BIOSCOPEN.
PALM BEACH.
LITTERAIRE
KANTTEEKENINCEN.
Radiomuziek der week
m
Nieuwe Engelsche boeken.
ZATERDAG 6 JULI 1935
HAAR L E M'S DAGBLAD
LUXOR THEATER.
De schaduwen van dc Misdaad.
(The Thin Man).
Wat een vaart, welk een tempo, welk een
geest zit in deze film! Welk een spanning, wat
een amusement tevens schonk van Dyke (de
regiseur van Eskimo, Trader Horn, Kampioen
der Vrouwen, Cuban Love Song o.a.) ons hier
mee! En met welk 'n vaardige hand leidde hij
de verfilming van dit sensationeele gegeven,
daarmee tooncnd totwelk een hoogte een sce
nario als dit kan worden opgevoerd!
Het is een detective-story, en eenige perso
nen vallen als slachtoffer van een schurk, tot
dat een detective Nick den schuldige ontmas
kert. Hoofdpersonen zijn William Powell als
Nick en Myrna Loy als zijn vrouw, en beiden
geven een wonderlijk sluitende en op elkaar
afgestemde vertolking van hun rollen. Van
Dyke heeft hen beiden geregisseerd in Zonen
van één vader (Manhattan Melodrama), doch
in The Thin Man (welke naam beter .past bij
deze.l'ilm dan de Nederlanclsche) voerde hij
hen tot een vrijwel perfect team op. Prachtig
onverstoorbaar beweegt Powell zich door de
gevaarlijkste situaties,
daarbij geholpen door
een heerlijke dialoog,
die uitmuntend aan
gevoeld wordt door
Myrna Loy, en die de
film, welke door voor
treffelijke montage
van zeer groote span
ning is, bijzonder
amusant maakt. Welk
een vondst is boven
dien de ontknooping
door Nick, die alle
verdachten tezamen
brengt aan een diner,
waai- de kellners ver
momde detectives zijn,
William Powell.
en die dan de ware toedracht der zaak vertelt,
vóórdat iemand nog weet. Wie het gedaan
heeft! Sensatie, enerveerende spanning, èn
amusement, een combinatie, die in dezen opge-
dischten vorm nieuw is.
Niettemin zijn eenige zwakheden aan te wij
zen, aan een film als deze mag men zwaar
dere eischen stellen dan aan de middelmatige
en zoo is bijv. niet aannemelijk gemaakt op
welke gronden Nick den dader heeft gevonden.
Ook krijgt men in het begin een wat te groo-
ten overvloed van personen onder oogen, die
het onderscheiden wat lastig maakt. De
cocktail speelt een groote rol in in deze
film. Maar deze dingen kunnen onmoge
lijk dc-n grooten indruk wegnemen, die de
film op den toeschouwer maakt.
Van de bijrollen noemen wij die van de lief
tallige Maureen O' Sullivan, van den robuus-
ten politieman Nat Pendleton en van den uit
vinder Wynant met zijn scherpen, sprekenden
kop. Zijn lange figuur is door de cameraman
in enkele passages uitgebuit voor goed scha-
duw-werk. Hst is een film uit de jubileum
productie van Metro Goldwyn Mayer, die deze
productie ten volle waard is.
Het voorprogramma bevat de binnen- en
buitenlandsche journalen, een teekenfilmpje
van Ub Iwerks over Willy Whopper, en een ge
kleurde musical die de onvolmaaktheden van
het huidige kleurenprocédé toont.
A. J. C. VL
sportieve kerel wordt eenzamer, ernstiger,
laat zich uit liefde voor en op aandringen van
zijn vrouw, zelfs met zwendel in en eindigt met
een moord
Laura, die door de handelwijze van haar
gewezen vriend Niekey voor haar leven ge
knakt is, komt later weer onder diens invloed,
en haalt haar man op bevel van Nicky tot
genoemden zwendel over.
Het slot brengt een bezoek van Laura aan
Poiakai in ae gevangenis en alles wijst er
op, dat Poiakai toch nog de liefde van Laura
wint.
Het Eclair Wereldnieuws en Polygoon Hol
land-Nieuws vormt met een heel interessante
natuuropname van Britsch Guyana en een
aardige Beppy Boop-film „Stop that Noise"
het bijprogramma.
FRANS HALS THEATER.
Wallace Beery in Zijn
Laatste Kans.
Wallace Beery.
Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan
van' Metro-Goldwyn-Mayer in Nederland
brengt het Frans Hals Theater deze week
Wallace Beery in „Zijn laatste Kans". Met
deze film wordt dit jubileum waardig gevierd.
Voor de vertolking van de rol van kellner-
worstelaar van Beery past maar één woord
en dat is „schitterend". Hij geeft zoo'n le-
vensware uitbeelding van net. karakter van
den goedigen eerlijken oer-sterken kinder
lijken kerel, dat de gedachte aan tooneelspel
geheel en al verdwijnt.
Karen Morley als zijn aangebeden vrouw
Laura Nash, geeft hem prachtig tegenspel.
Zij doet zoo nu en dan sterk denken aan
Greta Garbo. De tragedie, van haar en zijn
leven heeft ons Innig medelijden en voelen
we geheel aan. Men behoeft geen groot men-
schenkenner te zijn om te begrijpen, dat twee
zulke ongelijksoortige elementen als de kracht
mensch Poiakai Wallace Beery1* en de fijne
teere Laura Nash (Karen Morley». nooit een
gelukkig paar kunnen worden. Dat Poiakai
Laura aanbidt, dat is zonder beding te aan
vaarden, maar nooit en te nimmer, zal een
aantrekkelijk meisje als Laura een man als
Poiakai tot echtgenoot kunnen aannemen,
zoolang zij nog andere illusies heeft. En dat is
juist de groote tragedie in hun leven. Laura,
die door den man, dien ze liefheeft, schande
lijk wordt verlaten, trouwt uit dépït Poia
kai. Het maakt Poiakai zielsgelukkig, maar
het brengt Laura aan den rand van een ze
nuwcrisis. Door <ie prachtige onbaatzuchtige
liefde van Poiakai voelt ze zich dubbel schul-
ci'g tegenover hem, het gaat op den duur bo-
vt :i haar kracht om het spel van leugen en
b' i-og nog langer tegen hem te spelen. Zij
y ft hem namelijk verteld, dat zij treurde
t haar broer, die wegens schuld in de ge-
v genis zat. terwijl het in werkelijkheid haar
3 nnaar was. Poiakai koopt hem vrij en geeft
htm bovendien nog geld om naar Amerika uit
te wijken. Ook weet Poiakai niet. dat het kind
d t hij het zijne denkt, niet van hèm maar
1 den vriend is.
Zoo we het onontkoombaar noodlot zich
ar.i deze - ekken. Poiakai, de wat
domme, maar - blijmoedige vroolijke
CINEMA PALACE.
Shirley Temple in Baby take a bow.
Men kan niet an
ders zeggen, dan dat
de kleine Shirley
een schat van een
kind is. Maar zooais
bij alle wonderkin
deren brengt de
aanschouwing van
zoo'n actrice in mi
niatuur toch een
ietwat tweeslachtig
gevoel te weeg. De
bewondering is niet
zuiver, maar wordt
vertroebeld door een
weeë aandoening,
die het midden
houdt tusschen me
delijden en ergernis. Shirley Temple.
De onvermengde vreugde, welke de aanblik
van een kleuter in zijn natuurlijken staat
wekt, is toch altijd van solider gehalte. Shirley
moge nóg zoo „natuurlijk" spelen, juist deze
volmaaktheid doet denken aan dressuur, en
dressuur verdraagt men nog beter van honden
en apen dan van kinderen.
Gezwegen van de dans-scène met haar vader
op het verjaarsfeest, waar de hummel als een
volslagen cabaret-artiste optreedt, met al de
allures van een geroutineerde tap-danseres
een wel zeer onkinderlijk liedje ten beste ge
vend, is Shirley's spel van een verbluffende
argeloosheid, maar het is juist deze volmaakte
afwezigheid van onhandig dilettantisme, welke
het verschijnsel bedenkelijk maakt. Shirley
heeft in deze vertooning een lange en moei
lijke rol, met veel tekst en veel vrij ingewik
kelde situaties, maar zij kent haar rol in de
perfectie en er is geen gebaartje, dat niet ge
heel „af" is. Of zij stoeit dan wel ondeugend
is, vleit of dwingt of spelletjes verzint, zij
doet alles met een welverzekerde rust en zij
reageert met dezelfde ontstellende nauwkeu
righeid op den misdadiger, die haar het ge
stolen collier als verjaardagsgeschenk heeft
gegeven en wiens koorden zij, als hij geboeid
neerligt, met het broodmes doorsnijdt en op
den onsympathieken rechercheur, die haal
baar speelgoed uit de handen wringt, als-op
haar mummy" en daddy". Zelfs de sensa
tioneele slotscènes, welke het publiek den adem
benemen, maken deze miniatuur-actrice niet.
van streek.
