Bezuinigingsplan spoedig
aan de orde.
Wij Hagenaars
Haarlem's Kunstschatten.
WOENSDAG 8 MEI 1935
HAARLEM'S DAGBLAD
3
TWEEDE KAMER
Reglement van Orde gewijzigd.
Toegestane interpellaties.
'S-GRAVENHAGE Dinsdag.
Heel hard heeft de Tweede Kamer op den
acrsten dag na het Paaschreces nog niet. ge
werkt. Eerst volgende week zal zij beginnen
met de openbare behandeling der wetsontwer
pen, die inmiddels tot den staat „van wijzen"
zijn geraakt.
Vandaag heeft zij voornamelijk de eerste
toebereidselen getroffen voor den ongetwijfeld
belangrijken strijd, die om het Bezuinigings
plan zal worden gestreden.
Het ontwerp tot verlaging van de openbare
uitgaven werd verzonden naar een Commissie
van voorbereiding, bestaande uit de heeren
Ketelaar (V.D.), De Geer (C.H.), Albarda
(S.D.), Schouten (A.R.), Bierema (Lib.), Gese
ling (R.K.) en Teulings (R.K.); tot wier plaats
vervangers werden aangewezen de heeren
Schilthuis (V.D.), Tilanus (C.H.), Drees (S.D.),
Amelink (A.R.), van Rappard (Lib.), van Poll
(R.K.) en Suring (R.K.).
Deze Commissie van Voorbereiding is de
eerste, welke gebruik zal kunnen maken van
de bevoegdheid, aan Commissies van Voorbe
reiding verleend bij middel van een zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
vaard voorstel in het Seniorenconvent tot wij
ziging van het Reglement van Orde der Kamer.
Welke wijziging namelijk, behalve de moge
lijkheid van benoeming tot rapporteurs over
een voorstel door den Voorzitter reeds vóór
het afdeelingsonderzoek en dus niet door.
de afdeelingen zelf in haar eerste vergadering
over het voorstel, waardoor een deskundige
samenstelling der commissie van rapporteurs
niet altijd gewaarborgd is inhoudt dat een
Commissie van Voorbereiding" een Voorloopig'
Verslag zal kunnen uitbrengen, waardoor zij
met de openbaarmaking van haar arbeid, het
vermelden namelijk van de besprekingen in de
afdeelingen en van verloop en resultaten van
haar schriftelijk of mondeling overleg met de
Regeering, niet meer zal behoeven te wachten
totdat zij in haar Verslag een. volledig over
zicht van een en ander geeft.
En verwacht mag wel worden, dat de Com
missie van Voorbereiding inzake het Bezuini
gingsplan inderdaad van de nieuwe bevoegd
heid zal gebruik maken
De heer Aalberse maakt, namelijk van de
mogelijkheid van een Voorloopig Verslag ge
bruik ter bestrijding van een motie-Vliegen,
welke een opening der schermutselingen om
het Bezuinigingsplan beteekende.
Die motie kwam, nadat de voorzitter mede-
deeling had gedaan van het besluit der Cen
trale Afdeeling om het Afdeelingsonderzoek
van het Bezuinigingsplan te houden op Don
derdag 16 Mei, om 11 uur.
En zij bevatte de uitspraak, dat de Kamer
het noodzakelijk achtte, dat voorstellen tot
vermindering der vaste lasten zoo tijdig zou
den worden ingediend, dat de voorstellen ge
lijktijdig uit het bezuinigingsplan zouden kun
nen worden behandeld.
De heer Vliegen vond het bezuinigingsplan,
zooals het is ingediend, alleen maar een
nieuwe poging tot verlaging van het levens
niveau en slechts geschikt om de werkloos
heid nog te verergeren; zonder dat er eenig
element van opbouwende beteekenis in is te
ontdekken; wat dan vooral het geval is, wijl
de aanvankelijk beloofde voorstellen betref
fende de vaste lasten, te eenenmale ontbreken.
