Paardenmarkt.
Uit Abessynië.
tiet Beêüu$eifate
mm
53e Jaargang No. 16051
VerscKijnt dagelijks, BeKalve öp Zon- en Feestdagen
Maandag 21 OctoHer 1935
HAARLEM S DAGBLAD
Directie: P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTENper week 0.25, per maand 1.10, per 3 maanden
3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post f 0.72y3.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
Bijkantoor: Soendaplein 37, Haarlem-Noord, Telefoon 12230.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ADVERTENTTëN 1—5 regels 11.75. elke regel meer 10.35. Reclames
ƒ0.60 per regeL Tarieven regelabonnementen op aanvraag. Vraag ea
aanbod 14 regels 0.60. elke regel meer 0.15. Onze Groentjes zie
hoofd rubriek.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400.-, Duim ƒ250.-. Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-. Arm-of Beenbreuk 30.—
Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400-, Verlies Duim 75.-. Verlies Wijsvinger ƒ75.-. Verlies andere vinger 30.-.
Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF BLADZIJDEN.
HAARLEM, 21 October.
Arthur Henderson. T
Op 72-jarigen leeftijd heeft Arthur Hender
son het moede hoofd te ruste gelegd na een
leven van harden arbeid, bekroond door een
wanhopigen strijd om als president der Ont
wapeningsconferentie zijn diepste overtui
ging, zijn geloof tot verwezenlijking te bren
gen. Het is hem niet mogen gelukken. Zelfs
niet ten deele. Men heeft hem, samen met
Ncrman Angell, verleden jaar den Nobelprijs
voor den vrede gegeven. Dat kan voor dezen
man niet veel -be teekend hebben. Persoonlijk
eerbewijs en persoonlijke welvaart streefde hij
niet na, evenmin als Briand, die zijn leven lang
ervan afkeerig bleef en zonder éen enkel orde-
teeken begraven werd. Briand, die Locarno
zag vervliegen, stierf uitgeput en ontmoedigd.
Henderson, wiens onbreekbaar optimisme een
jarenlangen kamp tegen domheid, vooroordeel
en verstandsverbijstering voerde, is gestorven
aan den vooravond van een Engelsche parle
mentsverkiezing, die onder de leuze „Steeds
meer Bewapening-" gehouden zal worden. Hij
heeft dit niet meer behoeven te beleven.
Arthur Henderson was en bleef een eenvou
dig man. Hij was afkomstig uit Glasgow uit
een arbeidersgezin, begon zijn loopbaan als
leerling-metaalbewerker te Newcastle, ver
overde zich langzamerhand de ontwikkeling
die hem in de groeiende Labour Party op den
voorgrond bracht, werd op zijn veertigste jaar
(1903) lid van het Lagerhuis en op zijn 52ste
minister in het kabinet-Asquith en bekleedde
later nog verschillende regeeringsposten. In
het tweede Labour-kabinet-Macdonald (1929
—1931) was hij minister van Buitenlandsche
Zaken. De Ontwapeningsconferentie werd in
'31 te Genève voorbereid en men koos hem tot
president. In Augustus viel daarop de La bour-
regeering en trachtte men hem te bewegen
zijn presidentschap prijs te geven. Maar hij
weigerde beslist. Niet de minister van Buiten
landsche Zaken, maar de persoon Arthur Hen
derson was tot deze loodzware taak geroepen.
Men moest de juistheid van de opvatting er
kennen.
Het treurige, beschamende verloop van de
Ontwapeningsconferentie in herinnering te
roepen is overbodig. Zij bestaat zoogenaamd
nog. Men heeft den moed gemist, haar offi
cieel op te heffen. Het zou wel eerlijker geweest
zijn, maar met zulke overwegingen is natuur
lijk geen rekening gehouden. Ik wil wel even
herinneren aan Henderson's reis naar de
Europeesche hoofdsteden in 1933, toen Adolf
Hitler den president der Ontwapeningscon
ferentie, dertig jaar ouder den hij zelf, een
week achter zich aan liet reizen door Duitsch-
land alvorens hem te ontvangen. Men kan er
zeker van zijn dat vele lieden nu nog lachen
zullen bij deze herinnering.
