Dr. Jac. P. Thijsse werd op grootsche
wijze gehuldigd.
Economische Voorlichting.
Heeren-Costuums
Regenjassen
Jo VAM 10AMI
TEMPELIERSSTR. 32
VRIJDAG 26 JU UI 1935
HAARL'E M'S DAGBLAD
Het naar hem genoemde natuurmonument
overgedragen.
Koninklijke onderscheiding.
In de Koningszaal van „Artis" werd giste
ren een algemeen bekend en bemind Neder
lander gehuldigd. Tal van officieele en semi-
officieele personen, een reeks van vrienden
en kennissen waren daar aanwezig om ter ge
legenheid van zijn zeventigsten verjaardag'dr.
Jac. P. Thijsse te feliciteeren en te getuigen
van hun groote bewondering.
In de groote met palmen en bloemstukken
feestelijk versierde zaal merkten wij o.a. op
prof. ar. Th. J. Stomps, prof. dr. L. F. de Beau
fort, Dr. J. H. Bierens de Haan. prof. dr. G. H.
van Poelje, mr. H. Westerman, Edo J Bergsma,
mr. Van Sonsbeek. prof. dr. A. E. H. Swaen.
mr. P. G. van Tienhoven, dr. A. Sunier, dr. A.
de Vletter en de heeren H. C. Rehbock en J.
Drijver. Henri Polak.
De huldiging, waaraan een lunch vooraf
ging, werd geopend door mr. P. G. van Tien
hoven. voorzitter van de Vereeniging tot Be
houd van Natuurmonumenten.
„Toen ruchtbaar werd, dat gij heden uw
verjaardag zoudt vieren, is bij vele vrienden
de gedachte opgekomen u namens deze vrien
den en namens het geheele Nederlandsche
volk een huldeblijk te brengen.
Met buitengewone tevredenheid en voldoe
ning mag u op zeventig waardevolle jaren
terugzien."
Spr. wijdde vervolgens de aandacht aan de
vele artikelen, boeken en andere geschriften,
die dr. Thijsse heeft geschreven. Met gx-oote
bewondering uitte spr. zich over deze geschrif
ten en over den arbeid, die de jubilaris voor
een aantal vereenigingen heeft verricht.
De benoeming tot eere-doctor van dr.
Thijsse wordt door het heele Nederlaildsche
volk als volkomen verdiend beschouwd. Prof.
Stomps wees op de belangrijke verdiensten
van den jarige als ornitholoog, als ethnoloog
en als botanicus, in het bijzonder met betrek
king tot de bloemenbiologie. Weinig menschen
in den lande hebben zooals hij gezwoegd voor
het cultureele leven van het Nederlandsche
volk. dat op biologisch gebied zeker niet in
ontwikkeling ten achter staat bij andere
naties.
Enkele gevoelvolle woorden wijdde prof.
Stomps aan de nagedachtenis van beider
vroegere medewerkers Jaspers en Heimans.
Daarna vervolgde hij„Ieder vriend geven
wij op zijn verjaardag een cadeau, dat hebben
we op uw vex-jaardag natuurlijk ook willen
doen. Wij konden bij de keuze hiervan niet
aan iets anders denken dan aan een natuur
monument. En daar de namen Thijsse en
Texel meestal in één adem genoemd woi'den,
hebben wij dit monument op Texel gezocht en
er een gevonden met rijke flora en fauna".
Als typeerend blijk van de bemindheid van
dr. Thysse vertelde spr. dat het benoodigde
bedrag voor het monument in anderhalve
week van duizenden menschen was binnen
gekomen.
Namens al de vrienden bood prof. Stomps
daarop aan dr. Thijsse het naar hem geixoem-
de „Jac. P. Thijsse Natuurmonument" over.
