iOIULEN. ÜDiUW; STOFZUIGERS 2-15- De bloem van den dag. DINSDAG 16 APRIL 1935 H A A RLE M'S DAGBLAD "6 Voor Haarlem's Politierechter. Eigenmachtige Ieening. Voor een lecning zijn eigenlijk twee per. sonen noodig: de leenheer en de leenman; we weten dat reeds uit de geschiedenis. Het dienstmeisje te Heemstede, dat Maandag te- rest stond, was echter van meening, dat zij dc beide functies van leenheer en leenman in zich kon vereenigen, want zij nam geld uit de portemonnaie van haar mevrouw zon der deze er tevoren over geraadpleegd te hebben en ook zonder het geld later weer in de portemonnaie te leggen .en zij beweerde nu tegenover den politierechter dat zij het geld had geleend om er een cadeautje voor mevrouw voor te koopen, waaruit dan zou blijken, dat zij geen persoonlijk voordeel be oogde. Nu deed ze dat eigenlijk niet, omdat ze het geld niet had, maar haar geld lag boven en om eerst naar boven te gaan, achtte zij overtollige moeite. Bij nader ondervragen bleek echter dat zij er nog niet heelemaaï zeker van was. dat boven geld lag en ook kwam er een verhaal dat zij later, ais ze geld ontving, het zou restitueeren, zocdat de hoorder een eenigs- zins verward beeld van die eigenmachtige leening kreeg, maar zoo oogenschijnlijk ont braken dan toch de elementen voor dief stal: geen doel om het geld ten .eigen bater weg te nemen of te besteden. De officier en de politierechter staan altijd sceptisch tegenover die geldleenerijen, welke meer voorkomen, en de officier noemde het dan ook gewoon diefstal, waarvoor hij f 15 boete eischte en een maand gevangenis straf doch voorwaardelijk, omdat het meis je nog nooit te voren veroordeeld was. De officier had gezegd, dat geen sterve ling in de leening geloofde; Mr. de Rijke, de verdediger, verklaarde, dat hij een uitzonder lijke sterveling was, die het verhaal van het geld leenen wel geloofde; doch omdat er drie verhalen waren, vroeg de politierech te, welk van de drie zich in de sympathie van den verdediger verheugde. Mr. de Rijke legde echter uit, dat er feitelijk maar één verhaal was, doch het meisje was zenuw achtig en niet zoo goed ter tale en daarom kon er bij verschillende ondervragingen wel eens eenig verschil ontstaan. Mr. de Rijke nam dus aan, dat er hier sprake was van leening en niet van dief stal en vroeg dus vrijspraak, maar mocht de rechter het wegnemen als diefstal op vatten, dan vroeg pleiter een zeer geringe straf. De politierechter geloofde niet in de ver. halen omtrent leening en cadeautjes koopen en wees den eisch van den officier toe. Een ondankbare neef. Het was geen neef, die geld van zijn oom had geleend en hij beweerde ook niet, dit gedaan te hebben, maar een, die eenvoudig 25 gulden van zijn oom had gestolen. Is dit op zich zelf al afkeurenswaardig, in dit geval is dit woord veel te zwak voor die handeling, want de oom had uit mensch- lievendheid den jongen, die geen werk had, in huis genomen, waar het hem aan niets ontbrak. De jongen had echter blijkbaar een andere meening dan de oom over de be hoeften van een werklpozen jongen, want deze was van oordeel, dat hij behalve kost- inwoning en kleeding ook recht had op whiskey-soda's, voorburgjes en dergelijke, terwijl hij zich de aangewezen persoon vond om er een meisje op na te houden en dit met nog een vriendin op de whiskey soda's en wat meer verlangd werd, te onthalen en hij ook meende het meisje een horloge te moeten aanbieden. Het is niet te verwonderen, dat iemand, die dergelijke verlangens koestert, er toe komt zijn oom te bestelen, want bij zoo'n jongen schijnt het redelijk aandeel zoek. Ook nu nog was het redelijk aandeel