem's Kunstschatten. WOENSDAG 10 APRIL 1935 HAARLEM'S DAGBLAD 3 TWEEDE KAMER Een fiscaal of protectionistisch etiket? Van de vele agenda-punten lokte allereerst het ontwerp betreffende garantie van voor- schotten aan exporteurs naar Duitschland uit. Nadat, dit voorstel z. h. s. was aangenomen kwam de Kamer in sociale verzekerings-wet- geving terecht. Daar was b.v. de wijziging dei- Ongevallenwet ten einde vervanging van het premie-stelsel door omslagstelsel mogelijk te maken. De heer Drop (s.d.), die zich in zijn sociaal verzekerings element voelde en vrijwel voortdurend het sprekersgestoelte besteeg, kon zich met dit voorstel vereeni gen. De positie van de Rijksverzekeringsbank tegenover de bedrijfs verenigingen wordt er minder ongunstig door. Intusschen acht spr. het noodzakelijk voor kapitaalvorming te blijven zorgen met het oog op de belan gen der verzekerden. Minister Slotemaker ver zekerde, dat men omtrent het lot van de ver zekerden gerust kan zijn: hun belangen loo- pen in geen enkel opzicht gevaar. Het ontwerp tot wijziging van art. 20 der In validiteitswet tot schrapping over 1935 van de Rijksbijdrage van 10 millioen in het invalidi- teitsfonds deed den heer Kersten (St. Ger.) triomfantelijk verkondigen, dat hier een sue ces voor zijn partij behaald was, die immers altijd had betoogd, dat het onmogelijk is de millioenen te offeren op het altaar van den moloch van den verzekeringsdwang. Doch het overnemen om in 1936 dit bedrag weer wel te storten, maakte den heer Kersten boos! Nadat de heer Drop (s. d.) het bezwaar ontwikkeld had, in dit ontwerp vooruitgeloopen werd op de eerst later te nemen principieele beslis sing tuschen fondsvorming of omslagstelsel, verklaarde Minister Slotemaker met allen nadruk waarover hij maar beschikte (en zijn baard wapperde bevestigend mede), dat de Kamer straks nog volkomen vrij zal zijn dezen. Met mocht niet baten, want de s. d. fractie liet aanteekenen, dat zij „tegen" was. De wijziging der beroepswet, die in hoofd zaak vereenvoudiging en versnelling van de procedure van beroepszaken in sociale verze keringskwesties te weeg zal brengen en ook nog wel eenigermate bezuiniging zal opleve ren maakte nog vrij lang „technische" tongen los. Daarover kan ik veilig het stilzwijgen be waren om thans aandacht te vragen voor het $ebat over het hoofdnummer van het pro gramma van dezen middag: de wijziging der tariefwet, zooals die overigens bijkans reeds een jaar lang krachtens destijds uitgestelde machtigingswet van kracht is. Uit fiscaal oogpunt, aldus de heer Vliegen, moge geen vermeerdering van belastingdruk komen, doch laat men nu het kind maar bij den naam noemen, en dus niet langer met het woord „fiscaal" schermen. Immers een tarief van 12 pet. is toch eer protectionistisch van aard, al moge het buitenland nog heel wat hoogere tarieven heffen. En nu dit allemaal zoo staat, zit er wel niet veel anders op dan dit ontwerp aan te nemen, aangezien helaas het vrijhandelseilandje in de zee van protectio nisme toch niet te handhaven was. Zonder geestdrift zal de s.d.a.p. voorstemmen, in de hoop, dat eens het verstand zal weerkeeren en dus de hooge tariefm-uren zullen verdwijnen. Mr. Korten horst (R.K.) constateerde het wonderbaarlijke feit, dat hij en de heer Vliegen het thans in belangrijke mate over dit tarief-voorstel eens waren. Intusschen achtte hij het wel mogelijk, dat er in verband met valuta-concuvrentie, een principieele wijziging in onze han Jelspolitiek noodig zou zijn en in elk geval be pleitte hij opzeggin; van het verdrag van Oslo. Ook de heer Ke telaar (v.d.) verklaar de kort te kunnen zijn, onder het motto: „het kan niet anders". De heer Wijnkoop (com- munist) was in de op positie, waarna Mr. Westerman (Nat. Her- .stel) betoogde, dat het .noodzakelijk is de con sumptie van het Nederlandsche volk in an dere banen te leiden en aan te passen aan de koopkracht. De minister van Financiën kon al heel spoe dig aan het woord komen, aangezien de Ka mer in de gegeven omstandigheden terecht niets voelde voor een breed opgezet debat hetwelk ook al, dank zij de deugdelijke voor bereiding voor de betreffende kamercom missie en door de commissie-Lee- nink (door Mr. Oud nog eens in het zonnetje gezet) overbodig was. Op deze wijze is weer eens bewezen, dat het Parlement wel degelijk in staat is vlug èn snel te wer ken. De minister verklaarde zich zeer zeker be reid, voor zoover in de praktijk nog leemten aan den dag zouden treden deze mettertijd weg te nemen en fouten te verbeteren. Wat de kwestie van protectianistisch of fiscaal ta rief aangaat, verkondigde Mr. Oud de stel ling, dat het tenslotte vooral op de bedoeling aankomt en deze is in dit ontwerp louter om te komen tot een technische herziening en niet tot een stelsel van bescherming. Nog maals verzekerde de minister van Financiën, dat in geval van ommezwaai t.a.v. ons tarief over de geheele linie, de Kamer eerst gele genheid zal krijgen zich daarover uit te spre ken. Met de heeren Wijnkoop (communist) en Sneevliet (rev.-soc.) tegen, ging het tarief er door. Bij het voorstel tot wijziging der regeling van het Armbestuur gaf de heer Drees (s.d.) te kennen, dat betere regeling gewenscht is, met betrekking tot de kosten voor krankzin nigen, die krankzinnig verklaard worden ten tijde, dat zij onder voogdij staan. Daarvoor moet z.i. betalen de laatste woonplaats van den verpleegde of indien daaraan twijfel is. het Rijk. Achtereenvolgens sloten de heeren Snoeck Henkemans (c.h.) en Kooiman (v.d.) zich hierbij aan. De ministhr zette uiteen dat dit wetsont werp eenige onbillijkheden wat de kostenver goeding betreft wil wegnemen, waardoor de kosten voor krankzinnigenverpleging niet ver haald worden op gemeenten, die er welbe schouwd, niets mee te maken hebben. Een technische verbetering door mr. v. Dij kien (a.r.) voorgesteld alsmede het amendement- Drees. betreffende de onder vereenigings- voogdij staande arme krankzinnigen, nam de minister over. Z.h.s. nam de Kamer hierop dit ontwerp alsmede een ontwerpje tot wijziging- der M. O. wet aan en daarna kon de voor zitter den dames en heeren mededeelen, zij vermoedelijk niet voor 7 Mei in openbare vergadering bijeen hoeven te komen. E. v. R. Duitsche communisten naar Honswijk overgebracht. Dinsdagmorgen zijn zeven van de in het Huis van Bewaring te Amsterdam opgesloten Duitsche communistische emigranten onder scherpe politiebewaking per auto overgebracht naar het fort Honswijk, dat als concentratie kamp is ingericht. Slachtoffer van relletjes te Amsterdam overleden. Mej. S. v. d. B., die door een kogel in het hoofd werd getroffen tijdens de relletjes op 1 April, in de hoofdstad ter gelegenheid van een N. S. B. vergadering, is Dinsdag' in het Wilhel- mina Gasthuis ldaar overleden. LONDEN—ROTTERDAM IN 59 MINUTEN. Gezagvoerder Honaong is hedenm/orgen met het K. L. M.