In 3V2 jaar tijds zag Henderson al zijn hoop
ineenstorten, en een nieuwe krankzinnige be-
wapenings-wedstrijd zich in Europa ontkete
nen. Geen redelijk-denkend mensch zal hem
een verwijt kunnen maken van de misluk
king. Deze merkwaardige en eerbiedwaardige
Schot, behoorend tot de zeer weinige men-
schen die op hoogen leeftijd nog den moed en
den ondernemingsgeest van hun jeugd bezit
ten, heeft gewerkt en gestreden voor ontwape
ning zoolang hij kon. Niets is hem teveel ge
weest. Het kleinste afdeelinkje van een vredes-
vereeniging in een of ander nietig plaatsje, in
welk land ook. was hem niet te gering om het
met zijn persoonlijk woord moed in te spre
ken.
Ieder die zich tot hem wendde kon op
een moedgevend antwoord rekenen. Hij was
als de man die aan een groote roepstem ge
hoor heeft gegeven en zich door niets laat
weerhouden zijn taak te vervullentot het
bittere einde. In eindelooze onderhandelingen
zich uitslovend, zag hij iedere mislukking als
een aansporing tot het ter hand nemen van
nieuwe plannen, nieuwe voorstellen, nieuwe
oplossingen. Op hem was wel volkomen van
toepassing het woord van Willem de Zwij
ger, dat door zoo velen herhaald en maar
door zoo weinigen tot het hunne is gemaakt:
„Het is niet noodig te hopen om te onder-
(Op de dezer dagen aangekondigde
najaarspaardenmarkten te Hoofd
dorp en Ede was onderscheidelijk
één en geen enkel paard aange
voerd)
Te Hoofddorp op den marktdag: één,
Eén paard te koop, wil dat beseffen,
Maar sterker nog: te Ede geen,
Dat is niet meer te overtreffen.
Waar is het dan, het nobel ras.
Die schoonste zege van de menschen,
Dat eeuwen lang ons dienstig was,
Zooals wij het slechts konden wenschen.
Waarin gepaard ging stoere kracht,
Met dierlijk-onbewuste gratie
Dat ons naast trouw nog schoonheid bracht,
Een ideale combinatie.
Zijn kracht? in naam geperst in staal,
Zijn schoonheid? voor het oog verloren
Nog slechts een snelheidsideaal
Als paardekrachten in motoren.
Zelf staat hij veel en lang op stal,
Als trekdier en als menschendrager,
Tot hij zijn einde vinden zal,
Onder het hakmes van den slager.
Hij speelt niet meer op 't eerste plan,
Hem Is een bijrol toegemeten,
Die hem alleen besparen kan,
Dat hij volkomen wordt vergeten
En toch, er zijn er nog heel wat,
Zoo allen bij elkaar genomen,
Hoe is het te verklaren, dat
Er geen ter jaarmarkt is gekomen?
Het antwoord is misschien niét waar,
Ik zeg dus slechts: ik mag het lijden,
Mag 't zijn, dat er geen eigenaar
Meer van zijn trouwen vrind wil scheiden?
P. GASUS.
nemen, en evenmin noodig te slagen om te
volharden."
Thans, bij zijn dood, zullen maar weinigen
hem erkennen als een groot man. Alleen pu
bliek succes wordt toegebrald en aan „groot
heid" verbonden. Te veeh menschen hebben
om Henderson gelachen, omdat hij zoo vol
hield en niet won. Zij zullen den Nobelprijs
beschouwen als zijn eenige overwinning. De
armen.
Maar hun bekrompenheid kan de nage
dachtenis van een Henderson niet deren.
Velen moeten een 'martelgang volbrengen en
hun leven eindigen middenin een strijd als
die tegen het oorlogsbeest, die generaties
lang moet duren. Deze man, die een geloovig
Christen was, heeft naar zijn diepste over
tuiging geleefd en de groote zaak van den
wereldvrede, waarvoor hij streed, verder ge
bracht door zijn moed en zijn nobel voor
beeld. Talloozen heeft hij er voor gewonnen
en door zijn werk bezield. Zij zullen het
voortzetten, ondanks alles.