niet aanwezig, want dan had de jongen een andere houding aan genomen en niet met een zekere branie ver klaard. dat hij in hooger beroep zou gaan. toen de politierechter hem tot drie weken gevangenisstraf veroordeelde, nadat de of ficier 6 weken had geëischt. De jongen schijnt niet te weten, dat ook de officier in hooger beroep kan gaan en dat de 3 weken tot meer kunnen uitdijen. Handige verhuizers. Niet alleen dat de verhuisde inboedel slachtoffer van de hardhandigheid was ge worden, waarvan de deuken en la-assen op de meubels konden getuigen, maar ook de eigenaar van die meubels moest die hard handigheid ondervinden. Men begrijpt reeds, dat het een met het ander in verband stond, want de krassen op de meubels veroorzaakten een onwil tot betaling der volle verhuiskosten en dit was weer oorzaak dat de verhuizer met twee anderen aan de woning van den ver huisde kwam om de verhuiskosten te innen en daarop volgden klappen en werd de be woner naar zijn voortuintje verhuisd op even zachtzinnige wijze als destijds zijn meube len. Dit alles deelde de verhuisde xnee en zijn vrouw bevestigde het, maar de drie ontken den en draaiden de zaak om. zoodat de be woner er door hen van beschuldigd werd den aanval tegen de drie te zijn begonnen en zich zelf naar het voortuintje verhuisd te heb ben, welke loftuiging ove zooveel moed de bewoner afwees. Ook de politierechter kan er niet aan ge- looven en zei, dat hij liever gezien had, dat de drie erkenden geslagen te hebben. De verhuizers hielden voet bij stuk. De officier eischte 14 dagen gevangenis straf voor die wijze van geldvordering, maar de politierechter nam in aanmerking, dat het hier een geldkwestie betreft en verdach ten niet slecht bekend stonden, waarom f 15 boete voor ieder der drie werd op gelegd. OPMERKINGEN VAN LEZERS In aansluiting op het ingezonden stuk op genomen in onze krant over Ongezelligheid in Haarlemsche Bioscopen pleit inzexxder nog voor één avondvoorstelling beginxxende om half negen, waarmee buitenmenschen gebaat zouden zijn, met welk standpunt een Benne- broeker het eens is. De eerste inzender zegt, dat het aanvangsuur van 7 uur te vroeg is. Hij kent velen, die juist daarom een voorge nomen bezoek aan de bioscoop laten vervallen om naar den schouwburg te gaan. Tenslotte vraagt iemand of geen enquête kan worden gehouden omtrent het al of niet invoeren van één avondvoorstelling. De directies dienen volgens hem meer reke ning te houden met de wenschen van het publiek. j, Twee werken van Theo van Reijn De Haarlemsche beeldhouwer Theo van Reijn exposeert op de tentoonstelling van Beeld houwkunst te Amsterdam van den Ned. Kring van Beeldhouwers o.rn. de volgende werken. De lithograaf-teekenaar Aart van Dobbenburgh. EIST DIT MERK OP DE ZELFKANT (Adv. Ingez. Med.) De Provinciale Staten verkiezing. Het aantal kiezers. Het aantal kiezers voor de verkiezingen dei- Provinciale Staten bedraagt te Bennebroek 1109, in Haarleimmermeer 13889. NED. NATUURHISTORISCHE VEREENIGING Voor de leden der afdeeling Haarlem en omstreken van de Ned. Natuurhistorische Vereeniging, zal Woensdagavond 17 April in de 2e H.B.S. aan het Santpoorterplein de heer J. Drijver, secretaris van de Vereeniging tot behoud van Natuurmonumenten, een voor dracht houden bij een der nieuwste films van den heer Burdet over woudaapje, funt en kemphanen. „DIE WORTE DES ERLöSERS AM KREUZE". Op Donderdagavond 18 April a.s. zal in de Remonstrantsche kerk bovengenoemd werk van Jos. Haydn worden uitgevoerd door het Remonstr. Zangkoor; met medewerking van de dames:. Cor Igesz, sopraan; Rie Tuyl Schui temaker, alt; Dora Bergmann, piano en de heeren: Frans Vroons, tenor; H. Joh. de Haas, bas; Theo Pardoen, orgel. KINDERVOEDING. De vereeniging „Kindervoeding" reikte in de afgeloopen week uit in hare af deelingen: Zoetestraat 1112 porties; Overtonstraat 1334 porties; Byzantiumstraat 758 porties. Bovendien werden dagelijks aan de scholen voor Buitengewoon L. O. 115 porties verstrekt. REVOLUTIONAIR 1 MEI-COMITé. Tusschen de besturen van R.S.A.P., P.A.S. en N.A.S.