DIESELTREIN BLOKKEERT DE LIJN HAARLEM-AMSTERDAM. Wij in den Haag Z A T E R D X C, 13 JULI 1933 HAARIE M'S DAGBLAD 3. Proefrit eindigt met pech. Arbeiders zijn bezig de mast van de electrische leiding door te snijden. Zooals men ziet, was door dit kleine ongeluk het heele net uit zijn verband gerukt. Het veranderd aspect. Dit briefje schrijf ik op het onvolprezen terras van ons onvolprezen Kurhaus. Boven mij staal de topaas blauwe hemel, rond mij is de eenzaamheid, die ten onrechte deze voor treffelijke plaats van ons voortreffelijke Sche veningen steeds kenmerkt, vóór mij strekt de zee zich uit in Kloossiaansche rustelooze dei ning en onder mij is het geroezemoes van den Boulevard. Daar ónder mij zitten, staan en gaan zij, de lieden, die koste wat het kost „voor één dag dame" willen zijn en voor enkele uren heer. Ik ben er de materialist niet naar, de standing mijner medemenschen af te we gen naar den inhoud van hun beurs. Deze maatstaf zij anderen gelaten. Doch merkwaar dig blijft het niettemin te ervaren wat zich zooal op vier paardevoeten en vier wagenwie len voortbeweegt ten einde den doorzichtigen schijn van maatschappelijken welstand te wekken, die in hun bijziende oogen het sum mum van menschelijk welbehagen is. Vertelde mij niet een witgejaste koffie-drager van een der boulevard-café's, hoe dikwijls het ge beurt, dat een heer of dame om elf uur 's morgens neerstrijkt achter een kopje koffie, om ten vijf ure 's middags het terrein der mondaniteit te verlaten, achter ditzelfde kopje vandaan? Is bijvoorbeeld de gezellige borrelgelegenheid, die het Casino is, óók niet geheel veranderd? Daar zitten thans eerbare huisvaders met hun gaden en kroost achter een alcoholische ver snapering, waar vroeger een elegante schare zij het niet eene met wie ge dagelijks te uwen huize zoudt willen verkeeren in oolijk en vroolijk vertier bijeen zat. Dochters nemen nu haar moeders mee naar deze gele genheden, waar een bedachtzaam burgerdom, crème van het merg des volks, met ernstig ge laat zijn ééne glaasje drinkt. En hoezeer heb ben onze Scheveningsche restaurateurs-van den-eersten-rang te klagen! De mensch is niet meer geneigd zich te zetten aan de wit-gedekte tafels van luilekkerland en voor vier of vijf gulden zich het goede der aarde wél te doen smaken. Liever verobert hij een eenvoudigen maaltijd van één gulden, en nóg liever voedt hij zich. staandebeens, met een broodje worst of lever, dat hem van achter een toonbank wordt aangereikt. Ik geloof dat dit alles niet alleen een uit vloeisel is van den materieelen nood der tij den, doch dat het veeleer voortkomt uit het ongeduld en de haastigheid, die den mensch van heden voortstuwt en hem niet de gelegen heid meer laat eens rustig te zijn. Wij zijn, wij op Scheveningen óók, verwend, zóó verwend, dat nu het. allersimpelste, het aller-efficientste, het aller-vlugste en 't meest mechanische onze genegenheid heeft. Slechts de bridge-tafel schenkt den prikkels onzer ze nuwen een statisch middelpunt. Zelfs de mondaine, althans zoo aangekon digde groote gebeurtenis, die wij op~ Sche veningen dezer dagen hebben mogen méé- beleven, is niet in staat geweest mij van de inzichten van het „veranderd aspect" af te brengen. Dat was. toen de „tien schoonste, sierlijk ste, verleidelijkste, elegantste en tengerste mannequins van geheel Frankrijk eerst tij dens een gala-diner in het Palace Hotel en een dag later gedurende de thé-dansant in het Kurhaus, de wieging harer svelte heu pen deden samenvloeien met het rhythme van Ray Forest's band. In verwonderlijk-gemeenplaatsige dithy ramben hebben de wcreldsche verslaggeef sters der Haagsche bladen hare bevindingen omtrent