Geroerd dankte de jarige natuurkenner voor
dit geschenk. Het is van groot belang, dat de
zeldzaanx mooie en veelzijdige natuur van
Nederland behoed wordt en dat de mooie
plekken behouden worden, verklaarde hij. Er
was, naar zijn meening, geen beter cadeau
dat men hem had kunnen aanbieden. Een
natuurmonument, vervolgde hij, is alleen
veilig in handen van de Vereeniging tot Be
houd van Natuurmonumenten. Rijk, provin
cie en gemeente doen veel voor het behoud
van natuurschoon, doch zij zijn afhankelijk
van de vertegenwoordigende lichamen, welker
leden grootendeels niet biologisch geschoold
zijn. Het bestuur van de Vereeniging is dit
echter wel.
„Ik wensch daarom het natuurmonument,
dat mij is geschonken, over te dragen aan de
Vereeniging tot behoud van Natuurmonumen
ten".
Spr. deed dit echter onder voorbehoud, dat
de gelden van de opbrengst van het hooi e.d.
hem zouden blijven toekomen, opdat de helft
ervan kon worden gestort ten bate van een
fonds voor een natuurmonument in Zuid-
Limburg.
„Heimans heeft voor Zuid-Limburg min
stens evenveel gedaan, als ik wellicht voor
Texel", zeide de heer Thijsse.
In een korte toespraak zeide mr. P. G. van
Tienhoven gaarne het aanbod te accepteeren.
De naam Jac. P. Thijsse zal echter aan het
monument verbonden blijven. „Dat gij het
ons schenkt, ofschoon gij het anders had
kunnen gebruiken, bevestigt de uitspraak, dat
het leven van een mensch beheerscht blijft
door het streven naar een ideaal". Spr. hoop
te, dat er ook voor het Heimans-natuurmonu
ment zooveel animo zal bestaan.
De heer S. Versluys bood dr. Thijsse een
exemplaar van het gedenkboek over Dr. Jac.
P. Thjjsse aan, dat als jubileumnummer van
„De Levende Natuur" is verschenen, welk blad
den veertigsten jaargang ingaat.
In zijn dankwoord haalde de jubilaris tal
van oude herinneringen op. betreffende de
jarenlange samenwerking bij de uitgave van
„De Levende Natuur", waarin eigenlijk zijn
levenswerk is geconcentreerd. Spr. zeide ver
heugd te zijn. dat hij in dien tijd zooveel in
stemming heeft ondervonden, hetgeen op be
langstelling bij de Nederlanders wijst. Ten
slotte dankte hij de redacteuren van het ge
denkboek.
Vervolgens was het woord aan prof. dr. G.
A. van Poelje, directeur van de afdeeling On
derwijs van het Departement van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen. Hij sprak offi
cieel namens de ministers en namens de velen,
die zooals hij gegrepen zijn door de schoon
heid van de natuur, zijn bewondering uit voor
dr. Thijsse's werk.
Hij deelde hierop mede, dat het de Koningin
had behaagd dr. Thijsse te benoemen tot
Ridder in de Orde van den Nederlandschen
Leeuw.
Dr. Thijsse betuigde, dankend voor de on
derscheiding, zijn vreugde, dat de regeering
tegenwoordig zoo veel meer belangstelling
toont voor het natuurbeschermingswerk.
Dr. Sunier, directeur van „Artis" wees o a.
op de groote medewerking van dr. Thijsse bij
de oprichting van de Ned. Natuurhistorische
Vereeniging, de Ned. Ornithologische Ver
eeniging in 1901, de Vereeniging tot Behoud
van Natuurmonumenten in 1905, de Heimans-
Stichting in 1906 en van het Heimans-Diora
ma in Artis. Namens het bestuur van het Kon.
Genootschap deelde dr. Sunier mede, dat het
dr. Thijsse heeft benoemd tot honorair lid.
Tevens overhandigde hij het bijbehoorend
diploma.
Ook dezen spreker dankte dr. Thijsse har
telijk.
Dr. Joh. H. van Burkom. voorzitter van de
Natuurhistorische Vereeniging sprak hierna
namens het leiderskamp te Havelte.
De heer Edo J. Bergsma, voorzitter van den
A.N.W.B. reikte aan dr. Thijsse na een korte
toespraak de eere-medaille van den Touristen
bond uit.
De heer W. B. Oort, burgemeester van Texel,
dankt dr. Thijsse voor wat deze voor Texel
deed.
