Paardenmarkt. Uit Abessynië. tiet Beêüu$eifate mm 53e Jaargang No. 16051 VerscKijnt dagelijks, BeKalve öp Zon- en Feestdagen Maandag 21 OctoHer 1935 HAARLEM S DAGBLAD Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM. ABONNEMENTENper week 0.25, per maand 1.10, per 3 maanden 3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad: per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post f 0.72y3. UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V. Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12 Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810 Bijkantoor: Soendaplein 37, Haarlem-Noord, Telefoon 12230. Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM. ADVERTENTTëN 1—5 regels 11.75. elke regel meer 10.35. Reclames ƒ0.60 per regeL Tarieven regelabonnementen op aanvraag. Vraag ea aanbod 14 regels 0.60. elke regel meer 0.15. Onze Groentjes zie hoofd rubriek. Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400.-, Duim ƒ250.-. Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-. Arm-of Beenbreuk 30.— Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400-, Verlies Duim 75.-. Verlies Wijsvinger ƒ75.-. Verlies andere vinger 30.-. Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWAALF BLADZIJDEN. HAARLEM, 21 October. Arthur Henderson. T Op 72-jarigen leeftijd heeft Arthur Hender son het moede hoofd te ruste gelegd na een leven van harden arbeid, bekroond door een wanhopigen strijd om als president der Ont wapeningsconferentie zijn diepste overtui ging, zijn geloof tot verwezenlijking te bren gen. Het is hem niet mogen gelukken. Zelfs niet ten deele. Men heeft hem, samen met Ncrman Angell, verleden jaar den Nobelprijs voor den vrede gegeven. Dat kan voor dezen man niet veel -be teekend hebben. Persoonlijk eerbewijs en persoonlijke welvaart streefde hij niet na, evenmin als Briand, die zijn leven lang ervan afkeerig bleef en zonder éen enkel orde- teeken begraven werd. Briand, die Locarno zag vervliegen, stierf uitgeput en ontmoedigd. Henderson, wiens onbreekbaar optimisme een jarenlangen kamp tegen domheid, vooroordeel en verstandsverbijstering voerde, is gestorven aan den vooravond van een Engelsche parle mentsverkiezing, die onder de leuze „Steeds meer Bewapening-" gehouden zal worden. Hij heeft dit niet meer behoeven te beleven. Arthur Henderson was en bleef een eenvou dig man. Hij was afkomstig uit Glasgow uit een arbeidersgezin, begon zijn loopbaan als leerling-metaalbewerker te Newcastle, ver overde zich langzamerhand de ontwikkeling die hem in de groeiende Labour Party op den voorgrond bracht, werd op zijn veertigste jaar (1903) lid van het Lagerhuis en op zijn 52ste minister in het kabinet-Asquith en bekleedde later nog verschillende regeeringsposten. In het tweede Labour-kabinet-Macdonald (1929 —1931) was hij minister van Buitenlandsche Zaken. De Ontwapeningsconferentie werd in '31 te Genève voorbereid en men koos hem tot president. In Augustus viel daarop de La bour- regeering en trachtte men hem te bewegen zijn presidentschap prijs te geven. Maar hij weigerde beslist. Niet de minister van Buiten landsche Zaken, maar de persoon Arthur Hen derson was tot deze loodzware taak geroepen. Men moest de juistheid van de opvatting er kennen. Het treurige, beschamende verloop van de Ontwapeningsconferentie in herinnering te roepen is overbodig. Zij bestaat zoogenaamd nog. Men heeft den moed gemist, haar offi cieel op te heffen. Het zou wel