Een Hondenleven.
ZATERDAG 12 OCTOBER 1935
HAARDE M'S DAGBÜAD
3
Zijnde Fragmenten
uit het Dagboek
van een Teckel, den
Baas to egeb/aft.
UoHdeni/utyoduiHq.
Na veel gezeur van Max, den spaniel van
den bakker, ben ik lid geworden van den Dee-
habee Deeveeka, hetgeen natuurlijk betee-
kent: Districts Honden Bond „De Vette Kluif".
Max zegt dat de menschen zooiets als Deeha-
bee Deeveeka onmiddellijk begrijpen, maar ik
twijfel eraan. Mijn eigen Baas zit vaak met
dat soort aanduidingen te tobben, en gebruikt
er een soort dictionnaire voor.
Enfin, vanmorgen vroeg hadden we ver
gadering op het braak liggende terrein achter
de gasfabriek, vlak bij de vuilnisbelt. Ik had
beter in mijn mand kunnen blijven en mijn
nachtrust voltooien.
Om te beginnen was het al een zeer ge
mêleerd gezelschap. De crisis heeft blijkbaar
een droevige uitwerking gehad op het honden-
peil in ons stadsdeel. Onderweg vertelde de
bejaarde teckel van den tramdirecteur mij al,
dat nu al sinds jaren de meeste menschen.
wier rashonden stierven, ze vervangen had
den door kostelooze of bijna-kostelooze hon
den van gemengden bloede.
Nu, hij had niets teveel gezegd. Toen wij
aankwamen schrokken wij beiden. Het is
droevig dat blauw hondenbloed zóó in de ver
drukking raakt. Behalve den Afghaanschen
Windhond van den notaris-op-den-hoek, twee
Poedels, mijn vriend James-de-Aberdeen, den
Spaniel Max, twee Hollandsche Herders, één
Duitschen Herder en dien ellendigen Bouvier
(over den Pekinees keek ik heen, zoodat 'k
dien niet gezien heb) was het een allerzon
derlingste collectie. Ik zat tusschen een Bull-
herder en een Whippoedel, die al dadelijk nij
dig werd op een Sealysmous die hem in zijn
langen pluimstaart beet. Dan waren er ver
scheidene Keesfoxen, een enorme St. Mastiff,
een Setterfox, twee sterk-verschillende Aire-
bulls misschien is het juister te zeggen: een
'Airebull en een Bullaire een Boxpinscher,
een Schnauzherder en nog meer moois.
Tegen het voorzit
terschap van den Af
ghaanschen Windhond,
die de vergadering met
welkomstgeblaf opende,
kwam bijna dit heele
zootje dadelijk in ver
zet. Het meende dat
opnieuw een voorzitter
gekozen moest worden,
omdat'de meesten hun
ner de Vorige vergade
ring niet hadden kun
nen bijwonen.
„De afwezigen heb
ben altijd ongelijk", zei
de voorzitter beminnelijk,maar 'n tikje
hautain. „Én ik ben met een meerderheid van
de aan wezigen gekozen".
Verward geblaf en gekef.
„Ik heb er niets van geweten", gilde een
nietig verschijnsel, dat bij nauwkeurige .be
schouwing een Pekidwergkees bleek te zijn.
„Dat is inderdaad een groot bezwaar", zei
de voorzitter ironisch. „Maar i we kunnen nie'
iedere vergadering opnieuw beginnen met een
voorzitter te kiezen. Er zijn altijd afwezigen,
of liever geblaft: ze zijn er niet. Dat is nu
ook het geval".
„Maar~ik wil voorzitter wezen!" bulkte de
St. Mastiff.
„Zooiets blaft men niet", verklaarde de no
bele praeses.
„Aan de orde zijn nu de notulen van de vo
rige vergadering".
De notulen, ons in slecht hondsch voorge-
keft door den Boxpinscher werden gearres
teerd na groot lawaai. Men had beter de halve
vergadering kunnen arresteeren.
Daarna vroeg de Airebull het woord over de
orde.
„Er is geen orde", blafte de Setterfox (ge-
la c h).
„Dan moet die er komen" (vreugde).
De Airebull stelde een motie voor van wan
trouwen in den president, waarbij bovendien
werd voorgesteld een nieuwen te kiezen, over
wegende dat niemand iets van Afghaansche
Windhonden afwist, dat dit ras een intelligen
tie toonde, die achterdocht wekte en dat men
in deze tijden de behoefte voelde aan den
Sterken Hond.
