iOIULEN.
ÜDiUW;
STOFZUIGERS
2-15-
De bloem van den dag.
DINSDAG 16 APRIL 1935
H A A RLE M'S DAGBLAD
"6
Voor Haarlem's Politierechter.
Eigenmachtige Ieening.
Voor een lecning zijn eigenlijk twee per.
sonen noodig: de leenheer en de leenman; we
weten dat reeds uit de geschiedenis. Het
dienstmeisje te Heemstede, dat Maandag te-
rest stond, was echter van meening, dat zij
dc beide functies van leenheer en leenman
in zich kon vereenigen, want zij nam geld
uit de portemonnaie van haar mevrouw zon
der deze er tevoren over geraadpleegd te
hebben en ook zonder het geld later weer
in de portemonnaie te leggen .en zij beweerde
nu tegenover den politierechter dat zij het
geld had geleend om er een cadeautje voor
mevrouw voor te koopen, waaruit dan zou
blijken, dat zij geen persoonlijk voordeel be
oogde. Nu deed ze dat eigenlijk niet, omdat
ze het geld niet had, maar haar geld lag
boven en om eerst naar boven te gaan,
achtte zij overtollige moeite.
Bij nader ondervragen bleek echter dat
zij er nog niet heelemaaï zeker van was. dat
boven geld lag en ook kwam er een verhaal
dat zij later, ais ze geld ontving, het zou
restitueeren, zocdat de hoorder een eenigs-
zins verward beeld van die eigenmachtige
leening kreeg, maar zoo oogenschijnlijk ont
braken dan toch de elementen voor dief
stal: geen doel om het geld ten .eigen bater
weg te nemen of te besteden.
De officier en de politierechter staan altijd
sceptisch tegenover die geldleenerijen, welke
meer voorkomen, en de officier noemde het
dan ook gewoon diefstal, waarvoor hij f 15
boete eischte en een maand gevangenis
straf doch voorwaardelijk, omdat het meis
je nog nooit te voren veroordeeld was.
De officier had gezegd, dat geen sterve
ling in de leening geloofde; Mr. de Rijke, de
verdediger, verklaarde, dat hij een uitzonder
lijke sterveling was, die het verhaal van
het geld leenen wel geloofde; doch omdat
er drie verhalen waren, vroeg de politierech
te, welk van de drie zich in de sympathie
van den verdediger verheugde. Mr. de Rijke
legde echter uit, dat er feitelijk maar één
verhaal was, doch het meisje was zenuw
achtig en niet zoo goed ter tale en daarom
kon er bij verschillende ondervragingen wel
eens eenig verschil ontstaan.
Mr. de Rijke nam dus aan, dat er hier
sprake was van leening en niet van dief
stal en vroeg dus vrijspraak, maar mocht
de rechter het wegnemen als diefstal op
vatten, dan vroeg pleiter een zeer geringe
straf.
De politierechter geloofde niet in de ver.
halen omtrent leening en cadeautjes koopen
en wees den eisch van den officier toe.
Een ondankbare neef.
Het was geen neef, die geld van zijn oom
had geleend en hij beweerde ook niet, dit
gedaan te hebben, maar een, die eenvoudig
25 gulden van zijn oom had gestolen. Is
dit op zich zelf al afkeurenswaardig, in dit
geval is dit woord veel te zwak voor die
handeling, want de oom had uit mensch-
lievendheid den jongen, die geen werk had,
in huis genomen, waar het hem aan niets
ontbrak. De jongen had echter blijkbaar een
andere meening dan de oom over de be
hoeften van een werklpozen jongen, want
deze was van oordeel, dat hij behalve kost-
inwoning en kleeding ook recht had op
whiskey-soda's, voorburgjes en dergelijke,
terwijl hij zich de aangewezen persoon vond
om er een meisje op na te houden en dit
met nog een vriendin op de whiskey soda's
en wat meer verlangd werd, te onthalen en
hij ook meende het meisje een horloge te
moeten aanbieden.
