Een Hondenleven. ZATERDAG 12 OCTOBER 1935 HAARDE M'S DAGBÜAD 3 Zijnde Fragmenten uit het Dagboek van een Teckel, den Baas to egeb/aft. UoHdeni/utyoduiHq. Na veel gezeur van Max, den spaniel van den bakker, ben ik lid geworden van den Dee- habee Deeveeka, hetgeen natuurlijk betee- kent: Districts Honden Bond „De Vette Kluif". Max zegt dat de menschen zooiets als Deeha- bee Deeveeka onmiddellijk begrijpen, maar ik twijfel eraan. Mijn eigen Baas zit vaak met dat soort aanduidingen te tobben, en gebruikt er een soort dictionnaire voor. Enfin, vanmorgen vroeg hadden we ver gadering op het braak liggende terrein achter de gasfabriek, vlak bij de vuilnisbelt. Ik had beter in mijn mand kunnen blijven en mijn nachtrust voltooien. Om te beginnen was het al een zeer ge mêleerd gezelschap. De crisis heeft blijkbaar een droevige uitwerking gehad op het honden- peil in ons stadsdeel. Onderweg vertelde de bejaarde teckel van den tramdirecteur mij al, dat nu al sinds jaren de meeste menschen. wier rashonden stierven, ze vervangen had den door kostelooze of bijna-kostelooze hon den van gemengden bloede. Nu, hij had niets teveel gezegd. Toen wij aankwamen schrokken wij beiden. Het is droevig dat blauw hondenbloed zóó in de ver drukking raakt. Behalve den Afghaanschen Windhond van den notaris-op-den-hoek, twee Poedels, mijn vriend James-de-Aberdeen, den Spaniel Max, twee Hollandsche Herders, één Duitschen Herder en dien ellendigen Bouvier (over den Pekinees keek ik heen, zoodat 'k dien niet gezien heb) was het een allerzon derlingste collectie. Ik zat tusschen een Bull- herder en een Whippoedel, die al dadelijk nij dig werd op een Sealysmous die hem in zijn langen pluimstaart beet. Dan waren er ver scheidene Keesfoxen, een enorme St. Mastiff, een Setterfox, twee sterk-verschillende Aire- bulls misschien is het juister te zeggen: een 'Airebull en een Bullaire een Boxpinscher, een Schnauzherder en nog meer moois. Tegen het voorzit terschap van den Af ghaanschen Windhond, die de vergadering met welkomstgeblaf opende, kwam bijna dit heele zootje dadelijk in ver zet. Het meende dat opnieuw een voorzitter gekozen moest worden, omdat'de meesten hun ner de Vorige vergade ring niet hadden kun nen bijwonen. „De afwezigen heb ben altijd ongelijk", zei de voorzitter beminnelijk,maar 'n tikje hautain. „Én ik ben met een meerderheid van de aan wezigen gekozen". Verward geblaf en gekef. „Ik heb er niets van geweten", gilde een nietig verschijnsel, dat bij nauwkeurige .be schouwing een Pekidwergkees bleek te zijn. „Dat is inderdaad een groot bezwaar", zei de voorzitter ironisch. „Maar i we kunnen nie' iedere vergadering opnieuw beginnen met een voorzitter te kiezen. Er zijn altijd afwezigen, of liever geblaft: ze zijn er niet. Dat is nu ook het geval". „Maar~ik wil voorzitter wezen!" bulkte de St. Mastiff. „Zooiets blaft men niet", verklaarde de no bele praeses. „Aan de orde zijn nu de notulen van de vo rige vergadering". De notulen, ons in slecht hondsch voorge- keft door den Boxpinscher werden gearres teerd na groot lawaai. Men had beter de halve vergadering kunnen arresteeren. Daarna vroeg de Airebull het woord over de orde. „Er is geen orde", blafte de Setterfox (ge- la c h). „Dan moet die er komen" (vreugde). De Airebull stelde een motie voor van wan trouwen in den president, waarbij bovendien werd voorgesteld een nieuwen te kiezen, over wegende dat niemand iets van Afghaansche Windhonden afwist, dat dit ras een intelligen tie toonde, die achterdocht wekte en dat men in deze tijden de behoefte voelde