deze gebeurtenissen aan de lezers medegedeeld: op medelijdenwekkende wijze pogend aan dit tafereel de iriseerende, parel moeren glanzingen der mondaniteit te ver- leenen. Doch de ondergeteekende ter plaatse aanwezig, had helaas het vermogen, door het klatergoud en strass héén. de figuurlijke doch navrante naakte waarheid te aan schouwen. Het was een schouwspel van den meest reëelen honger. In de oogen mijner sexege- nooten, die de wendende en keerende, draaiende en aaiende lichamelijke substan ties uit Frankrijk,na-oogden, gezeten naast hun echtgenooten; in de blikken van die laatsten, gehuld in de eenvoudige kleedselen der bourgeoisie, verzinkend op wijde wieken in de vlinderlichte dagdroomen, trippelend over het gladde parket. Modeshows zijn tóch al reeds uit hun oor sprong in zekeren zin de sublimeering van materieele en ideëele armetierigheid, deze was het in nog verhoogde mate door het kwasi-mondaine publiek dat er naar zat te kijken. De gezonden van geest hadden terecht méér lust in een frisch bad. En ook hier zag ik weer dat het aspect van het mondaine Scheveningen anders wordt. Het is allerminst verdwenen, doch het heeft zich verplaatst. Er is nog werkelijke elegance genoeg te zien hier. Maar elders dan eenige jaren geleden. En óók anders. Daarover schrijf ik u in mijn volgende briefje. Mr. E. ELIAS. Spoedig andere loonbijslag- regeling? De Rotterdamsche recherche heeft den laatsten tijd een ingewikkelde zaak behandeld Daarmede werd half Mei begonnen, toen men bij de controle van een bank van leening te Rotterdam een zeer kostbaren armband met edelsteen aantrof, beleend door een zekeren J. K. 34 jaar oud. die bij de politie de repu tatie van „Gentleman"-inbreker en smokke laar heeft. Vermoedende, dat er misdrijf in het spe. was, werd de armband in beslag genomen. Het sieraad zat in een etui. waarop gegraveerd was: ,X. Gielen. a sa femme Irma". Daar onder stond nog „mazel". Men ging op zoek naar menschen, dit Gielen of Mazel heeten en men zocht ook in België, waar mer. een mijnheer Gielen vond Deze werd de armband getoond, welken hij zeide te kennen. Voorts vertelde hij, dat hij dezen armband jaren geleden aan een dame. Irma genaamd, had gegeven, toen hij me: deze dame gehuwd was. Waar zijn gescheiden echtgenoote nu verbleef wist hij niet. De Belgische politie slaagde er in. de dame Irma te vinden. Ook z: herkende den arm band en zei tot den Rotterdamsschen recher cheur die haar den armband toonde, dat een vriend van haar J. K„ den armband voor haar meegenomen had naar Rotterdam. Op de vraag of K. het sieraad voor haar beleend had. gaf zij een bevestigend antwoord. De politie kwam dus tot ds conclusie, da; er geen misdrijf in het spel was en depo neerde den in beslag genomen armband weer bij de Bank van Leening te Rotterdam. De zaak leek afgeloopen. maar dezer dagen ver scheen de Antwerpsche Irma te Rotterdam en zij herriep haar verklaringen. J. K. had wel den armband, en bovendien nog een edelsteen dezen laatste in Den Haag beleend, maar hij had het geld. zijnde f 1800 niet afgedragen. Destijds was K. nog een zeer geliefd vriend van haar en om hem te redden, had zij tegen de politie gezegd, dat zij het geld had gekregen. Thans verklaarde zij. dat zij de sieraden aan K. had gegeven om deze in Holland te laten taxeeren. Zij dacht, dat alles in orde was. maar het bezoek van den Rotterdamschei") rechercheur maakte haar duidelijk, dat de zaak niet klopte en daarom ging zij na dit bezoek, waarbij zij de politieman dus met een kluitje in het riet had gestuurd, dadelijk naar Parijs, waar J K. vertoefde, om hem rekenschap te vragen. K. bekende tegenover haar. dat hij den armband voor duizend