Het is niet te verwonderen, dat iemand, die
dergelijke verlangens koestert, er toe komt
zijn oom te bestelen, want bij zoo'n jongen
schijnt het redelijk aandeel zoek. Ook nu nog
was het redelijk aandeel niet aanwezig, want
dan had de jongen een andere houding aan
genomen en niet met een zekere branie ver
klaard. dat hij in hooger beroep zou gaan.
toen de politierechter hem tot drie weken
gevangenisstraf veroordeelde, nadat de of
ficier 6 weken had geëischt. De jongen
schijnt niet te weten, dat ook de officier in
hooger beroep kan gaan en dat de 3 weken
tot meer kunnen uitdijen.
Handige verhuizers.
Niet alleen dat de verhuisde inboedel
slachtoffer van de hardhandigheid was ge
worden, waarvan de deuken en la-assen op
de meubels konden getuigen, maar ook de
eigenaar van die meubels moest die hard
handigheid ondervinden. Men begrijpt reeds,
dat het een met het ander in verband stond,
want de krassen op de meubels veroorzaakten
een onwil tot betaling der volle verhuiskosten
en dit was weer oorzaak dat de verhuizer met
twee anderen aan de woning van den ver
huisde kwam om de verhuiskosten te innen
en daarop volgden klappen en werd de be
woner naar zijn voortuintje verhuisd op even
zachtzinnige wijze als destijds zijn meube
len.
Dit alles deelde de verhuisde xnee en zijn
vrouw bevestigde het, maar de drie ontken
den en draaiden de zaak om. zoodat de be
woner er door hen van beschuldigd werd den
aanval tegen de drie te zijn begonnen en zich
zelf naar het voortuintje verhuisd te heb
ben, welke loftuiging ove zooveel moed de
bewoner afwees.
Ook de politierechter kan er niet aan ge-
looven en zei, dat hij liever gezien had, dat
de drie erkenden geslagen te hebben. De
verhuizers hielden voet bij stuk.
De officier eischte 14 dagen gevangenis
straf voor die wijze van geldvordering, maar
de politierechter nam in aanmerking, dat
het hier een geldkwestie betreft en verdach
ten niet slecht bekend stonden, waarom f 15
boete voor ieder der drie werd op gelegd.
OPMERKINGEN VAN LEZERS
In aansluiting op het ingezonden stuk op
genomen in onze krant over Ongezelligheid in
Haarlemsche Bioscopen pleit inzexxder nog
voor één avondvoorstelling beginxxende om
half negen, waarmee buitenmenschen gebaat
zouden zijn, met welk standpunt een Benne-
broeker het eens is. De eerste inzender zegt,
dat het aanvangsuur van 7 uur te vroeg is.
Hij kent velen, die juist daarom een voorge
nomen bezoek aan de bioscoop laten vervallen
om naar den schouwburg te gaan.
Tenslotte vraagt iemand of geen enquête
kan worden gehouden omtrent het al of niet
invoeren van één avondvoorstelling.
De directies dienen volgens hem meer reke
ning te houden met de wenschen van het
publiek. j,
Twee werken van Theo van Reijn
De Haarlemsche beeldhouwer Theo van Reijn
exposeert op de tentoonstelling van Beeld
houwkunst te Amsterdam van den Ned. Kring
van Beeldhouwers o.rn. de volgende werken.
De lithograaf-teekenaar Aart van
Dobbenburgh.
EIST DIT MERK OP DE ZELFKANT
(Adv. Ingez. Med.)
De Provinciale Staten
verkiezing.
Het aantal kiezers.
Het aantal kiezers voor de verkiezingen dei-
Provinciale Staten bedraagt te Bennebroek
1109, in Haarleimmermeer 13889.