aan den Sterken Hond. Ik stond onmiddellijk op en boog. Algemeene vreugde. Ons Ras verloochent zich nimmer. „Kom 'es op als je 't lef hebt", bulkte de St. Mastiff, van wien u natuurlijk allang begre pen hebt, dat zijn vader een St. Bernard en zijn moeder een Mastiff geweest moet zijn. „Gaarne", zei ik. „Na de vergadering kunt u mij uw secondanten sturen". Daverend gelach. De door mijn tactvol optreden verkregen opluchting duurde evenwel te kort. Toen de motie-Airebull bij pootopsteken met een klei' ne meerderheid was aangenomen, verklaarde de president dat hij die naast zich neerlegde (evenals menschelijke voorzitters dat doen als het hun zoo uitkomt), dat hij voor een jaar gekozen was en dat hij met een minderheid zou regeeren (evenals dat in bijna alle men- schen-staten tegenwoordig geschiedt). Door dit besluit meende hij zich den zoozeer-ge- wenschten Sterken Hond te toonen. „Par ex cellence", voegde hij eraan toe, met een fijn glimlachje. Dit autoritair optreden verwekte een gewel dig sn^ktalch terpoot beet en een hevig gevecht tusschen beiden ontstond. De rest van de vergadering schaarde er zich omheen en zag het belang stellend aan. Toen de Bouvier den St. Mastiff dermate had afgetuigd, dat hij met anderhalf oor en nog één gezonden poot lag te kreunen tegen een paaltje, ging ik den verslagene nog even vertellen dat ik den volgenden dag tot zijn beschikking zou zijn, als hij dan tenmin ste weer loopen kon. En toen kwam er een opzichter van de vuilnisbelt en joeg de heele vergadering uiteen. „Wij honden", zei de oude teckel van den tramdirecteur bedaard, toen wij naar huis wandelden, „zijn en blijven individualisten. In massa zijn we niet op ons best". „Neen", zei ik. „Maar van wie zeggen ze dat nog meer?" „Sst", fluisterde de oude. „Als je de and'ren gelukkig wilt maken, bemoei je dan met je eigen zaken". Een wijs woord. De Oude stoof meteen weg, achter zijn huiskat aan. Crediet aan den Belgischen Staat verlengd. Met maximum een jaar. Naar wij vernemen, hebben de Belgische Regeering en de Belgische Congo-Kolonie met de heeren Mendelssohn en Co. Amsterdam een overeenkomst gesloten, waarbij de des tijds uitgegeven, in goud betaalbare schat kistbiljetten ten bedrage van f 85.000.000 voor maximum een jaar worden verlengd. Deze verlenging werd met medeweten, ech ter zonder de actieve medewerking van de Nederlandsche Bank verleend, zoodat de nieuw uit te geven schatkistbiljetten in tegen stelling met de vroeger uitgegeven, niet bij de Nederlandsche Bank herdiscontabel zullen zijn. Deze biljetten bevinden zich voor het ovcr- groote deel in het buitenland. MAN VERDRONKEN. Tengevolge van een rukwind is op het Heezermeer de melkboot van W. de Boer van Gaastmeer, omgeslagen. De man verdronk Hij was gehuwd en vader van eenig j kinde ren. Onvoorzichtigheid op den weg kost menschenlevens. Een noodlottig ongeluk is Vrijdagmorgen aan den Woortmansdijk te Noorddijk gebeurd. Een oude vrouw, die met haar drie-jarig kleinkind]'e uit de achterdeur van een auto bus stapte, stak zonder zich te oriëntseren den weg over. Voor de oogen van haar dochter die eveneens wilde uitstappen, werden beiden door een juist, passeerende autobus gegre pen. Het kind werd op slag gedood. De groot moeder werd aan het hoofd gewond'en kreeg een beenfractuur. Den chauffeur treft geen schuld. Restauratie Nieuwe Kerk te Delft valt tegen. Bij de restauratiewerkzaamheden aan de Nieuwe Kerk te Delft is men komen te staan voor een onvoorzienen arbeid, welke ongetwij feld geruimen tijd in beslag zal nemen. De