De aeer Aalberse hield het niet geheim, dat
ook hij het ontbreken van deze voorstellen be
treurt. Niettemin bestreed hij de socialistische
motie als voorbarig. Immers of en in hoeverre
de Kamer dat ontbreken betreurt en welke
haar opinie daarover is, zal blijken bij het
Afdeelingsonderzoek van het. Bezuinigingsont-
werp. En hoe de Kamer erover denkt zal aan
de Regeering, en ook aan het volk, kunnen
worden duidelijk gemaakt door het Voorloo
pig Verslag, dat de Commissie van Voorbe
reiding overeenkomstig de wijzigingen van
het Reglement van Orde dadelijk na het
afdeelingsonderzoek zal kunnen uitbrengen.
In verband met een en ander vreesde de heer
Aalberse een onzuivere stemming over de
motie. En stemming op dit oogenblik zou wel
eens een onjuist beeld kunnen geven van de
meening der Kamer, omdat wellicht een aan
tal leden, ofschoon het eens met den inhoud
der motie, zouden kunnen tegenstemmen op
grond van de voorbarigheid van de uitspraak.
De heer Vliegen legde zich neer bij het voor
stel van den heer Aalberse om de stemming
over de motie te doen plaats hebben op een
nader te bepalen dag.
Vermoedelijk was hij zeer optimist, toen hij
uit het feit, dat er geen enkele stem werd
vernomen tegen den inhoud der motie, maar
alvast afleidde, dat. de heele Kamer het met
den inhoud eens zou zijn. Maar we hebben het,
dunkt ons, niet mis, als we gelooven, dat een
zeer groote meerderheid in de Kamér het ont
breken van vaste-lastenvoorstellen een ern-
stige grief tegen het Bezuinigingsontwerp
acht.
De afdeelingen, die nieuw werden getrokken,
kozen tot haar voorzitters de heeren Albarda
(S.D.) Bierema (Lib.) Schouten (A.R.), Aal
berse (R.K.) en De Geer (C.H.) en tot haar
ondervoorzitters de heeren Fleskens (R.K.),
Vliegen (S.D.). van Dijk (A.R.), Wendelaar
(Lib.) en Ketelaar (V.D.)
De Kamer, die dus nog een week zal kun
nen studeeren op het Bezuinigingsplan, komt
Dinsdag der volgende week weer in het open
baar bijeen voor de behandeling der agenda,
waarop behalve veel kleingoed, ook voorkomen
de vandaag aangevraagde en toegestane in
terpellaties van den heer Schalker over den
noodtoestand in de Drentsche veenstreken en
van den heer Wijnkoop over de toestanden bij
de particuliere mijnen.
SIR MACPHERSON ROBERTSON NAAR
AMSTERDAM.
Naar wij vernemen, zou Sir MacPherson
Robertson, de bekende Australische indus
trieel. die indertijd de luchtrace Londen—
Melbourne organiseerde heden, vergezeld van
zijn echtgenoote te 15.10 uur per vliegmachine
té Schiphol aankomen en voor enkele dagen
in het Amstel Hotel afstappen. Zooals bekend
heeft Sir Robertson eenige weken in Engeland
en Schotland vertoefd en het Kroningsjubi-
leum te Londen bijgewoond en bevindt hij
zich thans op doorreis naar Berlijn.
WEGENS GEWELDPLEGING VEROORDEELD
De rechtbank te Almelo heeft zes personen
tot veertien dagen gevangenisstraf veroor
deeld wegens openlijke geweldpleging tegen
N. S B.'ers.
Deze personen hebben een groep eolportee-
rende N. S. B.ers uitgescholden en met stee-
xien gegooid, waardoor enkelen huner bloe
dende wonden bekwamen,
De Koningin en de Prinses
naar Brussel.
Bezoek aan de Belgische Koninklijke Familie
en aan de Wereldtentoonstelling.
