BIOSCOPEN. PALM BEACH. LITTERAIRE KANTTEEKENINCEN. Radiomuziek der week m Nieuwe Engelsche boeken. ZATERDAG 6 JULI 1935 HAAR L E M'S DAGBLAD LUXOR THEATER. De schaduwen van dc Misdaad. (The Thin Man). Wat een vaart, welk een tempo, welk een geest zit in deze film! Welk een spanning, wat een amusement tevens schonk van Dyke (de regiseur van Eskimo, Trader Horn, Kampioen der Vrouwen, Cuban Love Song o.a.) ons hier mee! En met welk 'n vaardige hand leidde hij de verfilming van dit sensationeele gegeven, daarmee tooncnd totwelk een hoogte een sce nario als dit kan worden opgevoerd! Het is een detective-story, en eenige perso nen vallen als slachtoffer van een schurk, tot dat een detective Nick den schuldige ontmas kert. Hoofdpersonen zijn William Powell als Nick en Myrna Loy als zijn vrouw, en beiden geven een wonderlijk sluitende en op elkaar afgestemde vertolking van hun rollen. Van Dyke heeft hen beiden geregisseerd in Zonen van één vader (Manhattan Melodrama), doch in The Thin Man (welke naam beter .past bij deze.l'ilm dan de Nederlanclsche) voerde hij hen tot een vrijwel perfect team op. Prachtig onverstoorbaar beweegt Powell zich door de gevaarlijkste situaties, daarbij geholpen door een heerlijke dialoog, die uitmuntend aan gevoeld wordt door Myrna Loy, en die de film, welke door voor treffelijke montage van zeer groote span ning is, bijzonder amusant maakt. Welk een vondst is boven dien de ontknooping door Nick, die alle verdachten tezamen brengt aan een diner, waai- de kellners ver momde detectives zijn, William Powell. en die dan de ware toedracht der zaak vertelt, vóórdat iemand nog weet. Wie het gedaan heeft! Sensatie, enerveerende spanning, èn amusement, een combinatie, die in dezen opge- dischten vorm nieuw is. Niettemin zijn eenige zwakheden aan te wij zen, aan een film als deze mag men zwaar dere eischen stellen dan aan de middelmatige en zoo is bijv. niet aannemelijk gemaakt op welke gronden Nick den dader heeft gevonden. Ook krijgt men in het begin een wat te groo- ten overvloed van personen onder oogen, die het onderscheiden wat lastig maakt. De cocktail speelt een groote rol in in deze film. Maar deze dingen kunnen onmoge lijk dc-n grooten indruk wegnemen, die de film op den toeschouwer maakt. Van de bijrollen noemen wij die van de lief tallige Maureen O' Sullivan, van den robuus- ten politieman Nat Pendleton en van den uit vinder Wynant met zijn scherpen, sprekenden kop. Zijn lange figuur is door de cameraman in enkele passages uitgebuit voor goed scha- duw-werk. Hst is een film uit de jubileum productie van Metro Goldwyn Mayer, die deze productie ten volle waard is. Het voorprogramma bevat de binnen- en buitenlandsche journalen, een teekenfilmpje van Ub Iwerks over Willy Whopper, en een ge kleurde musical die de onvolmaaktheden van het huidige kleurenprocédé toont. A. J. C. VL sportieve kerel wordt eenzamer, ernstiger, laat zich uit liefde voor en op aandringen van zijn vrouw, zelfs met zwendel in en eindigt met een moord Laura, die door de handelwijze van haar gewezen vriend Niekey voor haar leven ge knakt is, komt later weer onder diens invloed, en haalt haar man op bevel van Nicky tot genoemden zwendel over. Het slot brengt een bezoek van Laura aan Poiakai in ae gevangenis en alles wijst er op, dat Poiakai toch nog de liefde van Laura wint. Het Eclair Wereldnieuws en Polygoon Hol land-Nieuws vormt met een heel interessante natuuropname van Britsch Guyana en een aardige Beppy Boop-film „Stop that Noise" het bijprogramma. FRANS HALS THEATER. Wallace Beery in Zijn Laatste Kans. Wallace Beery. Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van' Metro-Goldwyn-Mayer in Nederland brengt het Frans Hals Theater deze week Wallace Beery in „Zijn laatste Kans". Met deze film wordt dit jubileum waardig gevierd. Voor de vertolking van de rol van kellner- worstelaar van Beery past maar één woord en dat is „schitterend". Hij geeft zoo'n le- vensware uitbeelding van net. karakter van den goedigen eerlijken oer-sterken kinder lijken kerel, dat de gedachte aan tooneelspel geheel en al verdwijnt. Karen Morley als zijn aangebeden vrouw Laura Nash, geeft hem prachtig tegenspel. Zij doet zoo nu en dan sterk denken aan Greta Garbo. De tragedie, van haar en zijn leven heeft ons Innig medelijden en voelen we geheel aan. Men behoeft geen groot men- schenkenner te zijn om te begrijpen, dat twee zulke ongelijksoortige elementen als de kracht mensch Poiakai Wallace Beery1* en de fijne teere Laura Nash (Karen Morley». nooit een gelukkig paar kunnen worden. Dat Poiakai Laura aanbidt, dat is zonder beding te aan vaarden, maar nooit en te nimmer, zal een aantrekkelijk meisje als Laura een man als Poiakai tot echtgenoot kunnen aannemen, zoolang zij nog andere illusies heeft. En dat is juist de groote tragedie in hun leven. Laura, die door den man, dien ze liefheeft, schande lijk wordt verlaten, trouwt uit dépït Poia kai. Het maakt Poiakai zielsgelukkig, maar het brengt Laura aan den rand van een ze nuwcrisis. Door <ie prachtige onbaatzuchtige liefde van Poiakai voelt ze zich dubbel schul- ci'g tegenover hem, het gaat op den duur bo- vt :i haar kracht om het spel van leugen en b' i-og nog langer tegen hem te spelen. Zij y ft hem namelijk verteld, dat zij treurde t haar broer, die wegens schuld in de ge- v genis zat. terwijl het in werkelijkheid haar 3 nnaar was. Poiakai koopt hem vrij en geeft htm bovendien nog geld om naar Amerika uit te wijken. Ook weet Poiakai niet. dat het kind d t hij het zijne denkt, niet van hèm maar 1 den vriend is. Zoo we het onontkoombaar noodlot zich ar.i deze - ekken. Poiakai, de wat domme, maar - blijmoedige vroolijke CINEMA PALACE. Shirley Temple in Baby take a bow. Men kan niet an ders zeggen, dan dat de kleine Shirley een schat van een kind is. Maar zooais bij alle wonderkin deren brengt de aanschouwing van zoo'n actrice in mi niatuur toch een ietwat tweeslachtig gevoel te weeg. De bewondering is niet zuiver, maar wordt vertroebeld door een weeë aandoening, die het midden houdt tusschen me delijden en ergernis. Shirley Temple. De onvermengde vreugde, welke de aanblik van een kleuter in zijn natuurlijken staat wekt, is toch altijd van solider gehalte. Shirley moge nóg zoo „natuurlijk" spelen, juist deze volmaaktheid doet denken aan dressuur, en dressuur verdraagt men nog beter van honden en apen dan van kinderen. Gezwegen van de dans-scène met haar vader op het verjaarsfeest, waar de hummel als een volslagen cabaret-artiste optreedt, met al de allures van een geroutineerde tap-danseres een wel zeer onkinderlijk liedje ten beste ge vend, is Shirley's spel van een verbluffende argeloosheid, maar het is juist deze volmaakte afwezigheid van onhandig dilettantisme, welke het verschijnsel bedenkelijk maakt. Shirley heeft in deze vertooning een lange en moei lijke rol, met veel tekst en veel vrij ingewik kelde situaties, maar zij kent haar rol in de perfectie en er is geen gebaartje, dat niet ge heel „af" is. Of zij stoeit dan wel ondeugend is, vleit of dwingt of spelletjes verzint, zij doet alles met een welverzekerde rust en zij reageert met dezelfde ontstellende nauwkeu righeid op den misdadiger, die haar het ge stolen collier als verjaardagsgeschenk heeft gegeven en wiens koorden zij, als hij geboeid neerligt, met het broodmes doorsnijdt en op den onsympathieken rechercheur, die haal baar speelgoed uit de handen wringt, als-op haar mummy" en daddy". Zelfs de sensa tioneele slotscènes, welke