gulden te Rotterdam had beleend en den edelsteen voor achthon derd gulden te Den Haag. Hij had dit ge daan. omdat hij geldgebrek had. Dit geldge brek was door dit bedrag nog niet gelenigd en daarom wilde K. aldus zeide hij te Parijs tegen Irma de twee beleende briefjes opnieuw doen beleenen, om er een bedrag van achthonderd gulden op te krijgen. Hier voor moest Irma haar goedkeuring geven en inderdaad heeft zij na eenig aandringen van K., schriftelijk haar toestemmnig gegeven. Op die manier had K. dus van haar beleend een armband voor f 1000, een edelsteen- voor f 800 en twee beleende briefjes opnieuw voor f 800, zoodat hij Irma f 2600 sctiuldig was. De vriendschap tusschen Irma en J. K. is na dien tijd bekoeld. K. is verdwenen en daarop is Irma naar Rotterdam gekomen om precies aan de politie'mee te deelen, wat er is gebeurd De politie zoekt thans K., die bovendien nog gesignaleerd staat voor een boete van f 500 wegens smokkelarij. O. KAMERLINGH ONNES OVERLEDEN. Te Bergen (N.H.) is op 73-jarigen leef tijd overleden de heer O. Kamerlingh Onnes, oud-directeur van het bureau voor handels inlichtingen te Amsterdam en oud-raadslid der hoofdstad. Drie woningen te Meppel afgebrand. Petrolcumtoestel viel om. Vrijdagmiddag om half vier brak te Mep pel brand uit in de woning van J. v. d. Dol- der, aan de Floresstraat 9. Het vuur moet ontstaan zijn door het omvallen van een pe- troleumtoestel. staande in een houten schuurtje achter de woning, tijdens afwezig heid van de bewoners. In een ommezien deel den de vlammen zich aan de woning zelve mede Ook de belendende perceelen. bewoond door de gezinnen Van Aalderen en Pothof, bleven niet gespaard. Hoog laaiden de vlam men op. alles wat binnen hun bereik kwam verterend. Van de inboedels kon niets worden gered. Na een uur werken was de brandweer, die met groot materiaal was uitgerukt, de vuurzee meester. De drie woningen, welke toebehoorden aan de Meppeler Bouw Ver- eeniging, zijn geheel uitgebrand. Eenige an dere woningen moesten worden ontruimd. De verloren gegane inboedels waren niet verze kerd. Treinverkeer RotterdamAmsterdam over Uitgeest. Vrijdagmiddag kwart over twee is op de spoorlijn Haarlem-Amsterdam bij de splitsing van de sporen naar Am sterdam en naar Hoofddorp-Aalsmeer een Dieseltrein uit de rails geloopen, met het gevolg, dat hij een boog van de electrische geleiding omver reed, waardoor elk treinverkeer van uit Haarlem in de richting Amsterdam en de richting Aalsmeer verder onmoge lijk was. Het verkeer op de lijn Rotter dam-Amsterdam werd over Uitgeest en Zaandam geleid. Persoonlijke on gelukken kwamen niet voor. Ziehier in het kort wat Vrijdagmiddag on der de reizigers van en naar Amsterdam groo te beroering wekte en wat vele nieuwsgierigen naar de Amsterdamsche Vaart lokte. Om kwart over twee namelijk, of om juist te zijn, om 2.16 uur kwam een Dieseltrein, be staande uit een motorwagen en twee rijtuigen derde klas terug van een proefrit op de lijn Alkmaar-Uitgeest, zooals wel meer gebeurt. Het treinstel had eenige minuten in het sta tion te Haarlem gestaan en moest daarna te ruggereden worden naar de Centrale Werk plaatsen, die zooals men weet eenige honder den meters ten Oosten van het Spaarne, even wijdig aan de Amsterdamsche vaart liggen. Om de emplacementen te kunnen bereiken moest men rangeeren. De trein reed dus door tot voorbij de aftakking van de lijn naar Aalsmeer en keerde toen terug op een ander spoor. „De laatst loodjes zijn het zwaarst", zegt het spreekwoord en dit heeft de blinkend- nieuwe Diesel ondervonden; zij zijn hem zelfs te zwaar gebleken. Want terwijl het grijze treinstel zich met een kalm vaartje van onge veer 30 