pilaren van het Schip, welke men gedeeltelijk meende te kunnen herstellen, bleken bij een nader onderzoek in zulk een slechten staat te verkeeren, dat een algeheele vernieuwing noodzakelijk is. Hiermede is dan ook reeds een aanvang gemaakt. Tijdens den bouw van de nieuwe pilaren wordt de bovenbouw van het Schip gesteund door een ijzeren draagconstructie, berekend op een gewicht van 100 ton. BIJ HET SCHOUWEN VAN DEN SPOORWEG GEDOOD. Op het stationsemplacement te Venlo is de 39-jarige wegwerker Th. Curvers Vrijdai morgen door een passeerenden D-trein ge grepen en eenige t.entallen meters mesge sleurd. Het slachtoffer werd zoo ernstig ge wond dat het eenigen tijd later is overleden. De wegwerker was nabij het station te Venlo bezig met het schouwen van den spoorweg toen de D-trein CaldenkerkenVenlo, welke omstreeks half tien te Venlo binnenloopt, passeex-de. De arbeider moet dit gevaar niet tijdig bemerkt hebben zoodat hij door de trein werd gegrepen. Het slachtoffer wa. vader van drie kinderen. Rotterdam heeft een goede klant aan Italië. De Bouvier. ..Weg met de aristocraten!" bulkte de St. Mastiff, waarop de Bouvier, die zich verbeeldt zelf van adel te zijn, hem in den linker ach- Verscheping van steenkool laatste jaren belangrijk toegenomen. Uit globale aan de N.R.Crt. verstrekte ge gevens blijkt, dat er in September en de eerste dagen van October een vrij belangrijke toe neming is te constateeren van de verscheping van steenkolen via de Rotterdamsche haven naar Italië. In September 1935 zijn uit Rot terdam naar Italiaansche havens vertrokken 53 schepen met in totaal 350.000 ton steen- kol en.in September 1934 waren dat 34 sche pen met ongeveer 235.C00 ton. De eerste tien dagen van de maand October geven een aantal schepen van 23 aan met 160.000 ton kolen. In de overeenkomstige periode van het vorige jaar bedroeg het aantal schepen met kolen voor Italië geladen 14, met 118.000 ton lading. De verscheepte kolen waren nagenoeg alle van Duitsche oorsprong. Van andere zijde bereiken ons nog de vol gende cijfers: ln 1932 verwerkte Rotterdam 975.000 ton kolen voor Italië. In 1933 was de kolenbewe- ging voor Italië gestegen tót 1 600.000 ton en in 1934 zelfs tot 3.116.000 ton. Het eerste half jaar van 1935 gaf wederom een stijging te zien, in vergelijking met de overeenkomstige periode van het jaar te voren en wel met 33 pet.. In vergelijking met 1933 geeft het zelfs een stijging van 200 pet-. Afgezien van de kolen was ook het overige goederen verkeer met Italië zeer gestegen. Dat blijkt wel duide lijk uit het aantal schepen van Italiaansche herkomst, dat Rotterdam bezoekt, In 1934 kwamen van Januari tot Juli 44 schepen- van Italiaansche herkomst met een tonnage van 113.625 in de Rotterdamsche haven, in de overeenkomstige periode van 1935 was het aantal schepen gestegen tot 103 met een tonnage van 266.432. WIJ HEBBEN DE STOFFEN!! VOOR WINTERJASSEN GEëTALEERD. PRIJS 1e KLAS JAS N. MAAT f30. geheel met zijde gevoerd. Van de NIEUWE NAJAARSSTOFFEN COSTUUM N. MAAT MET 2 PANTALONS a f40,- Bij het adres van vertrouwen cn^els.che-Eenheids-IKl eermakerij R HOUTSTRAAT 88 to. H.arl. Dagbi. Tel. 16176 Hl Filialen te Amsterdam en Hilversum (Adv. Ingez. Med.) De groote diefstal te Weert opgehelderd? Twee jongemannen aan gehouden. Deel van het gestolenc teruggevonden. In verband met de op 15 September j.l. ge pleegde inbraak met diefstal bij den bakker H. Boeken, waarbij 6000 gulden aan contanten en 20.000 gulden aan waardepapieren werden buitgemaakt, kan thans worden gemeld, dat door ijverig