Een edel, zelfopofferend man is heenge
gaan.
R. P.
AUTO RAMT VERKEERS PAAL
OP DEN ZIJL WEG.
In den nacht van Zaterdag op Zondag reed
een automobilist, waarschijnlijk door onop
lettendheid, (slippen is ook niet geheel uit
gesloten), de lichtzuil omver, die op den Zijl-
weg bij de Zijlbrug staat.
De auto kwam van de brug, reed pardoes
tegen het obstakel aan, sloeg om en kwam
op den linkerkant van den weg te liggen. De
ongevallendïenst was wel ter plaatse, doch
debest-uurder had slechts een weinig pijn aan
den linkerarm en een schram aan ae linker
wang opgeloopen
Omstanders zetten de auto weer op vier
wielen, die evenals de lichtzuil, leelijk be
schadigd was geworden. De bestuurder kreeg
een proces-verbaal.
Abessynische troepenbewegingen
aan het Noordelijke front.
Men verwacht thans spoedig het
tegen - of fens i ef.
(Speciale correspondentie).
Ladislas Farago seint uit Noord Abessynië:
De situatie in het noorden is in de laatste
dagen gewijzigd, daar de Abessynische troepen
de positie, die zij sinds maanden innamen,
verlaten hebben.
Toen de eerste berichten over vijandelijk
heden te Debra Tabor en andere Abessynische
hoofdkwartieren bekend werden, bleven de
troepen rustig op hun plaats, daar er van
Addis Abeba geen orders voor opmarsch of
terugtrekken weren gekomen. Er zijn daar
talrijke groote kampen met Amhara-soldaten
het kleinste bevat altijd nog 2500 man en
hoewel deze met de Itaiiaansehe vorderingen
op de hoogte waren, hielden deze zich kalm.
ofschoon zij wisten, dat het gebied bij Adoea
ontruimd was en de Italianen Adoea en Ak-
soem zonder tegenstand konden nemen. Nabij
den berg Rayo tusschen Adoea en Adigrat had
een hevig gevecht plaats tusschen Abessyni
sche soldaten en Itaiiaansehe voorposten. Tal
rijke Italianen zijn hierbij door de Abessyniërs
gedood, terwijl velen gevangen werden geno
men. die bovendien in hun krijgsgevangen
schap ernstig mishandeld werden.
Later bereikten de Abessynische troepen
orders om zich gereed te houden en nabij
Adoea en Aksoem te verzamelen voor een op
marsch in de richting van de rivieren Setit en
Taccase, waar zich thans ook Ras Kassa be
vindt. Deze is een paar dagen geleden uit
Debra vertrokken met een leger van circa
30.000 man en marcheerde door het dal van de
rivier Taccaze tot Gadgber, waar hij over de
rivier trok via een smalle brug, die door koning
Menelik tijdens den oorlog van 1896 werd aan
gelegd en die het gewicht van slechts één man
kan dragen; de overtocht duurde dientenge
volge zeer lang. Aan den anderen kant voeg
den zij zich bij de voorhoede van Ras Seyoem's
troepen. Ras Seyoem heeft een groote troepen
macht op de been gebracht in de omgeving
van Makalé, omdat daar de eerstvolgende
Itaiiaansehe aanval verwacht wordt. Makalé
is de oude hoofdstad van Tigré, waar eens
Ras Seyoem's grootvader Koning Johannes in
een weelderig kasteel resideerde. De stad is
thans in een fort veranderd, maar het heeft
geen verbinding met Addis Abeba. Wel loopt
er een karavaanweg naar Dessie; hier bevindt
zich de kroonprins met zijn Belgischen advi
seur en een leger van 5000 man.