NED. NATUURHISTORISCHE VEREENIGING
Voor de leden der afdeeling Haarlem en
omstreken van de Ned. Natuurhistorische
Vereeniging, zal Woensdagavond 17 April in
de 2e H.B.S. aan het Santpoorterplein de heer
J. Drijver, secretaris van de Vereeniging tot
behoud van Natuurmonumenten, een voor
dracht houden bij een der nieuwste films van
den heer Burdet over woudaapje, funt en
kemphanen.
„DIE WORTE DES ERLöSERS AM KREUZE".
Op Donderdagavond 18 April a.s. zal in de
Remonstrantsche kerk bovengenoemd werk
van Jos. Haydn worden uitgevoerd door het
Remonstr. Zangkoor; met medewerking van
de dames:. Cor Igesz, sopraan; Rie Tuyl Schui
temaker, alt; Dora Bergmann, piano en de
heeren: Frans Vroons, tenor; H. Joh. de Haas,
bas; Theo Pardoen, orgel.
KINDERVOEDING.
De vereeniging „Kindervoeding" reikte in de
afgeloopen week uit in hare af deelingen:
Zoetestraat 1112 porties; Overtonstraat 1334
porties; Byzantiumstraat 758 porties.
Bovendien werden dagelijks aan de scholen
voor Buitengewoon L. O. 115 porties verstrekt.
REVOLUTIONAIR 1 MEI-COMITé.
Tusschen de besturen van R.S.A.P., P.A.S. en
N.A.S.-vrouwenbond hebben de besprekingen
geleid tot de vorming van een comité.
Er zal voor de leden der aangesloten organi
saties een bijeenkomst worden gehouden in
het Centraal Theater, Kleine Houtstraat, waar
gedraaid zal worden de film van Gerhardt
Hauptmann „De Wevers".
Bij de film zal gesproken worden door den-
heer Theo Dissel, hoofdbestuurder van het
Rev. Soc. Jeugd Verbond.
In hetzelfde theater wordt 's middags het
kinderfeest gehouden, waar een film en tal
van verrassingen de kinderen zal bezighouden.
Verder wordt nog overwogen een Mei-mani
fest uit te geven.
ZONDER VOORUITBETALING
De schrijver Job Steynen.
KRUISWES 60Tel.16659
(Adv. Ingez. Med.)
N.Z.H T.M.
De opbrengst over Maart.
De vervoeropbrengst van de N. Z. H. T. M.
in Maart is door ons onjuist weergegeven. Deze
moet zijn over Maart 1935 f 251.361, en over
Maart 1934 f 261.606, achteruitgang dus van
ruim f 10.000
LIJST VAN MAIL- EN LUCHTPOSTVERZEN
DINGEN T/M. 21 APRIL 1935.
Nedei-landsch-Indië, zeepost Via Rotterdam
per s.s. „Kot-a Baroe" 19 April gewone stukken
2.15; mail via Marseille per s.s. „Deinpo" 18
April gew. sfc. 13.15; luchtpost Amsterdam—
Bandoèng 18 April gew. st. 3.25; luchtpost Lon
donSingaporeAustralië 20 April gew. st.
Suriname, zeepost en mail via Amsterdam
19 April gew. st. 3.25; luchtpost New York-
Paramaribo 16 April gew. st. 19.10.
Aruba, Bonaire, Curacao, zeepost via Am
sterdam 19 April gew. st. 3.25; mail via
Southampton 18 April gew. st. 8.55; mail via
Liverpool 19 April gew. st. 8.55; luchtpost New
York—Curacao 18 April gew. st. 19.10.
Vereenigde Staten van Amerika, via Cher
bourg 16, 17 en 18 April gew. st. 18.15.
Canada en Mexico, via Cherbourg 17 en 18
April gew. st. 18.15.
Argentinië, Brazilië, Chili, Uruguay, via Lis
sabon 17 April gew. st. 16.45. via Marseille 18
April gew. st. 5.45; via Lissabon 20 April gew.