eerlijker geweest zijn, maar met zulke overwegingen is natuur lijk geen rekening gehouden. Ik wil wel even herinneren aan Henderson's reis naar de Europeesche hoofdsteden in 1933, toen Adolf Hitler den president der Ontwapeningscon ferentie, dertig jaar ouder den hij zelf, een week achter zich aan liet reizen door Duitsch- land alvorens hem te ontvangen. Men kan er zeker van zijn dat vele lieden nu nog lachen zullen bij deze herinnering. In 3V2 jaar tijds zag Henderson al zijn hoop ineenstorten, en een nieuwe krankzinnige be- wapenings-wedstrijd zich in Europa ontkete nen. Geen redelijk-denkend mensch zal hem een verwijt kunnen maken van de misluk king. Deze merkwaardige en eerbiedwaardige Schot, behoorend tot de zeer weinige men- schen die op hoogen leeftijd nog den moed en den ondernemingsgeest van hun jeugd bezit ten, heeft gewerkt en gestreden voor ontwape ning zoolang hij kon. Niets is hem teveel ge weest. Het kleinste afdeelinkje van een vredes- vereeniging in een of ander nietig plaatsje, in welk land ook. was hem niet te gering om het met zijn persoonlijk woord moed in te spre ken. Ieder die zich tot hem wendde kon op een moedgevend antwoord rekenen. Hij was als de man die aan een groote roepstem ge hoor heeft gegeven en zich door niets laat weerhouden zijn taak te vervullentot het bittere einde. In eindelooze onderhandelingen zich uitslovend, zag hij iedere mislukking als een aansporing tot het ter hand nemen van nieuwe plannen, nieuwe voorstellen, nieuwe oplossingen. Op hem was wel volkomen van toepassing het woord van Willem de Zwij ger, dat door zoo velen herhaald en maar door zoo weinigen tot het hunne is gemaakt: „Het is niet noodig te hopen om te onder- (Op de dezer dagen aangekondigde najaarspaardenmarkten te Hoofd dorp en Ede was onderscheidelijk één en geen enkel paard aange voerd) Te Hoofddorp op den marktdag: één, Eén paard te koop, wil dat beseffen, Maar sterker nog: te Ede geen, Dat is niet meer te overtreffen. Waar is het dan, het nobel ras. Die schoonste zege van de menschen, Dat eeuwen lang ons dienstig was, Zooals wij het slechts konden wenschen. Waarin gepaard ging stoere kracht, Met dierlijk-onbewuste gratie Dat ons naast trouw nog schoonheid bracht, Een ideale combinatie. Zijn kracht? in naam geperst in staal, Zijn schoonheid? voor het oog verloren Nog slechts een snelheidsideaal Als paardekrachten in motoren. Zelf staat hij veel en lang op stal, Als trekdier en als menschendrager, Tot hij zijn einde vinden zal, Onder het hakmes van den slager. Hij speelt niet meer op 't eerste plan, Hem Is een bijrol toegemeten, Die hem alleen besparen kan, Dat hij volkomen wordt vergeten En toch, er zijn er nog heel wat, Zoo allen bij elkaar genomen, Hoe is het te verklaren, dat Er geen ter jaarmarkt is gekomen? Het antwoord is misschien niét waar, Ik zeg dus slechts: ik mag het lijden, Mag 't zijn, dat er geen eigenaar Meer van zijn trouwen vrind wil scheiden? P. GASUS. nemen, en evenmin noodig te slagen om te volharden." Thans, bij zijn dood, zullen maar weinigen hem erkennen als een groot man. Alleen pu bliek succes wordt toegebrald en aan „groot heid" verbonden. Te veeh menschen hebben om Henderson gelachen, omdat hij zoo vol hield en niet won. Zij zullen den Nobelprijs beschouwen als zijn eenige overwinning. De armen. Maar hun bekrompenheid kan de nage dachtenis van een Henderson niet deren. Velen moeten een 'martelgang volbrengen en hun leven eindigen