speuren van den hoofdagent van politie Smeets eenig licht in deze zaak is ge komen. De effecten werden vorige week op een akker buiten de gemeente teruggevonden, ter wijl thans in een schuur naast café H. in de Maasstraat te Weert 'n bedrag van 3300 werd gevonden, welke bedrag als zeker afkomstig van den diefstal kan worden genoemd. Verder zijn nog verschillende voorwerpen afkomstig van een op denzelfden dag gepleegden dief stal in een woning aan het Kanaal gevonden. Als vermoedelijke daders werden Vrijdag avond aangehouden de sedert langen tijd ge schaduwde jongemannen, de 22-jarige P. H. en de 21-jarige H. S„ beiden uit Weert, die in den laatsten tijd groote verteringen maak ten. vooral in het buitenland. Ofschoon de bewijzen bijna zeker tegen hen spreken, hebben zij nog geen bekentenis afgelegd. UIT DE STAATSCOURANT. TECHNISCHE HOOGESCKOOL. Bij Kon. besluit van 9 October is benoemd tot buitengewoon hoogleeraar in de afdeeling der weg- en waterbouwkunde aan de Tech nische Hoogeschool te Delft, om onderwijs te geven in het landmeten, het waterpassen en de geodesie, J. M. Tienstra, lector aan den landmetercursus, verbonden aan de Land- bouwhoogeschool te Wageningen, en is aan C. J. Kluvers, landmeter van het kadaster te Delft opgedragen het geven van het onderwijs in burgerlijk recht en in hypothecaire en kadastrale administratie in de afdeeling der weg- en waterbouwkunde aan de Technische Hoogeschool te Delft, met. toekenning van den persoonlijken titel, van lector. Twee jongens door vrachtauto overreden. Eén van hen gedood. Vrijdagmiddag is te Nijega bij Heerenveen het 14-jarige zoontje van den heer Zandberg aldaar, die bij zijn vriendje achterop de fiets meereed, door een vrachtauto aangereden en vrijwel op slag gedood. Zijn vriendje, die het rijwiel bestuurde, kreeg slechts lichte ver wondingen. (A. N. P.) WEER EEN SLACHTOFFER VAN DEN STORM Tegen de zeewering van het Buitendijksche Veld te Lemmer is het lijk aangespoeld van den baggerknecht R. van der Waal. die op 27 September j.l. tijdens het stormweer van een baggerschuit was geslagen en in het IJsel- meer is verdronken. Eiken dag wordt een overweg aangereden. Reeds geruimen tijd bestond, in spoorweg kringen vooral, een bepaalde opvatting over de wijze, waarop in de pers berichten werden gepubliceerd over ongelukken op onbewaakte overwegen. Men noemde deze berichtgeving zelfs bedenkelijk. We ontvingen het Weekblad van de Ned. Vereeniging voor Spoor- en Tramwegperso neel van 12 October, dat openi met een arti kel onder den kop: „In ons land wordt eiken dag een spoorwegafsluiting aangereden". In een vorig artikel had dit blad, als tegenhan ger van de „onibewaakte-overwegen-jouma- listiek" een staatje gepubliceerd, waaruit bleek, dat in de jaren 1930 t.m. 1934 respec tievelijk 159, 209, 177, 174 en 184 weggebrui kers te veel haast en te weinig oplettendheid hadden betoond, wanneer zij met hun voer tuigen een spoorwegafsluiting naderden, zoo dat de boomen in gesloten toestand of bij het dalen beschadigd werden. Het nummer van deze week komt nog een uitbreiding geven aan deze cijfers. De schrij ver heeft zich nl. gewend tot het hoofd van dienst van Weg en Werken en daar is geble ken. dat het aantal beschadigingen nog heel wat grooter is. Bovengenoemde cijfers had den alleen betrekking op beschadigde over- wegboomen. doch de andere beschadigingen bleken nog heel wat aanzienlijker te zijn. De chef van de afdeeling Weg en Werken be schikte over zóóveel gegevens in dezen, dat de cijfers meer dan verdubbeld moesten wor den. In