Ik stond onmiddellijk op en boog.
Algemeene vreugde. Ons Ras verloochent
zich nimmer.
„Kom 'es op als je 't lef hebt", bulkte de St.
Mastiff, van wien u natuurlijk allang begre
pen hebt, dat zijn vader een St. Bernard en
zijn moeder een Mastiff geweest moet zijn.
„Gaarne", zei ik. „Na de vergadering kunt
u mij uw secondanten sturen".
Daverend gelach.
De door mijn tactvol optreden verkregen
opluchting duurde evenwel te kort. Toen de
motie-Airebull bij pootopsteken met een klei'
ne meerderheid was aangenomen, verklaarde
de president dat hij die naast zich neerlegde
(evenals menschelijke voorzitters dat doen als
het hun zoo uitkomt), dat hij voor een jaar
gekozen was en dat hij met een minderheid
zou regeeren (evenals dat in bijna alle men-
schen-staten tegenwoordig geschiedt). Door
dit besluit meende hij zich den zoozeer-ge-
wenschten Sterken Hond te toonen. „Par ex
cellence", voegde hij eraan toe, met een fijn
glimlachje.
Dit autoritair optreden verwekte een gewel
dig sn^ktalch
terpoot beet en een hevig gevecht tusschen
beiden ontstond. De rest van de vergadering
schaarde er zich omheen en zag het belang
stellend aan. Toen de Bouvier den St. Mastiff
dermate had afgetuigd, dat hij met anderhalf
oor en nog één gezonden poot lag te kreunen
tegen een paaltje, ging ik den verslagene nog
even vertellen dat ik den volgenden dag tot
zijn beschikking zou zijn, als hij dan tenmin
ste weer loopen kon. En toen kwam er een
opzichter van de vuilnisbelt en joeg de heele
vergadering uiteen.
„Wij honden", zei de oude teckel van den
tramdirecteur bedaard, toen wij naar huis
wandelden, „zijn en blijven individualisten. In
massa zijn we niet op ons best".
„Neen", zei ik. „Maar van wie zeggen ze dat
nog meer?"
„Sst", fluisterde de oude. „Als je de and'ren
gelukkig wilt maken, bemoei je dan met je
eigen zaken".
Een wijs woord. De Oude stoof meteen weg,
achter zijn huiskat aan.
Crediet aan den Belgischen
Staat verlengd.
Met maximum een jaar.
Naar wij vernemen, hebben de Belgische
Regeering en de Belgische Congo-Kolonie
met de heeren Mendelssohn en Co. Amsterdam
een overeenkomst gesloten, waarbij de des
tijds uitgegeven, in goud betaalbare schat
kistbiljetten ten bedrage van f 85.000.000 voor
maximum een jaar worden verlengd.
Deze verlenging werd met medeweten, ech
ter zonder de actieve medewerking van de
Nederlandsche Bank verleend, zoodat de
nieuw uit te geven schatkistbiljetten in tegen
stelling met de vroeger uitgegeven, niet bij
de Nederlandsche Bank herdiscontabel zullen
zijn.
Deze biljetten bevinden zich voor het ovcr-
groote deel in het buitenland.
MAN VERDRONKEN.
Tengevolge van een rukwind is op het
Heezermeer de melkboot van W. de Boer van
Gaastmeer, omgeslagen. De man verdronk
Hij was gehuwd en vader van eenig j kinde
ren.
Onvoorzichtigheid op den weg
kost menschenlevens.
Een noodlottig ongeluk is Vrijdagmorgen
aan den Woortmansdijk te Noorddijk gebeurd.
Een oude vrouw, die met haar drie-jarig
kleinkind]'e uit de achterdeur van een auto
bus stapte, stak zonder zich te oriëntseren
den weg over. Voor de oogen van haar dochter
die eveneens wilde uitstappen, werden beiden
door een juist, passeerende autobus gegre
pen. Het kind werd op slag gedood. De groot
moeder werd aan het hoofd gewond'en kreeg
een beenfractuur. Den chauffeur treft geen
schuld.
Restauratie Nieuwe Kerk te
Delft valt tegen.