En ondanks deze geraffineerde techniek
speelt zij haar rol argeloos kinderlijk. Maar
dat zij die kinderlijkheid „speelt", is het be
denkelijke. Want het is alles dressuur, aan
deze gedachte kan men zich tijdens de ver-
tooniug niet onttrekken. En. dat deze dres
suur zoo buitengewoon voortreffelijk is. dat
ze de suggestie van het kinderlijke behcuden
doet blijven, brengt dat wonderlijke mengsel
in dit filmfiguurtje te weeg, dat eendeels
prikkelt door eigenwijsheid, doch tevens be
koort door haar natuurlijke schattigheid.
De ouders onder het publiek mogen soms
lust gevoelen, dit aanvallige schimmetje ver-
teederd in hun armen te sluiten, maar als zij
er zich in verplaatsen, wat voor schepsel zoo'n
Shirley op twaalfjarigen of op zestienjarigen
leeftijd onvermijdelijk wel moet zijn, dan zul
len ze den hemel toch danken, dat hun Miesje
of Peutje niet tot filmster bestemd is gewor
den!
In het bijprogramma een paar interessante
cultuurfilms, onderscheidenlijk Catalonië en
Kruipende dieren betreffend, een parodiale
teekenfilm op het motief: Holland, zooals de
Amerikaan zich dat voorstelt en onder het
filmnieuws o.a. een zeer actueele opname van
de Leidsche lustrumfeesten.
Op het tooneel een gezelschap acrobaten,
dat adembeklemmende toeren verricht.
H. G. CANNEGIETER.
N. V. G. A. v. d. STEUR'S 5
KLEDERMAKERIJ
KRUISSTRAAT? TEL 10730 1
(Adv. Ingez. Med.)
REMBRANDT THEATER
Friihlingsstimmcn
Strauss heeft een wals geschreven, die
FriAhlingsstimmen heet en die melodie is ver
werkt tot een film. Regisseur Paul Fejos heeft
geen moeite gedaan om er meer van te ma
ken dan een muzikale film en daarin is hij
dan ook wel geslaagd.
Want van het begin tot het eind is de mu
ziek hoofdzaak. Wordt in dergelijke films een
gramofoonwinkel of een radiostudio als too
neel der handeling gekozen, ditmaal is het
een conservatorium, dat ongezocht gelegen
heid geeft den nadruk te leggen op de muziek.
Het begin is veelbelovend: een ballon van
een jongetje op straat raakt los en zweeft
door het conservatorium, langs de verschil
lende zalen. Maar als het verhaaltje in het
spel komt, wordt het minder. De concierge van
het conservatorium heeft twee dochters, Han-
nerl en Olly genaamd, en de dirigent Franz is
verliefd op de eerste. De zoon van een restau
ranthouder bemint Olly, maar helaas, als
Franz zijn liefde reeds verklaard heeft aan
Hannerl en hij wil haar hand vragen aan haar
vader, dan begrijpt deze hem verkeerd en hij
kondigt de verloving aan van Franz met Olly,
alles zingende. (Had hij ook maar niet zoo dom
moeten zijn om het melodieus te willen
doenEr is geen sterveling, die dit misver
stand opheldert, integendeel, men accepteert
de gelukwsnschenZelfs komt het tot een
verlovingsfeest, waarbij echter Franz afwezig
is en waarop Ollyzich verlooft met den
restaurateurszoon! Franz en Hannerl krijgen
I elkaar tenslotte ook nog.
Een wonderlijke geschiedenis, die bovendien
met weinig overtuiging gespeeld en geregis
seerd wordt, Paul Fejos moest toch tot meer
in staat zijn, maar vermoedelijk was hem dit
onwaarschijnlijk ge
geven wel wat te
bar. Lusteloos leidde
hij deze verfilming
en hij liet telkens
gelegenheden om
iets meer te geven
voorbij gaan. al zal
daar het scenario,
dat nergens bepaal
de situaties uitbuit
te, ook schuld aan
hebben. Dat hij
sfeer weet te geven
bewezen enkele
scènes, waarvan we
o.a. het wachten
bii den impressario
willen noemen. Ade-
le Kern zingt uitste
kend, maar is weel
een waarschuwing te meer om een zingend
persoon niet van dichtbij op te nemen. Oskar
Karlweis is Franz .en Hans Thimig de café-
hcuderszocn. Szökc Szakall tracht nog van de
film te maken wat hij kan als concierge. Maar.
als gezegd, de muziek is hoofdzaak en die
wordt uitmuntend ten gehoore gebracht.