het publiek den adem benemen, maken deze miniatuur-actrice niet. van streek. En ondanks deze geraffineerde techniek speelt zij haar rol argeloos kinderlijk. Maar dat zij die kinderlijkheid „speelt", is het be denkelijke. Want het is alles dressuur, aan deze gedachte kan men zich tijdens de ver- tooniug niet onttrekken. En. dat deze dres suur zoo buitengewoon voortreffelijk is. dat ze de suggestie van het kinderlijke behcuden doet blijven, brengt dat wonderlijke mengsel in dit filmfiguurtje te weeg, dat eendeels prikkelt door eigenwijsheid, doch tevens be koort door haar natuurlijke schattigheid. De ouders onder het publiek mogen soms lust gevoelen, dit aanvallige schimmetje ver- teederd in hun armen te sluiten, maar als zij er zich in verplaatsen, wat voor schepsel zoo'n Shirley op twaalfjarigen of op zestienjarigen leeftijd onvermijdelijk wel moet zijn, dan zul len ze den hemel toch danken, dat hun Miesje of Peutje niet tot filmster bestemd is gewor den! In het bijprogramma een paar interessante cultuurfilms, onderscheidenlijk Catalonië en Kruipende dieren betreffend, een parodiale teekenfilm op het motief: Holland, zooals de Amerikaan zich dat voorstelt en onder het filmnieuws o.a. een zeer actueele opname van de Leidsche lustrumfeesten. Op het tooneel een gezelschap acrobaten, dat adembeklemmende toeren verricht. H. G. CANNEGIETER. N. V. G. A. v. d. STEUR'S 5 KLEDERMAKERIJ KRUISSTRAAT? TEL 10730 1 (Adv. Ingez. Med.) REMBRANDT THEATER Friihlingsstimmcn Strauss heeft een wals geschreven, die FriAhlingsstimmen heet en die melodie is ver werkt tot een film. Regisseur Paul Fejos heeft geen moeite gedaan om er meer van te ma ken dan een muzikale film en daarin is hij dan ook wel geslaagd. Want van het begin tot het eind is de mu ziek hoofdzaak. Wordt in dergelijke films een gramofoonwinkel of een radiostudio als too neel der handeling gekozen, ditmaal is het een conservatorium, dat ongezocht gelegen heid geeft den nadruk te leggen op de muziek. Het begin is veelbelovend: een ballon van een jongetje op straat raakt los en zweeft door het conservatorium, langs de verschil lende zalen. Maar als het verhaaltje in het spel komt, wordt het minder. De concierge van het conservatorium heeft twee dochters, Han- nerl en Olly genaamd, en de dirigent Franz is verliefd op de eerste. De zoon van een restau ranthouder bemint Olly, maar helaas, als Franz zijn liefde reeds verklaard heeft aan Hannerl en hij wil haar hand vragen aan haar vader, dan begrijpt deze hem verkeerd en hij kondigt de verloving aan van Franz met Olly, alles zingende. (Had hij ook maar niet zoo dom moeten zijn om het melodieus te willen doenEr is geen sterveling, die dit misver stand opheldert, integendeel, men accepteert de gelukwsnschenZelfs komt het tot een verlovingsfeest, waarbij echter Franz afwezig is en waarop Ollyzich verlooft met den restaurateurszoon! Franz en Hannerl krijgen I elkaar tenslotte ook nog. Een wonderlijke geschiedenis, die bovendien met weinig overtuiging gespeeld en geregis seerd wordt, Paul Fejos moest toch tot meer in staat zijn, maar vermoedelijk was hem dit onwaarschijnlijk ge geven wel wat te bar. Lusteloos leidde hij deze verfilming en hij liet telkens gelegenheden om iets meer te geven voorbij gaan. al zal daar het scenario, dat nergens bepaal de situaties uitbuit te, ook schuld aan hebben. Dat hij sfeer weet te geven bewezen enkele scènes, waarvan we o.a. het wachten bii den impressario willen noemen. Ade- le Kern zingt uitste kend, maar is weel een waarschuwing te meer om een zingend persoon niet van dichtbij op te nemen. Oskar Karlweis is Franz .en Hans Thimig de café- hcuderszocn. Szökc Szakall tracht nog van de film te maken wat hij kan als concierge. Maar. als