-vrouwenbond hebben de besprekingen geleid tot de vorming van een comité. Er zal voor de leden der aangesloten organi saties een bijeenkomst worden gehouden in het Centraal Theater, Kleine Houtstraat, waar gedraaid zal worden de film van Gerhardt Hauptmann „De Wevers". Bij de film zal gesproken worden door den- heer Theo Dissel, hoofdbestuurder van het Rev. Soc. Jeugd Verbond. In hetzelfde theater wordt 's middags het kinderfeest gehouden, waar een film en tal van verrassingen de kinderen zal bezighouden. Verder wordt nog overwogen een Mei-mani fest uit te geven. ZONDER VOORUITBETALING De schrijver Job Steynen. KRUISWES 60Tel.16659 (Adv. Ingez. Med.) N.Z.H T.M. De opbrengst over Maart. De vervoeropbrengst van de N. Z. H. T. M. in Maart is door ons onjuist weergegeven. Deze moet zijn over Maart 1935 f 251.361, en over Maart 1934 f 261.606, achteruitgang dus van ruim f 10.000 LIJST VAN MAIL- EN LUCHTPOSTVERZEN DINGEN T/M. 21 APRIL 1935. Nedei-landsch-Indië, zeepost Via Rotterdam per s.s. „Kot-a Baroe" 19 April gewone stukken 2.15; mail via Marseille per s.s. „Deinpo" 18 April gew. sfc. 13.15; luchtpost Amsterdam— Bandoèng 18 April gew. st. 3.25; luchtpost Lon donSingaporeAustralië 20 April gew. st. Suriname, zeepost en mail via Amsterdam 19 April gew. st. 3.25; luchtpost New York- Paramaribo 16 April gew. st. 19.10. Aruba, Bonaire, Curacao, zeepost via Am sterdam 19 April gew. st. 3.25; mail via Southampton 18 April gew. st. 8.55; mail via Liverpool 19 April gew. st. 8.55; luchtpost New York—Curacao 18 April gew. st. 19.10. Vereenigde Staten van Amerika, via Cher bourg 16, 17 en 18 April gew. st. 18.15. Canada en Mexico, via Cherbourg 17 en 18 April gew. st. 18.15. Argentinië, Brazilië, Chili, Uruguay, via Lis sabon 17 April gew. st. 16.45. via Marseille 18 April gew. st. 5.45; via Lissabon 20 April gew. 16.45; via Jissabon 21 April gew. st. 2.15: luchtpost DuitschlandZd. Amerika 19 April gew. st. 7.25; luchtpost Marseille—Zd. Amerika 19 April gew. st. 7.25. China, Hongkong, Philippijnen, Japan, Mantsjoerije, Jehol, via Siberië 18 April gew. st. 18.15; luchtpost AmsterdamBandoeng 18 gew. st. 3.25. Irak (Mesopotamië)via NapelsAlexandrië 19 April gew. st. 10.40. Luchtpost als Britsch-Indië. Britsoh-Indië, via Marseille 18 April gew. st. 9.25; via AmsterdamBandoeng 18 April gew. st. 3.25; via London—Calcutta—Singapore 20 April gew. st. 2.15. Ceylon, via Marseille 18 April gew. st. 13.25; Luchtpost als Britsch-Indië. Singapore, via Marseille 18 April gew. st. 13.15. Luchtpost als Nederl. Indië. Penang en Siam, via Marseille 18 April gew. st. 9.25. Luchtpost als Nederl. Indië. Egypte, via Marseille 18 April gew. st. 13.15; via Napels 19 April gew. st. 5.45; luchtpost LondonCaïroKaapstad 17 April gew. st. 2.15; luchtpost AmsterdamBandoeng 18 April gew. st. 3.25; luchtpost LondonCalcut taSingapore 20 April gew. st. 2.15; luchtpost Londen—Caïro—Johannesburg. 