Vervolgens spraken nog ir. W. F. J. M. Krul.
directeur van het Rijksbureau voor de drink
watervoorziening; Prof. dr. A. E. H. Swaen
namens de Vex-eeniging tot Bescherming van
Vogels; ir. A. Schweers. penningmeester van
de Ned. Mycologische Vereeniging namens
deze vereeniging.
Prof. Stomps las vei'volgens een felicitatie
brief van prof. Jeswiet uit Wageningeix voor
en overhandigde den jarige namens dezen
een portret van den overleden Nedei-land
schen geleerde prof. Hugo de Vries.
Tot slot sprak nog dr. J. Heimans. de zoon
van den overleden vriend van dr. Thijsse. die
zijn groote waardeering jegens dezen uitsprak
en herinnerde aan de prettige wijze van sa
menwerken die altijd tusschen den heer
Thijsse en zijn vader bestond.
De zeventigjarige Bloemendaalsche natuur
kenner sprak hierna nog een algemeen dank
woord en wees in het bijzonder op de groote
verdiensten van mej. Geertruida Carelsen, die
zich ook onder de aanwezigen bevoixd en die
reeds over de natuur schreef, toen Thijsse nog
in de wieg lag.
Na deze huldiging werd gelegenheid gegeven
dr. Thijsse en zijn echtgenoote geluk te wen-
schen.
De Leidsche Zilvertentoonstelling
Een kostbare verzameling
in de Lakenhal.
In de Lakenhal in Leiden wordt een zilver-
tentoonstelling gehouden, de Leidsche Zil-
vertentoonstellïng uitgaande van de Com
missie voor het Stedelijk Museum „De Laken
hal" te Leiden.
Ver van het stadsgewoel, dat achter de
hooge muren van het rustige voorplein ver
borgen gebleven is en dat niet doordringt in
het museum, is de tentoonstelling ingericht
in vijf ineenlcopende zalen van den rechter
vleugel, die sober zijn gehouden om aan het
door zijn onopdringerigheid zoo voorname
Zilver alle recht te doen wedervaren. Don
kere houten vitrines; gevuld met het mooiste
bewerkte zilver staan opgesteld en door de
kleine glas-in-lood-i-aampjes dringen de felle
zonnestralen slechts door tot aan de zware
overgordijnen, zoodat een haast plechtig ge
dempt licht in de vertrekken heerscht.
Schatten zijn bijeengebracht uit alle deelcn
des lands, van gemeenten, van particulieren,
van stichtingen. De collectie bevat voorwer
pen van de 14de eeuw af tot nu toe, oude
drinkhorens door Kampen geschonken en mo
dern tafelzilver.
Als men de eerste zaal binnentreedt, ziet
men in het midden van den rechterwand een
kast, waarvoor de Koningin ongeveer 40
voorwerpen uit de nalatenschap van wijlen
Koningin Emma heeft afgestaan. Er liggen
een beker uit de 17de eeuw, een olie-en-azijn
stel, een prachtige schaal, een gegraveerde
lepel uit 1755 ter gelegenheid van de eerste
steenlegging van het Paleis op den Dam ge
maakt. Een kolossaal pronkstuk staat naast
deze vitrine, geschonken door de Zeeuwen
aan Koning Willem III in 1874. Elders zijn
nog drie deelen te bezichtigen van het uit 81
stuks bestaande „surtout de table aan onze
Koningin geschonken door haar vader, naar
Fransche teekeningen ontworpen door Lens.
nl twee candelabres en een bloemenvaas.
Veel kerkelijk zilver is aanwezig. o.a.
prachtig gedreven werk uit de 16de eeuw
van Limrnen. kandelaars uit Enkhuizen,
hostiebussen, cibories, spijskelken. en o.a.
schaaltjes voor kerkelijk gebruik door Baerd
vervaardigd.