K.M. per uur naar stal begaf, is het op den wissel van de Aalsmeerlijn een weg ge gaan, die niet de juiste was. Op een gegeven moment voelde men in den trein een schok en dadelijk daarna stond hij stil. Het bleek, dat op een of andere wijze de wissel te vroeg moet zijn overgehaald, want de achterste en de voorste wagen stonden op verschillende spo ren. Tot overmaat van ramp geschiedde dit precies op een plek, waar ook een juk van de electrische geleiding stond, Deze is voorname lijk door den zijkant van den middelsten wa gen getroffen en „en passant" meegenomen. Geen persoonlijke ongelukken Geluk bij ongeluk was nog, dat geen van de ongeveer tien inzittenden, al len werkzaam bij de Centrale Werk plaatsen, eenig letsel had opgeloopen. De gevolgen van de aanrijding waren noodlottig voor de regelmaat in den treinenloop; de mast werd omverge worpen en zakte in elkaar, half te gen, half op den trein. De zijkant van den wagen werd ernstig beschadigd en, wat nog erger was, door het val len van de draden was elk treinver keer tusschen Haarlem en Amster dam, een onderdeel van de drukste spoorlijn van het land dus, onmoge lijk geworden. Beide sporen waren versperd en dat juist tegen de groote drukte van de forensentreinen! De spoorlijn naar Hoofddorp was door den Diesel volkomen geblokkeerd. De reizigers van den eerstvolgenden trein uit Amsterdam konden overstappen in een ijlings uit het Haarlemsche station ontboden stoomtrein, die hen naar dit station vervoerde. Direct werden maatregelen getroffen om het verdere verkeer van de verbinding Rotterdam- Amsterdam in beide richtingen om te leiden over Uitgeest en Zaandam. Zij, die haast hadden, konden ook per elec trische tram van de N.Z.H.T.M. naar Amster dam of naar Haarlem gaan. In de hall van het station werden de rei zigers op de hoogte gebracht. Ook in Amsterdam werd het publiek door middel van borden in de hall gewaarschuwd, dat zij over Uitgeest zouden moeten rijden of met de tram zich naar Haarlem zouden moe ten begeven. Niettegenstaande de onmiddel lijk getroffen maatregelen kon van een regel- matfgen treinenloop op de vastgestelde tijden natuurlijk sprake zijn. De D-trein naar Parijs is via Breukelen en Harmeien vertrokken. Dadelijk na het gebeurde was politie aanwe zig. die de vele nieuwsgierigen, fietsers, auto mobilisten en voetgangers, den toegang tot de spoorbaan via de brug van den Aalsmeer- trein belette. Ook de hoofdinspecteurs M. Woud en G. A. Drayer en de inspecteur J. D. Duijts waren aanwezig, evenals de substituut-officier van justitie mr. A. R. Andringa. De stationschef, de heer J. J. van Viegen. voegde zich latei- bij het gezelschap. Zoo gauw mogelijk werd onder leiding van ingenieurs het opruimingswerk begonnen. Da delijk na. het déraillement was de stroom op het betreffende baanvak afgesloten, zoodat men zonder gevaar kon werken. De gevallen boog werd gestut en met snvapparaten door gebrand, opdat men de op vele plaatsen ge deukte en beschadigde wagens vrij kon krij gen. Bij informatie kon men ons Vrijdagavond nog niet vertellen, wanneer het opruimings werk zal zijn beëindigd. Men werkte met man en macht om de drukke spoorbaan Haarlem- Amsterdam vrij te maken. Voorloopig zal een hulpboog moeten worden opgesteld om de draden te spannen. Wanneer echter de treinen weer over het baanvak zouden rijden viel niet te zeggen. Ook de schade kon nog niet worden bepaald. Omtrent de oorzaak van deze pech van den Diesel had men evenmin zekerheid. Men acht het in de kringen der Nederlandsche Spoorwe gen practisch onmogelijk, dat de wissel te vroeg zou zijn omgehaald, zonder dat een sein was gegeven. De snelheid van den Diesel was gering, dus daarin