20 April gew. st. 16.45. Oost-Afrika, via Genua 17 April g'ew. st. 2.15; via Marseille 18 April gew. st. 9.25; lucht post LondonCairoKaapstad 17 April gew. st. 2.15; luchtpost LondonCairoJohannes burg 20 April gew. st. 16.45. Zuid-Afrikaansche Unie, via Southampton 17 April gew. st. 16.45. Luchtpost als Oost-Afrika. Australische Statenbond, via Marseille 18 April gew. st. 9.25; luchtpost Amsterdam— Bandoeng 18 April gew. st. 3.25; luchtpost Lon denSingaporeAustralië 20 April gew. st. 2.15. Nieuw-Zeeland, via Southampton 18 April gew. st. 8.55. «f»®*» van Ideu-cen en qmwn door TJEBBO FRANKEN. XXVIII. Doch kom, wij gaan nu tusschen de manden een wandeling doen, gij behoeft niet bang te worden een nat pak te halen, want het is hier heusch geen vijver, nietwaar?, het is de groote hal waar het goed met nummer en naam voorzien ter beoordeeling staat van den mo gelijken kooper. Kijk, die daar heeft blijkbaar zin in hyacinten, hij neemt een bol uit de mand en meet met zijn maathout den om vang Dan laat hij den bol weer achteloos val len, een arme King of the White, waarvan er 72000 in zestien manden staan en hij maakt een korte aanteekening in zijn notitieboekje, gaat verder. Zal hij straks een bod doen? Hij staat nu ginds te graaien in een mand met crocus, geel, daar zijn twee manden van met 5150 bolletjes gevuld, hij neust eens in den catalogus der veiling, noteert een num mer en loopt opeens haastig weg om stille- kens te verdwijnen door een geheime deur, waar telkens anderen hem volgen. Ook gij wilt mee, nieuwsgierige leek. Nog even wachten, ziet eerst eens hier, wat zijn die crocusbollen klein hè? Het lijken warempel wel sjalotjes, ja heel wat anders dan die daar, die forsche dikkerds, grauw als de aarde, waarin ze ge groeid zijn, ze hebben iets ruigs, maar toch glanst er soms even een paars-blauwe plek, tot roodachtig toe aan dien dikken bol, als een- staaltje kleur van de hyacint, welke later uit den bol geboren wordt. En deze? Neen, dit is een mand met tulpenbollen. Och, wat hebben die dames, pelsters, ze uit gekleed. ze dragen nu maar een simpel dun fokje, kastanje-bruinig van kleur en o Hol landsche zedigheid pas op!, het blanke borstje is af en toe terdege gedecolleteerd, ja er is heusch nog iets van den harem aan dien tul penbol. zoo iets zwoels, ondeugends, nietwaar? dat zich later aan u vertoonen zal in de slanke era tie der kokette bloem. Doch nuchter blij ven, al he'ot ge nu ook op de labels der manden gelezen, dat er 44()0 Lucretia's zijn en 1100 Painted Lady's, ja niet duizelen gij leek. dat er 30000 Koningin Wilhelmina's zijn, nuchter blijven al telt gij ook 2400 Mont-Blanc's en 200 Sir Walter Scott's en 4280o William Pitt's, ja 1000 Joost v. d. Vondel's en 1310 Rem brandt's. nuchter blijven wat ik u bidden mag! Wij gaan door het geheime deurtje. Ein delijk. zucht ge. Ho. nog even wachten, wat ligt daar op die tafel? Bollen! Zijn dat bol len? 't Ziet er niet fraai uit. Neen. daarom is de mand uitgestort ter onderzoek. Men heeft zich blijkbaar over de partij beklaagd, wel licht is het aantal bollen niet juist, of de kwa liteit van het goed niet in orde. Mooi, dat be grijp ik, zegt ge, doch nu wil ik door die deur. Ja ja, maar dan heel stil, want daar wordt niet luid gesproken, daar rollen en lichten de cij fers, daar worden regelmatig nummers en ge tallen afgeroepen, en weer lichten die cijfers, weer klinkt die zelfde stem. Doch gij onder scheidt het rechte niet, wat een tabaksrook, hier moeten veel menschen zijn, gij wrijft u de" oogen eens uit. Kom. wij sluipen langs het zijnad naar achter in de zaal, dicht bij het buffet, daar is het goed, geurige koffie wordt er geschonken, zie, dit is nu het eigenlijke vei lingslokaal en al de heeren, die er zoo netjes naast elkaar zitten als ouderlingen in de ban ken, dat zijn de koopers. Zij hebben ieder op het lessenaartje voor zich een knopje, waarop ze soms als