16.45; via Jissabon 21 April gew. st. 2.15:
luchtpost DuitschlandZd. Amerika 19 April
gew. st. 7.25; luchtpost Marseille—Zd. Amerika
19 April gew. st. 7.25.
China, Hongkong, Philippijnen, Japan,
Mantsjoerije, Jehol, via Siberië 18 April gew.
st. 18.15; luchtpost AmsterdamBandoeng 18
gew. st. 3.25.
Irak (Mesopotamië)via NapelsAlexandrië
19 April gew. st. 10.40.
Luchtpost als Britsch-Indië.
Britsoh-Indië, via Marseille 18 April gew. st.
9.25; via AmsterdamBandoeng 18 April gew.
st. 3.25; via London—Calcutta—Singapore 20
April gew. st. 2.15.
Ceylon, via Marseille 18 April gew. st. 13.25;
Luchtpost als Britsch-Indië.
Singapore, via Marseille 18 April gew. st.
13.15.
Luchtpost als Nederl. Indië.
Penang en Siam, via Marseille 18 April gew.
st. 9.25.
Luchtpost als Nederl. Indië.
Egypte, via Marseille 18 April gew. st. 13.15;
via Napels 19 April gew. st. 5.45; luchtpost
LondonCaïroKaapstad 17 April gew. st.
2.15; luchtpost AmsterdamBandoeng 18
April gew. st. 3.25; luchtpost LondonCalcut
taSingapore 20 April gew. st. 2.15; luchtpost
Londen—Caïro—Johannesburg. 20 April gew.
st. 16.45.
Oost-Afrika, via Genua 17 April g'ew. st.
2.15; via Marseille 18 April gew. st. 9.25; lucht
post LondonCairoKaapstad 17 April gew.
st. 2.15; luchtpost LondonCairoJohannes
burg 20 April gew. st. 16.45.
Zuid-Afrikaansche Unie, via Southampton
17 April gew. st. 16.45.
Luchtpost als Oost-Afrika.
Australische Statenbond, via Marseille 18
April gew. st. 9.25; luchtpost Amsterdam—
Bandoeng 18 April gew. st. 3.25; luchtpost Lon
denSingaporeAustralië 20 April gew. st.
2.15.
Nieuw-Zeeland, via Southampton 18 April
gew. st. 8.55.
«f»®*» van Ideu-cen en qmwn
door TJEBBO FRANKEN.
XXVIII.
Doch kom, wij gaan nu tusschen de manden
een wandeling doen, gij behoeft niet bang te
worden een nat pak te halen, want het is hier
heusch geen vijver, nietwaar?, het is de groote
hal waar het goed met nummer en naam
voorzien ter beoordeeling staat van den mo
gelijken kooper. Kijk, die daar heeft blijkbaar
zin in hyacinten, hij neemt een bol uit de
mand en meet met zijn maathout den om
vang Dan laat hij den bol weer achteloos val
len, een arme King of the White, waarvan er
72000 in zestien manden staan en hij maakt
een korte aanteekening in zijn notitieboekje,
gaat verder. Zal hij straks een bod doen?
Hij staat nu ginds te graaien in een mand
met crocus, geel, daar zijn twee manden van
met 5150 bolletjes gevuld, hij neust eens in
den catalogus der veiling, noteert een num
mer en loopt opeens haastig weg om stille-
kens te verdwijnen door een geheime deur,
waar telkens anderen hem volgen. Ook gij wilt
mee, nieuwsgierige leek. Nog even wachten,
ziet eerst eens hier, wat zijn die crocusbollen
klein hè? Het lijken warempel wel sjalotjes,
ja heel wat anders dan die daar, die forsche
dikkerds, grauw als de aarde, waarin ze ge
groeid zijn, ze hebben iets ruigs, maar toch
glanst er soms even een paars-blauwe plek, tot
roodachtig toe aan dien dikken bol, als een-
staaltje kleur van de hyacint, welke later uit
den bol geboren wordt. En deze? Neen, dit is
een mand met tulpenbollen.