kan de reden ook niet lig gen. Het onderzoek door technici zal moeten uitwijzen, waardoor het ongeval met dit pech- kind der Spoorwegen geschiedde. Aan den spoorwegovergang aan de Klever laan stonden Vrijdagavond twee agenten, een Bloemendaalsche op Bloemendaalsch en een Haarlemsche op Haarlemsch gebied, om de drukte te regelen. Elk oogenblik reden daar de treinen voorbij, want de reeds drukke lijn heeft thans ook het verkeer Rotterdam-Am sterdam te verwerken. Op de bureaux der Ne derlandsche Spoorwegen heeft de ontsporing overstelpende drukte gebracht. Het is voor de Spoorwegen wel onaange naam, dat deze pech nu juist een Diesel moest treffen. De baan weer vrij. Nadat men den Dieseltrein weer 'op de rails had gebracht, heeft men zich met spoed ertoe gezet de overige belemmeringen voor 't door- gaandetreinverkeer te verwijderen. Hiermede was men omstreeks half negen vrijwel gereed gekomen, zoodat vanaf 20.45 uur de treinen loop kon worden hersteld. Echter kon op het gedeelte van het net, dat 's middags naar be neden was gekomen, 's avonds nog geen elec- trische stroom worden toegelaten, aangezien de draden en de isolatoren van de portaalmast, welke weer is opgericht, opnieuw moeten wor den gesteld, een werk, dat nog geruimen tijd in beslag zal nemen, maar waarmede men voor heden ochtend gereed hoopte te zijn. De treinen, die van Haarlem kwamen, namen over het eerste stuk van het station tot de Spaarne-brug, een afstand van driehonderd meter, een flinke vaart en reden dan over een baangedeelte van 2600 meter, dat stroomloos was, met neergelaten beugel. De portaalmast, welke is aangereden, is niet in tweeën gebroken, doch enkel ontzet. De linkerpoot van den paal is plat op den grond komen te liggen, waardoor het geheel een hoek van 45 graden maakte. Men is er echter spoe dig in geslaagd de mast weer op te richten. Eerst heeft men het ijzeren juk van de mast, dat op den ontspoorden trein was gevallen om hoog gebracht en met houten palen gestut. Daarna kon de gederailleerde trein weer in de rails worden geplaatst, hetgeen betrekkelijk weinig moeite kostte. De wagons werden ver volgens door een locomotief naar de Centrale Werkplaatsen gereden. Hierdoor was het noo- dig een luchtkoker op het dak van een der wagens af te schroeven om het nog laag han gende juk te kunnen passeeren. Daarna is men begonnen met het herstellen van de boven leiding en omstreeks negen uur gisteravond was men hiermede zoover gevorderd, dat de treinenloop weer voortgang kon hebben. Ook de treinen, die uit de richting Amster dam kwamen, namen voor het stroomlooze ge deelte eerst een f linken ..aanloop", om op eigen kracht verder te rijden De lijn naar Hoofddorp werd eveneens spoe dig weer vrij gemaakt. De rails, die ontzet wa ren. konden ter plaatse worden hersteld. Het treinverkeer tusschen Haarlem en Hoofddorp en Aalsmeer kon na de ontsporing worden gaande gehouden, doordat men de reizigers van af het station Haarlem met de „blauwe tram" naar de voormalige halte Rijksstraat weg vervoerde, waar zij konden overstappen in de gereedstaande treinen. Omtrent de oorzaak van de ontsporing kan nog steeds niets worden medegedeeld, omdat men niet wil vooruitloopen op het officieele onderzoek, dat vanwege de directie der Ne derlandsche Spoorwegen zal worden ingesteld. Aangenomen wordt echter, dat tijdens het rangeeren van den Dieseltrein een wissel te vroeg is omgetrokken, waardoor het eerste deel van het treinstel rechtuit ging en het achterste deel de zijlijn naar de Haarlemmer meer opreed. De wisselwachter, die met de bediening van den bewusten wissel was belast is door de Haarlemsche politie verhoord, doch hij ont kent dat hij