Behalve deze troepenconcentraties ligt er
nog een vierde leger in Noord Abessynië, n.l.
dat van Dedjiaz Ayeloe. Deze heeft gepoogd
Erithrea binnen te dringen. Drie dagen en
drie nachten leverden zijn manschappen he
vige gevechten met, de Italianen. In Kassala
werd het onheilspellende geluid van artillerie
vuur vernomen. De strijd eindigde met ernstige
verliezen aan beide kanten, doch men ver
wacht dat Dedjiaz Ayeloe zijn aanvallen zal
hernieuwen.
Gesprekken met Abessynische stamhoofden
geven mij den indruk, dat zij volkomen loyaal
staan tegenover hun keizer. Itaiiaansehe ver
tegenwoordigers bieden hun geld en mooie po
sities aan, als zij deserteeren, maar eenig op
merkelijk succes bereiken zij er niet mede.
Een der stamhoofden verzekerde mij, dat de
Abessyniërs niets van de Italianen te verwach
ten hebben. „Italië is hier gekomen om geld
weg te halen en niet om het te brengen", zeide
hij.
Er zijn thans geen Europeanen meer in
Noord-Abessynië, uitgezonderd twee missio
narissen. De eene is een Franschman, die hier
al veertig jaar vertoeft, de andere kwam met
zijn vader naar Abessynië toen hij nog een
kind was en behoort tot de missie van Dshin-
öa; hij weigerde zijn post te verlaten. De beide
mannen ondervinden geen moeilijkheden en
zijn absoluut veilig, daar zij onder bescher
ming staan van Ras Kassa.
Ik heb het zwaar met de malaria te kwaad
gehad en ben thans weer geheel hersteld, zoo
dat ik binnenkort een karavaantocht naar de
Setitrivier hoop te ondernemen om mij bij het
leger van Ras Ayeloe te voegen om van de
troepenbewegingen getuige te zijn.
De meening van betrouwbare Abessyniërs is.
dat in de komende week het groote Abessy
nische tegenoffensief zal plaats hebben, wat
het begin van den feiteïijken oorlog beteekent.
Totnutoe, zegt men in deze kringen, was er
slechts sprake van gemakkelijke Itaiiaansehe
vorderingen, die geen tegenstand ondervonden.
(Nadruk verboden).
Arthur Henderson.
De loopbaan van den Brltschen vredesstrijder
Arthur Henderson, die Zondag in den leef
tijd van 72 jaar is overleden, werd in 1863
te Glasgow geboren. Hij was van bescheiden
afkomst; zijn vader was een eenvoudig ar
beider en hij zelf ging in de leer bij de me-
taalfabriek van Robert Stephenson Co
De jonge Henderson veelde zich zeer sterk
tot ae Vakvereenigingsbeweging aangetrok
ken en het was zijn Ideaal, eens een voor
aanstaande plaats in de politieke wereld in
te nemen.
Reeds vroeg werd hij lid van den gemeen
teraad van New Castle, terwijl hij in het
jaar 1903 tot burgemeester van Darlington
benoemd werd.
Bij een tusschentijdsche verkiezing in 1903
werd hij voor de Labour Partij tot lid van
het- Lagerhuis gekozen in het district Bar
nard Castle. Weldra werd hij in het parle
ment een opmerkelijke figuur, terwijl hij ook^
in de Labour Partij steeds meer op den voor-"
grond trad. In 1908 werd hij tot voorzitter
der partij gekozen. In 1910 trad hij als zoo
danig af. doch, toen bij het uitbreken van
den wereldoorlog Ramsey MacDonald zijn
functie ter beschikking stelde, werd Arthur
Henderson tot voorzitter herkozen. Het was
in die functie, dat hij namens de Labour
Partij volledigen steun aan de regeerings-
politiek in de oorlogsjaren toezegde.
Toen Asquith in 1915 zijn eerste coalitie-
ministerie vormde, werd Henderson daarin
opgenomen als minister van onderwijs. Van
het oorlogskabinet, dat Lloyd George in 1916
vormde, maakte hij deel uit als minister
zonder portefeuille. In de lente van 1917
bracht hij in opdracht van de regeering een
bezoek aan Rusland na de revolutie. Te St.