Och, wat hebben die dames, pelsters, ze uit
gekleed. ze dragen nu maar een simpel dun
fokje, kastanje-bruinig van kleur en o Hol
landsche zedigheid pas op!, het blanke borstje
is af en toe terdege gedecolleteerd, ja er is
heusch nog iets van den harem aan dien tul
penbol. zoo iets zwoels, ondeugends, nietwaar?
dat zich later aan u vertoonen zal in de slanke
era tie der kokette bloem. Doch nuchter blij
ven, al he'ot ge nu ook op de labels der manden
gelezen, dat er 44()0 Lucretia's zijn en 1100
Painted Lady's, ja niet duizelen gij leek. dat
er 30000 Koningin Wilhelmina's zijn, nuchter
blijven al telt gij ook 2400 Mont-Blanc's en
200 Sir Walter Scott's en 4280o William Pitt's,
ja 1000 Joost v. d. Vondel's en 1310 Rem
brandt's. nuchter blijven wat ik u bidden
mag! Wij gaan door het geheime deurtje. Ein
delijk. zucht ge. Ho. nog even wachten, wat
ligt daar op die tafel? Bollen! Zijn dat bol
len? 't Ziet er niet fraai uit. Neen. daarom
is de mand uitgestort ter onderzoek. Men heeft
zich blijkbaar over de partij beklaagd, wel
licht is het aantal bollen niet juist, of de kwa
liteit van het goed niet in orde. Mooi, dat be
grijp ik, zegt ge, doch nu wil ik door die deur.
Ja ja, maar dan heel stil, want daar wordt niet
luid gesproken, daar rollen en lichten de cij
fers, daar worden regelmatig nummers en ge
tallen afgeroepen, en weer lichten die cijfers,
weer klinkt die zelfde stem. Doch gij onder
scheidt het rechte niet, wat een tabaksrook,
hier moeten veel menschen zijn, gij wrijft u
de" oogen eens uit. Kom. wij sluipen langs het
zijnad naar achter in de zaal, dicht bij het
buffet, daar is het goed, geurige koffie wordt
er geschonken, zie, dit is nu het eigenlijke vei
lingslokaal en al de heeren, die er zoo netjes
naast elkaar zitten als ouderlingen in de ban
ken, dat zijn de koopers. Zij hebben ieder op
het lessenaartje voor zich een knopje, waarop
ze soms als onmerkbaar drukken. Wat ge
beurt er dan? Wel, recht tegenover het buffet
in de verte vqór de koopers, draait het rad
van avontuur, dat in electrische verbinding
staat met al de zetels. Wat vroeger de afslager
deed, doet nu het rad en als de prijs den koo
per lijkt, drukt hij op het knopje. Halt, het
rad staat stil, er lichten cijfers, er is gekocht.
Door de vernuftige electrische installatie is
de koopprijs vastgesteld van het catalogus
nummer dat geveild werd, terwijl tevens het
nummer bekend is van den zetel, vanwaar op
het knopje gedrukt was. Daar deze zetels al
tijd bezet zijn door dezelfde koopers, die dus
bekend zijn, kan er nooit moeilijkheid ont
staan. Bezijden het draaiende rad, zie daar
verschijnt electrisch weer een getal, dat is
het volgende catalogusnummer. Er wordt
door den man aan het rad ingezet, de schijf
komt in beweging, halt, 't getal licht op. weer<
is er gekocht. Dit wordt nog eens met luider
stemme bevestigd door een'der heeren aan de
tafel bij het rad. Het zijn er drie, ze zitten er
als wijlen de bloedraad uit Alva's dagen. Maar
u heeft niets te vreezen, het zijn goede lieden,
die hun moeilijk werk met onvolprezen ijver
verrichten. Ze tooveren met electrische getal
len als een regelmatige lichtreclame en er is
onder hen heusch geen Vargas, die slaapt,
neen, om den drommel niet, het zijn wakkere
Hollandsche mannen, die daar in die veilings
zaal eenige uren lang een nauwgezet en alle
aandacht eischend werk verrichten. Ze maken
lijsten op van de verkochte nummers, met
prijs van de bollen en naam van den kooper.