gezegd, de muziek is hoofdzaak en die wordt uitmuntend ten gehoore gebracht. Het voorprogramma geeft de binnen- en buitenlandsche journaals en een Merry Me lody van Schlesingér, die de wonderlijke avonturen toont yan zeemeerminnen in én bij een gezonken wrak, een wel grappig- kleu- rerifilmpje. Van heel goed gehaltë fs een 'film biedende gedeelten uit de opera Carmen, ge speeld door het Berlijnsch Philharmonisch orkest met solisten. We kunnen de prachtige geluidsopncmingen onvoorwaardelijk bewon deren, en zoo wordt deze film een genot voor het oor. Op het tooneel worden de zonderlingste toe ren gedaan door twee personen, die stoelen en menschen doen verdwijnen, die bedden en kastjes plotseling laten verschijnen, die aller lei voorwerpen door de lucht doen zweven, in een mysterieus halfduistereen voortref felijk nummer, dit Geheimzinnige Cabinet van Hadji Sambalo. Keye Luke, een Chineesche artist, die zijn filmdebuut maakte, in ..De Bonte Sluier", zal in de nieuwe Metro film Mad Love weder om een doktersrol vervullen. De regie van de ze film is in handen van Karl Freund en de film wordt vervaardigd -naar een novelle van Maurice Renard, „The hands of Orlac". De heldin van het verhaal is Frances Drake; verder zijn in de cast Isabel Jewell, Edward Brophy, Ted Healy. De hoofdrol wordt ge speeld door Peter Lorre. De 11-jarige filmster Freddie Bartholomew die bekendheid heeft verworven ais David Copperfield in de gelijknamige film, zal de hoofdrol vervullen in de film „Olivier Twist", met de vervaardiging waarvan men thans is begonnen. (Tel) Szöke Szakall Een nieuw kunsttijdschrift: Kroniek van hedendaagsche Kunst en Kuituur. De Bussumsche Uitgeverij Van Dishoeck durft het aan een nieuw kunsttijdschrift de wereld in te zenden, dat tienmaal per jaar verschijnen zal en onder redactie staat van de heeren L. P. J. Braat, Ed de Nève, Johan Polet, Jan Wiegers en Matthieu Wiegman. Kwarto formaat, keurig verzorgd, op goed papier en met goede illustraties gedrukt, maakt de eerste aflevering een zeer gunstigen indruk. Uit de groepeering van redactie en medewer kers kan men opmaken dat hier een poging gedaan wordt een orgaan te stichten, waarin de moderne kunstenaars, dié tevens een nieuwe kuituur uit de Russische omwenteling- verwachten, en de anderen, die minder be wust daarmee instemmen, doch voor de reac tie vreezen, elkaar vinden kunnen. Men heeft, schrijft P. (Polet?) in de inleiding „juist nu de hooge plicht te blijven getuigen (van de toekomst waar ongetwijfeld voor velen onzer al een nieuw morgenrood nauw zichtbaar wordt) opdat aan de edelste vruchten van menschelijk streven, geplant in de aarde van een nieuwe ideologie, van een waarlijk men- schelijke en rechtvaardige gemeenschap, recht geschiede tot heil van allen". Meer nog dan de inleiding geeft de verdere inhoud dezer aflevering te kennen langs welke lijn het tijdschrift zijn weg denkt te vervolgen en het kan ook hem die niet in die nieuwe ideologie heil ziet, toch mild stemmen voor een manifestatie waaraan dan ten minste een idéé ten grondslag ligt. De meeste kunsttijd schriften zijn vervelend geworden door hun karakterloos allegaar. Maar of nu alleen daardoor de nieuwe kroniek belangrijk kan worden, is een andere quaestie. Dat heeft men af te wachten tot we een half j aar verder zijn. Frans Coenen vraagt dan in een artikeltje of er nog Nederlanders zijn en beantwoordt die vraag op zijn wijze. Dan volgt een Duitsch artikel waarin E. L. Kirchner, de bekende ex pressionist, zijn leven en kunst verklaart. Een dergelijk artikel had jaren geleden al in West- heim's Kunstblatt kunnen staan. De Hollan der Matthieu Wiegman schrijft over de kunst van Vandaag, maar.... ik zie liever een schilderij van dezen