Helga's weddenschap. Een cricketwedstrijd Flamingo's-Harrow Wanderers. FEUILLETON. Uit het Noorsch door SIGRID BOO. (Nadruk verboden). Zwijgend aten we. Daarna nam ik ze allen afzonderlijk onder handen. Ze moesten asje blieft even aardig tegen me blijven als ze tot nog toe geweest waren. Laurense draai de gauw genoeg bij. 'k Heb wel altijd ge dacht. dat er iets was. zei ze, de handen in de zijde, je bent altijd zoo heel erg apart geweest. „Heel erg apart" is een mooi ding. Hans was den heelen middag nergens te bekennen. Na het avondeten wachtte ik hem op. Hij probeerde langs me heen te gaan. maar dat lukte hem niet. Dus berustte hij er in, naar me te luisteren, maar met een hatelijk spot- tenden glimlach. Ik hield een redenatie, zoo lang als van hier tot den Zuidpool Ze was zoowel nadruk kelijk als overtuigend, kwam vanuit mn hart; ik praatte zoo goed ik kon, maar te oordee- len naar de uitwerking, was het niet veel. Ik voel de behoefte, je ons gesprek gedeeltelijk te vertellen. U bent zeker van plan, een boek te schrijven over dit kleine avontuur, zei hij sarcastisch, toen ik uitgesproken was. Welken titel had u gedacht? „Een jaar te midden der volksklasse", of ,Ee dienende geesten" of .Het meidekamertje" of „Helga s Weddenschap?" Misschien doet u mij de eer aan. me een'hoofdstuk te weiden? Opschrift: Chauffeurs en dat soort menschen zijn zeer goedgeloovig. Het lijkt me toe, dat het een epidemie zal worden onder de jonge dames, een betrekking te zoeken als kamermeisje; maar het is niet gezegd, dat ze altijd een zoo'n belachelijk lichtgeloovig individu zullen ontmoeten als ondergeteekende. Hou op, zei ik. Praat me niet van goedgeloovig, jij die altijd overal wat achter zoekt. Komisch, komisch, ging hij voort. Sa men met je heb ik geglimlacht over Andreas en Opstad; ik vond ze tamelijk onnoozel en lichtgeloovig, en nu bega ik dezelfde dom heid. Jij, die het spel in handen had. hebt zeker menig keer hartelijk gelachen in stil te. En je vrienden en vriendinnen zullen zich ziek lachen. Die meneer Krogh zal zeker je verhalen naar waarde weten te schatten. Vergeet niet te vertellen van de twee ka mers en het keukentje, waarin wij zouden beginnen, dat zal je bijval doen oogsten, evenals onze andere toekomstplannen. Maar probeer niet, de grap te ver door te drijven. Laat het nu uit zijn. Zoo dom ben ik niet, dat ik me nu langer voor den gek laat hou den Zoo ongeveer praatte hij. Daarop raapte hij op echte man- en jongensmanier een steen van den grond en smeet dien kwaad aardig weg. Dat hielp. Hij werd kalmer. Ik begon opnieuw en vroeg of hij meende dat een baantje als dienstmeisje in een groot huis een spelletje was, geschikt voor iemand die aan niets anders dacht dan aan grap pen en amusement Nee, dat geloofde hij nu niet direct. Maar hij vermoedde, dat mijn eerzucht er ook een woordje in te zeggen had. Als ik gezegd had, dat ik een jaar lang voor dienstmeisje zou spelen, dan deed ik dat gedurende een jaar. zelfs als ik flirten moest met den chauffeur om den tijd te dooden. Hier had ik danig beleedigd moeten wezen en verontwaardigd. Maar het is niet gemak kelijk kwaad te worden op Hans. Als hij op gewonden is. doet hij denken aan een klei nen jongen, die pijn heeft. En ik weet ook. door welke ongelukkige omstandigheden hij zoo ontzettend overgevoelig geworden. Ik kon hem niet zoo, zonder meer, den rug toe- keeren, maar probeerde telkens en telkens met de familie van je vrouw Ik: En toch wil ik je nu niet meer, zoo gauw je gehoord hebt, wie mijn familie is? Hij: Wees niet on noozel. Ik: Ik ben geen dollarprinses. Meen je werkelijk, dat je je oogen niet zoo verbluffend hoog kunt opslaan als tot Noor- sche kleine-stads-chic? Meer dan een uur lang stonden we zoo en vochten hardnekkig. Ik betuigde mijn eer lijkheid en oprechtheid. Hij dreef den spot met mijn geestigheid, zooals hij het noemde Hij was voor geen rede vatbaar. Kun jij be grijpen, dat ik hem zóó' gekwetst heb? Dat was gisteren. Vandaag is de toestand pre cies eender. Hij doet alsof de zaak absoluut afgeloopen is. Dat hij zoo kan zijn, na alles wat er tusschen ons geweest is. Ik begrijp niets meer. Kon ik maar goed kwaad wor den, 'spinnijdig, woest, razend! Door jie woede kom je het best over je teleurstellingen. Maar ik kan mezelf niet zoover brengen. Ik geef om geen ander, en zal dat ook nooit doen. Kom alsjeblieft niet aandragen met klets praatjes als dat ik pas 20 ben, enz. ik voel me als 100 minstens Laurense keert zich als een nijlpaard om in haar bed; ze vindt het meer dan onmo gelijk van me, dat ik midden in den nacht lig te schrijven. Weet je, wat Laurense van daag tegen me zei? Ik vind je best en geschikt en flink, al behoor je dan ook tot de deftigheid, maar je behoefde niet te spelen met Frigaard, daar voor is ie een veel te goeie jongen. De stemming in de keuken is onhoudbaar van louter misverstand. Als ik probeer, de lucht te zuiveren door m'n goeden wil te be tuigen