Bij de restauratiewerkzaamheden aan de
Nieuwe Kerk te Delft is men komen te staan
voor een onvoorzienen arbeid, welke ongetwij
feld geruimen tijd in beslag zal nemen. De
pilaren van het Schip, welke men gedeeltelijk
meende te kunnen herstellen, bleken bij een
nader onderzoek in zulk een slechten staat
te verkeeren, dat een algeheele vernieuwing
noodzakelijk is. Hiermede is dan ook reeds een
aanvang gemaakt.
Tijdens den bouw van de nieuwe pilaren
wordt de bovenbouw van het Schip gesteund
door een ijzeren draagconstructie, berekend
op een gewicht van 100 ton.
BIJ HET SCHOUWEN VAN DEN SPOORWEG
GEDOOD.
Op het stationsemplacement te Venlo is
de 39-jarige wegwerker Th. Curvers Vrijdai
morgen door een passeerenden D-trein ge
grepen en eenige t.entallen meters mesge
sleurd. Het slachtoffer werd zoo ernstig ge
wond dat het eenigen tijd later is overleden.
De wegwerker was nabij het station te Venlo
bezig met het schouwen van den spoorweg
toen de D-trein CaldenkerkenVenlo, welke
omstreeks half tien te Venlo binnenloopt,
passeex-de. De arbeider moet dit gevaar niet
tijdig bemerkt hebben zoodat hij door de
trein werd gegrepen. Het slachtoffer wa.
vader van drie kinderen.
Rotterdam heeft een goede
klant aan Italië.
De Bouvier.
..Weg met de aristocraten!" bulkte de St.
Mastiff, waarop de Bouvier, die zich verbeeldt
zelf van adel te zijn, hem in den linker ach-
Verscheping van steenkool laatste jaren
belangrijk toegenomen.
Uit globale aan de N.R.Crt. verstrekte ge
gevens blijkt, dat er in September en de eerste
dagen van October een vrij belangrijke toe
neming is te constateeren van de verscheping
van steenkolen via de Rotterdamsche haven
naar Italië. In September 1935 zijn uit Rot
terdam naar Italiaansche havens vertrokken
53 schepen met in totaal 350.000 ton steen-
kol en.in September 1934 waren dat 34 sche
pen met ongeveer 235.C00 ton. De eerste tien
dagen van de maand October geven een
aantal schepen van 23 aan met 160.000 ton
kolen. In de overeenkomstige periode van het
vorige jaar bedroeg het aantal schepen met
kolen voor Italië geladen 14, met 118.000 ton
lading.
De verscheepte kolen waren nagenoeg alle
van Duitsche oorsprong.
Van andere zijde bereiken ons nog de vol
gende cijfers:
ln 1932 verwerkte Rotterdam 975.000 ton
kolen voor Italië. In 1933 was de kolenbewe-
ging voor Italië gestegen tót 1 600.000 ton en
in 1934 zelfs tot 3.116.000 ton. Het eerste half
jaar van 1935 gaf wederom een stijging te
zien, in vergelijking met de overeenkomstige
periode van het jaar te voren en wel met 33
pet.. In vergelijking met 1933 geeft het zelfs
een stijging van 200 pet-. Afgezien van de
kolen was ook het overige goederen verkeer
met Italië zeer gestegen. Dat blijkt wel duide
lijk uit het aantal schepen van Italiaansche
herkomst, dat Rotterdam bezoekt, In 1934
kwamen van Januari tot Juli 44 schepen- van
Italiaansche herkomst met een tonnage van
113.625 in de Rotterdamsche haven, in de
overeenkomstige periode van 1935 was het
aantal schepen gestegen tot 103 met een
tonnage van 266.432.
WIJ HEBBEN DE STOFFEN!!
VOOR WINTERJASSEN GEëTALEERD.
PRIJS
1e KLAS JAS N. MAAT f30.
geheel met zijde gevoerd.
Van de NIEUWE NAJAARSSTOFFEN
COSTUUM N. MAAT MET 2 PANTALONS a f40,-
Bij het adres van vertrouwen
cn^els.che-Eenheids-IKl eermakerij
R HOUTSTRAAT 88 to. H.arl. Dagbi. Tel. 16176
Hl Filialen te Amsterdam en Hilversum
(Adv. Ingez. Med.)
De groote diefstal te Weert
opgehelderd?
Twee jongemannen aan
gehouden.