artist, dan dat ik zijn eenigszins verward gesputter moet bestudee- ren. Jef Last draagt een in het Fransch ge schreven stuk „Invocations" aan André Gide op. Dan komt H. van Loon met een herinne ring aan de colleges van Prof. Bergson, en men leest weer iets van iemand die schrijven kan. Een Fransch artikel over Panaït Istrati een Duitsch van Curt Glaser over Abstrakte kunst, omsluiten een hartelijke Herdenking van Herman Kruyder door Leo Gestel. En dan komt een vertaling (door H. P. L. Wiessing) van een interview met André Malraux, dat ook over de kultuurquaesties in de Sovjet-Unie loopt. Men heeft van den aard van dit nieuwe tijdschrift nu waarschijnlijk voldoende idee om er veel of weinig verwachting van te koesteren. Maar zal het in ieder geval met be langstelling in het oog houden. Hendrika Kuypervan Oordt: Jonker Costijn. Amsterdam3 Uiig. Mij. Holland. Een schrijfster als. mevrouw Kuypervan Oordt zal in den kring van het daar juist aan gekondigde tijdschrift wel niet vele bewon deraars tellendat neemt niet weg dat zij in haar soort een zeer zuiver artiste is. Wij hebben hier indertijd haar mooie boek „Het goed van Cronaert" uitvoerig besproken en nog steeds staat mij dat boek voor den geest om de ongerept zuivere sfeer waarin een nog niet al te oud verleden werd herschapen. Zij bezit, in haar misschien beperkten gezichts kring, een wijze van beelding, een schriftuur die eigen en van zelf gegroeid is, die niemand ooit aanleeren kan, die even vreemd is aan aanstellerig woorageknutsel als aan gemakke lijke naschrijverij. Wie zich daar een beetje in getraind heeft, voelt dat dadelijk en het doet er niets toe uit welken levenskring een schrijver komt voelt, dat, zooals het daar staat, het goed is, eigen en eerlijk. Tot in haar zinsbouw suggereert deze schrijf ster een voorbijen tijd, zoo sterk dat ge dien tijd meent te ruiken, en ze doet dat met een kennelijke genegenheid waarin een deel van de jeugd van vandaag haar niet immer zal volgen, omdat die jeugdgelukkig voor haar nog geen herinneringen heeft. En ondanks dat zal ook de voor suggestie gevoelige jeugd geboeid worden door het scheppen van die sfeer, waarin, bij voorbeeld, de lucht van een openstaande linnenkast in een meestal afge sloten tuinkamer direct beeldend werkt. Na Cronaert heeft zij nog eenige dingen ge publiceerd die ik niet gelezen heb. Nu las ik van haar Jonker Costijn, een verhaal dat met twee andere een bundeltje vormt waaraan het EEN VOORBESPREKING DOOR KAREL DE JONC Vijf keer het Es dur Concert van Liszt, vier keer Schubert's Onvoltooide Symphonic zie hier wat een vluchtige blik op de program ma's der komende week alvast doet zien. De geliefdheid van deze werken, hetzij bij de uit voerenden, of bij de hoorders, blijkt er wel duidelijk uit. Wat Schubert's werk betreft kan ik me die best begrijpen; Liszt's concert daar entegen heeft me nooit duurzaam kunnen in teresseeren; daartoe bevat het teveel klater goud. Aan de eischen voor een goed solocon cert voldoet het echter in hooge mate: het geeft den solist gelegenheid tot schittering, het soloinstrument komt overal tot zijn recht, de thema's liggen gemakkelijk in 't oor. bo vendien is de orkestpartij zeer effectvol en kleurrijk geïnstrumenteerd De samentrek- x.ng van het in de meeste andere gevallen uit meer afzonderlijke hoofödeelen bestaande soloconcert tot één dooiioopend geheel is een uitvinding van Liszt. Het is echter niet moei lijk om in dit geheel eenige onderdeelen te onderscheiden, die men Introductie. Andante, Scherzo en Finale zou kunnen noemen. De hoorder beproeve deze deelen te onderschei den prente z-ich de thema's van elk goed in 't geheugen en lette er dan op dat de „Finale" hoegenaamd geen nieuw thematisch mate riaal