Aan de daarvoor bestemde loketten wordt de
koop voldaan. En maar steeds draait men die
schijf met haar oplichtende cijfers, regelmatig
hoort u de getallen herhalen, welke even in
l'ehtende teekens te gloeien stonden en ge
ziet het triumviraat aan de tafel bij de schijf
aanteekening op aanteekening maken. Gij
waant u in de geheimzinnige sfeer van een
gezelschap ernstige lieden, die een bepaalden
dienst volgen in de bollenkerk. Er wordt nau
welijks gesproken, hoogstens gefluisterd en de
meesten zitten er zoo stillekens in hun bank,
sonis rechtop als een ijverige schooljongen,
dan weer wat achteloos, alsof de zaak hun
in 't geheel niet aangaat, of wel een enkele
steunt het hoofd tot nadenken, slaapt hij zoo'n
beetje? Foei! Gij leek, ziet ge dan niet. dat
hij zware trekken doet aan zijn pijp, dat de
hand meer en meer het knopje nadert? Ja, ja,
kijk, die hand, die vinger, hooo!, het rad staat
stil, cijfers lichten. Nee, die bollenkoopers sla
pen niet, die slapen nooit, al lijkt het zoo, ze
zitten daar net zoo leukweg te droomen in
schijn, gelijk uw poes in den tuin alsof de vo
geltjes haar niet aangaan. Neen, die mannen
kóópen niet, ze vangen een prooi, want wie
een ondeelbaar oogenblik eerder op het knopje
drukt dan de andere gegadigde, die is de ge
lukkige of de ongelukkige! Ja het is de strijd
om het bestaan, die daar op wonderlijke wijze
gevoerd wordt, zonder booze woorden, zonder
schreeuwen of handtastelijkheid. Men ge
bruikt eigen wapenen, alleen de bliksemsnelle
electrische stroom doet zijn rechtvaardig werk
en het driemanschap neemt er nota van. Zoo'n
bollenveiling is een eigenaardige plechtigheid,
waarbij de roerselen van het menschelijk we
zen volkomen beheerscht worden en zich en
kel kunnen uiten in de meer of mindere snel
heid waarmee de electrische stroom wordt op
gewekt. Al die rijen banken met de menschen
er in en de knopjes erop, zijn als één groote
schrijfmachine, die geluidloos lichtende ge
tallen toovert op het draaiende rad daarvoor,
een regelmatig vuurwerk van aanbod en koop
in den blauwen mystieken rook van geurigen
toeback.