het tijdvak 1930—1934 werd niet min der dan 1920 keeren een spoorwegafsluiting geheel of gedeeltelijk vernield, doordat een voertuigbestuurder naliet de noodzakelijke behoedzaamheid in acht te nemen bij het naderen of passeeren van een overweg. In 1930 gebeurde dit 350 keeren en in de jaren 1931 tot en met 1934 respectievelijk 447, 376, 383 en 364 malen. Hier blijkt wel uit, dat heel wat autobe stuurders geen zelfbeheersching genoeg heb ben, om te wachten, als de boomen aan het dalen zijn, of te veel op de remkracht van hun wagen vertrouwen. Maar daarmee zijn in ieder geval niet alle onbewaakte overwe gen goedgepraat, al is het cijfermateriaal in hooge mate bezwarend voor de onvoorzich tigheid van heel veel wagenbestuurders. Moeilijkheden bij benzine uitvoerverbod. Het uitvoerverbod van benzine, dat Woens dag van kracht is geworden, levert volgens de Tel. voor de belanghebbenden niet te on derschatten bezwaren op. Het is duidelijk, dat deze bezwaren in Rotterdam, waar zulke uit gebreide benzine-opslagplaatsen zijn, sterk worden gevoeld. Het uitvoerverbod namelijk maakt het on mogelijk om de benzine, die met zeeschepen onze haven binnenkomt over te laden in lichters en zco naar de bestemmingen in het buitenland te transporteeren. Practisch komt het dus hierop neer, dat zoowel de export van benzine als het transitoverkeer van benzine worden getroffen. De export en de transito voor benzine be treffen wel in hoofdzaak Duitschland en Belgic. Blijkens de statistieken heeft in 1934 het transitoverkeer van zee 145.625 ton be- loopen. terwijl 112.266 ton werd geëxporteerd Voor het tweede kwartaal van 1935 luiden deze cijfers onderscheidenlijk 50.895 en 31.050. Reeds uitzonderingen. Hoewel bij de invoerrechten en accijnzen reeds eenige uitzonderingsbepalingen van kracht zijn worden aan de grens toch vele lichters aangehouden. De belanghebbenden overwegen, om zich tot de regeering te wen den ten einde een uitbreiding te kunnen .krij gen van deze uitzonderingsbepalingen. Voo: wat betreft het transport op den Rijn wacht men op de totstandkoming van de Rijnvaart vrachten en het is niet onwaarschijnlijk dat daarin een bepaling zal worden opgenomen, volgens welke het transitoverkeer mogelijk zal worden gemaakt. Benzine dus, die onze haven binnenkomt met als bestemming een haven aan den Rijn, zal dan kunnen worden over geslagen in lichters en kunnen worden door gelaten. Deze regeling zal waarschijnlijk mo gelijk kunnen zijn. omdat het verkeer op der, Rijn als internationaal verkeer geldt. BRAND BIJ DE ROEI- EN ZEILVEREENI- GING „DE AMSTEL". In het bekende gebouw van de Roei- en Zeilvereeniging „De Amstel", op den Am- steldijk bij de Stadhouderskade te Amsterdam sloegen Vrijdagmorgen plotseling aan den kant van de Stadshouderskade zware rook wolken naar buiten, weldra gevolgd door vlammen. Van alle kanten kwam het pu bliek toe loopen. Het houten gebouxv brandde aan den hoek als een fakkel en menigeen zal in deze eerste oogenblikken gedacht hebben, dat het met dit aardige gebouwtje gedaan zou zijn. De brandweer was er echter spoedig bij en met haar komst was ook het gebouw gered, want enkele minuten later, verdwenen de vlammen en.kwam alleen nog maar rook uit een uitgebrande kamer. In dat gedeelte van het gebouw woont de pachter Brink. Deze heeft aan den voorkant zijn woonka mer, daarachter ligt een klein kamertje en vervolgens een slaapkamer van den heer Brink. Langs deze drie kamers loopt een gang. De dienstbode kwam den heer Brink, die zich toen in zijn slaapkamer bevond, waarschuwen, dat er rook in het gebouw stond. Toen de heer Brink op onderzoek uitging, bleek dat zijn woonkamer reeds in lichte laaie stond. Hoe daar brand is ont staan is nog niet verklaard. De brandweer wist met een straal het vuur te beperken tot deze kamer, die geheel uitbrandde en het kleine slaapkamertje, dat gedeeltelijk uit brandde. Societeitslokalen en bootenberg- plaats liepén geen schade op. Een halve eeuw geleden Uit Haarlem s Dagblad van 1885. 