-vliegtuig „Zilvermeeuw" 59 minuten van Londen naar Rotterdam ge vlogen. De Zilvermeeuw is kort geleden voor zien van schroeven met in de lucht verstelbare spoed, die de snelheid verhoogd hebben. Dank zij de bestuurbare schroeven en met den wind in den rug heeft het vliegtuig de 336 K.M. in 59 minuten kunnen afleggen. BARMAT DRIEMAAL BELEEDIGD Voor de derde maal heeft de heer Julius Barmat een proces aanhangig gemaakt tegen het dagblad „De Telegraaf" wegens beleedi- ging. Dit blad had eenige artikelen geschreven getiteld: „Kende Barmat Stavisky?" en „Spe culeerde Barmat tegen den gulden?" Wegens onrechtmatige daad veroordeeld de recht bank het blad tot een schadevergoeding van 500 plus 200 proceskosten. Van dit vonnis ging de Telegraaf in hooger beroep en dit pro ces diende eenige dagen geleden voor het Hof. Het eerste rechtbankvonnis werd naar de meening van den heer Barmat op een zooda nige wijze gepubliceerd, dat hij zich opnieuw beleedigd achtte. Een tweede proces door den heer Barmat aanhangig gemaakt, eindigde eveneens in een veroordeeling van het dag blad en wel tot een schadevergoeding van 500.plus 1000 tot betering van het nadeel door Barmat geleden. In dit vonnis, gevallen op 15 Januari, berustte de Telegraaf. Ook van dit geval publiceerde het blad het vonnis en ten derde male achtte Barmat zich beleedigd. Weer volgde een eisch tot schade loosstelling. Maandag is in deze derde zaak voor de rechtbank gepleit. De rechtbank zal op 7 Mei uitspraak doen Clearing met Duitschland. Stand per 8 April. 1. Stortingen in Nederland per 8 April f57.597.700 (per 31 Maart f 52.217.700) waarvan bestemd voor: a. achterstall. vorderingen 8 April f 10.234.300 (per 31 Maart f 9.419.800) b. rentedienst Dawes- en Youngleening en Stillhalte: Rentetransfer 8 April f7.180.000 (per 31 Maart f 7.180.000) c. vrije reken. Reichsbank 8 April f2.303.400 (per 31 Maart f2.088.500) d. nieuwe onder de clearing vallende vorde ringen 8 April f37.880.000 i.per 31 Maart f33.529.400) 2. Stortingen in Duitschland (nieuwe onder de clearing vallende vorderineen) (incl. saldo 1934 ad f 11.501.466) 8 April f62.520.700 (per 31 Maart f57.722.700) 3. Uitbetalingen in Nederland op nieuwe vorderingen (in mindering komend van het bedrag) onder 1. d. 8 April f34.955.600 i.per 31 Maart f 31.588.300) Laatst uitbetaald nummer van stortini 46784. N.V. DE VEREENIGDE BLIKFABRIEKEN. In de Algemeene Vergadering van Aandeel houders der N.V. De Vereenigde Blikfabrieken, werd de Balans en Winst- en Verliesrekening over het boekjaar 1934 goedgekeurd en het di vidend bepaald op 8 pet. Als commissaris werd benoemd de heer A. C. P. J. Honigmann, ter wijl de heer J. A. Laan Jr., die volgens rooster als commissaris aan de beurt van aftreden was, als zoodanig is herbenoemd. Waar het bij de statuten vereischte aantal aandeelen om tot statutenwijziging te komen in deze vergadering niet was vertegenwoor digd, kon omtrent dit punt nog geen beslis sing worden genomen en zal dit op de e.v. ver gadering in behandeling worden gebracht. KATHOLIEK-DEMOCRATEN CONGRES SEERDEN. De Kath. Dem. Partij heeft te Rotterdam onder leiding van prof. dr. J. A. Veraart ge- congresseerd. Deze heeft een rede gehouden over den huidigen politieken toestand, spe ciaal in verband met de a.s. verkiezingen. Door het heele land kennen de Katholiek- Democraten de enorme beteekenis van de leuze: „Tegen het kabinet Colijn". Zij bedoe len daarmee onverzoenlijken strijd tegen de nationaal-georganiseerde armoede. Wij pro testeeren bovendien, aldus de heer Veraart, tegen de aanpassingspolitiek van het minis terie Colijn. Spr. vraagt zich af, waarbij men zich aan moet passen. De aanpassingspolitiek is in haar gevolgen funest. Dit protest betee- kent in de derde plaats, dat de partij zich nu reeds verzet tegen het nieuwe 70-millioen be zuinigingsplan. dat in den maak is en waar van men vóór