De heer Van Kerkwijk uit Den Haag. vroe
ger directeur van het Munten- en Penning
kabinet, wees ons de schoonheden uit de
fraaie collectie, vestigde onze aandacht op
een beker van het St.-Jorisgilde uit Middel
burg uit 1650, op de beroemde beker van Bos-
su uit 1573 op het zilver van de Leidsche gil
den. op reliekschrijnen, met beeltenissen van
Ignatius en Franciscus Severius, en op een
der mooiste stukken uit de ver-zameling; een
sierstuk met voorstellingen uit het leven van
Christus, zijnde een schotel uit het midden
der 17de eeuw. Ook op het schitterende zil
verwerk van den bexoemden Vianen, zout
vaatjes en bakjes uit het begin der 17de eeuw,
maakte hij ons attent. Er waren kleine
avondmaal bekers met bijbelsche voorstellin
gen, en een gedreven schotel waarin Duitsche
munten uit de 17de eeuw verwerkt zijn. Een
alleraardigste inaending was het kinderspeel
goed. meest uit Amsterdam, van Van Geffen.
zorgvuldig gemaakte wafelijzertjes, schom
melstoeltjes, ja, zelfs een groepje menschen
rond een tafel in miniatuur.
Het zou veel te ver voeren al het ingezon-
aene te noemen. Maar niet vergeten mag
v/orden de Haarlemsche inzendingen, van de
Kerkelijke Gemeente, een bordje met de St.-
Bavo er op, een zoutvat, een avondmaalbeker,
de bandelier met de schilden van Trou moet
Blijcken, bijdragen uit het Frans Halsmu
seum, een reproductie van de St.-Maartens-
beker.
De heer A. Coert, directeur van de Laken
hal toonde ons prachtig Balineesch werk, de
eenige inzending van buiten onze Europee-
sche landsgrenzen, zooals krissen, gespen,
hoofdtooi, sirihdoosjes. Alleraardigst waren de
Friesche bruidskoffei-tjes, die gevuld met gou
den muntstukken door de schoonouders aan
de bruid gegeven werden. Er waren zooge
naamde molenbekers, bekers met een molen
tje eraan, waarvan men de wieken eerst rond
moest draaien door blaaen vóórdat men
dronk. Als de wieken stilstonden vóór de be
ker geledigd was. moest men een roixdje ge
ven! Er waren fraaie Hans-in-den-kelders,
platte bekers, waaruit bij het drinken een
poppetje kwam kijken, bij wijze van mede-
deeling van de gastvrouw, dat zij in blijde
verwachting was. een Nedei'landsch gebruik
uit het midden van de 17de eeuw.
En tenslotte was er de Louis Quatorze-
zaal, waar een tafel aangericht was voor acht
personen, uitsluitend samengesteld met voor
werpen uit het museum zelf: damast uit de
18de eeuw, het zilver van de stad Leiden, met
blauw porceleinen borden Hoewel het geheel
nu niet precies historisch juist is. maakte het
een bekoorlijken indruk, daar de bedoeling
der opstellers is te toonen welke schoonheden
men op tafel alleen met zilver en oud-blauw
bereiken kan. In de zaal verdient nog aan
dacht een groote vaas, geschonken door de
vrouw van den Winterkoning, de Koningin
van Bohemen, in 1641 aan Leiden uit dank
baarheid voor het onderwijs, dat haar kinde
ren in Leiden hebben gekregen.
Het is een bijzonder interessante tentoon
stelling, die Zaterdagmiddag door den bur
gemeester van Leiden, mr. A. van de Sanae
Bakhuyzen, zal worden geopend en tot Sep
tember open zal blijven. Het is een waardig
specimen uit de reeks, die de Commissie in de
Lakeihal in den loop der jaren heeft gehou
den. zooals de Rembrandt en Jan Steen
tentoonstelling indertijd. Vermelding ver
dient de verloting die zai wox-den gehouden
met geldpi-ijzen waarvoor men zilver moet
aankoopen.
Dr. G. J. Weijland. t
In het ziekenhuis te Middelburg, waar hij
geruimen tijd verpleegd werd, is in den ouder
dom van 75 jaar overleden Dr. G. J. Weyland.
predikant bij de Ned. Herv. Gem. van Veere
en president van de Algemeene Synode der
Ned. Herv. Kerk.