brengt, maar dat daarin de thema's der voorafgegane deelen verwerkt zijn. In zijn tweede klavierconcert, dat in A gr. t. heeft Liszt een soortgelijk procédé toegepast, hoe wel de bijzonderheden weer anders zijn. Ook. zijn groote Sonate in b. kl. t. kan men als! zulk een samentrekking beschouwen; de the matische geslotenheid is daar zelfs nog ster- ker. In elk geval zijn al deze werken wat de vormgeving betreft belangrijk. Voorts worden we Zondagmiddag dom- Hil versum eens verrast met het Impromptu in As van Schubert en twee Walsen van Cho pin. Een ware trouvaille, zou men zeggen, als ze niet zoo heel, heel erg afgespeeld waren. Hier moet toch wel niet de voorkeur der luis teraars den doorslag gegeven hebben, net zoo min als bij het Chopinprogramma van Brus sel Fr. op Zondagavond, dat ook alleen uit door en door afgespeelde werken bestaat. Een beter figuur maakt dien dag het programma van Brussel VI.: een pianosonate van Rust, waarschijnlijk van Friedrich Wilhelm R. (1739 96), die wel veel sporen van roest vertoont, althans weinig meer de belangstelling der klavierspelers geniet, maar wiens' sonates toch door sommige gezaghebbenden op het gebied der compositieleer de onmiddellijke voorloopers en wegbereiders van die van Beet hoven worden geacht; dan de Saudes do Bra- sil van Milhaud, waarin de talrijke dissonan ten me meer opzettelijk dan geestig lijken en een deel van een sonate van Rachmaninoff, die men ook zoo goed als nooit hoort, even min als zijn wel veel te lange, maar toch zoo wel 'pianistisch als muzikaal hoogst belang rijke Variaties over het c min. Preludium van Chopin. Evenzeer weinig bekend is het kla vierconcert van den in 1863 geboren Frede rick Delius, dat 's avonds uitgezonden wordt. Later op den avond volgen dan o.a. „Etincel- les" van Moszkowski. wiens talrijke pianocom posities door hun elegantie, hun goede kla vierzetting en vlotte melodiek tot de beste composities van het „salongenre" (dit in goe den zin genomen) behooren en de Bourre fantasque van Chabrier, die men vaak in or kestzetting hoort, maar die oorspronkelijk voor piano geschreven is. Het grillig-fantastische karakter van dit stuk is wel zeer evident. Voor Maandag kan ons interesseeren een door Hilversum uit te zenden Symphonie van den mij onbekenden componist Szostakowicz ze mogen daar in Oost-Europa ook wel eens een spellingvereenvoudigings-minister hebben! het feit dat zc door Stokowsky met het orkest van Philadelphia gespeeld is, doet iets goeds verwachten, Mahler's geboorte, dag wordt door Huizen en Praag herdacht. In het Dinsdagprogramma van Leipzig vind ik onder de rubriek „Vroolijke kamermuziek'" de Cavatina uit Beethoven's strijkkwartet op. 130 vermeldt die Cavatine, die Beet hoven als met zijn hartebloed geschreven heeft, en waarvan hij zelf eens gezegd heeft dat het wederom-doorleven er van hem im mer een traan kostte. „Vroolijke kamermu ziek": over welk een fijnen zin voor humor beschikken ze daar in Leipzig toch! En de „vroolijke" Cavatine gelijkgeschakeld dat is pas met recht een trouvaille! liet Trio in G, K. V. 564, dat 's namiddags uit Droitwich gaat, is het minst beteekenende van de drie kort na elkaar gecomponeerde in E, C en G. Dit laatste was oorspronkelijk als Sonate voor piano en viool bedoeld: de om werking voor drie instrumenten is door Mo zart natuurlijk met groote zaakkennis gedaan. Sir Donald Francis Tovey, die 's avonds voor London reg. met Schumann's „Carnaval" op treedt, is een eminent Engelsch pianist, naar wiens spel te luisteren zeker de moeite zal loonen. Het Trio no. 9 in Es van Beethoven (Woens dag, Huizen; is een jeugdwerk, dat eigenlijk alleen belang inboezemt, omdat de auteur daar voor het eerst de' betiteling „Scherzo" in plaats van „Menuetto" gebruikt heeft. Het Brandenburgsche Concert no. 5 van Bacil i Hilversum, Donderdag) heeft klavier, viool en fluit als concerteeren de instrumenten Zeer merkwaardig in dit werk is de groote, 64 maten omvattende solo voor klavier, een zeldzame openbaring van gevoelsdiepte en mystieke schoonheid. Later volgt een pro gramma van louter Letlandsche werken, die reeds wegens hun onbekendheid recht heb ben op belangstelling éh een vioolconcert van onzen landgenoot Theo v. d. Bijl, dat om de zelfde redenen tot luisteren noopt. Het Russische programma van Huizen (Vrij dagavond) brengt o.a. de aardige Serenade op. 48 van Tchaikowsky; de Finale daarvan is een voorbeeld van de hardnekkige herhalingen die men in 'vele Russische werken aantreft. den naam gaf. En al dadelijk, staan wij me: Jonker Costijn weer in de.sfeer-,van Cronaert: „Jonker Costijn gaat de plaats eens bekijken Niemand weet dat hij in 't land is; niemanf weet er van, alleen de notaris. „Daar staat jonker Costijn op eenmaa in 't groen van een Hollandschen voorzomer Hoe lang is 't geleden dat hij hier logeerde bi zijn grootvader? Hij heeft sindsdien de plaatj nog wel teruggezien, doch niet dikwijls mee: Als jongeman heeft hij. er een keer geiogeert bij zijn tante. De laatste jaren van haar level heeft het buiten leeg gestaan, zij had ook eei huis in de stad. Nu is alles op Costijn vererfd: Er is in deze schrijfster een superieure ge* lijkmoedigheid, die nergens kwezelachtij wordt. Zij heeft wereld en menschen lief op haa: wijze, zonder wrok of opstandigheid, zonde' behoefte aan raadsels die op te lossen of pro, blcmen die te stellen zijn. Zij leeft het leven eenvoudig-weg. zooals haar dat als Christen. j mensch is bijgebracht en zonder daarvan al. maar te getuigen in haar werken die daardoo: eenvoudig-echt zijn en van een ongezochte ar tisticiteit, zooals die zeldzaam is in de pro. ductie der „christelijke letterkundigen". Zi; behoort nu eenmaal in dat kamp tehuis, zooali ook in de kunst alles in groepjes schijnt ge' rangschikt te moeten worden, maar, alleenlij); op de kunstwaarde getoetst, verdient haa' werk ook reeds de belangstelling van wi< buiten ieder eroepje staat. J. H. DE BOIS. Anthony Tnorne: „Delay in the Sun' Eric Linklater: „Ripeness is all". Rebecca West: „The Harsh Voice", Het feit, dat ik uit de boordenvolle Engel- sche boekenmarkt juist deze drie boeker koos, beteekent allerminst dat zij de belang rijkste boeken zijn, die de laatste maander zijn verschenen. Het beteekent zelfs niet, dat zij de best geschreven boeken zijn. Zi zijn om geen andere reden bijeengebracht er genoemd, dan om hun frischheid en orgina- liteit en dit is tegelijkertijd het eenige wal zij met elkaar gemeen hebben. Frischheid er originaliteit, de zeldzaamste schatten var dezen tijd Anthony Thome's boek is een eersteling. Een blozende, gezonde, groeikrachtïge eerste ling. „Delay in the Sun" is de geschiedenis van een aantal Engelsche toeristen gedu rende een oponthoud in een gloeiend-lieet Spaansch gehucht, vanwege een plotselinge verkeersstaking: de bus blijkt niet verder te gaan. Het boek opent meteen middenin de plaats van de handeling: middag en een hel gekleurd Spaansch dorpspleintje waar de zon te gloeien staat, zóó, dat iedereen die ziek omstreeks dien tijd op pad bevond, zich on gegeneerd ergens in de schaduw te slapen heeft gelegd. Op dat oogenblik komt sloom de bus het dorp ingereden en na een Spaansche woordenwisseling tusschen den chauffeur en een man die hem daar heefi opgewacht, zegt de bus voor goed halt en staan de reizigers, die zich hooghartig onder weg geen moment met elkaar hebben be moeid, tezamen op de stoep van een hotel letje in een onbekend Spaansch dorpje voor onbekenden tijd en zijn aan