de verkiezingen niets te hooren krijgt. Dit plan zal niet op defensie bezuini gen; spr. waarschuwt tegen illusies daarom trent. Het zal bezuinigen op alles, waarop niet bezuinigd mag worden. De strijd gaat niet alleen tegen Colijn, maar ook tegen de partijen, die dit kabinet mogelijk maakten, dus ook tegen de Katholieke Staats partij. die spr. volledig voor de rampzalige politiek van ons kabinet verantwoordelijk stelt. De staatspartij acht spr. de hoofdschul dige; zij heeft de extra-parlementaire kabi netten Ruys de Beerenbrouck mogelijk ge maakt en leverde de drie Katholieke ministers, die in dit kabinet zitting hebben. Een tweede rede van den heer Veraart was getiteld: „De Katholieke Democratie in slag orde". Import van Noorsch ijs. Strijdig met toezeggingen der regeering? Het Tweede-Kamerlid de heer Stumpel heeft aan den minister van Financiën de volgende vragen gesteld: 1. Is het den minister bekend, dat de Ont vanger der Registratie te Zaandam onlangs voor de periode van tien jaar en voor een huurprijs van pl.m. f 2000 per jaar verhuurd heeft aan het Natuurijs Verkoop Bureau van Noorsch ijs te IJmuiden fabriekspanden, ge legen op een terrein, kadastraal bekend on der sectie L. no. 377 te IJmuiden. welk ter rein met daarop staande eigendommen op 15 Oct. 1934 aan het Rijksvisschershavenbe- drijf te IJmuiden is overgeeaan. omdat de vroegere eigenaar den verschuldigden canon niet meer kon voldoen? 2. Weet de minister, dat de huurder, be doeld in vraag 1 als importeur van Noorsch ijs een heftige prijzenconcurrentie aandoet aan de te IJmuiden gevestigde Nederland sche Ijsfabrieken, die hun prijzen aanzien lijk en zelfs beneden kostprijs hebben ver laagd. doch niet kunnen opwerken tegen de valuta-concurrentie. welke de Noorsche im porteur in staat is te voeren? 3. Acht de minister de verhuring, bedoeld in de vorige vragen, van fabrieksgebouwen door of vanwege het Rijk der Nederlander, aan een importeur van buitenlandsche arti kelen. waardoor de concurrentiemogeüjkheH met de binnenlandsche fabrikanten van het zelfde artikel ter plaatse nog verzwaard wordt, in overeenstemming met de toezee- gingen der Regeering, dat binnenkort maat regelen zullen worden getroffen tot het te gengaan van de vestiging van buitenland- «che bedrijven en ondernemingen hier te lande? 4. Is de minister bereid maatregelen te treffen dat althans in de toekomst door of vanwege zijn departement geen overeenkom- cten meer sesloten zullen worden, welke zoo zeer in strijd zijn met de toezeggingen der Regeering als bedoeld in de vorige vraag? Boskoop gaat ook exposeeren. Tot 24 April a.s. Boskoop exposeert van heden tot 24 April op een voor ons land geheel nieuwe wijze in het permanente tentoonstellingsgebouw Flora waaraan nog een dubbel zoo groote tijdelijke expositieruimte is toegevoegd. Als tuinArchi- tectonische gedachte van deze bloemenexpo- sitie is gekozen: De groote zaal van Flora is de woonkamer van den slotheer, waarin een rijke variatie van nieuwigheden is te bewon deren. Door de groote ramen krijgt men over het rosarium een onbegrensd vergezicht door een bosch van oude dennen met een jongeren aanplant aan weerszijden. Een diorama van den Rotterdamschen schilder J. Bikkers geeft zeer sterk de idee van een wazige verte. Rust punten in dit geaccidenteerde boschlandschap vormen een waterpartij met een rustieke brug, de oude woning „Heerzicht" een terp als hoogste punt in het boschpark en een paar verscholen zitjes. Door dit boschlandschap slingeren zich paden bedekt met dennen naalden. Tusschen de dennen zijn los en