Dr. Weyland werd 27 April 1860 te Gronin
gen, waar zijn vader reeder was, geboren en
ontving zijn opleiding aan de Rijksuniversi
teit te Groningen, waar hij ook tot doctor in
de theologie promoveerde op 7 Nov. 1888 op
een dissertatie getiteld: „Omwerkings- en
complicatie-hypothesen, toegepast op de
apocalypse van Johannes". De promotie ge
schiedde cum laude.
In 1885 candidaat geworden in Noord-Bra
bant, aanvaardde Dr. Weyland 20 Juni 1886
het predikambt bij de Ned. Herv. Gem. van
Austerlitz. Hier ontving hij 31 Dec. 1893 eer
vol ontslag in verband met zijn benoeming tot
directeur van het Ned. Zendingsgenootschap
te Rotterdam. Hij werd belast met de oplei
ding van de a.s. zendelingen en later met het
secretariaat van het genootschap en de re
dactie van de Mededeelingen en Maandberich
ten. Deze functie heeft hij vervuld tot 1896.
toen hij 27 Sept van dat jaar te Veere opnieuw
het predikambt aanvaardde.
Dr. Weyland is in de Ned. Herv. Kerk een
der meest op den voorgrond tredende predi
kanten geweest, die hij diende in de voor
naamste functies. Hij was scriba en quaestor
van den ring Veere; secr. van het Pi-ov. kerk
bestuur van Zeeland en lid van het Algemeen
college van toezicht op het beheer der ker
kelijke goederen en fondsen. Sinds 1905 is de
overledene zonder tusschenpoozen afgevaar
digd geweest voor het Prov. kerkbestuur van
Zeeland naar de Algemeene Synode der Ned
Herv. kerk, die hem in 1917 als haar president
koos en hem sedert dien reeds opnieuw haar
vertrouwen schonk. Aangezien de overledene
de thans zittende Synode niet. als president
dienen kon, benoemde dit college hem tot
eere-president. Ook van de Algemeene Syno
dale Commissie is Dr. Weyland president ge
weest. De krasse grijsaard die nog ten vorige
jare zich per vliegtuig van Veere naar de zit
tingen van de Synode te 's Gravenhage be
gaf, was een zeer scherpzinnig man met rijke
ervaringen van kerkelijke toestanden en een
figuur van erkende bekwaamheid op kerk
rechtelijk gebied. De overledene die ter gele
genheid van zijn 70sten verjaardag op groot
sche wijze gehuldigd werd, zag zijn ver
diensten erkend door zijn benoeming tot rid
der in de orde van deix Ned. Leeuw.
Zijn verscheiden is een ernstig verlies voor
de Ned. Herv. Kerk.
In het Voorloopig Verslag over het Wets
ontwerp tot verlaging van de openbare uit
gaven trof mij o.m. de navolgende passage:
Onze diplomatieke en consulaire dienst be
hoort op moderne leest te worden geschoeid
en op onbekrompen wijze te worden uitge
breid. De propaganda voor het verbruik van
Nederlandsche producten in den vreemde
moet worden bevorderd.
In de Java Bode werd een beschouwing ge
wijd aan het door Mr. Hart. Directeur van
Economische Zaken te Batavia, uitgebrachte
rapport van zijn reis in China en Japan.
Daarbij werd de aandacht gevestigd op moge
lijkheden voor onzen handel en vooral op de
leemten, welke onze handelsvertegenwoordi
ging in beide landen heeft. Het wordt hoog
tijd, dat Indië's handelsvertegenwoordiging
aan den Pacific spoedig zóó wordt georgani
seerd. dat Indië kan profiteeren van de mo
gelijkheden, welke daar nog liggen opgetast.
Het rapport-Hart wijst op den vreemden
toestand, dat onze legatie zich nog altijd be
vindt in het goeddeels uitgestorven Peiping.
terwijl de regeering te Nanking is gevestigd.