Deel van het gestolenc teruggevonden.
In verband met de op 15 September j.l. ge
pleegde inbraak met diefstal bij den bakker
H. Boeken, waarbij 6000 gulden aan contanten
en 20.000 gulden aan waardepapieren werden
buitgemaakt, kan thans worden gemeld, dat
door ijverig speuren van den hoofdagent van
politie Smeets eenig licht in deze zaak is ge
komen.
De effecten werden vorige week op een
akker buiten de gemeente teruggevonden, ter
wijl thans in een schuur naast café H. in de
Maasstraat te Weert 'n bedrag van 3300 werd
gevonden, welke bedrag als zeker afkomstig
van den diefstal kan worden genoemd. Verder
zijn nog verschillende voorwerpen afkomstig
van een op denzelfden dag gepleegden dief
stal in een woning aan het Kanaal gevonden.
Als vermoedelijke daders werden Vrijdag
avond aangehouden de sedert langen tijd ge
schaduwde jongemannen, de 22-jarige P. H.
en de 21-jarige H. S„ beiden uit Weert, die
in den laatsten tijd groote verteringen maak
ten. vooral in het buitenland.
Ofschoon de bewijzen bijna zeker tegen
hen spreken, hebben zij nog geen bekentenis
afgelegd.
UIT DE STAATSCOURANT.
TECHNISCHE HOOGESCKOOL.
Bij Kon. besluit van 9 October is benoemd
tot buitengewoon hoogleeraar in de afdeeling
der weg- en waterbouwkunde aan de Tech
nische Hoogeschool te Delft, om onderwijs te
geven in het landmeten, het waterpassen en
de geodesie, J. M. Tienstra, lector aan den
landmetercursus, verbonden aan de Land-
bouwhoogeschool te Wageningen, en is aan
C. J. Kluvers, landmeter van het kadaster te
Delft opgedragen het geven van het onderwijs
in burgerlijk recht en in hypothecaire en
kadastrale administratie in de afdeeling der
weg- en waterbouwkunde aan de Technische
Hoogeschool te Delft, met. toekenning van den
persoonlijken titel, van lector.
Twee jongens door vrachtauto
overreden.
Eén van hen gedood.
Vrijdagmiddag is te Nijega bij Heerenveen
het 14-jarige zoontje van den heer Zandberg
aldaar, die bij zijn vriendje achterop de fiets
meereed, door een vrachtauto aangereden en
vrijwel op slag gedood. Zijn vriendje, die het
rijwiel bestuurde, kreeg slechts lichte ver
wondingen. (A. N. P.)
WEER EEN SLACHTOFFER VAN DEN STORM
Tegen de zeewering van het Buitendijksche
Veld te Lemmer is het lijk aangespoeld van
den baggerknecht R. van der Waal. die op 27
September j.l. tijdens het stormweer van een
baggerschuit was geslagen en in het IJsel-
meer is verdronken.
Eiken dag wordt een overweg
aangereden.
Reeds geruimen tijd bestond, in spoorweg
kringen vooral, een bepaalde opvatting over
de wijze, waarop in de pers berichten werden
gepubliceerd over ongelukken op onbewaakte
overwegen. Men noemde deze berichtgeving
zelfs bedenkelijk.
We ontvingen het Weekblad van de Ned.
Vereeniging voor Spoor- en Tramwegperso
neel van 12 October, dat openi met een arti
kel onder den kop: „In ons land wordt eiken
dag een spoorwegafsluiting aangereden". In
een vorig artikel had dit blad, als tegenhan
ger van de „onibewaakte-overwegen-jouma-
listiek" een staatje gepubliceerd, waaruit
bleek, dat in de jaren 1930 t.m. 1934 respec
tievelijk 159, 209, 177, 174 en 184 weggebrui
kers te veel haast en te weinig oplettendheid
hadden betoond, wanneer zij met hun voer
tuigen een spoorwegafsluiting naderden, zoo
dat de boomen in gesloten toestand of bij
het dalen beschadigd werden.
Het nummer van deze week komt nog een
uitbreiding geven aan deze cijfers. De schrij
ver heeft zich nl. gewend tot het hoofd van
dienst van Weg en Werken en daar is geble
ken. dat het aantal beschadigingen nog heel
wat grooter is. Bovengenoemde cijfers had
den alleen betrekking op beschadigde over-
wegboomen. doch de andere beschadigingen
bleken nog heel wat aanzienlijker te zijn. De
chef van de afdeeling Weg en Werken be
schikte over zóóveel gegevens in dezen, dat
de cijfers meer dan verdubbeld moesten wor
den.