12 October: Bij de Erven Loosjcs alhier is een brochure verschenen, getiteld „Open brief aan lien, die belang stellen in het verschaffen van werk aan vruchteloos werkzoekenden. Aanspormg om overal blijvende commissiën te organiseeren. Aard en werkkring dier commissiën". De schrijver is de heer W. Hoogvliet, notaris alhier. De schrijver wenscht het oprichten eener Vereeniging, met het doel, werk te verschaffen aan hen. die in de ge meente woonachtig zijn, van wie het kennelijk gebleken is, dat zij vruchteloos werk zoeken en om dat werk door ma tige geldelijke uitkeering te beloonen. Dat doel moet men bereiken door het vestigen en in stand houden van een fonds, waarvan de rente ten behoeve der Vereeniging zal worden aangewend. Het door de Vereeniging te verschaffen werk wordt, liefst in overleg met het gemeentebestuur, naar omstandigheden vastgesteld en geregeld. De ingezetenen, speciaal de contribuanten, worden telken jare bij circulaire uitgenood igd, de Vereeniging behulpzaam te zijn. door de werken op te geven, die zij wenschelijk achten. Hieruit kan een keuze worden gedaan. Voor het onwaar schijnlijke geval, dat geen werk van algemeen nut kan worden gevonden, wordt den aanvragers het vervaardigen van een of andere bezigheid opgedra gen. In geen geval worden gelden uit gereikt zonder dat daarvoor werk is ver richt. De Vereeniging moet zoo min mogelijk werk verschaffen voordat het haar duidelijk is gebleken, dal, de aan vrager dit niet op andere wijze be komen kan. Indien de reeds in liet werk gestelde elders arbeid bekomen kan, houdt de werkverschaffing op. „Bij eenig nadenken," zegt de schrij ver aan het slot zijner brochure, „zal men mij moeten toestemmen, dat het voor iedere gemeente een onwaardeer baar geluk zou zijn. indien zij een vaste commissie had. die den vruchteloos werkzoekenden werk kon verschaffen." Door onze lens gesnapt. Kweekschool voor de Zee vaart bestaat 150 jaar. Gedenkboek uitgegeven. Op 24 October a.s. zal de oudste instelling op het gebied van Zeevaartkundig Onderwijr, ter wereld, de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam, anderhalve eeuw bestaan. Dit feit is aanleiding geweest tot het uitgeven van een gedenkboek, dat verzorgd is door den gepensioneerden kapitein ter zee den heer J. C. M. Warnsinck. Van het fraai geïllustreerde werk is een exemplaar aan de Koningin en de Prinses aangeboden. Zooals begrijpelijk is heeft de schrijver in de eerste plaats de geschiedenis der school gegeven." maar daartoe heeft hij zich niet be- j perkt. Hij heeft ook aandacht geschonken aan de invloed der school op de ontwikkeling van de stuurmanskunst in ons land. De eerste pogingen tot oprichting van een kweekschool voor de zeevaart hier te lande dateert van het jaar 1780. toen in een trac- taatje van vijftien bladzijden mr. Guglielmus Titsingh, boekhouder en officiant van het soldij kantoor der Oost-Indische Compagnie ter kamer Amsterdam, zich tot zijn landge- ncoten richtte en hun zijn „Bedenkingen over de Schaarsheid van Zeevarend Volk in het gemeen, en het Verval onze Nationale Zeevaart in 't