ongedwon gen de Boskoopsche producten gerangschikt. Ir. A. Roebroek heeft hedenmiddag namens den minister van Economische Zaken, die door ambtsbezigheden verhinderd was persoonlijk aanwezig te zijn, de tentoonstelling geopend. Gerard ter Borgh's Familie-portret in het Frans Halsmuseum Zoo op iemand, .dan is wel het typisch-Hol- landsche woord „deftig" op de kunst van Ge rard ter Borgh van toepassing. Zijn schilder wijze is van een ingetogenheid, zijn palet van een voornamen eenvoud, die hem in onze kunst der zeventiende eeuw volmaakt afzon derlijk zetten en hem onmiddellijk doen her kennen. Een zilverig grijs, door een rose of wijnroode noot verlevendigd, omringt meestal het fijne spel van donkere kleeding met witte kragen en in de portretten zijn de vleesch- partijen met groote beschaving en voorzich tige gereserveerdheid getoetst. Ter Borgh is in ieder opzicht de Heer-Schilder, die zich zelf en zijn kunnen in bedwang heeft, weinig hartstochtelijk lijkt en geen waagstukken op het getouw zet, Vandaar dan ook een vrij ^.roote en gelijkwaardige productie in een kunstenaarsleven dat vóór alles niet zonder waardigheid was. Van dat alles is de kleine schilderij groote formaten schilderde Ter Borgh trouwens bijna nimmer die in ons Haarlemsch museum hangt, een uitnemend staal. Als zoo vaak bij dezen artist zijn de mo dellen figuren uit de voorname burgerij. Hier de familie Colenbergh, waarvan de vrouw een .jeborene Van Braeckel was. De jongen, met het fijne, ietwat meisjesachtige gezicht is wel licht vandaag jarig en ontvangt van zijn ouders de gouden horloge met ketting ten ge schenke, hem door zijn moeder toegereikt. Zooals die jongen daar staat in zijn elegan te kleeding, tegen welk grijs het licht-rose in de manchet zoo verfijnd harmonieus uitkomt, is hij wel een kenmerkende Ter Borgh-figuur. zwierig en deftig tegelijR. Maar niet minder zijn het zijn ouders, zooals ze daar getweeën een kleine sonate in wit en zwart uitvoeren, waaraan de roode stoelbekleeding der dame juist nog even een pittig accent verleent. Ge dempt grijsgroen is de achterwand, waarte gen een landkaart en een paar wapenschildjes zijn opgehangen als niet-storende fond boven hét geraffineerd simpele kleurspel in de figu ren. Als wij vernemen dat Ter Borgh ongeveer honderd en zeventig soortgelijke portretten geschilderd heeft, verbaast ons het verwijt minder, hem wel eens gemaakt dat hij zich in groepeering en vooral in den plooienval der kleeding, te veel herhaald zou hebben. Ja, lijkt het zelfs te aanvaarden, dat hij voor éénper soons portretten de kleeding in voorraad schilderde, zoodat hij later slechts kop en handen in te vullen had. Het handwerkachtige. dat der kunst, in de zeventiende eeuw nog vaak eigen was, behoeven wij daarom, drie eeuwen bijna later, niet te kleineeren. het heeft een prachtige productie nimmer in den weg ge staan. Èn. indien al, zal Ter Borgh die werk wijze bij figuurstukken met meerdere personen niet toegepast hebben: stukken met drie, hoogstens vier personen zijn echter weer zeld zaam in zijn oeuvre. Het fonkelend goud van het horloge en op kleeding en kraagversiering van den knaap brengen juist genoeg afleiding in het kleurenspel op ons schilderij, zonder de rust en de waardigheid ervan te verstoren. Slechts één werk van Ter Borgh zijn meesterstuk bestaat uit een groote menigte figuren, die alle als echte „portretten" bedoeld zijn. Het is dat in de National Gallery te Lon den hangend schilderij, waarop hij de onder- teekening van den Vrede van Munster, 1648, heeft voorgesteld en waarop meer dan zestig