middenin een strijd als die tegen het oorlogsbeest, die generaties lang moet duren. Deze man, die een geloovig Christen was, heeft naar zijn diepste over tuiging geleefd en de groote zaak van den wereldvrede, waarvoor hij streed, verder ge bracht door zijn moed en zijn nobel voor beeld. Talloozen heeft hij er voor gewonnen en door zijn werk bezield. Zij zullen het voortzetten, ondanks alles. Een edel, zelfopofferend man is heenge gaan. R. P. AUTO RAMT VERKEERS PAAL OP DEN ZIJL WEG. In den nacht van Zaterdag op Zondag reed een automobilist, waarschijnlijk door onop lettendheid, (slippen is ook niet geheel uit gesloten), de lichtzuil omver, die op den Zijl- weg bij de Zijlbrug staat. De auto kwam van de brug, reed pardoes tegen het obstakel aan, sloeg om en kwam op den linkerkant van den weg te liggen. De ongevallendïenst was wel ter plaatse, doch debest-uurder had slechts een weinig pijn aan den linkerarm en een schram aan ae linker wang opgeloopen Omstanders zetten de auto weer op vier wielen, die evenals de lichtzuil, leelijk be schadigd was geworden. De bestuurder kreeg een proces-verbaal. Abessynische troepenbewegingen aan het Noordelijke front. Men verwacht thans spoedig het tegen - of fens i ef. (Speciale correspondentie). Ladislas Farago seint uit Noord Abessynië: De situatie in het noorden is in de laatste dagen gewijzigd, daar de Abessynische troepen de positie, die zij sinds maanden innamen, verlaten hebben. Toen de eerste berichten over vijandelijk heden te Debra Tabor en andere Abessynische hoofdkwartieren bekend werden, bleven de troepen rustig op hun plaats, daar er van Addis Abeba geen orders voor opmarsch of terugtrekken weren gekomen. Er zijn daar talrijke groote kampen met Amhara-soldaten het kleinste bevat altijd nog 2500 man en hoewel deze met de Itaiiaansehe vorderingen op de hoogte waren, hielden deze zich kalm. ofschoon zij wisten, dat het gebied bij Adoea ontruimd was en de Italianen Adoea en Ak- soem zonder tegenstand konden nemen. Nabij den berg Rayo tusschen Adoea en Adigrat had een hevig gevecht plaats tusschen Abessyni sche soldaten en Itaiiaansehe voorposten. Tal rijke Italianen zijn hierbij door de Abessyniërs gedood, terwijl velen gevangen werden geno men. die bovendien in hun krijgsgevangen schap ernstig mishandeld werden. Later bereikten de Abessynische troepen orders om zich gereed te houden en nabij Adoea en Aksoem te verzamelen voor een op marsch in de richting van de rivieren Setit en Taccase, waar zich thans ook Ras Kassa be vindt. Deze is een paar dagen geleden uit Debra vertrokken met een leger van circa 30.000 man en marcheerde door het dal van de rivier Taccaze tot Gadgber, waar hij over de rivier trok via een smalle brug, die door koning Menelik tijdens den oorlog van 1896 werd aan gelegd en die het gewicht van slechts één man kan dragen; de overtocht duurde dientenge volge zeer lang. Aan den anderen kant voeg den zij zich bij de voorhoede van Ras Seyoem's troepen. Ras Seyoem heeft een groote troepen macht op de been gebracht in de omgeving van Makalé, omdat daar de eerstvolgende Itaiiaansehe aanval verwacht wordt. Makalé is de oude hoofdstad van Tigré, waar eens Ras Seyoem's grootvader Koning Johannes in een weelderig kasteel resideerde. De stad is thans in een fort veranderd, maar het heeft geen verbinding met Addis Abeba. Wel loopt er een karavaanweg naar Dessie; hier bevindt zich de kroonprins met zijn Belgischen advi seur en