byzonder" meedeelde. Niet terstond heeft hij succes met zijn werk gehad, wel echter na vijf jaar, toen de school, gesticht door het Vaderlandsch Fonds ter aanmoediging van 's Lands Zeedienst (op zijn initiatief opge richt), werd geopend. De heer Warnsinck geeft een zeer lezens waardig en gedocumenteerd overzicht van deze anderhalve eeuw zeevaartkundig onder wijs. Hij heeft er vele bronnen en archieven voor nageplozen, doch het door hem bereikte resultaat is de moeite van dien arbeid waard geweest. VOLGEND JAAR WEER JEUGDREIZEN? Dat deze reizen zijn ingeslagen bij de jeugd, zal wel niemand meer betwijfelen, die de enthousiaste verhalen aangehoord heeft van de jongens, die in den afgeloopen zomer de kampeerreizen met de „Tarakan" naar Noor wegen medemaakten. Het verwondert ons dan ook niet te hooren dat thans alweder reeds vele aanvragen bin nenkomen. of ook het volgend jaar de ..Neder land" dergelijke reizen zal maken. De jeugd is ongeduldig en een enthousiaste jeugd is dat dubbel. Thans reeds een definitieve toezegging te doen. is echter niet mogelijk, doch de directie deelde ons mede. dat zij in beginsel wel voor nemens is oan in 1936 de jeugd van onze mid delbare scholen wederom in de gelegenheid te stellen kennis met de zee te maken, of deze kennismaking te hernieuwen in den vorm van kampeerreizen met een vrachtschip. De zomer vacantie is echter nog ver in het verschiet en natuurlijk moet worden afgewacht of de „Nederland" in den komenden zomer kam- peerschepen beschikbaar heeft. Dit is te begrijpen en de jongens zullen dus in ieder geval wel tot begin van het vol gend jaar moeten wachten, alvorens met meer zekerheid verdere mededeelingen kun nen worden gedaan over de kampeerreizen 1936. (A-N.P.) DE HEER P. S. ILVNA. De heer P. S. Har.a werd 11 April 1892 te Amsterdam geboren. Hij bezocht een inrich ting voor bijzonder onderwijs alhier en was daarna gedurende 9 jaren werkzaam als cor respondent voor vreemde talen aan de Haarl. Machinefabriek voorheen Gebr. Figee. Vervolgens vertrok hij naar Indië (Java), waar hij 12 jaren verbleef en werkzaam was in den technischen importhandel. Einde 1932 repatrieerde hij, waarna in Januari 1933 zijn benoeming volgde tot kerkelijk ontvanger der Ned. Herv. Gemeente alhier, welke functie hij thans nog vervult. Teveel in kas is ook niet goed. Gemeenteontvanger ziet een vordering afgewezen. Het Haagsche Gerechtshof heeft arrest ge wezen in de zaak van H. E. B. v. E. te 's-Gra- venhage, appellant, contra de gemeente Zie- rikzee. Appellant, die cp 1 Augustus 1930 op zijn ver zoek eervol ontslag had gekregen als gemeen te-ontvanger van Zierikzee. had bij de over dracht van de kas op 31 Juli d.a.v. aan zijn opvolger een teveel in kas van ruim 43 mille. Hij vorderde later dit geld van de gemeente terug, onder aanvoering o.a. van de reden, dat een vermenging van gelden, welke hij uit anderen hoofde onder zich had, met de gel den der gemeente tijdens zijn ontvangerschap zou hebben plaatsgehad. De rechtbank te Middelburg wees die vor dering af en van dit vonnis kwam de heer B. van E. in appèl. In zijn arrest overwoog het .Hof dat geens zins is gebleken, zooals appellant meent, dat het gemelde bedrag aan hem toebehoort: dat immers die gelden aanwezig waren in de kas der gemeente Zierikzee en deze daarin zeer wel op andere wijze kunnen zijn gevloeid dan door de door appellant beweerde abusïevelijke vermenging van gelden. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Middelburgsche recht bank.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5