Uit Brussel: Koningin Wilhelmina en Prin
ses Juliana zullen een onofficieel bezoek
brengen aan de Belgische Koninklijke
Familie. Zij zullen dan 15den Mei per auto
vertrekken en om een uur te Brussel aan.
komen. Om 2 uur zal de Nederlandsche ge
zant namens de Koningin en de Prinses een
krans leggen op het graf van den onbeken
den soldaat. Des middags zal Prinses Juliana
een bezoek aan het Concours Hippique bren
gen. 's Avonds zal de Belgische koning een
diner aanbieden, waaraan beide koninklijke
familieën zullen aanzitten, alsmede de ge
zant. en de Nederlandsche legatie. De volgen
den dag zal een bezoek worden gebracht aan
het Nederlandsche Paviljoen op de wereld
tentoonstelling. Den 17den bezoeken de Ko
ningin en de Prinses de Belgische afdeeling
en die van de Kongo. Des middags keeren
zij naar Nederland terug.
BARMAT ZAG EEN VORDERING
AFGEWEZEN.
De rechtbank te Amsterdam heeft uit
spraak gedaan in de derde civiele procedure
van den heer Barmat contro het dagblad „De
Telegraaf". Barmat achtte de publicatie van
het vonis in de voorafgaande procedure be-
leedigend en onrechtmatig en hij eischte een
schadevergoeding van f 20.000 en f 30.000 tot
betering van het nadeel toegebracht aan zijn
eer en goeden aam
De rechtbank veroordeelde de Telegraaf in
totaal tot f 100 boete. Een schadevergoeding
werd niet opgelegd. Wel moet het blad de
kosten van het geding betalen, in totaal f 150
HET LOONGESCHIL IN DE SIGAREN-
INDUSTRIE.
Oud-minister Verschuur voor
zitter van het scheidsgerecht.
De beide door partijen, betrokken bij de ar
bitrage ter beslechting van het loongeschil in
de sigarenindustrie, benoemde arbiters heb
ben Oud-Minister Mr. Verschuur verzocht het
voorzitterschap van het scheidsgerecht te wil
len aanvaarden. Deze heeft zijir benoeming
aanvaard, waardoor het scheidsgerecht als
volgt is samengesteld: Mr. T. J. Verschuur,
oud-Minister van Economische Zaken, lid, te
vens voorzitter; Prof. Mr. P. S. Gerbrandy,
hoogleeraar aan de Vrije Universiteit, lid, Dr.
J. H. van Zanten, directeur van het Gemeen
telijk Bureau, voor de statistiek te Amster
dam, lid.
De toestand bij de Kon.
Lloyd.
Holl.
Deputatie naar de regeering.
Een deputatie van het personeel van den
Koninklijken Hollandschen Lloyd gaat mor
gen, Woensdag naar Den Haag ter bespre
king met den minister van economische
zaken van de belangen van de 1600 ge
ëmployeerden bij hervatting van den pas-
sagiersdienst. De bedoeling is den minister
den wanhopigen toestand duidelijk te maken
van de opvarenden en geëmployeerden, die
voor het grootste deel vijftien, twintig en
meer dienstjaren hebben en die bij een even-
tueele niet hervatting van den passagiers-
dienst bij geen andere reederij meer werk
krijgen.
GENEESHEER VAN DE KONINKLIJKE
FAMILIE OVERLEDEN.
Te Apeldoorn is op 71-jarigen leeftijd over
leden dr. L. Pot, van 1898 tot 1932 geneesheer
van de Koninklijke familie en de hofhouding.
En Scheveningen.