een leger van 5000 man. Behalve deze troepenconcentraties ligt er nog een vierde leger in Noord Abessynië, n.l. dat van Dedjiaz Ayeloe. Deze heeft gepoogd Erithrea binnen te dringen. Drie dagen en drie nachten leverden zijn manschappen he vige gevechten met, de Italianen. In Kassala werd het onheilspellende geluid van artillerie vuur vernomen. De strijd eindigde met ernstige verliezen aan beide kanten, doch men ver wacht dat Dedjiaz Ayeloe zijn aanvallen zal hernieuwen. Gesprekken met Abessynische stamhoofden geven mij den indruk, dat zij volkomen loyaal staan tegenover hun keizer. Itaiiaansehe ver tegenwoordigers bieden hun geld en mooie po sities aan, als zij deserteeren, maar eenig op merkelijk succes bereiken zij er niet mede. Een der stamhoofden verzekerde mij, dat de Abessyniërs niets van de Italianen te verwach ten hebben. „Italië is hier gekomen om geld weg te halen en niet om het te brengen", zeide hij. Er zijn thans geen Europeanen meer in Noord-Abessynië, uitgezonderd twee missio narissen. De eene is een Franschman, die hier al veertig jaar vertoeft, de andere kwam met zijn vader naar Abessynië toen hij nog een kind was en behoort tot de missie van Dshin- öa; hij weigerde zijn post te verlaten. De beide mannen ondervinden geen moeilijkheden en zijn absoluut veilig, daar zij onder bescher ming staan van Ras Kassa. Ik heb het zwaar met de malaria te kwaad gehad en ben thans weer geheel hersteld, zoo dat ik binnenkort een karavaantocht naar de Setitrivier hoop te ondernemen om mij bij het leger van Ras Ayeloe te voegen om van de troepenbewegingen getuige te zijn. De meening van betrouwbare Abessyniërs is. dat in de komende week het groote Abessy nische tegenoffensief zal plaats hebben, wat het begin van den feiteïijken oorlog beteekent. Totnutoe, zegt men in deze kringen, was er slechts sprake van gemakkelijke Itaiiaansehe vorderingen, die geen tegenstand ondervonden. (Nadruk verboden). Arthur Henderson. De loopbaan van den Brltschen vredesstrijder Arthur Henderson, die Zondag in den leef tijd van 72 jaar is overleden, werd in 1863 te Glasgow geboren. Hij was van bescheiden afkomst; zijn vader was een eenvoudig ar beider en hij zelf ging in de leer bij de me- taalfabriek van Robert Stephenson Co De jonge Henderson veelde zich zeer sterk tot ae Vakvereenigingsbeweging aangetrok ken en het was zijn Ideaal, eens een voor aanstaande plaats in de politieke wereld in te nemen. Reeds vroeg werd hij lid van den gemeen teraad van New Castle, terwijl hij in het jaar 1903 tot burgemeester van Darlington benoemd werd. Bij een tusschentijdsche verkiezing in 1903 werd hij voor de Labour Partij tot lid van het- Lagerhuis gekozen in het district Bar nard Castle. Weldra werd hij in het parle ment een opmerkelijke figuur, terwijl hij ook^ in de Labour Partij steeds meer op den voor-" grond trad. In 1908 werd hij tot voorzitter der partij gekozen. In 1910 trad hij als zoo danig af. doch, toen bij het uitbreken van den wereldoorlog Ramsey MacDonald zijn functie ter beschikking stelde, werd Arthur Henderson tot voorzitter herkozen. Het was in die functie, dat hij namens de Labour Partij volledigen steun aan de regeerings- politiek in de oorlogsjaren toezegde. Toen Asquith in 1915 zijn eerste coalitie- ministerie vormde, werd Henderson daarin opgenomen als minister van onderwijs. Van het oorlogskabinet, dat Lloyd George in 1916 vormde, maakte hij deel uit als minister zonder portefeuille. In