personen te herkennen zijn. Desondanks een werk van slechts middelmatige afmetingen! Onze schilder heeft dat zaakje naar het leven moeten opknappen, want foto's en portretten van de staatslieden die tijdens de onderhan delingen heen en weer naar Munster reisden, stonden toen nog niet dagelijks in de krant. Inderdaad had Ter Borgh zich al in 1646 naar Munster begeven, omdat hij wel vermoedde dat daar, onder al die politieke beroemdheden, een paar portretopdrachten te vangen zouden zijn. Niet alleen dat zijn plan hem volledig ge lukt is. doch hij dankte er bovendien een roemrijk verblijf in Spanje aan. Want een Spaansche grande, Graaf Peneranda, met wien hij in Munster had kennis gemaakt, bewon derde zijn werk zóó zeer. dat hij Ter Borgh overhaalde mee te gaan naar Spanje, waar hij den Hollander bij het hof introduceerde. Men nam vroeger aan dat deze toen sterk onder den invloed van Velasquez zou zijn ge komen, doch de latere kunstwetenschap acht dien invloed niet zoo diepgaand, en het ver- schil in Ter Borgh's werk, vóór en na de Spaansche reis, niet van zóó groote beteekenis. Dat de Hollander vrij plotseling uit Madrid vertrok en naar zijn land terug keerde, zou het gevolg zijn geweest van amoureuse peri kelen waarin hij gewikkeld geraakt was. Doch veel weet men daarvan nog niet met zekerheid te boekstaven, wel dat zijn reislust bekoeld was en hij tot zijn dood in 1681 in "Deventer bleef wonen, waar hij zich in '54 gevestigd had. Dat een zoo rustig, beheerscht en weinig hartstochtelijk schilder als Ter Borgh zich in het land der sinaasappelen aan ongeoorloof de amourettes zou zijn te buiten gegaan, kan even onwaarschijnlijk, als mogelijk geacht worden. En ter beoordeeling van zijn kunst doet dat er per slot van rekening niet zoo heel veel toe. Tusschen portrettist en model ont staat vaker een intimiteit, die door den daar op rechthebbende ongaarne gezien wordt. Ach ter den stijl van het werk zou men echter geen Don Juan zoeken. Niet alleen niet in zijn por tretten, doch evenmin in de genrestukjes, waarin hij evenzeer uitmuntte. In het genre van Duyster en anderen maakte hij namelijk talrijke scènes met rustende, kaartspelende, rookende soldaten, van die aardige voorstel lingen, die men „kortegaardjes" noemde, wat alleen te begrijpen is als men op de verbas tering van „corps de garde" bedacht is. Doch ook in die schilderijtjes verloochent zich de kalme bezonken, weinig heethoofdige Hol lander niet. Ter Borgh bleef de deftige pro vincie-man van goe den huize. Of hij iets achter zijn mouw had. of een aap er in, die er in Spanje uit sprong, of dat er mis schien wel een drama aan va9t zat. mis schien komt er no; wel eens iemand, die een vie romancée van hem construeert. Wij staan voor niets, wat dat aangaat. Maar gemakkelijk zal die auteur het niet heb ben, want Ter Borgh werd geboren in Zwol le. studeerde in Haar lem, en stierf in De venter. Die plaatsen tot Cythera, Nymphen burg of Trianon om te tooveren lijkt on begonnen werk. De eenige caprice, die men zich, de eeuwen door. met onzen schil der veroorloofd heeft, is. dat men zijn naam afwisselend met ch, met gh, aan elkaar of van elkaar schreef en hem ook Terburg noemde. Dit laatste staat ook op de lijst van ons Haarlemsch kunstbezit, dat in 1883 met het legaat van Jhr. Fabricius van Leyenburg aan de gemeente kwam, en een inderdaad waardevol bezit is. J. H. DE BOIS. Een halve eeuw geleden. Uil Haarlem's Dagblad van 1885. 