Nu de zon ons in den Haag (en U in Haar
lem. maar dat gaat óns niet aan) 's och
tends verwelkomt en wij in pyjama gaan
kijken of de zes pakjes zaad langs de schut
ting al uitkomen (zij komen niet uit en zul
len niet uitkomen)nu wij de centrale ver
warming buiten werking hebben gesteld en
's avonds met een electrisch straalkachel
tje manoeuvreeren; nu den geheelen dag-
het getingel der ijsco's niet uit mijn straatje
is, de Bijenkorf zijn daktuin geopend heeft,
het restaurant Haeck naar zijn dépendance
aan zee verhuist en Royal z'n wereldberoem
de hors d'oeuvres in Warmond serveert; nu
Cor van der Lugt Melsert de laatste van zijn
dertig premières houdt en een acteur wiens
naam wij nooit gehoord hebben in alle bla
den mededeeling doet van het feit dat hij
het volgend jaar niet meer aan het Rotter-
damsch Hofstadtooneel verbonden zal zijn;
nu de bioscopen oude melkgevende koetjes
van stal halen, de serre van Central open
staat op de lente, de Italiaansche ijssalon op
de Heeren,gracht z'n biscuit-hoorntjes met
de heerlijkste ijsjes bij duizenden per dag
verkoopt en de eenden in de vijvers van het
Bosch met klein grut achter hun wiebelen
de staartjes rondzwemmen nu komt
Scheveningen weer aan de beurt.
Gaan we weer een borrel drinken in het
Casino.
Een kopje-koffie-met-zonnewarmte halen
bij Houtmeyer en onder de Rotonde.
Een Piertje-öm doen.
Wie Scheveningen kent, ziet er duizend-
en-één-aspecten. Wie Scheveningen en zijn
plaats in ons Haagsche leven, beschrijven wil
in een luchtig' en vluchtig krabbeltje heeft
er een héél schetsboek voor noodig,
Over den Haag-aan Zee ben ik niet spoe
dig uitgepraat.
Want het is zoo veelvoudig, zoo vol van
allemaal andere en allemaal verschillende
impressies. Het is mondain, maar óók een
visschersplaats, maar óók demi-mondain,
maar óók dag.iesmenscherig.
Het is zéér Haagsch, maar óók zeer inter
nationaal, maar óók zeer-speciaal Scheve-
ningsch.
Men zwemt er, men eet er, men danst er.
Ik vind 't prettig, omdat ik er in een
strandstoel kan zitten lezen met veel bloote
spillebeenen, bananen, limonade en opge
stroopte broekspijpen om mij heen.
Zij vindt het zalig om in het zonnebad te
liggen stoven tusschen de liefste badpakken
die Goldfish en Jantzen en Tweka dit jaar
hebben gecomponeerd,
Hij vindt 't prettig omdat er veel aardige
meisjes zijn,
Zij vindt het zalig omdat lederen middag
op de Pier op 't derde bankje van den ingang
af. een knaap zit die maar-dan-ook-sprékend
op Willy Fritsch lijkt.
Wij vinden het heerlijk omdat er in de
Kurzaal goede concerten voor weinig geld
te beluisteren zijn
Gij danst graag in 't Palais-de-Danse dat
duur en chique is nu ja, een tikkeltje kwa-
si, maar dat heeft óók zijn bekoring; gij
drinkt graag thee-met-jazz in de foyer van
de Kurzaal; gij houdt van een aperitief in
Palermo of Chez Maxim.
Zij rijsttafelen' heerlijk bij Waroong Dja-
wa, gaan graag naar Louis Davids' Caba
ret
En wij allemaal liggen lekker-verzaligd-lui
op de stoelen-als-bedden van het Solarium;
gaan 's avonds een luchtje in den zoelen zo
mer scheppen op 't terras van het Grand-
Hötel en hangen met onze parelgrijze pan
talon den gentleman-die-in-ons-allen-woont.
en die achter de schrijftafel op kantoor niet
zoozeer tot zijn recht komt, uit, in de weel
derigheid van de badplaats
En zoo kan het héél goed gebeuren, dat
U uit Haarlem, wanneer ge in het Casino
gezeten zijt en U te goed doet aan koele
dranken en heete jazz, de kouwe-drukte van
een meneer in onberispelijke kleedij aanziet
voor de allure van een gezantschaps-secre-
tarls of een rechter in het Permanente Hof
van Internationale Justitie, terwijl deze zelfde
aristocraat morgen aan Uw deur komt, om
U te vragen of ge reeds een stofzuiger hebt
en zoo meer of hij U dan de Super-Electro-
suc eens mag demonstreeren.