Het voorprogramma geeft de binnen- en
buitenlandsche journaals en een Merry Me
lody van Schlesingér, die de wonderlijke
avonturen toont yan zeemeerminnen in én
bij een gezonken wrak, een wel grappig- kleu-
rerifilmpje. Van heel goed gehaltë fs een 'film
biedende gedeelten uit de opera Carmen, ge
speeld door het Berlijnsch Philharmonisch
orkest met solisten. We kunnen de prachtige
geluidsopncmingen onvoorwaardelijk bewon
deren, en zoo wordt deze film een genot voor
het oor.
Op het tooneel worden de zonderlingste toe
ren gedaan door twee personen, die stoelen
en menschen doen verdwijnen, die bedden en
kastjes plotseling laten verschijnen, die aller
lei voorwerpen door de lucht doen zweven, in
een mysterieus halfduistereen voortref
felijk nummer, dit Geheimzinnige Cabinet van
Hadji Sambalo.
Keye Luke, een Chineesche artist, die zijn
filmdebuut maakte, in ..De Bonte Sluier", zal
in de nieuwe Metro film Mad Love weder
om een doktersrol vervullen. De regie van de
ze film is in handen van Karl Freund en de
film wordt vervaardigd -naar een novelle van
Maurice Renard, „The hands of Orlac". De
heldin van het verhaal is Frances Drake;
verder zijn in de cast Isabel Jewell, Edward
Brophy, Ted Healy. De hoofdrol wordt ge
speeld door Peter Lorre.
De 11-jarige filmster Freddie Bartholomew
die bekendheid heeft verworven ais David
Copperfield in de gelijknamige film, zal de
hoofdrol vervullen in de film „Olivier Twist",
met de vervaardiging waarvan men thans is
begonnen. (Tel)
Szöke Szakall
Een nieuw kunsttijdschrift:
Kroniek van hedendaagsche
Kunst en Kuituur.
De Bussumsche Uitgeverij Van Dishoeck
durft het aan een nieuw kunsttijdschrift de
wereld in te zenden, dat tienmaal per jaar
verschijnen zal en onder redactie staat van de
heeren L. P. J. Braat, Ed de Nève, Johan Polet,
Jan Wiegers en Matthieu Wiegman. Kwarto
formaat, keurig verzorgd, op goed papier en
met goede illustraties gedrukt, maakt de
eerste aflevering een zeer gunstigen indruk.
Uit de groepeering van redactie en medewer
kers kan men opmaken dat hier een poging
gedaan wordt een orgaan te stichten, waarin
de moderne kunstenaars, dié tevens een
nieuwe kuituur uit de Russische omwenteling-
verwachten, en de anderen, die minder be
wust daarmee instemmen, doch voor de reac
tie vreezen, elkaar vinden kunnen. Men heeft,
schrijft P. (Polet?) in de inleiding „juist nu
de hooge plicht te blijven getuigen (van de
toekomst waar ongetwijfeld voor velen onzer
al een nieuw morgenrood nauw zichtbaar
wordt) opdat aan de edelste vruchten van
menschelijk streven, geplant in de aarde van
een nieuwe ideologie, van een waarlijk men-
schelijke en rechtvaardige gemeenschap, recht
geschiede tot heil van allen".
Meer nog dan de inleiding geeft de verdere
inhoud dezer aflevering te kennen langs welke
lijn het tijdschrift zijn weg denkt te vervolgen
en het kan ook hem die niet in die nieuwe
ideologie heil ziet, toch mild stemmen voor
een manifestatie waaraan dan ten minste een
idéé ten grondslag ligt. De meeste kunsttijd
schriften zijn vervelend geworden door hun
karakterloos allegaar. Maar of nu alleen
daardoor de nieuwe kroniek belangrijk kan
worden, is een andere quaestie. Dat heeft
men af te wachten tot we een half j aar verder
zijn.