In het tijdvak 1930—1934 werd niet min
der dan 1920 keeren een spoorwegafsluiting
geheel of gedeeltelijk vernield, doordat een
voertuigbestuurder naliet de noodzakelijke
behoedzaamheid in acht te nemen bij het
naderen of passeeren van een overweg. In
1930 gebeurde dit 350 keeren en in de jaren
1931 tot en met 1934 respectievelijk 447, 376,
383 en 364 malen.
Hier blijkt wel uit, dat heel wat autobe
stuurders geen zelfbeheersching genoeg heb
ben, om te wachten, als de boomen aan het
dalen zijn, of te veel op de remkracht van
hun wagen vertrouwen. Maar daarmee zijn
in ieder geval niet alle onbewaakte overwe
gen goedgepraat, al is het cijfermateriaal in
hooge mate bezwarend voor de onvoorzich
tigheid van heel veel wagenbestuurders.
Moeilijkheden bij benzine
uitvoerverbod.
Het uitvoerverbod van benzine, dat Woens
dag van kracht is geworden, levert volgens
de Tel. voor de belanghebbenden niet te on
derschatten bezwaren op. Het is duidelijk, dat
deze bezwaren in Rotterdam, waar zulke uit
gebreide benzine-opslagplaatsen zijn, sterk
worden gevoeld.
Het uitvoerverbod namelijk maakt het on
mogelijk om de benzine, die met zeeschepen
onze haven binnenkomt over te laden in
lichters en zco naar de bestemmingen in het
buitenland te transporteeren. Practisch komt
het dus hierop neer, dat zoowel de export van
benzine als het transitoverkeer van benzine
worden getroffen.
De export en de transito voor benzine be
treffen wel in hoofdzaak Duitschland en
Belgic. Blijkens de statistieken heeft in 1934
het transitoverkeer van zee 145.625 ton be-
loopen. terwijl 112.266 ton werd geëxporteerd
Voor het tweede kwartaal van 1935 luiden
deze cijfers onderscheidenlijk 50.895 en
31.050.
Reeds uitzonderingen.
Hoewel bij de invoerrechten en accijnzen
reeds eenige uitzonderingsbepalingen van
kracht zijn worden aan de grens toch vele
lichters aangehouden. De belanghebbenden
overwegen, om zich tot de regeering te wen
den ten einde een uitbreiding te kunnen .krij
gen van deze uitzonderingsbepalingen. Voo:
wat betreft het transport op den Rijn wacht
men op de totstandkoming van de Rijnvaart
vrachten en het is niet onwaarschijnlijk dat
daarin een bepaling zal worden opgenomen,
volgens welke het transitoverkeer mogelijk zal
worden gemaakt. Benzine dus, die onze haven
binnenkomt met als bestemming een haven
aan den Rijn, zal dan kunnen worden over
geslagen in lichters en kunnen worden door
gelaten. Deze regeling zal waarschijnlijk mo
gelijk kunnen zijn. omdat het verkeer op der,
Rijn als internationaal verkeer geldt.
BRAND BIJ DE ROEI- EN ZEILVEREENI-
GING „DE AMSTEL".
In het bekende gebouw van de Roei- en
Zeilvereeniging „De Amstel", op den Am-
steldijk bij de Stadhouderskade te Amsterdam
sloegen Vrijdagmorgen plotseling aan den
kant van de Stadshouderskade zware rook
wolken naar buiten, weldra gevolgd door
vlammen. Van alle kanten kwam het pu
bliek toe loopen. Het houten gebouxv brandde
aan den hoek als een fakkel en menigeen zal
in deze eerste oogenblikken gedacht hebben,
dat het met dit aardige gebouwtje gedaan
zou zijn. De brandweer was er echter spoedig
bij en met haar komst was ook het gebouw
gered, want enkele minuten later, verdwenen
de vlammen en.kwam alleen nog maar rook
uit een uitgebrande kamer. In dat gedeelte
van het gebouw woont de pachter Brink.