Niet dat ik iets tegen stofzuigerheeren heb,
maar U hebt misschien iets tegen ontgoo
chelingen
Waarmee ik alleen maar zeggen wil dat
het niet alles upper-tenthousand is, wat er
blinkt op Scheveningen en dat die bad
plaats juist op vele punten en plaatsen zoo
interessant is om de kleur en de sfeer, die
wij Hagenaar-s eraan geven.
En dat is nog maar één van zijn kleuren,
Er is een heele regenboog.
Daar is bijvoorbeeld de Pier en hoe de
Zondagsche kleur van dit statische voer
tuig des rustigen vermaaks gewijzigd is, zon
der dat iemand begrijpt wanneer precies en
waarom eigenlijk.
Want drie jaar geleden was de Pier op
Zondagochtend een min of meer mondaine
en plechtige plicht, Alle wat je noemt nette
Hagenaars groetten daar alle wat je noemt
nette Hagenaars. Men moest daar min of
meer gewéést zijn om te kunnen meepraten.
Men ging daarheen met een Fransch of En-
gelsch boek, dat men zeker wist niet te zul
len lezen, met z'n nieuwe complet en z'n
nieuwe hoedje; men ging er zitten en stond
weer op en drentelde rond,
Men groette elkaar, knoopte een praatje
aan, knoopte het praatje weer los en zag
veel snoezige meisjes en knapen met den
maatschappelijken maarschalksstaf in pa
z'n ransel.
Nu is dat uit en afgeloopen.
't Zondagsch Pierpubliek is veranderd.
Jan Eige-Wagentje en Kees Karnemelk
hebben zich meester gemaakt van dit terrein.
Voor vijftien cent is dat niet duur gekocht
en waarom zouden Jan en Kees niet net zoo
goed recht hebben op een wandelingetje bo
ven de zee als Bob en Dolly?
Maar 't Scheveningsche Pier-aspect is
heelemaal veranderd.
En ik zeide U reeds voor ons, Hagenaars,
heeft Scheveningen tallooze en steeds mèt-
de-seizoenen veranderende aspecten.
Een dik schetsboek vol.
Ik zal daar voor U nog 'ns een paar blaad
jes uitscheuren.
Mr. E ELI AS.
De regeering denkt aan de
Visscherij.
Ook bij het sluiten van handelsverdragen.
Op schriftelijke vragen van het Tweede-
Kamerlid den heer Vos, betreffende behar
tiging van de belangen der visscherij bij de
voorbereiding van handelsverdragen heeft mi
nister Steenberghe, mede namens den minis
ter van Buitenlandsche Zaken, geantwoord,
dat niet kan worden beaamd dat bij de in den
laatsten tijd gesloten handelsverdragen met
de belangen van de visscherij niet voldoende
rekening zou zijn gehouden. Niettegenstaan
de de moeilijkheden, welke bij de gevoerde
onderhandelingen werden ondervonden, bleek
het immers mogelijk, naast garanties inzake
invoer-mogelijkheden ook eenige uitvoer-ver-
ruiming voor de Nederlandsche visscherij te
bereiken.
Uiteraard wordt zoowel bij de voorbereiding
als bij het voeren van onderhandelingen nauw
contact gehouden met de afdeeling Vissche-
rijen van het departement van Economische
Zaken, terwijl zoo noodig een ambtenaar van
die afdeeling bij de besprekingen aanwezig is.
Tevens worden eventueel belanghebbende
kringen geraadpleegd
UIT DE STAATSCOURANT
TOT COMMISSARIS BENOEMD.