Frans Coenen vraagt dan in een artikeltje
of er nog Nederlanders zijn en beantwoordt
die vraag op zijn wijze. Dan volgt een Duitsch
artikel waarin E. L. Kirchner, de bekende ex
pressionist, zijn leven en kunst verklaart. Een
dergelijk artikel had jaren geleden al in West-
heim's Kunstblatt kunnen staan. De Hollan
der Matthieu Wiegman schrijft over de kunst
van Vandaag, maar.... ik zie liever een
schilderij van dezen artist, dan dat ik zijn
eenigszins verward gesputter moet bestudee-
ren. Jef Last draagt een in het Fransch ge
schreven stuk „Invocations" aan André Gide
op. Dan komt H. van Loon met een herinne
ring aan de colleges van Prof. Bergson, en
men leest weer iets van iemand die schrijven
kan.
Een Fransch artikel over Panaït Istrati
een Duitsch van Curt Glaser over Abstrakte
kunst, omsluiten een hartelijke Herdenking
van Herman Kruyder door Leo Gestel. En dan
komt een vertaling (door H. P. L. Wiessing)
van een interview met André Malraux, dat
ook over de kultuurquaesties in de Sovjet-Unie
loopt. Men heeft van den aard van dit nieuwe
tijdschrift nu waarschijnlijk voldoende idee
om er veel of weinig verwachting van te
koesteren. Maar zal het in ieder geval met be
langstelling in het oog houden.
Hendrika Kuypervan Oordt:
Jonker Costijn. Amsterdam3
Uiig. Mij. Holland.
Een schrijfster als. mevrouw Kuypervan
Oordt zal in den kring van het daar juist aan
gekondigde tijdschrift wel niet vele bewon
deraars tellendat neemt niet weg dat zij
in haar soort een zeer zuiver artiste is. Wij
hebben hier indertijd haar mooie boek „Het
goed van Cronaert" uitvoerig besproken en
nog steeds staat mij dat boek voor den geest
om de ongerept zuivere sfeer waarin een nog
niet al te oud verleden werd herschapen. Zij
bezit, in haar misschien beperkten gezichts
kring, een wijze van beelding, een schriftuur
die eigen en van zelf gegroeid is, die niemand
ooit aanleeren kan, die even vreemd is aan
aanstellerig woorageknutsel als aan gemakke
lijke naschrijverij. Wie zich daar een beetje in
getraind heeft, voelt dat dadelijk en het
doet er niets toe uit welken levenskring een
schrijver komt voelt, dat, zooals het daar
staat, het goed is, eigen en eerlijk.
Tot in haar zinsbouw suggereert deze schrijf
ster een voorbijen tijd, zoo sterk dat ge dien
tijd meent te ruiken, en ze doet dat met een
kennelijke genegenheid waarin een deel van
de jeugd van vandaag haar niet immer zal
volgen, omdat die jeugdgelukkig voor haar
nog geen herinneringen heeft. En ondanks
dat zal ook de voor suggestie gevoelige jeugd
geboeid worden door het scheppen van die
sfeer, waarin, bij voorbeeld, de lucht van een
openstaande linnenkast in een meestal afge
sloten tuinkamer direct beeldend werkt.
Na Cronaert heeft zij nog eenige dingen ge
publiceerd die ik niet gelezen heb. Nu las ik
van haar Jonker Costijn, een verhaal dat met
twee andere een bundeltje vormt waaraan het
EEN VOORBESPREKING
DOOR KAREL DE JONC
Vijf keer het Es dur Concert van Liszt, vier
keer Schubert's Onvoltooide Symphonic zie
hier wat een vluchtige blik op de program
ma's der komende week alvast doet zien. De
geliefdheid van deze werken, hetzij bij de uit
voerenden, of bij de hoorders, blijkt er wel
duidelijk uit. Wat Schubert's werk betreft kan
ik me die best begrijpen; Liszt's concert daar
entegen heeft me nooit duurzaam kunnen in
teresseeren; daartoe bevat het teveel klater
goud. Aan de eischen voor een goed solocon
cert voldoet het echter in hooge mate: het
geeft den solist gelegenheid tot schittering,
het soloinstrument komt overal tot zijn recht,
de thema's liggen gemakkelijk in 't oor. bo
vendien is de orkestpartij zeer effectvol en
kleurrijk geïnstrumenteerd De samentrek-
x.ng van het in de meeste andere gevallen uit
meer afzonderlijke hoofödeelen bestaande
soloconcert tot één dooiioopend geheel is een
uitvinding van Liszt. Het is echter niet moei
lijk om in dit geheel eenige onderdeelen te
onderscheiden, die men Introductie. Andante,
Scherzo en Finale zou kunnen noemen. De
hoorder beproeve deze deelen te onderschei
den prente z-ich de thema's van elk goed in
't geheugen en lette er dan op dat de „Finale"
hoegenaamd geen nieuw thematisch mate
riaal brengt, maar dat daarin de thema's der
voorafgegane deelen verwerkt zijn. In zijn
tweede klavierconcert, dat in A gr. t. heeft
Liszt een soortgelijk procédé toegepast, hoe
wel de bijzonderheden weer anders zijn. Ook.