Deze heeft aan den voorkant zijn woonka
mer, daarachter ligt een klein kamertje en
vervolgens een slaapkamer van den heer
Brink. Langs deze drie kamers loopt een
gang. De dienstbode kwam den heer Brink,
die zich toen in zijn slaapkamer bevond,
waarschuwen, dat er rook in het gebouw
stond. Toen de heer Brink op onderzoek
uitging, bleek dat zijn woonkamer reeds in
lichte laaie stond. Hoe daar brand is ont
staan is nog niet verklaard. De brandweer
wist met een straal het vuur te beperken tot
deze kamer, die geheel uitbrandde en het
kleine slaapkamertje, dat gedeeltelijk uit
brandde. Societeitslokalen en bootenberg-
plaats liepén geen schade op.
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem s Dagblad van 1885.
12 October:
Bij de Erven Loosjcs alhier is een
brochure verschenen, getiteld „Open
brief aan lien, die belang stellen in het
verschaffen van werk aan vruchteloos
werkzoekenden. Aanspormg om overal
blijvende commissiën te organiseeren.
Aard en werkkring dier commissiën". De
schrijver is de heer W. Hoogvliet, notaris
alhier.
De schrijver wenscht het oprichten
eener Vereeniging, met het doel, werk
te verschaffen aan hen. die in de ge
meente woonachtig zijn, van wie het
kennelijk gebleken is, dat zij vruchteloos
werk zoeken en om dat werk door ma
tige geldelijke uitkeering te beloonen.
Dat doel moet men bereiken door het
vestigen en in stand houden van een
fonds, waarvan de rente ten behoeve
der Vereeniging zal worden aangewend.
Het door de Vereeniging te verschaffen
werk wordt, liefst in overleg met het
gemeentebestuur, naar omstandigheden
vastgesteld en geregeld. De ingezetenen,
speciaal de contribuanten, worden
telken jare bij circulaire uitgenood igd,
de Vereeniging behulpzaam te zijn.
door de werken op te geven, die zij
wenschelijk achten. Hieruit kan een
keuze worden gedaan. Voor het onwaar
schijnlijke geval, dat geen werk van
algemeen nut kan worden gevonden,
wordt den aanvragers het vervaardigen
van een of andere bezigheid opgedra
gen. In geen geval worden gelden uit
gereikt zonder dat daarvoor werk is ver
richt. De Vereeniging moet zoo min
mogelijk werk verschaffen voordat het
haar duidelijk is gebleken, dal, de aan
vrager dit niet op andere wijze be
komen kan. Indien de reeds in liet werk
gestelde elders arbeid bekomen kan,
houdt de werkverschaffing op.
„Bij eenig nadenken," zegt de schrij
ver aan het slot zijner brochure, „zal
men mij moeten toestemmen, dat het
voor iedere gemeente een onwaardeer
baar geluk zou zijn. indien zij een vaste
commissie had. die den vruchteloos
werkzoekenden werk kon verschaffen."
Door onze lens gesnapt.
Kweekschool voor de Zee
vaart bestaat 150 jaar.
Gedenkboek uitgegeven.
Op 24 October a.s. zal de oudste instelling
op het gebied van Zeevaartkundig Onderwijr,
ter wereld, de Kweekschool voor de Zeevaart
te Amsterdam, anderhalve eeuw bestaan. Dit
feit is aanleiding geweest tot het uitgeven
van een gedenkboek, dat verzorgd is door den
gepensioneerden kapitein ter zee den heer J.
C. M. Warnsinck. Van het fraai geïllustreerde
werk is een exemplaar aan de Koningin en de
Prinses aangeboden.
Zooals begrijpelijk is heeft de schrijver in
de eerste plaats de geschiedenis der school
gegeven." maar daartoe heeft hij zich niet be- j
perkt. Hij heeft ook aandacht geschonken aan
de invloed der school op de ontwikkeling van
de stuurmanskunst in ons land.
De eerste pogingen tot oprichting van een
kweekschool voor de zeevaart hier te lande
dateert van het jaar 1780. toen in een trac-
taatje van vijftien bladzijden mr. Guglielmus
Titsingh, boekhouder en officiant van het
soldij kantoor der Oost-Indische Compagnie
ter kamer Amsterdam, zich tot zijn landge-
ncoten richtte en hun zijn „Bedenkingen over
de Schaarsheid van Zeevarend Volk in het
gemeen, en het Verval onze Nationale Zeevaart
in 't byzonder" meedeelde. Niet terstond heeft
hij succes met zijn werk gehad, wel echter na
vijf jaar, toen de school, gesticht door het
Vaderlandsch Fonds ter aanmoediging van
's Lands Zeedienst (op zijn initiatief opge
richt), werd geopend.