Bij Kon. Besluit is benoemd tot commissaris
van politie te Schiedam de heer H. P. Clasie,
inspecteur van politie eerste klasse te Am
sterdam.
Een der Oranje portretten
door Jan Verkolje.
(Frans Halsmuseum)
Ter afwisseling geven wij vandaag eens een
werk van een kunstenaar uit de nadagen van
onze roemruchte zeventiende eeuw. Het is ver
moedelijk geen naam die U iets zegt, als Rem
brandt, Steen of Verspronck en ik geloof dat
de vierkante zaal in ons museum met de goud-
leeren behangsels en de meubels en de vitri
nes ten onrechte door de meeste bezoekers
maar zeer en passant bekeken wordt. Ten on
rechte, want er is aan zoo'n sinjeur Verkolje
toch altijd nog veel op te merken waardoor de
samenhang van bloeitijd, nadagen, verval en
herleving duidelijker wordt.
Verkolje .is vier en veertig jaar later dan
Rembrandt geboren! In een levende kunstpe
riode is dat heel wat, al is een halve eeuw,
breed historisch gezien, slechts weinig. Maar
als wij ons even voorstellen dat zulk tijdsver
schil ongeveer overeenkomt met dat, tusschen,
neem bij voorbeeld Jongkind en Jan Sluyters.
dan gevoelen wij die afstandsmogelijkheden
beter. Of men denke maar eens aan den af
stand tusschen Jozef Israëls en zijn zoon
Verkolje sterft in 1693, reikt dus bijna aan
de achttiende eeuw, periode van rustig inge
dommeld zijn op de behaalde lauweren, met
hier en daar slechts een figuur, die weer wak
ker wordt en zich den roem zijner vaderen
herinnert. Maar totdie figuren behoort Ver
kolje nog niet. Hij is wel degelijk een der ver
dienstelijke hekkesluiters van den glanstijd en
heeft van zijn voorgangers, wanneer dan al
niet hun geniaal entrain, dan toch een deel
van hun technisch-kunnen en vakkennis ge
ërfd. Hij schijnt in zijn tijd een zeer gezocht
portrettist geweest te zijn en dat is volkomen
begrijpelijk. Aan het hier gereproduceerde por
tret van de gemalin j van den Koning Stad
houder kunnen wij aflezen hoe hij blijkbaar
n vaste, scherpe teekenhand had (let eens
op oogen en handen) hoe hij een hermelijnen
koninginnekleed voortreffelijk wist te dra-
peeren en kantkraag, sieraden en kroonjuwee-
len tot hun volle recht kon laten komen. Hij is
in de mise en page (de plaatsing der figuur en
der belangrijkste onderdeelen daarvan in het
vierkant van zijn doek) hier wel zeer verwant
aan den iets vroegeren Casper Netscher, even
eens een gezocht portrettist wiens roem taan
de. Maar het feit dat Verkolje voor de Oranje's
mocht werken, bewijst wel dat hij in zijn tijd
een geweldig heer was. En hun schuld was het
niet, dat, zooals ten tijde van Maurits en Fre-
derik Hendrik er ook voor hen geen artisten
van het gehalte van Mierevelt en Van Rave-
steyn klaar stonden. Verkolje is traditioneel,
dus eerbiedwaardig maar zonder jeugdkracht,
Maar van veel wat nog later komt is zelfs de]
traditie verwaterd en Verkolje behoudt al
thans het recht op onze waardeering door zijn
kundigheden, die uitgebreid waren. Want be
halve als schilder heeft hij ook als graveur
uitgemunt. Wij kijken er het kopje van Maria
nog eens op aan en dan begrijpen wij dat in
hem een iminent graveur stak. Hij had zich
op de mezzotint-gravure toegelegd (de z.g.