zijn groote Sonate in b. kl. t. kan men als!
zulk een samentrekking beschouwen; de the
matische geslotenheid is daar zelfs nog ster-
ker. In elk geval zijn al deze werken wat de
vormgeving betreft belangrijk.
Voorts worden we Zondagmiddag dom- Hil
versum eens verrast met het Impromptu in
As van Schubert en twee Walsen van Cho
pin. Een ware trouvaille, zou men zeggen, als
ze niet zoo heel, heel erg afgespeeld waren.
Hier moet toch wel niet de voorkeur der luis
teraars den doorslag gegeven hebben, net zoo
min als bij het Chopinprogramma van Brus
sel Fr. op Zondagavond, dat ook alleen uit
door en door afgespeelde werken bestaat. Een
beter figuur maakt dien dag het programma
van Brussel VI.: een pianosonate van Rust,
waarschijnlijk van Friedrich Wilhelm R. (1739
96), die wel veel sporen van roest vertoont,
althans weinig meer de belangstelling der
klavierspelers geniet, maar wiens' sonates
toch door sommige gezaghebbenden op het
gebied der compositieleer de onmiddellijke
voorloopers en wegbereiders van die van Beet
hoven worden geacht; dan de Saudes do Bra-
sil van Milhaud, waarin de talrijke dissonan
ten me meer opzettelijk dan geestig lijken en
een deel van een sonate van Rachmaninoff,
die men ook zoo goed als nooit hoort, even
min als zijn wel veel te lange, maar toch zoo
wel 'pianistisch als muzikaal hoogst belang
rijke Variaties over het c min. Preludium van
Chopin. Evenzeer weinig bekend is het kla
vierconcert van den in 1863 geboren Frede
rick Delius, dat 's avonds uitgezonden wordt.
Later op den avond volgen dan o.a. „Etincel-
les" van Moszkowski. wiens talrijke pianocom
posities door hun elegantie, hun goede kla
vierzetting en vlotte melodiek tot de beste
composities van het „salongenre" (dit in goe
den zin genomen) behooren en de Bourre
fantasque van Chabrier, die men vaak in or
kestzetting hoort, maar die oorspronkelijk voor
piano geschreven is. Het grillig-fantastische
karakter van dit stuk is wel zeer evident.
Voor Maandag kan ons interesseeren een
door Hilversum uit te zenden Symphonie van
den mij onbekenden componist Szostakowicz
ze mogen daar in Oost-Europa ook wel
eens een spellingvereenvoudigings-minister
hebben! het feit dat zc door Stokowsky
met het orkest van Philadelphia gespeeld is,
doet iets goeds verwachten, Mahler's geboorte,
dag wordt door Huizen en Praag herdacht.
In het Dinsdagprogramma van Leipzig vind
ik onder de rubriek „Vroolijke kamermuziek'"
de Cavatina uit Beethoven's strijkkwartet op.
130 vermeldt die Cavatine, die Beet
hoven als met zijn hartebloed geschreven
heeft, en waarvan hij zelf eens gezegd heeft
dat het wederom-doorleven er van hem im
mer een traan kostte. „Vroolijke kamermu
ziek": over welk een fijnen zin voor humor
beschikken ze daar in Leipzig toch! En de
„vroolijke" Cavatine gelijkgeschakeld dat
is pas met recht een trouvaille!
liet Trio in G, K. V. 564, dat 's namiddags
uit Droitwich gaat, is het minst beteekenende
van de drie kort na elkaar gecomponeerde in
E, C en G. Dit laatste was oorspronkelijk als
Sonate voor piano en viool bedoeld: de om
werking voor drie instrumenten is door Mo
zart natuurlijk met groote zaakkennis gedaan.
Sir Donald Francis Tovey, die 's avonds voor
London reg. met Schumann's „Carnaval" op
treedt, is een eminent Engelsch pianist, naar
wiens spel te luisteren zeker de moeite zal
loonen.