onmerkbaar drukken. Wat ge beurt er dan? Wel, recht tegenover het buffet in de verte vqór de koopers, draait het rad van avontuur, dat in electrische verbinding staat met al de zetels. Wat vroeger de afslager deed, doet nu het rad en als de prijs den koo per lijkt, drukt hij op het knopje. Halt, het rad staat stil, er lichten cijfers, er is gekocht. Door de vernuftige electrische installatie is de koopprijs vastgesteld van het catalogus nummer dat geveild werd, terwijl tevens het nummer bekend is van den zetel, vanwaar op het knopje gedrukt was. Daar deze zetels al tijd bezet zijn door dezelfde koopers, die dus bekend zijn, kan er nooit moeilijkheid ont staan. Bezijden het draaiende rad, zie daar verschijnt electrisch weer een getal, dat is het volgende catalogusnummer. Er wordt door den man aan het rad ingezet, de schijf komt in beweging, halt, 't getal licht op. weer< is er gekocht. Dit wordt nog eens met luider stemme bevestigd door een'der heeren aan de tafel bij het rad. Het zijn er drie, ze zitten er als wijlen de bloedraad uit Alva's dagen. Maar u heeft niets te vreezen, het zijn goede lieden, die hun moeilijk werk met onvolprezen ijver verrichten. Ze tooveren met electrische getal len als een regelmatige lichtreclame en er is onder hen heusch geen Vargas, die slaapt, neen, om den drommel niet, het zijn wakkere Hollandsche mannen, die daar in die veilings zaal eenige uren lang een nauwgezet en alle aandacht eischend werk verrichten. Ze maken lijsten op van de verkochte nummers, met prijs van de bollen en naam van den kooper. Aan de daarvoor bestemde loketten wordt de koop voldaan. En maar steeds draait men die schijf met haar oplichtende cijfers, regelmatig hoort u de getallen herhalen, welke even in l'ehtende teekens te gloeien stonden en ge ziet het triumviraat aan de tafel bij de schijf aanteekening op aanteekening maken. Gij waant u in de geheimzinnige sfeer van een gezelschap ernstige lieden, die een bepaalden dienst volgen in de bollenkerk. Er wordt nau welijks gesproken, hoogstens gefluisterd en de meesten zitten er zoo stillekens in hun bank, sonis rechtop als een ijverige schooljongen, dan weer wat achteloos, alsof de zaak hun in 't geheel niet aangaat, of wel een enkele steunt het hoofd tot nadenken, slaapt hij zoo'n beetje? Foei! Gij leek, ziet ge dan niet. dat hij zware trekken doet aan zijn pijp, dat de hand meer en meer het knopje nadert? Ja, ja, kijk, die hand, die vinger, hooo!, het rad staat stil, cijfers lichten. Nee, die bollenkoopers sla pen niet, die slapen nooit, al lijkt het zoo, ze zitten daar net zoo leukweg te droomen in schijn, gelijk uw poes in den tuin alsof de vo geltjes haar niet aangaan. Neen, die mannen kóópen niet, ze vangen een prooi, want wie een ondeelbaar oogenblik eerder op het knopje drukt dan de andere gegadigde, die is de ge lukkige of de ongelukkige! Ja het is de strijd om het bestaan, die daar op wonderlijke wijze gevoerd wordt, zonder booze woorden, zonder schreeuwen of handtastelijkheid. Men ge bruikt eigen wapenen, alleen de bliksemsnelle electrische stroom doet zijn rechtvaardig werk en het driemanschap neemt er nota van. Zoo'n bollenveiling is een eigenaardige plechtigheid, waarbij de roerselen van het menschelijk we zen volkomen beheerscht worden en zich en kel kunnen uiten in de meer of mindere snel heid waarmee de electrische stroom wordt op gewekt. Al die rijen banken met de menschen er in en de knopjes erop, zijn als één groote schrijfmachine, die geluidloos lichtende ge tallen toovert op het draaiende rad daarvoor, een regelmatig vuurwerk van aanbod en koop in den blauwen mystieken rook