Maar genoeg, wij gaan weer door die deur
naar de hal terug. Zie, zegt ge, daar staan
manden vol tulpenbollen. Mis!, dat zijn im
mers crocusbollen. O, gij leek zult het niet
gauw leeren, die bollen te onderscheiden. Maar
de kweekers zijn daar zeer bedreven in. Men
houdt wel eens wedstrijd, dan wo'rden er een
aantal verschillende bollen door elkaar ge
mengd en ge gelooft het nauwelijks, hoe er
kenners, zijn, die ze weten te onderscheiden,
niet alleen naar soort, maar zelfs naar naam
en kleur. Doch dat is om te duizelen, vindt
gij en ge spoedt u haastig tusschen de manden
door naar buiten op de kade aan de haven,
waar geladen en- gelost wordt van belang. Hee,
wat doet men daar, de bollen gaan in zakken
in den ketel? Och ja, gij hebt het stengel
aaltje niet vergeten en de narcisvliegen, de
groote en de kleine. Indien gewenscht, kookt
men de narcisbollen daar nog eens, opdat men
zeker zij van ziekten. En dan, van vreemde
smetten vrij, gaan die Hollandsche bollen op
reis over den grooten bol. Daar op die kist
leest gij den naam van een stad in Zweden en
ginds spelt gij een Engelsch woord, hier ont
dekt gij een Duitsch station en elders een wel
bekenden kweekersnaam der lage landen. Ja,
nu wordt het warempel een sprookje niet
waar?, die roman van den bloembol. Och gij
zoudt het niet zeggen, als gij daar al die dui
zenden bollen bijeen ziet in hun proletarische
wambuis, want al dragen zij nu ook de edelste
namen der wereld, ze liggen daar in massa's
opeen gestapeld, verhandeld en verkocht, als
zoovele rechtelooze slaven. Doch vergist u niet,
gij leeken, want die bollen maken zich een
maal vrij. zij zullen in drang naar schoonheid
Qpenbersten. de enge kluisters van het win-
terrokkenpak zullen ze verbreken en met wel-
bewusten trots zullen ze de neuzen opheffen
tot het milde licht om in oneindigheid van
allerschoonste bloemvariatie over de gansche
wereld te getuigen van de rijke cultuur der
Hollandsche kweekers, die de ziel der dragers
van zoovele goede en beroemde namen wisten
te doen herleven en uit den duisteren bol der
vergetelheid te trekken tot een eeuwige vreug
de van Flora. Ja, die bollen zijn de stichters
van den wereldvrede, want de Franschen zul
len vreugde hebben aan Bismarck en de Engel-
schen aan Generaal de Wet, ja alle Amerika
nen zonder uitzondering zullen Darwin ver
eeren en de Zweden, Noren, Finnen en Denen
zullen de glorie van Haarlem bejubelen, gelijk
de Duitschers Generaal Foch. Och, dit is een
sprookje en een werkelijkheid.
Rhododendron.
Vaak hoort men de rhododendrons het
woord beteekent eigenlijk „rozenboom" ook
wel „Alpenrozen" noemen. Nu geldt deze
naam eigenlijk, strikt genomen, voor een
paar vrij laag blijvende struiken uit de
Alpen, die wel aardige bloemen hebben, maar
toch lang niet zoo mooi zijn als de ge
kweekte soorten.
Een van die echte Alpenrozen is vooreerst
Rhodondendron ferrugineum, die vooral in de
Centraal-Alpen voorkomt, waar de grond veel
humus en weinig kalk bevat. Een andere
zeer verwante soort is Rhododendron Lirou-
tum, die op de Kalk-Alpen thuis hoort.
Komen beide soorten in eikaars buurt voor,
dan ontstaat de bastaard R. intermedium. Nu
zijn deze echte Alpenrozen nog lang niet de
kleinste vormen van het geslacht, want tot
5000 meter hoogte groeit in de Himalaya de
Rhododendron nivale, die maar 5 cM. hoog
wordt. De lagere dalen van de Himalaya zijn
je- ware Rhododendron-gebieden. Hooker
vond alleen in één groot dal 33 soorten en op
zijn tochten ontdekte hij niet minder dan.
28 geheel onbekende soorten van het groote
geslacht. De hier in ons land veel aangeplante
R. ponticum wordt tot 3 a 4 meter hoog en
ziet er in den bloeitijd prachtig uit. Van deze
en andere soorten zooals R. caucasicum, boëti-
curn e.a., zijn tal van variëteiten gekweekt.