Het Trio no. 9 in Es van Beethoven (Woens
dag, Huizen; is een jeugdwerk, dat eigenlijk
alleen belang inboezemt, omdat de auteur
daar voor het eerst de' betiteling „Scherzo"
in plaats van „Menuetto" gebruikt heeft.
Het Brandenburgsche Concert no. 5 van
Bacil i Hilversum, Donderdag) heeft klavier,
viool en fluit als concerteeren de instrumenten
Zeer merkwaardig in dit werk is de groote,
64 maten omvattende solo voor klavier, een
zeldzame openbaring van gevoelsdiepte en
mystieke schoonheid. Later volgt een pro
gramma van louter Letlandsche werken, die
reeds wegens hun onbekendheid recht heb
ben op belangstelling éh een vioolconcert van
onzen landgenoot Theo v. d. Bijl, dat om de
zelfde redenen tot luisteren noopt.
Het Russische programma van Huizen (Vrij
dagavond) brengt o.a. de aardige Serenade
op. 48 van Tchaikowsky; de Finale daarvan is
een voorbeeld van de hardnekkige herhalingen
die men in 'vele Russische werken aantreft.
den naam gaf. En al dadelijk, staan wij me:
Jonker Costijn weer in de.sfeer-,van Cronaert:
„Jonker Costijn gaat de plaats eens bekijken
Niemand weet dat hij in 't land is; niemanf
weet er van, alleen de notaris.
„Daar staat jonker Costijn op eenmaa
in 't groen van een Hollandschen voorzomer
Hoe lang is 't geleden dat hij hier logeerde bi
zijn grootvader? Hij heeft sindsdien de plaatj
nog wel teruggezien, doch niet dikwijls mee:
Als jongeman heeft hij. er een keer geiogeert
bij zijn tante. De laatste jaren van haar level
heeft het buiten leeg gestaan, zij had ook eei
huis in de stad. Nu is alles op Costijn vererfd:
Er is in deze schrijfster een superieure ge*
lijkmoedigheid, die nergens kwezelachtij
wordt.
Zij heeft wereld en menschen lief op haa:
wijze, zonder wrok of opstandigheid, zonde'
behoefte aan raadsels die op te lossen of pro,
blcmen die te stellen zijn. Zij leeft het leven
eenvoudig-weg. zooals haar dat als Christen. j
mensch is bijgebracht en zonder daarvan al.
maar te getuigen in haar werken die daardoo:
eenvoudig-echt zijn en van een ongezochte ar
tisticiteit, zooals die zeldzaam is in de pro.
ductie der „christelijke letterkundigen". Zi;
behoort nu eenmaal in dat kamp tehuis, zooali
ook in de kunst alles in groepjes schijnt ge'
rangschikt te moeten worden, maar, alleenlij);
op de kunstwaarde getoetst, verdient haa'
werk ook reeds de belangstelling van wi<
buiten ieder eroepje staat.
J. H. DE BOIS.
Anthony Tnorne: „Delay in the Sun'
Eric Linklater: „Ripeness is all".
Rebecca West: „The Harsh Voice",
Het feit, dat ik uit de boordenvolle Engel-
sche boekenmarkt juist deze drie boeker
koos, beteekent allerminst dat zij de belang
rijkste boeken zijn, die de laatste maander
zijn verschenen. Het beteekent zelfs niet,
dat zij de best geschreven boeken zijn. Zi
zijn om geen andere reden bijeengebracht er
genoemd, dan om hun frischheid en orgina-
liteit en dit is tegelijkertijd het eenige wal
zij met elkaar gemeen hebben. Frischheid er
originaliteit, de zeldzaamste schatten var
dezen tijd
Anthony Thome's boek is een eersteling.
Een blozende, gezonde, groeikrachtïge eerste
ling. „Delay in the Sun" is de geschiedenis
van een aantal Engelsche toeristen gedu
rende een oponthoud in een gloeiend-lieet
Spaansch gehucht, vanwege een plotselinge
verkeersstaking: de bus blijkt niet verder te
gaan. Het boek opent meteen middenin de
plaats van de handeling: middag en een hel
gekleurd Spaansch dorpspleintje waar de zon
te gloeien staat, zóó, dat iedereen die ziek
omstreeks dien tijd op pad bevond, zich on
gegeneerd ergens in de schaduw te slapen
heeft gelegd. Op dat oogenblik komt sloom
de bus het dorp ingereden en na een
Spaansche woordenwisseling tusschen den
chauffeur en een man die hem daar heefi
opgewacht, zegt de bus voor goed halt en
staan de reizigers, die zich hooghartig onder
weg geen moment met elkaar hebben be
moeid, tezamen op de stoep van een hotel
letje in een onbekend Spaansch dorpje voor
onbekenden tijd en zijn aan elkaar overgela
ten. Een toevallig oponthoud, maar van be
slissende beteekenis voor de levens, die daar
onverwachts op eikaar gepakt zitten.