en alles nog eens te verklaren, wordt het enkel maar erger. Iedereen gelooft wat hem het best past ik moet zeggen, gelijk tante Aleksandra: Het is te erg! Ik had het toch maar moeten afkloppen toen ik zei. dat het leven heerlijk was. Als ik vannacht mijn gedachten dienaangaande zou uitspreken, vrees ik, dat ik tegenoverge stelde adjectieven zou gebruiken. Om te be ginnen is het leven tamelijk ingewikkeld, en in de tweede plaats nu ja, wat doet het er ook eigenlijk toe, hoe ik er over denk Je bent altijd m'n biechtvader geweest en je zult er in moeten berusten, dit te blij ven. Ik heb geen ander. Tante Aleksandra? Ze is zoo goed en best als je maar wil; maar zoodra ze geen vermaningen uitdeelt, spreekt haar geweten; en ze zou me vermoorden met haar standjes en raadgevingen, als ik haar iets van dit alles vertelde. Vader? Ik zie hem al verschrikt kijken achter z'n bril. En bo vendien vader is bang een vrouw in mij te zien; en ik ben bang, in hem een man te zien. We zijn vader en dochter, en daarmee basta. Moeder? Zij is zoo ver weg, en ik ken haar eigenlijk niet zoo heel goed. Laurense: Nou is 't drie uur. Wil je nu gaan slapen, en drommels gauw ook. Ja, ja dat is misschien ook wel het beste. Goeien- nacht dan. Je idoodongelukkige Helga. Oslo, 20 Juli. Zestiende rapport. Lieve Grete! Het vlotte niet meer op Vinger. Ik zou me lancholiek gaan worden, en dat staat me niet, past niet, bij m'n neus, dus dat moet ik tot iederen prijs voorkomen. Nu ben ik zoo opgewekt en stralend blij. Ik meen ergens' gelezen te hebben, dat handelend optreden het eenige is in oogenblikken van moede loosheid. Dus zei ik m'n betrekking op. Me vrouw Bech was bijzonder vriendelijk en re gelde het zoo, dat ik met een paar dagen kon gaan. Ik neem aan dat ze het iwat moeilijk vond, me in haar dienst te hebben, nadat ze wist wie ik was. In ieder geval commandeer de ze me niet meer zoo als eerst. Het kwam juist goed uit voor me. Moeder had nl. geschreven, dat ze graag een week met me samen wilde zijn in Oslo, voor ze een reis naar de Noordkaap ging maken. Toch verlangde ik dat er een wonder zou gebeuren, waardoor mijn aanwezigheid op Vinger ab soluut noodzakelijk was. Ik verlangde een heeleboel. Als ik me terug trok in m'n bin nenkamer, schrok ik zelf van al m'n verlan gens. Dooh er gebeurde niets om mijn vertrek te verhinderen. De bliksem sloeg niet in en legde het kamermeisje neer, geen aardbevin gen verscheurden den bodem en verslonden haar. De familie viel niet voor mij op hun knieën en smeekten me niet onder tranen., te blijven. Mevrouw Bech werd niet ziek en had mijn zorgen niet noodig om te ontsnap pen aan een wissen dood. Meneer Bech sloeg niet met de vuist op tafel om te verklaren, dat alles verkeerd zou loopen op Vinger, als Helga er niet was. Hans kwam den laatsten avond niet naar de bank in den tuin, hoewel ik zoo zat, dat hij me kon zien, vanuit heb. raam. Hij was met geen mogelijkheid af te bren gen van de eenmaal opgevatte meening, dab het alles een klucht ten mijnen behoeve was geweest. Dat heb ik nu van mijn dwazen angst voor ernst. Eenmaal, dat hij langs me heen liep zei ik: Zal ik verplicht zijn, me te onderwerpen aan een dwaas idee? Nader hand bedacht ik, dat zoo'n opmerking hem enkel maar kon versterken in zijn verkeer de opvattingen. Het was midden-zomer, toen ik wegging van Vinger, heerlijker dan ooit. De hooioogst was begonnen, weelderige boomenkronen wierpen breede, koele schaduwen over het grasland, de lucht trilde van geuren en zo- mergeluiden. Ik krijg bijna een brok in m'n keel als ik er aan denk. (Wordt vervolgdX. Een kijkje op den bouw van het nieuwe gemaal aan den Vlaardingschen Dijk in het ver- Yerschingskanaal te Schiedam De wijndruivenoogst fs begonnen. De werkzaamheden op het land, waar de vruchten ter plaatse in de persen worden gedaan „Deutex Spec", een baarsachtige visch, te Lorenzo Marques gevangen, is door machinisten van de Manoeran aan het Aquarium van Artis te Amsterdam ten geschenke gegeven Op het H.H C.-terrein te den Haag werd Woensdag de cricketwedstrijd tusschen de Flamingo's en de Harrow Wanderers gespeeld, waarvan hierboven een moment De aankomst van H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana t. Harwich op doorreis naar Schotland voor haar vacantieverblijf aldaar I 2 Kroonprins Frederik van Denemarken en zijn echt- genoote Prinses Ingrid van Zweden bij aankomst te Harwich voor het doorbrengen van hun vacantia op het buitengoed van den Hertog van Connaught, de grootvader der Prinses De links-back van D.W.S., de heer J, v. Stokken, is Woensdag te Amster dam in het huwelijk getreden met mej. J. Caldenhoven, zuster van den be kenden rechts-back van D.W.S. Een K.L.M.-vliegtuig waarin twaalf jongens gezeten waren, moest Woensdagmiddag bij Vijfhuizen een noodlanding maken, welke goed verliep. Het toestel in een bietenveld. Inzet: de piloot Frenken

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 10