zwarte kunst platen die in Engeland in de
achttiende eeuw een hoogtepunt van bloei
zouden bereiken) en het zal hem goed zijn af
gegaan zijn beeltenissen over te brengen in
de schakeeringen van simpel zwart en wit
maar dan met de ontelbare variaties die er
tusschen het roomig wit van het hoogste licht
en de fluweelige diepste zwarten te vinden
zijn. Voor de prentenliefhebbers zijn die bla
den ware geneugten, wonderbaarlijk zijn vaak
die uiterste verfijningen van toon die de be
kwame graveurs wisten te verkrijgen en juist
figuren als Verkolje, wier kracht meer in hoofd
en hand, dan in een impulsief en daimonisch
innerlijk wezen zetelt, zijn de geboren gra
veurs door hun aard. Ook van de portretten
van Willem III en zijn Gemalin maakte Ver
kolje mezzotinten.
Houbraken vertelt (en Immerzeel vertelt het
na, en Von Wiirzbach en anderen schrijven
het over) dat onze Verkolje door een toeval in
de kunstbeoefening kwam. Zijn vader was
smid en slotenmaker in Amsterdam en in de
zaak van zijn vader zou Johannes opgenomen
worden. Maar op zijn twaalfde jaar kreeg hij
iets aan zijn been en moest daarna drie jaar
te bed liggen. Uit verveling ging hij plaatjes
nateekenen, eerst kinderachtige dingetjes
toen serieuser voorstellingen en hij kreeg daar
zulk een plezier in, dat zijn vader hem, toen
hij beter was, bij Jan Lievens in de leer deed
om het schilderen machtig te worden. Lievens
liet hem schilderijen van een zekeren Gerard
Pietersz van Zijl copieeren en Verkolje deed
dat spoedig zoo handig dat hij een aantal on
afgemaakte, nagelaten werken van dien Van
Zijl mocht voltooien. De technicus kwam dus
al spoedig in Verkolje voor den dag. Hij kon
daardoor dan ook een Immerzeel tot bewon
dering brengen, zoo dat hij door dezen met
Terborgh vergeleken wordt, naar aanleiding
van een fraai kabinetstuk dat Immerzeel bij
den heer Van Loon in Amsterdam had zien
zien hangen. Dat lijkt
zoo van uit de verte
een compliment waar
bij misschien van
eenige overdrijving
sprake kan geweest
zijn, maar aan den
anderen kant is die
vergelijking toch weer
niet zoo heel gek, als
wij ons herinneren
dat Verkolje sterk op
Netscher geïnspireerd,
en dat Netscher een
leerling van Terborgh
geweest was. Zoo is
dan ook dit historisch
verbandje weer ge
legd en toegeknoopt.
Als het U nu nog
verder interesseert wie
Verkolje's leerlingen
waren, kan ik nog uit
Immerzeel citeeren,
dat behalve zijn zoon,
ook de heeren Van dei-
Spriet, Van der Borgh
en Van der Wilt zijn
atelier bezochten.
Welke sehoone namen
alleen maar dienst
kunnen doen om te
bewijzen dat er toen,
als nu geschilderd
werd door gansche
volksstammen, die
thans vergeten zijn
of vergeten zullen
worden.
J. H. DE BOIS.
Een halve eeuw geleden.
Uit Haarlem's Dagblad van 1885.
8 Mei
Te Antwerpen heeft Prins Roland
Bonaparte, vernemend, dat er twee Ne
derlandsche schepen, de „Marnix"' en
de „Castor", in de haven lagen, verzocht,
hun een bezoek te mogen brengen, het
welk gaarne werd toegestaan. Aan
boord gekomen, verklaarde de prins, dat
het hem genoegen deed .weder onder de
Nederlandsche vlag te zijn en onder die
vlag een deel van den Nederlandsehen
bodem te betreden. De prins vroeg naar
alle bijzonderheden van het schip, de
uitrusting, het .voedsel der bemanning,
enz. en werd met de sloep weder aan wal
gebracht.