Eén verrassende intrigue, die niet minder
verrassen^ wordt Uitgewerkt.' Want Anthony
Thome heèft niet alleen 'dé'gave om' een
scène, een atmosfeer met het rake oog van
een schilder te zien en in enkele zinnen uit
te beelden, zijn humor menschenkennls en
verbeelding slagen er in deze plotseling in de
war gebrachte levens, werkelijk tot levens te
maken, stuk voor stuk. Zijn psychologische
kennis schiet daarbij slechts zelden tekort. En
als tenslotte de bus even onverwachts weer
rijdt, als ze te voren stopte, reizen bijna
alle passagiers naar een andere bestemming
dan de oorspronkelijke, alleen evenals de
lezer groote ervaringen rijker.
Eric Linklater'"?verbeelding is ongetwijfeld
heviger en onbegrensder, dan die van de
jonge schrijver van „Delay in the Sun". Ook
zijn humor. Het heeft echter niet de emotie
van de ontdekking, de ontroering over de
vondst. Het ziet er meer naar uit alsof hij
het eenvoudig niet kan helpen, dat de ge
dachten in dwaze kronkelingen in zijn hoofd
opkomen, die zijn pen met het grootste ge
mak aaneenrijgt tot een lange opeenvolging,
van allervermakelijleste situaties, waarover je
dagen later nog in jezelf loopt te lachen.,
Linklater's „Juan in America" was een;
grootsche parodie op Amerika, zijn „Magmus
Merriman" lachte om dichters, om verkiezings
campagnes en nationalisme, „Ripeness is
all", is een parodie op menschelijke heb
zucht, maar een erg gulle parodie. Dit is het
onderwerp: een oude majoor heeft zijn for
tuin nagelaten aan diegene van zijn broers
kinderen., die binnen vijf jaar het grootste
aantal kinderen, wettige kinderen, zal hebben
zoodat de naam Gander zal blijven voort
bestaan.
Ik kan me voorstellen dat Eric Linklater
opgetogen was over zijn eigen vondst en die
ijlings met groot plezier is gaan uitwerken
Blijkbaar juist een kolfje naar zijn hand, want
hij laat geen gelegenheid ongebruikt, geen
kans onbenut om er zoo maar bontweg zijn
onuitputtelijke humor over uit te strooien.
Het resultaat is een boek, dat ge niet onge
lezen moet laten, als ge het eenigszins kunt
verhinderen
Rebecca West is een geheel verschillende
schrijfster en haar boek „The Harsh Voice":
is een geheel ander boek. Zij gaat aanmerke
lijk verder, zoowel In de diepte als in de
breedte. „The Harsh Voice" is een verzame
ling van vijf korte novellen, die los van el—
kaar staan, maar essentieel bij elkaar hooreri
want het zijn vijf verhalen van vrouwelevens
allen tegen denzelfden achtergrond. Een
achtergrond gevormd door twee elkaar ont
moetende spiegelwanden: mannen en de
hooge financieele wereld van Wall Street. Het
beeld van al deze vrouwenlevens, zooals Re
becca West die in haar boek beschrijft, is!
de synthese van het beeld dat ieder dier twee
spiegels weerkaatst. Het zijn moedige verha
len. die niet terugschikken voor de hevigheid
waarmee emoties soms in een vrouwenziel
huishouden. Speciaal het tweede verhaal
..There is no Conversation", de geschiedenis
van een Amerikaansche vrouw, die een char-
meerende Franschman n: meerde eerst
door de Franschman en later door de vrouw
zelf verteld is een meesterstuk van schrijf
talent van psychologische- en vrouwenken-
nis. Het is geen zielkunde van huiskamer
formaat, geen analytische pietepeuterigheid;'
het is breed en forsch en verliest geen
oogenblik de groote lijn uit het oog en toch
raakt het alle gevoelige punten.
„The Harsh Voice" is een bewonderens
waardig en boeiend boek ook over vrouwen eri
mannen.
Drie boeken dus van geheel verschillen- j
den aard. waarvan het lezen goed doet. om
dat ze gezónd zijn!
Vr. S.