De heer Warnsinck geeft een zeer lezens
waardig en gedocumenteerd overzicht van
deze anderhalve eeuw zeevaartkundig onder
wijs. Hij heeft er vele bronnen en archieven
voor nageplozen, doch het door hem bereikte
resultaat is de moeite van dien arbeid waard
geweest.
VOLGEND JAAR WEER JEUGDREIZEN?
Dat deze reizen zijn ingeslagen bij de jeugd,
zal wel niemand meer betwijfelen, die de
enthousiaste verhalen aangehoord heeft van
de jongens, die in den afgeloopen zomer de
kampeerreizen met de „Tarakan" naar Noor
wegen medemaakten.
Het verwondert ons dan ook niet te hooren
dat thans alweder reeds vele aanvragen bin
nenkomen. of ook het volgend jaar de ..Neder
land" dergelijke reizen zal maken. De jeugd
is ongeduldig en een enthousiaste jeugd is dat
dubbel.
Thans reeds een definitieve toezegging te
doen. is echter niet mogelijk, doch de directie
deelde ons mede. dat zij in beginsel wel voor
nemens is oan in 1936 de jeugd van onze mid
delbare scholen wederom in de gelegenheid te
stellen kennis met de zee te maken, of deze
kennismaking te hernieuwen in den vorm van
kampeerreizen met een vrachtschip. De zomer
vacantie is echter nog ver in het verschiet en
natuurlijk moet worden afgewacht of de
„Nederland" in den komenden zomer kam-
peerschepen beschikbaar heeft.
Dit is te begrijpen en de jongens zullen
dus in ieder geval wel tot begin van het vol
gend jaar moeten wachten, alvorens met
meer zekerheid verdere mededeelingen kun
nen worden gedaan over de kampeerreizen
1936. (A-N.P.)
DE HEER P. S. ILVNA.
De heer P. S. Har.a werd 11 April 1892 te
Amsterdam geboren. Hij bezocht een inrich
ting voor bijzonder onderwijs alhier en was
daarna gedurende 9 jaren werkzaam als cor
respondent voor vreemde talen aan de Haarl.
Machinefabriek voorheen Gebr. Figee.
Vervolgens vertrok hij naar Indië (Java),
waar hij 12 jaren verbleef en werkzaam was
in den technischen importhandel. Einde 1932
repatrieerde hij, waarna in Januari 1933 zijn
benoeming volgde tot kerkelijk ontvanger
der Ned. Herv. Gemeente alhier, welke
functie hij thans nog vervult.
Teveel in kas is ook niet goed.
Gemeenteontvanger ziet een vordering
afgewezen.
Het Haagsche Gerechtshof heeft arrest ge
wezen in de zaak van H. E. B. v. E. te 's-Gra-
venhage, appellant, contra de gemeente Zie-
rikzee.
Appellant, die cp 1 Augustus 1930 op zijn ver
zoek eervol ontslag had gekregen als gemeen
te-ontvanger van Zierikzee. had bij de over
dracht van de kas op 31 Juli d.a.v. aan zijn
opvolger een teveel in kas van ruim 43 mille.
Hij vorderde later dit geld van de gemeente
terug, onder aanvoering o.a. van de reden, dat
een vermenging van gelden, welke hij uit
anderen hoofde onder zich had, met de gel
den der gemeente tijdens zijn ontvangerschap
zou hebben plaatsgehad.
De rechtbank te Middelburg wees die vor
dering af en van dit vonnis kwam de heer B.
van E. in appèl.
In zijn arrest overwoog het .Hof dat geens
zins is gebleken, zooals appellant meent, dat
het gemelde bedrag aan hem toebehoort: dat
immers die gelden aanwezig waren in de kas
der gemeente Zierikzee en deze daarin zeer
wel op andere wijze kunnen zijn gevloeid dan
door de door appellant beweerde abusïevelijke
vermenging van gelden. Het Hof bevestigde
de uitspraak van de Middelburgsche recht
bank.