Petersburg werd hij er van op de hoogte ge
steld, dat de voorloopige Russische regeering
zeer geporteerd was voor een internationale
socialistische conferentie te Stockholm. Hij
kwam tot de conclusie, dat het wenschelijk
zou zijn, indien Britsche vertegenwoordigers
die conferentie zouden bijwonen en na zijn
terugkeer in Engeland nam hij maatregelen
om een dergelijke afvaardiging te bevorde
ren. Dit leidde tot oneenigheid in de Labour
Partij en Lloyd George en de andere mi
nisters verklaarde openlijk, dat zij ont
stemd waren over de door Henderson ge
volgde politiek. Het resultaat was dat Hen
derson als minister aftrad. Bij de verkiezin
gen in 1918 verloor hij zijn zetel in het La
gerhuis. Bij een tusschentijdsche verkiezing
werd hij echter herkozen.
Toen MacDonald de eerste arbeidersregee-
ring vormde, maakte Henderson daarvan
deel uit als minister van binnenlandsche za
ken.
In de nu volgende periode verlegde de
staatsman het terrein van zijn werkzaam
heden grootendeels naar Genève. Toen
MacDonald in 1929 opnieuw een regeer in g
der Labour Partij vormde, werd Henderson
minister van buitenlandsche zaken. In deze
functie kreeg hij de moeilijke problemen te
behandelen, die het gevolg waren van de na
den wereldoorlog geschapen internationale
situatie.
Te Genève drong hij voortdurend aan op
maatregelen, die zouden kunnen leiden tot
een daadwerkelijke ontwapening en met nog
meer energie ging hij zich aan deze taak
wijden, toen hij tot voorzitter der ontwape
ningsconferentie werd benoemd
Echter zouden hem juist in deze jaren de
teleurstellingen niet bespaard blijven. In de
eerste plaats was daar de wrijving tusschen
hem en MacDonald, die in 1931 tot een vol
komen breuk leidde, toen MacDonald de
leiding van de nationale regeering op zich
nam. Henderson verloor opnieuw zijn La
gerhuiszetel. doch ook thans wist hij dezen
kort daarna te heroveren.
De groote desillusie moet voor den staats
man wel de mislukking der ontwapenings
conferentie geweest zijn. Jarenlang gaf hij al
zijn werkkracht en energie aan de hem op
gedragen taak. maar hij moest zien, hoe ge
leidelijk de tegenstellingen tusschen de ver
schillende mogendheden weer scherper wer
den. waardoor tegelijkertijd de kansen op
een werkelijke ontwapening daalden. Tal-
looze malen lukte het hem. de meeningsver-
schillen tijdelijk te overbruggen en de gede
legeerden aan de conferentie-tafel terug te
brengen, doch ook hij zag' tenslotte in. dat
het bergaf ging met den arbeid der confe
rentie en het moeilijke moment is voor hem
gekomen, dat hij openlijk moest toegeven,
dat de pogingen om tot internationale ont
wapening te komen, mislukt waren.
In April 1933 besloot de Carnegie-stich-
ting te 's-Graveifnage hem den wereldprijs
voor den vrede toe te kennen en de vr-
waardeering. die men voor zijn stoeren ar
beid had. kwam tot uiting in de toekenning
van den Nobelprijs voor den vrede, waartoe
aan het einde van het vorige jaar werd be
sloten.
Ondergrondsche staking in
Zuid-Wales beëindigd.
Echter nog 15000 man in staking.
LONDEN. 21 Oct. (A. N. P.) Hoewel de sta
king onder den grond in Nine Miies Point is
geëindigd, staken in Zuid-Wales nog 15.000
mijnwerkers. In twee mijnen bevinden zich
nog ongeveer 500 arbeiders, die weigeren naar
boven te komen. Vandaag zal een conferentie
worden gehouden van afgevaardigden van het
geheele district, waar de situatie onder de
oogen zal worden gezien.
DE HEER KROL VOLGT DEN HEER
T SNOECK HENKEMANS IN DE KAMER OP.
I DEN HAAG, 21 Oct. (A. N. P.i De voorzitter
an het centraal stembureau hreft ttnns in de
j .acature-Snoeck Henkemans tot lid van de
Tweede Kamer benoemd verklaard de heer
1 Tj. Krol, te Haren.
SANCTIES.