de lente van 1917 bracht hij in opdracht van de regeering een bezoek aan Rusland na de revolutie. Te St. Petersburg werd hij er van op de hoogte ge steld, dat de voorloopige Russische regeering zeer geporteerd was voor een internationale socialistische conferentie te Stockholm. Hij kwam tot de conclusie, dat het wenschelijk zou zijn, indien Britsche vertegenwoordigers die conferentie zouden bijwonen en na zijn terugkeer in Engeland nam hij maatregelen om een dergelijke afvaardiging te bevorde ren. Dit leidde tot oneenigheid in de Labour Partij en Lloyd George en de andere mi nisters verklaarde openlijk, dat zij ont stemd waren over de door Henderson ge volgde politiek. Het resultaat was dat Hen derson als minister aftrad. Bij de verkiezin gen in 1918 verloor hij zijn zetel in het La gerhuis. Bij een tusschentijdsche verkiezing werd hij echter herkozen. Toen MacDonald de eerste arbeidersregee- ring vormde, maakte Henderson daarvan deel uit als minister van binnenlandsche za ken. In de nu volgende periode verlegde de staatsman het terrein van zijn werkzaam heden grootendeels naar Genève. Toen MacDonald in 1929 opnieuw een regeer in g der Labour Partij vormde, werd Henderson minister van buitenlandsche zaken. In deze functie kreeg hij de moeilijke problemen te behandelen, die het gevolg waren van de na den wereldoorlog geschapen internationale situatie. Te Genève drong hij voortdurend aan op maatregelen, die zouden kunnen leiden tot een daadwerkelijke ontwapening en met nog meer energie ging hij zich aan deze taak wijden, toen hij tot voorzitter der ontwape ningsconferentie werd benoemd Echter zouden hem juist in deze jaren de teleurstellingen niet bespaard blijven. In de eerste plaats was daar de wrijving tusschen hem en MacDonald, die in 1931 tot een vol komen breuk leidde, toen MacDonald de leiding van de nationale regeering op zich nam. Henderson verloor opnieuw zijn La gerhuiszetel. doch ook thans wist hij dezen kort daarna te heroveren. De groote desillusie moet voor den staats man wel de mislukking der ontwapenings conferentie geweest zijn. Jarenlang gaf hij al zijn werkkracht en energie aan de hem op gedragen taak. maar hij moest zien, hoe ge leidelijk de tegenstellingen tusschen de ver schillende mogendheden weer scherper wer den. waardoor tegelijkertijd de kansen op een werkelijke ontwapening daalden. Tal- looze malen lukte het hem. de meeningsver- schillen tijdelijk te overbruggen en de gede legeerden aan de conferentie-tafel terug te brengen, doch ook hij zag' tenslotte in. dat het bergaf ging met den arbeid der confe rentie en het moeilijke moment is voor hem gekomen, dat hij openlijk moest toegeven, dat de pogingen om tot internationale ont wapening te komen, mislukt waren. In April 1933 besloot de Carnegie-stich- ting te 's-Graveifnage hem den wereldprijs voor den vrede toe te kennen en de vr- waardeering. die men voor zijn stoeren ar beid had. kwam tot uiting in de toekenning van den Nobelprijs voor den vrede, waartoe aan het einde van het vorige jaar werd be sloten. Ondergrondsche staking in Zuid-Wales beëindigd. Echter nog 15000 man in staking. LONDEN. 