den wissel ontijdig heeft overge haald. Het onderzoek wordt nog voortgezet. Ook de justitie houdt zich ermede bezig. De definitieve herstelling van de bovenlei ding zal nog eenige dagen in beslag nemen omdat voor de masten nieuwe betonnen onder stukken gegoten moeten worden. Het opruimingswerk werd geleid door de ingenieurs van tractie Ir. B. J. Nachenius en Ir. E. v. d. Hoek te Amsterdam. Verder waren aanwezig uit Utrecht Ir. Beckering, ingenieur van de electrische tractie en Ir. H. E. Verschoor van Sleeuwijk, hoofdinspecteur, adjunct-chef van dienst. Te Amsterdam was de regeling va.n het treinverkeer in handen van den heer G. van Meurs, inspecteur van het Vervoer te Am sterdam en te Haarlem van Ir. N. H .H. Naima van der Wal. adjunct-inspecteur van het Ver voer te Amsterdam. Naai' wij kunnen mededeelen was heden morgen bij het begin van den dienst de elec- triciteitsregelyng weer geheel normaal. Bollenstreek rekent op medewerking van Den Haag. Te Sassenheim is een vergadering gehou den in verband met de inschakeling van werkloozen in het bollenbedrijf met bijslag op het loon. De door de regeering wenschelijk geachte regeling, heeft, aldus was men van oordeel, sinds de toepassing na 1 Juli reeds zooveel fouten getoond, dat hoe eerder hoe beter daarmede moest worden opgehouden. Medegedeeld werd, dat de kans inderdaad zeer groot is. dat de regeering op haar inge nomen standpunt tegenover de bollenstreek zal terugkomen en dat het inschakelings systeem in de huidigen vorm zal verdwijnen. Een plan dat dezer dagen aan het departe ment is toegezonden, behelst dat de werk gever, alvorens voor bijslag in aanmerking te mogen komen, het noodzakelijke werk ge heel zelf voor zijn rekening moet nemen. Een bepaald bedrag dat in verband wederom mer de wijze van arbeiden in de streek voor ver schillende tijdstippen verschillend is (onge veer in periodes van drie maanden), moet eerst per hectare verloond zijn. Eerst daarna kan hij arbeiders met bijslag op het loon ver krijgen Men heeft den indruk gekregen, dat er in Den Haag met spoed aan de zaak wordt gewerkt en men heeft gegronde reden te ver wachten. dat de nieuwe regeling, die de regeering voorbereidt, geheel of in hoofdzaak gelijkluidend zal zijn, zooals het advies dat thans is uitgewerkt. Toen de vriendschap bekoelde Ingewikkelde zaak eindelijk door de politie opgelost. NIJENRODE VOOR HET PUBLIEK OPEN GESTELD. Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van 1885. 13 Juli: Omstreeks het jaar 1860 of '61 vertrok van Java naar China het Nederlandsche barkschip „Watergeus", kapitein H. R. Giezen, boekhouder wijlen dc heer P. Varkevisser. te Scheveningen. Sedert het vertrek van dien bodem van Java heerschte in de Chineesche Zee een schrikkelijke storm, en sedert werd er van de „Watergeus" niets meer ver nomen; zoodat bij de rechtbanken aan vraag werd gedaan door sommige vrou wen. om een ander huwelijk aan te gaan. wegens vermoedelijk overlijden. Al die jaren van 1860 of '61 af zijn sedert voor bij gegaan, en nu komt een man in Delft vertellen dat hij ook tot de equipage van de „Watergeus" behoorde, doch het schip door Chineesche zeeroovers is overvallen, geplunderd, en dc opvaren den als slaven naar het binnenland zijn vervoerd, waar zij. aan ketenen gebon den. hun ellendig leven slijten. Aan den verhaler was het gelukt, zich aan boord van een ander schip te verbergen, en zoodoende was hij er in geslaagd te ontsnappen en naar Nederland te ko men. Hij vertelt verder, dat enkelen van de eauinaee ziin overleden, doch som migen nog in leven ziin. wier namen hij ongeeft. Ta^eevnlse daarvan zijn som mige familieleden thans bezig nadere inlichtingen in