Iedereen weet, dat de Rhododendrons hun
blad in den winter houden. Als dan de
bodem bevroren is, kunnen de wortels geen
water uit de grond opnemen en in de droge
lucht verdampen de bladeren natuurlijk wel
water, want het is bekend, dat het bij vrie
zend weer goed droogt, vooral bij Oosten
wind. Nu is de Rhododendron, evenals alle
wintergroene gewassen, toegerust met bla
deren, die de verdamping een langen tijd
kunnen weerstaan: ze zijn stug. leerachtig en
het aantal huidmondjes is klein. Zoo gauw
het bovendien gaat vriezen, buigen alle bla
deren, die aan den top der takken dicht
bijeen staan, zich naar beneden om en be
schutten zoodoende elkaar voor de uitdrogen
de vorstwinden. Zoo gauw het echter weer
dooit, breiden de bladeren zich weer uit, zoö-
dat men aan de Rhododendron 's winters
kan zien, of het vriest dan wel dooit.
A. MELLINE.
P. van der Pek 90 jaar.
De heer P. van der Pek, over wiens levens
loop we eenigen tijd geleden reeds eenige
bijzonderheden publiceerden, heeft in een
uitstekende gezondheid zijn 90sten geboorte
dag mogen vieren. De krasse oude heer, die
ook één der oudste abonnés van Haarlem's
Dagblad is, heeft zeer vele blijken van be
langstelling en vriendschap mogen ondervin
den. Meer dan honderd personen zijn hem
persoonlijk komen gelukwenschen en de
meesten kwamen niet met ledige handen Op
zijn verjaardag zat hij dan ook als het ware
midden in een bloementuin. Zijn kleinkin
deren verrasten hem met een zelf-sebor-
duurd kussen, met de jaartallen 1845 en
1935. waarop hij niet weinig trotsch is.
De jubilaris, die zich nog in 't volle bezit van
zijn geestvermogens mag verheugen, was
niet minder dan 52 jaar werkzaam op de
voormalige Haarlemsche Katoenmaatschap
pij. Hij vertelt daar nog steeds met groot
enthousiasme van. o.a. dat, hij in al die jaren
nooit te laat is gekomen. Bij zijn gouden ju
bileum ontving hij van Jhr. van de Poll be
halve een geschenk onder couvert ook een
herinneringsalbum, dat hij zuinig bewaart
en dat later voor zijn zoon bestemd is. De
heer Van der Pek is ook achttien jaar be
stuurslid van het ziekenfonds van bovenge
noemde fabriek en zestien jaar voorzitter
van de Reisvereenig'ing „De Vriendschap"
geweest. Niet minder dan 44 jaar heeft hij
in hetzelfde huisje aan de Sophia.straat ge
woond. Nu woont hij in het perceel Klein
Heiligland 21 rood, waar hij zich ook goed
thuis voelt.
FILIAAL STADSBIBLIOTHEEK EN
LEESZAAL HAARLEM-NOORD.
(Openbare leeszaal en bibliotheek).
Nieuwe aanwinsten;
Nederl. en i h. Nederl. vert. romans:
Bojer. In dén greep van het leven.
van Eerbeek, Strooschippers (Chr.)
Fabricius. Venetiaansch avontuur.
Feuchtwanger. Succes.
Jacobsen. Marie Grubbe.
Kipling. Uw dienaar de hond.
Pos. Daden. (Chr.)
Roth. Job.
Thomas Katrien wordt soldaat.
Wasch. Visschers der menschen.
Duitsche romans:
Feuchtwanger. Erfolg.
Engelsche roma n s
Beach. The iron trail.
Somerset Maugham. The painted veil.
Windust. Toxi.
Wodehouse. A. damsel in distress.
Godsdienst:
Augustinus Belijdenissen, ("vert. Sizoo).
Onvoeding en onderwijs:
Vorderhake. Wij, onze kinderen en de
school.
Natuurlijke historie:
Howard. Mensch en insect.
Johnson. De koning der wildernis,
van Leeuwen Jr., Flora's lentefeest in Ken-
nemerland.
Thysse. Het intieme leven der vogels.
Techniek:
Gerritsen. Leer lasschen.
Laschboek 1935.
Geschiedenis en levensbeschrijvingen:
Rullmann. Dr. H. Oolijn.
Windecke. Stalin, de roode Tsaar.