Op de tentoonstelling overtuigde de
prins zich, dat de Nederlandsche com
missie, een dergenen, die het best ge
reed zijn, hem niet vergeten had: zijn
boek over „Les habitants de Suriname",
naar aanleiding der Amsterdamsche
tentoonstelling geschreven, ligt er goed
in het gezicht, op een behoorlijke plaats.
Door onze lens gesnapt.
E. van der Wall.
De heer E. van der Wall, ontvanger der di
recte belastingen, invoerrechten en accijnzen,
alhier, werd 17 Februari 1884 te Beerta gebo
ren. Hij bezocht de H. B. S. te Groningen, werd
na zijn eindexamen tijdelijk klerk ter Inspec
tie der Rijksbelastingen aldaar en op 1 Fe
bruari 1902 klerk ter Inspectie te Maastricht.
In 1905 ging hij naar Winschoten als le klerk
ter Inspectie. In 1909 deed hij examen als
adj.-commies. Tusschen de jaren 1912 en 1917
kreeg hij aan het Inklaringskantoor te Nieuwe
Schans privé-opleiding voor het ontvangers
examen.
Hierna werd hij belast met de waarnemingen
van de kantoren te De Lemmer en daarna te
Alkemade, waarna hij als chef van het Ont
vangerskantoor te Leiden werd aangesteld.
Te Leiden maakte hij drie jaren deel uit van
den gemeenteraad, waar hij een financieele
specialiteit was. Van Leiden ging hij in 1924
xraar Pekela als Rijksontvanger. Op 1 Mei 1928
werd hij benoemd tot Rijksontvanger aan het
kantoor der Dir. Belastingen te Haarlem.
Behalve zijn betrekking bij de belastingen
heeft hij nog verschillende andere functies,
zoo is hij lid van den Armenraad, en commis
saris der Haarl. Jongemannenvereeniging.
Ook de lichamelijke opvoeding heeft zijn
aandacht. Gedurende langen tijd is hij te Gro
ningen voorturner van een gymnastiekver-
eeniging geweest.
Sedert 8 November 1934 is de heer van der
Wall lid van den Haarlemschen Gemeente
raad.
Zij nog vermeld dat de heer van der Wall te
Leiden ook ouderling der Herv. Kerk was en-
ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Te
Leiden en Den Haag heeft hij zich veel bezig
gehouden met opleiding voor verschillende
vak-examens.
Duitschers ontvluchtten uit
concentratiekamp.
Vier over onze grens gekomen.
Uit het nabij Vlagtwedde over de Duit-
sche grens gelegen concentratiekamp heb
ben zeven personen weten te ontvluchten.
Vier van hen hebben de grens gepasseerd,
maar zijn door de marechaussee aangehouden
en naar Ter Apel overgebracht, waar zij
voorloopig in bewaring zijn gesteld. De drie
anderen, zijn op Duitsch grondgebied ge
arresteerd. Een van hen is daarbij door een
geweerschot zoo ernstig gewond, dat hij is
overleden.
VROUW AANGERAND.
Dinsdag werden de bewoners van de ge
meente Midden-Beemster opgeschrikt door
een geval van ernstige aanranding. Een krui
deniersbediende vervoegde zich ten huize van
den veehouder S. aan den Purmerenderweg
aldaar en kreeg aan de deur geen gehoor. Toen
hij verder op onderzoek uitging, trof hij tot
zijn ontsteltenis op de koegang de 34-jarige
echtgenoote van S. in bewusteloozen toestand
aan. De omstandigheden, waaronder de jonge
vrouw werd aangetroffen, gaven duidelijk spo
ren aan van geweldpleging. Naderhand bleek,
dat men te doen had met een ernstige aan
randing, waarbij de vrouw, doordat haar den
hals was dichtgeknepen, in bewusteloozen toe
stand was geraakt. De vermoedelijke dader,
een inwonende knecht van S., is voortvluchtig.