van geurigen toeback. Maar genoeg, wij gaan weer door die deur naar de hal terug. Zie, zegt ge, daar staan manden vol tulpenbollen. Mis!, dat zijn im mers crocusbollen. O, gij leek zult het niet gauw leeren, die bollen te onderscheiden. Maar de kweekers zijn daar zeer bedreven in. Men houdt wel eens wedstrijd, dan wo'rden er een aantal verschillende bollen door elkaar ge mengd en ge gelooft het nauwelijks, hoe er kenners, zijn, die ze weten te onderscheiden, niet alleen naar soort, maar zelfs naar naam en kleur. Doch dat is om te duizelen, vindt gij en ge spoedt u haastig tusschen de manden door naar buiten op de kade aan de haven, waar geladen en- gelost wordt van belang. Hee, wat doet men daar, de bollen gaan in zakken in den ketel? Och ja, gij hebt het stengel aaltje niet vergeten en de narcisvliegen, de groote en de kleine. Indien gewenscht, kookt men de narcisbollen daar nog eens, opdat men zeker zij van ziekten. En dan, van vreemde smetten vrij, gaan die Hollandsche bollen op reis over den grooten bol. Daar op die kist leest gij den naam van een stad in Zweden en ginds spelt gij een Engelsch woord, hier ont dekt gij een Duitsch station en elders een wel bekenden kweekersnaam der lage landen. Ja, nu wordt het warempel een sprookje niet waar?, die roman van den bloembol. Och gij zoudt het niet zeggen, als gij daar al die dui zenden bollen bijeen ziet in hun proletarische wambuis, want al dragen zij nu ook de edelste namen der wereld, ze liggen daar in massa's opeen gestapeld, verhandeld en verkocht, als zoovele rechtelooze slaven. Doch vergist u niet, gij leeken, want die bollen maken zich een maal vrij. zij zullen in drang naar schoonheid Qpenbersten. de enge kluisters van het win- terrokkenpak zullen ze verbreken en met wel- bewusten trots zullen ze de neuzen opheffen tot het milde licht om in oneindigheid van allerschoonste bloemvariatie over de gansche wereld te getuigen van de rijke cultuur der Hollandsche kweekers, die de ziel der dragers van zoovele goede en beroemde namen wisten te doen herleven en uit den duisteren bol der vergetelheid te trekken tot een eeuwige vreug de van Flora. Ja, die bollen zijn de stichters van den wereldvrede, want de Franschen zul len vreugde hebben aan Bismarck en de Engel- schen aan Generaal de Wet, ja alle Amerika nen zonder uitzondering zullen Darwin ver eeren en de Zweden, Noren, Finnen en Denen zullen de glorie van Haarlem bejubelen, gelijk de Duitschers Generaal Foch. Och, dit is een sprookje en een werkelijkheid. Rhododendron. Vaak hoort men de rhododendrons het woord beteekent eigenlijk „rozenboom" ook wel „Alpenrozen" noemen. Nu geldt deze naam eigenlijk, strikt genomen, voor een paar vrij laag blijvende struiken uit de Alpen, die wel aardige bloemen hebben, maar toch lang niet zoo mooi zijn als de ge kweekte soorten. Een van die echte Alpenrozen is vooreerst Rhodondendron ferrugineum, die vooral in de Centraal-Alpen voorkomt, waar de grond veel humus en weinig kalk bevat. Een andere zeer verwante soort is Rhododendron Lirou- tum, die op de Kalk-Alpen thuis hoort. Komen beide soorten in eikaars buurt voor, dan ontstaat de bastaard R. intermedium. Nu zijn deze echte Alpenrozen nog lang niet de kleinste vormen van het geslacht, want tot 5000 meter hoogte groeit in de Himalaya de Rhododendron nivale, die maar 5 cM. hoog wordt. De lagere dalen van de Himalaya zijn je- ware Rhododendron-gebieden. Hooker vond alleen in één groot dal 33 soorten en op zijn tochten ontdekte hij niet minder dan. 28 geheel onbekende soorten van het groote geslacht. De hier in ons land veel aangeplante R. ponticum wordt