21 Oct. (A. N. P.) Hoewel de sta king onder den grond in Nine Miies Point is geëindigd, staken in Zuid-Wales nog 15.000 mijnwerkers. In twee mijnen bevinden zich nog ongeveer 500 arbeiders, die weigeren naar boven te komen. Vandaag zal een conferentie worden gehouden van afgevaardigden van het geheele district, waar de situatie onder de oogen zal worden gezien. DE HEER KROL VOLGT DEN HEER T SNOECK HENKEMANS IN DE KAMER OP. I DEN HAAG, 21 Oct. (A. N. P.i De voorzitter an het centraal stembureau hreft ttnns in de j .acature-Snoeck Henkemans tot lid van de Tweede Kamer benoemd verklaard de heer 1 Tj. Krol, te Haren. SANCTIES. De coördinatiecommissie heeft Za terdagavond alle voorstellen der commissie van achttien bekrachtigd. ITALIë BESTUURT. Generaal de Bono heeft een verkla ring gepubliceerd waarin dc slaver nij voor het door de Italianen be zette gebied wordt opgeheven. OPWINDING TE ADDIS ABEBA. Er heerscht te Addis Abeba onder drukte opwinding, daar de regeering niets van haar plannen bekend maakt. REGEN. Doordat de regen in Ogaden voort duurt, zijn daar de operaties voor- loopig lam gelegd. DUM-DUM-KOGELS? De Abessyniërs beschuldigen de Ita lianen van het gebruik van dum- dum-kogels. Officiëele Mededeelingen van den Haarlemschen Voetbal Bond. Wij vestigen er de aandacht van onze lezers op, dat wij door een overeenkomst met den Haarlemschen Voetbal Bond In de gelegen heid zijn gesteld, voortaan ook de Officiëele Mededeelingen van dezen bond volledig en geregeld in ons blad te publiceeren. De eerste publicatie vindt plaats in ons nummer van heden. Wij vertrouwen, vele lezers die zich warm interesseeren voor de voetbalsport, onder leiding van den H. V. B. in ons district beoefend, met deze publicaties te dienen en het is ons tevens aangenaam, de belangen van de voetbalsport, als bron van ontspan ning en gezonde lichaamsoefening voor dui zenden, op deze wijze verder te kunnen helpen bevorderen. Een verzoek aan de Prinses. Om ook de inrichtingen van Nazorg te bezoeken. Naar wij vernemen zal aan Prinses Juliana het verzoek worden gericht om ter gelegen heid van haar bezoek aan het nieuwe ge bouw van het Parkherstellingsoord aan den Zijl weg op Donderdag 31 October ook de in richtingen van Nazorg te bezichtigen, die dit jaar naar de Botermarkt zijn verplaatst, en waar zwakzinnigen met nuttigen arbeid wor den bezig gehouden. De Genecfschc coördinatiecommissie heeft Zaterdag de sanctievoorstellcn bekrachtigd. pag. 4 Bij de Senaatsverkiezingen in Frankrijk werd winst geboekt door de linkergroepen. pag. 4 Generaal de Bono heeft in het door hem ver overde Abessynische gebied de slavernij af geschaft. pag. 4 Tv.ee schepen zijn Zaterdag bij Egmond ge strand. pag. 3 Honderden vrouwen bidden om vrede. pag. 3 Vereenvoudiging in de crisisburcaucratie? pag. 3 Vergadering van R.K. Gemeenteraadsleden. pag. 3 Euwe staat er in de achtste partij iets gunstiger voor dan Aljechin. pag. 9 Laatste berichten. pag. 2 ARTIKELEN, ENZ. R. P.: Arthur Henderson t pag. 1 Speciale correspondentie: Abessynische troe penbewegingen aan het Noordelijke front. pag. 1 Speciale correspondentie uit Addis Abeba: Be langrijke dingen op komst. pag. 4 A. A. Matris: Studenten studiën. pag. 3 J. B. Schuil: Vrouwen voor iedereen. pag. 10 K. dc Jong: Concert der II. O. V. pag. 10 K. de Jong: Fritz Hirsch Operette. pag. 10 G. J. Kalt: Haarlem's Postaal Mr~*"en- en Kinderkoor. pag. 10 J. II. V. Impressies uit dc militiezaal. pag. 9 Bekende Haarlemmers: dc heer W. J. II. Bartels. pag. a ue „i-i'ei.vS ligt langs net strand. Op i.. bodem ligt de boot. die hulpeloos daar werd neergesmakt. De afstand lijkt zoo kort, maar in werkelijkheid en in den nacht is het angstig ver.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 1