Het Voorloopig Verslag over hoofdstuk III
der Rijks begroot ing 1935. Eerste Kamer, ver
meldt onder het hoofd: Consulaire Dienst
o.m.; „Andere leden. bepleitten opnieuw
verbetering van de outillage van den consu-
lairen dienst. Zij wezen vooral op de nood
zakelijkheid in de overzeesche centra, welke
daarvoor in aanmerking komen, bekwame
personen met ruime ervaring op het gebied
van handel en industrie, aan te stellen. De
leden, hier aan het woord, konden dit stand
punt (dat de Minister van Buitenlandsche
Zaken de gebrekkige outillage van den con-
sulairen dienst heeft erkend; de verbetering
stuitte echter af op financieele bezwaren i
niet deelen. daar ook zij van meening waren,
dat uitgaven tot verbetering van den consu-
lairen dienst als productieve uitgaven zijn te
beschouwen."
In de Memorie van Antwoord gaf de Minis
ter van Buitenlandsche Zaken te kennen, „dat
ook hij niets liever zou willen dan een krach
tige versterking van den consulairen dienst
door aanstelling van meer beroepsconsuls. In
de huidige moeilijke financieele omstandig
heden vait er echter tot zijn leedwezen niet
aan te denken op de begrooting van zijn De
partement daarvoor extra-gelden uit te trek
ken. Ondergeteekende onderzoekt echter de
mogelijkheid in hoeverre binnen het bestaan
de financieele raam door waarneming van
enkele posten door beroepsambtenaren aan
geuite verlangens eenigermate zou kunnen
worden tegemoetgekomen."
In Soerabaja bezocht ik in 1933 het Japan-
sche handelsmuseum, een instelling, die als
museum weinig te beteekenen heeft, maar des
te meer als centrum van voorlichting voor den
Japanschen handel. Ongeveer tegelijkertijd
bezocht de Australische show-boat Batavia en
andere steden. De Fransche Regeei-ing zendt
ambtenaren naar onze Koloniën, teneinde
zich op de hoogte te stellen van handels
usances, afzetgebieden enz. Komt het niet
herhaaldelijk voor. dat de Kamers van Koop
handel en Fabrieken onvoldoende op de hoog
te zijn van wijzigingen in handelsverdragen
enz.?
Dit alles is een verkorte bloemlezing, die
voor zich zélf spreekt .Het is een aanklacht
tegen den bestaanden Voorlichtingsdienst,
tegen het instituut als zoodanig, geen aan
klacht tegen hen. die op dit gebied werkzaam
zijn. al zullen ook daar niet allen over één
kam geschoren kunnen worden. Industrie en
handel zijn alleen gediend bij een inlichtin
gendienst, die over de juiste, volledige gege
vens de beschikking heeft en in staat is om
deze onmiddellijk ter kennis van belangheb
benden te brengen. Een goede voorlichtings
dienst is geen overbodige luxe. Ten slotte be
slist deze in vele opzichten over de belangen
van industrie en handel in 't bijzonder in
ons land. een exportland bij uitnemendheid
en over behoud en vermeerdering van werk
gelegenheid. Erkend wordt, ja. zelfs an höch-
ster Stelle, dat er aan de outillage op dat ge
bied iets ontbreekt. Wij loopen herhaaldelijk
achter de feiten aan. Met eigen oogen heb ik
dat ervaren op mijn reis over Java, Bali en
Sumatra. Wij geven ons te weinig moeite, het
is ons daar jarenlang te goed gegaan. Vele
leiders bleven in ons land. in stede op gezette
tijden bijv. zelf eens naar Java te trekken. In
de laatste jaren is de noodzaak daartoe drin
gender dan in de voor-oorlogsche periode.
Elke mai'kt stelt hare eigen eischen. De tijd
en de omstandigheden oefenen daarbij in
vloed uit. Het gaat hier om levenskwesties.
Bezuiniging op dat gebied zou niet juist
zijn. Onze buitenlandsche handelsvooi-lich-
tingsdienst bestaat uit de diplomatieke
dienst, waaronder ook de handelsattachés
(zegge en schrijve: drie permanente en één
tijdelijke) vallen en de consulaire dienst, die
in 't bijzonder dient ter behartiging vaxx han
delsbelangen. Nu is het juist dit apparaat,
hetwelk meer en meer aan beteekenis heeft
verloren. Tal van particulieren, dikwijls Ne
derlanders. in het buitenland woonachtig,
nemen deze functies waar. Daarnaast hebben
zij nog eigen zaken, die in den tijd waarin wij
Bijzondere voordeelige Aanbieding
van
en
Restanten PLUS FOUR
COSTUUMS
FLANEL COSTUUMS
PALM BEACH COSTUUMS
Fantasie en Flanel Pantalons, zeer voordeelig
Light Mack Regenjassen in blauw of beige 2.50
78 GED. OUDE GRACHT 78
(Adv. Ingez. Med.)