10 April: De installatie van den heer L. H. W. Creutzberg. als directeur der Christe lijke Vereen, voor de verpleging van lijders aan vallende ziekten, zal 16 April a.s. door ds. E. Barger in het openbaar plaats hebben. De mannelijke patiënten die thans door de Vereeniging aan het Spaarne alhier worden verpleegd, zullen naar ..Meer en Bosch", dat het eigendom der Vereen, is, worden overgebracht, welk buitenverblijf tevens den directeur tot woning zal verstrekken. Het gesticht ..Bethesda" in de Meesterlottelaan zal uitsluitend voor vrouwelijke patiënten worden bestemd. Het gebouwtje aan de Parklaan wordt weder aan de Ziekenverpleging getrok ken. In de ziekenverpleging aan de Nieuwe Gracht zullen voortaan de dia- konessen worden opgeleid: diakenen, of dienende broeders, zullen op „Meer en Bosch" werden gevormd Daar de directeur zün aangewezen woning nog niet kan betrekken, zal hij voorloopig in de daarvoor door heeren kerkvoogden der Herv. gemeente wel- wi'lend afgestane pastorie dier ge meente zijn intrek nemen. Gedurende den tijd dat de heer Creutzberg zijn ambt nog niet kan vervullen, zal hij sommige cte^hisatiën waarnemen en zieken bezoeken. De natiënten zu'len. zoolang ..Meer en Bosch" zelf nog niet kan worden be- t'-okVen. het. pXiis r?at. d"araan behoort bewonen en mede de helft van het ter rein van voornoemde plaats in gebruik nemen. D^ze gewichtige tak v.an ziekenver pleging in stilte en allen eenvoud arbeidend, boe schoon en nhibntro- ntsch! zal in een talrijke ookomst Don- dprdagn^ond a.s een welverdiend bink van belangstelling en waar deer ine vinden. Door onze lens gesnapt. JHR. MR. C. J. A. DEN TEX. Bloemendaal's burgemeester, Jhr. Mr. C. J. A. den Tex, werd 4 Juni 1889 te Amsterdam geboren. Hij bezocht de gymnasia te Amster dam en te Tiel. In 1909 begon hij zijn uni versitaire studie in het staatsrecht, maar kon deze, studie niet geregeld voortzetten, daar hij voor actieven dienst werd opgeroepen. Hij kwam als reserve-officier bij het 4e regiment huzaren te Deventer. In 1919 promoveerde hij tot doctor in de rechten en kwam daarna in dienst bij de Kon. Holl. Lloyd, aan welke maatschappij hij tot 1922 verbonden bleef. Hij was o.a. voor de Lloyd werkzaam in Brazilië en West-Afrika. In 1923 nam Jhr. Den Tex afscheid van de Kon. Holl. Lloyd. om zich geheel aan de ge meente-administratie te wijden. Allereerst kwam hij op de secretarie te Westzaan. later te Holten en tenslotte in Olst. In 1925 werd hij benoemd tot burgemeester van Diepen - heim; welk ambt hij vervulde tot 1931. Met ingang van 1 Augustus van dat jaar werd Jhr. Den Tex benoemd tot burgemeester van Bloe- mendaal. UIT DE STAATSCOURANT. Onderscheidingen. Bij K.B. is benoemd tot ridder in dc orde van den Ned. Leeuw prof. dr. D L. Bakker, rector-magnificus der Landbouwhooge.school te Wageningen; benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau J. Pilaar te Goes, voorzitter van den Raad van bestuur der N.V. Waterleiding Mij. Zuid-Beveland: en prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen. directeur van de N V. Prov. Limburgscne Electriciteits Mij., wonende te Maastricht. Bij K.B. is toegekend de gouden eeremedaille der Oranje-Nassau orde aan G. A. L. Van Del den. kluismeester bij de firma Van Eeghen Co. te Amsterdam; de zilveren eeremedaille aan A. Tekke, chef van het monsterzaalperso- neel van de firma Wagener De Beer te Am sterdam. P.T.T. Bij beschikking van den directeur-generaal der P.T.T. is met ingang van 16 Mei aange wezen als directeur van het P T T.-kantoor te Zuidhorn, de commies bij den P.T.T.-dien.st G. A. Doorlag, thans directeur van h<?t P.T.T.- kantoor te Cuyi:.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5