elkaar overgela ten. Een toevallig oponthoud, maar van be slissende beteekenis voor de levens, die daar onverwachts op eikaar gepakt zitten. Eén verrassende intrigue, die niet minder verrassen^ wordt Uitgewerkt.' Want Anthony Thome heèft niet alleen 'dé'gave om' een scène, een atmosfeer met het rake oog van een schilder te zien en in enkele zinnen uit te beelden, zijn humor menschenkennls en verbeelding slagen er in deze plotseling in de war gebrachte levens, werkelijk tot levens te maken, stuk voor stuk. Zijn psychologische kennis schiet daarbij slechts zelden tekort. En als tenslotte de bus even onverwachts weer rijdt, als ze te voren stopte, reizen bijna alle passagiers naar een andere bestemming dan de oorspronkelijke, alleen evenals de lezer groote ervaringen rijker. Eric Linklater'"?verbeelding is ongetwijfeld heviger en onbegrensder, dan die van de jonge schrijver van „Delay in the Sun". Ook zijn humor. Het heeft echter niet de emotie van de ontdekking, de ontroering over de vondst. Het ziet er meer naar uit alsof hij het eenvoudig niet kan helpen, dat de ge dachten in dwaze kronkelingen in zijn hoofd opkomen, die zijn pen met het grootste ge mak aaneenrijgt tot een lange opeenvolging, van allervermakelijleste situaties, waarover je dagen later nog in jezelf loopt te lachen., Linklater's „Juan in America" was een; grootsche parodie op Amerika, zijn „Magmus Merriman" lachte om dichters, om verkiezings campagnes en nationalisme, „Ripeness is all", is een parodie op menschelijke heb zucht, maar een erg gulle parodie. Dit is het onderwerp: een oude majoor heeft zijn for tuin nagelaten aan diegene van zijn broers kinderen., die binnen vijf jaar het grootste aantal kinderen, wettige kinderen, zal hebben zoodat de naam Gander zal blijven voort bestaan. Ik kan me voorstellen dat Eric Linklater opgetogen was over zijn eigen vondst en die ijlings met groot plezier is gaan uitwerken Blijkbaar juist een kolfje naar zijn hand, want hij laat geen gelegenheid ongebruikt, geen kans onbenut om er zoo maar bontweg zijn onuitputtelijke humor over uit te strooien. Het resultaat is een boek, dat ge niet onge lezen moet laten, als ge het eenigszins kunt verhinderen Rebecca West is een geheel verschillende schrijfster en haar boek „The Harsh Voice": is een geheel ander boek. Zij gaat aanmerke lijk verder, zoowel In de diepte als in de breedte. „The Harsh Voice" is een verzame ling van vijf korte novellen, die los van el— kaar staan, maar essentieel bij elkaar hooreri want het zijn vijf verhalen van vrouwelevens allen tegen denzelfden achtergrond. Een achtergrond gevormd door twee elkaar ont moetende spiegelwanden: mannen en de hooge financieele wereld van Wall Street. Het beeld van al deze vrouwenlevens, zooals Re becca West die in haar boek beschrijft, is! de synthese van het beeld dat ieder dier twee spiegels weerkaatst. Het zijn moedige verha len. die niet terugschikken voor de hevigheid waarmee emoties soms in een vrouwenziel huishouden. Speciaal het tweede verhaal ..There is no Conversation", de geschiedenis van een Amerikaansche vrouw, die een char- meerende Franschman n: meerde eerst door de Franschman en later door de vrouw zelf verteld is een meesterstuk van schrijf talent van psychologische- en vrouwenken- nis. Het is geen zielkunde van huiskamer formaat, geen analytische pietepeuterigheid;' het is breed en forsch en verliest geen oogenblik de groote lijn uit het oog en toch raakt het alle gevoelige punten. „The Harsh Voice" is een bewonderens waardig en boeiend boek ook over vrouwen eri mannen. Drie boeken dus van geheel verschillen- j den aard. waarvan het lezen goed doet. om dat ze gezónd zijn! Vr. S.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 10