De coördinatiecommissie heeft Za
terdagavond alle voorstellen der
commissie van achttien bekrachtigd.
ITALIë BESTUURT.
Generaal de Bono heeft een verkla
ring gepubliceerd waarin dc slaver
nij voor het door de Italianen be
zette gebied wordt opgeheven.
OPWINDING TE ADDIS ABEBA.
Er heerscht te Addis Abeba onder
drukte opwinding, daar de regeering
niets van haar plannen bekend
maakt.
REGEN.
Doordat de regen in Ogaden voort
duurt, zijn daar de operaties voor-
loopig lam gelegd.
DUM-DUM-KOGELS?
De Abessyniërs beschuldigen de Ita
lianen van het gebruik van dum-
dum-kogels.
Officiëele Mededeelingen van
den Haarlemschen Voetbal
Bond.
Wij vestigen er de aandacht van onze lezers
op, dat wij door een overeenkomst met den
Haarlemschen Voetbal Bond In de gelegen
heid zijn gesteld, voortaan ook de Officiëele
Mededeelingen van dezen bond volledig en
geregeld in ons blad te publiceeren. De
eerste publicatie vindt plaats in ons nummer
van heden. Wij vertrouwen, vele lezers die
zich warm interesseeren voor de voetbalsport,
onder leiding van den H. V. B. in ons district
beoefend, met deze publicaties te dienen en
het is ons tevens aangenaam, de belangen
van de voetbalsport, als bron van ontspan
ning en gezonde lichaamsoefening voor dui
zenden, op deze wijze verder te kunnen
helpen bevorderen.
Een verzoek aan de Prinses.
Om ook de inrichtingen van Nazorg te
bezoeken.
Naar wij vernemen zal aan Prinses Juliana
het verzoek worden gericht om ter gelegen
heid van haar bezoek aan het nieuwe ge
bouw van het Parkherstellingsoord aan den
Zijl weg op Donderdag 31 October ook de in
richtingen van Nazorg te bezichtigen, die dit
jaar naar de Botermarkt zijn verplaatst, en
waar zwakzinnigen met nuttigen arbeid wor
den bezig gehouden.
De Genecfschc coördinatiecommissie heeft
Zaterdag de sanctievoorstellcn bekrachtigd.
pag. 4
Bij de Senaatsverkiezingen in Frankrijk werd
winst geboekt door de linkergroepen.
pag. 4
Generaal de Bono heeft in het door hem ver
overde Abessynische gebied de slavernij af
geschaft.
pag. 4
Tv.ee schepen zijn Zaterdag bij Egmond ge
strand.
pag. 3
Honderden vrouwen bidden om vrede.
pag. 3
Vereenvoudiging in de crisisburcaucratie?
pag. 3
Vergadering van R.K. Gemeenteraadsleden.
pag. 3
Euwe staat er in de achtste partij iets gunstiger
voor dan Aljechin.
pag. 9
Laatste berichten.
pag. 2
ARTIKELEN, ENZ.
R. P.: Arthur Henderson t
pag. 1
Speciale correspondentie: Abessynische troe
penbewegingen aan het Noordelijke front.
pag. 1
Speciale correspondentie uit Addis Abeba: Be
langrijke dingen op komst.
pag. 4
A. A. Matris: Studenten studiën.
pag. 3
J. B. Schuil: Vrouwen voor iedereen.
pag. 10
K. dc Jong: Concert der II. O. V.
pag. 10
K. de Jong: Fritz Hirsch Operette.
pag. 10
G. J. Kalt: Haarlem's Postaal Mr~*"en- en
Kinderkoor.
pag. 10
J. II. V. Impressies uit dc militiezaal.
pag. 9
Bekende Haarlemmers: dc heer W. J. II.
Bartels.
pag. a
ue „i-i'ei.vS ligt langs net strand. Op i..
bodem ligt de boot. die hulpeloos daar werd neergesmakt. De afstand lijkt zoo
kort, maar in werkelijkheid en in den nacht is het angstig ver.