tot 3 a 4 meter hoog en ziet er in den bloeitijd prachtig uit. Van deze en andere soorten zooals R. caucasicum, boëti- curn e.a., zijn tal van variëteiten gekweekt. Iedereen weet, dat de Rhododendrons hun blad in den winter houden. Als dan de bodem bevroren is, kunnen de wortels geen water uit de grond opnemen en in de droge lucht verdampen de bladeren natuurlijk wel water, want het is bekend, dat het bij vrie zend weer goed droogt, vooral bij Oosten wind. Nu is de Rhododendron, evenals alle wintergroene gewassen, toegerust met bla deren, die de verdamping een langen tijd kunnen weerstaan: ze zijn stug. leerachtig en het aantal huidmondjes is klein. Zoo gauw het bovendien gaat vriezen, buigen alle bla deren, die aan den top der takken dicht bijeen staan, zich naar beneden om en be schutten zoodoende elkaar voor de uitdrogen de vorstwinden. Zoo gauw het echter weer dooit, breiden de bladeren zich weer uit, zoö- dat men aan de Rhododendron 's winters kan zien, of het vriest dan wel dooit. A. MELLINE. P. van der Pek 90 jaar. De heer P. van der Pek, over wiens levens loop we eenigen tijd geleden reeds eenige bijzonderheden publiceerden, heeft in een uitstekende gezondheid zijn 90sten geboorte dag mogen vieren. De krasse oude heer, die ook één der oudste abonnés van Haarlem's Dagblad is, heeft zeer vele blijken van be langstelling en vriendschap mogen ondervin den. Meer dan honderd personen zijn hem persoonlijk komen gelukwenschen en de meesten kwamen niet met ledige handen Op zijn verjaardag zat hij dan ook als het ware midden in een bloementuin. Zijn kleinkin deren verrasten hem met een zelf-sebor- duurd kussen, met de jaartallen 1845 en 1935. waarop hij niet weinig trotsch is. De jubilaris, die zich nog in 't volle bezit van zijn geestvermogens mag verheugen, was niet minder dan 52 jaar werkzaam op de voormalige Haarlemsche Katoenmaatschap pij. Hij vertelt daar nog steeds met groot enthousiasme van. o.a. dat, hij in al die jaren nooit te laat is gekomen. Bij zijn gouden ju bileum ontving hij van Jhr. van de Poll be halve een geschenk onder couvert ook een herinneringsalbum, dat hij zuinig bewaart en dat later voor zijn zoon bestemd is. De heer Van der Pek is ook achttien jaar be stuurslid van het ziekenfonds van bovenge noemde fabriek en zestien jaar voorzitter van de Reisvereenig'ing „De Vriendschap" geweest. Niet minder dan 44 jaar heeft hij in hetzelfde huisje aan de Sophia.straat ge woond. Nu woont hij in het perceel Klein Heiligland 21 rood, waar hij zich ook goed thuis voelt. FILIAAL STADSBIBLIOTHEEK EN LEESZAAL HAARLEM-NOORD. (Openbare leeszaal en bibliotheek). Nieuwe aanwinsten; Nederl. en i h. Nederl. vert. romans: Bojer. In dén greep van het leven. van Eerbeek, Strooschippers (Chr.) Fabricius. Venetiaansch avontuur. Feuchtwanger. Succes. Jacobsen. Marie Grubbe. Kipling. Uw dienaar de hond. Pos. Daden. (Chr.) Roth. Job. Thomas Katrien wordt soldaat. Wasch. Visschers der menschen. Duitsche romans: Feuchtwanger. Erfolg. Engelsche roma n s Beach. The iron trail. Somerset Maugham. The painted veil. Windust. Toxi. Wodehouse. A. damsel in distress. Godsdienst: Augustinus Belijdenissen, ("vert. Sizoo). Onvoeding en onderwijs: Vorderhake. Wij, onze kinderen en de school. Natuurlijke historie: Howard. Mensch en insect. Johnson. De koning der wildernis, van Leeuwen Jr., Flora's lentefeest in Ken- nemerland. Thysse. Het intieme leven der vogels. Techniek: Gerritsen. Leer lasschen. Laschboek 1935. Geschiedenis en levensbeschrijvingen: Rullmann. Dr. H. Oolijn. Windecke. Stalin, de roode Tsaar.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 10