te winnen, en zij zullen daarna trachten, wanneer zij zekerheid hebben, de tusschenkomst van het Nc- derland^che gouvernement in te roepen, teneinde de invrijheidstelling der gevangenen te verkrijgen. L. Peper. De heer Peper werd 15 April 1883 te Am sterdam geboren. Hij bezocht daar de lagere school tot zijn twaalfde jaar en heeft er daar na acht jaar in een broodbakkerij gewerkt. Tijdens de algemeene staking in 1903 werd hij ontslagen en kon toen wegens zijn politieke gezindheid geen werk meer vinden. Daarom ging hij op goed geluk naar het buitenland. Twee jaar heeft hij als bakker in Brussel, Parijs en Londen gewerkt. In 1905 kwam de heer Peper naar Haar lem. waar hij als bakker in betrekking kwam bij de Coöperatie „Vooruitgang" en waar hij nog steeds werkzaam is. dus ruim dertig jaar. In September 1919 werd hij lid van den Haarlemschen Raad. Van 1905 tot 1918 was de heer Peper hier lid van de S.D.A.P,. waarvan tien jaar be stuurslid. In 1918 bedankte hij als lid van die organisatie en werd lid van de Communisti sche partij. De heer Peper is ook lid van den ledenraad der Coöp. „Vooruitgang": lid van de controle commissie van den Bakkersbond en bestuurslid van de Huurdersvereeniging „De Haarlemsche Woningstichting". Het kasteel Nijenrode bij Breukelen is Vrij dagmiddag voor het publiek opengesteld. Prof. dr. W. Vogelsang, directeur van het kunst historisch Instituut te Utrecht verrichtte de officieele opening. In zijn rede vestigde hij er de aandacht op. dat öe geschiedenis van Nijenrode teruggaat tot de 12de eeuw en dat restauratie en uitbreiding van dit huis zich voltrokken hebben op een wijze, die ook den meest deskundige volkomen bevredigt. Van den heer Goudstikker noemde spr. het een gelukkige gedachte, dat hij heeft willen too- nen wat kunstwerken in zulk een schoone om geving kunnen doen. Het gezamenlijk beeld blijft den beschouwer sterker bij dan een der nieuwe musea dit ooit kunnen doen. Hierna sprak nog de heer Goudstikker. HET VERMISTE SCHIP IS TERECHT. De „Eben Haezer". het schip dat uit- Rot terdam met een lading waterleidingsbuizen naar Oldenhove (Groningen) was vertrokken en geruimen tijd onderweg bleef, zondeT dat de reederij wist waaraan het oponthoud te wijten was, is Vrijdag te Roode Ham gearri- weerd. Schipper Drenth heeft zich bij den burgemeester van Oldenhove aangemeld. Hij heeft eenige dagen op de wadden voor Schier monnikoog vastgezeten en kon wegens den voortdurenden lagen waterstand niet los komen Bij aankomst te Zoutkamp was alles wel aan boord. Chauffeur door de warmte bevangen. Auto van een dijk gereden. Vrijdagmiddag omstreeks twee uur is een chauffeur van dc N.V. Gebr. Los uit Amers foort door de warmte bevangen en met een zware vrachtauto bij Haastrecht van den dijk gereden. De auto kantelde om en bleef tegen een boom staan, waarachter twee kinderen lagen te slapen. Gelukkig kwamen deze beide met de schrik vrij. De chauffeur had evenmin letsel bekomen, doch is in overspannen toe stand naar het van Iterson-Zickenhuis te Gouda vervoerd. Achter op de auto zaten twee muzikanten, die de chauffeur waarschijnlijk onderweg meegenomen had. Deze werden van den auto afgeslingerd. Eén van hen kreeg een armbreuk, de andere verscheidene lichte kwetsuren Zij zijn eveneens naar het van Iterson-Ziekenhuis vervoerd. VAN EEN BALKON GEVALLEN. Vrijdagmiddag had de - gel uit Baarn, die werkzaam was op eet? kon van een villa aan den Eemnesserweg het ongeluk daar af te vallen. Vermoedelijk is dit gebeurd doordat hy zich aan één der steencn consols had vastgehouden, welke ble ken niet zeer vast te. zitten. De man werd le- vensg"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5