Door onze lens gesnapt.
E. S. FRANK.
De heer E. S. Frank, arts, werd 11 Januari
1881 te Bergen op Zoom geboren. Hij bezocht
de H. B. S. te Bergen op Zoom en te Goes en
studeerde daarna aan de Gem. Universiteit
van Amsterdam, waar hij in 1906 het artsdi
ploma behaalde.
Daarna was hij twee jaar assistent voor
kinderziekten in het Binnen-Gasthuis te Am-
scterdam. In 1908 vestigde dokter Frank
zich als kinderarts te Haarlem.
Hij is hoofd der Kinderafdeeling der Maria-
Stichting en van het Diaconessenhuis en
secretaris van de oprichting af van de
Vereeniging „Zuigelingenzorg". Voorts heeft
dokter Frank nog de volgende functies: voor
zitter van de commissie voor onderwijs aan
zieke en zwakke kinderen voor
zitter van de Commissie voor Kln-
derhyglëne in de provincie Nooi'd-Hol
land en lid van de Onderwijscommissie der
Volksuniversiteit.
thans leven, meer zorg eischen dan vroeger.
Maar in den tijd, dat men daaraan zijn aan
dacht wenscht te besteden, zijn consulaire
beslommeringen weinig welkom. Dc eenige
oplossing met behoud van het bestaande
stelsel zou gevonden kunnen worden in het
aanstellen van meerdere beroepsconsuls. Het
blijkt intusschen, dat in de laatste jaren
precies het omgekeerde heeft plaats gehad.
Het aantal onzer consulaten, waar beroeps-
personeel werkzaam is. bedraagt in Europa 6,
Azië 7. Amerika 3, Afrika 2 en Australië 1. In
tusschen ligt nog onuitgevoerd het in 1930
verschenen rapport over de reorganisatie van
den Economischen Voorlichtingsdienst, waar
in werd voorgesteld een Centraal Bureau in
het leven te roepen. Zou het geen aanbeveling
verdienen dit belangrijke stuk op te diepen
uit. de archieven, waar het inmiddels wel be
stoven zal zijn? Het is toch van het grootste
belang, dat binnen den kortst mogelijken tijd
alles in hot werk wordt gesteld om industrie
en handel met goede voorlichting ten dien
ste te staan.
MOLLERUS.
Een uur na Het vuur.
Kwam de Valkenburgsclie brandweer.
Een felle brand heeft Woensdagmiddag twee
huizen te Valkenburg in de asch gelegd. Op
den zolder van een perceel aan de Sint Pie-
terstraat is brand uitgebroken. In een kort
tijdsbestek stond het huis in lichterlaaie. De
vlammen sloegen weldra over tot een naast
gelegen huis. De vrijwillige brandweer van
Valkenburg kwam pas een uur. nadat de brand
was uitgebroken, opdagen. Met drie stralen
werd het vuur bestreden. Beide huizen brand
den af.
Aan naastgelegen perceelen is waterschade
aangericht. Een familie was verzekerd.
Dr. Jac. P. Thijsse is Donderdag ter gelegenheid van zijn zeventigsten verjaardag gehuldigd in een der zalen van het
JCoe. Zoölogisch rweseem fce Amsterdam
HANDELSBLAD GRATIS
Zij, die zich thans abonneeren ont
vangen het Handelsblad deze maand
GRATIS.
Abonnementen f 1.90 per maand en
5.50 per kwartaal. Buiten Amsterdam
verhoogd met 20 cent per maand voor
verzending.
Abonnementen op te geven bij het
Bijkantoor Handelsblad
(WENSING'S Alg. Adv.-Bureau
Telefoon 10209.
(Adv. Ingez. MecL),