Italianen trekken
op naar Harar
Tandheelkundig
Instituut
GEHEEL
GEBIT
Spannend avontuur van een Italiaansche
expeditie.
THIJS IJS EN DE KONINGSKROON
DINSDAG 29 OCTOBER 1935
HAARtEM'S DAGBL'AD
4
BUITENLAND.
De strijd in Abessynië.
Abessyniërs bieden geen ernstige
tegenstand.
Harradigrat door vliegtuigen verwoest
De correspondent van de Daily Te
legraph te Dzjiboeti meldt, dat de
Italiaansclie opmarsch in Zuid-Wes
telijk Abessynië langzaam geschiedt
in de richting van Harar. Er wordt
geen ernstige tegenstand geboden en
de Abessynische troepenafdeelingen,
welke niet talrijk zijn, trekken zich
steeds terug, zoodra het op een slag
aankomt.
Het Italiaansche front strekt zich uit over
een breedte van 400 mijlen, welke door drie
kolonnes bezet zijn. Een hiervan trekt op naar
Gorgoroe, een andere naar Gcledi, terwijl de
verst-gevorderde afdeeling zich in Noord
Ogaden bevindt.
Harradigrat is door vliegtuigen ver
woest, terwijl Sasehbanch en Dagga
Boer dagelijks aan bombardementen
bloot staan.
Het leger van Nassiboe is na de militaire
evacuatie van Harar in de streek van Dzjidzji-
ga geconcentreerd.
Het blad verneemt van zijn correspondent
te Adoea, dat in het Noorden de opmarsch op
overeenkomstige wijze is georganiseerd.
Vliegtuigen wijzen den weg naar Adi Nefas.
De Italianen zijn van meening, dat Ras
Seyoem ernstiger tegenstand zal bieden op
ongeveer 50 mijlen ten Zuiden van Makkalë
Volgens berichten uit Addis Abeba
zal Makkalé niet worden verdedigd.
De burgerbevolking wordt geëva
cueerd..
Het A. N. P. verneemt voorts uit Addis Abe
ba. dat in de in het noord-westen van Abessy
nië gelegen provincie Wolkait de Italianen
talrijke verkenningsvluchten ten uitvoer heb'
ben gelegd. De aviateurs wierpen geen bom
men neer. noch maakten zij. zooals gewoon
lijk gebruik'van hun machinegeweren.
Aan het front van Ogaden hebben vier
groote bombardementsvliegtuigen een Abes
synische post bestookt. Zij hebben echter
geen noemenswaardige schade weten aan te
richten.
Said Mohamed. een speciale afgezant van
den Imam van Yemen, heeft in een speciaal
onderhoud met den Reuter-A.N.P.-corres-
pendent verklaard, dat honderdduizend on-
nerdanen van Yemen, die in Abessynië ver-
blijf houden, allen bereid zijn de Italianen
te bestrijden. De correspondent voegt hieraan
toe. dat een zoodanige strijdmacht een kost
bare zaak zou zijn. wanneer men de noodige
droens tot zijn beschikking had. Dagelijk.'
echter komen zich nog Abessyniërs voor den
strijd aanmelden, die teruggezonden moeten
worden, omdat er niet voldoende wapenen
voor allen zijn.
Inmiddels blijven de Italiaansche troepen
verschepingen naar Oost-Afrika voort
duren. Op 30 October vertrekken de
„Biancamano" en de „Atlante", het
eerste naar Massaoea met afdeelingen
van de vierde divisie zwarthemden ..3 Januari'
en groote hoeveelheden oorlogsmateriaal aan
boord, het tweede naar Mogadiscio met af
deelingen zwarthemden en luchtvaartperso-
neel.
Italiaansche vlag brengt het kruis
van Christus in Abessynië.
Het A. N. P. meldt uit Milaan:
Kardinaal-aartsbisschop Schuster heeft
ter gelegenheid van een mis. die opgedragen
werd voor de dooden. che voor „de fascistische
revolutie en de eer der Italiaansche wapenen
gevallen zijn, een toespraak gehouden, die
door een groot aantal autoriteiten der Zwart
hemden en een groote menigte belangstellen
den werd aangehoord De kardinaal-aartsbis
schop gaf eerst een uiteenzetting van wat het
fascisme gedaan had voor de Katholieke kerk
in Italië, waarna hij een toespeling maakte op
ret demograp'nische probleem, waarvoor Ita
lië zich gesteld ziet en de voorzieningen van
het regiem voor huwelijk en gezin. Spr. wek
te de aanwezigen op niet God samen te
werken in de nationale en Katholieke missie,
De heiligheid van den Zondag.
Opmerkelijke rede van den Paus.
Uit Rome 28 October: Met het oog op de
herdenking van den Marsch naar Rome, die
vandaag gevierd werd. zijn gisteren de Ita
liaansche winkeis en kantoren open gehouden,
terwijl vandaag alles gesloten werd.
Paus Fius XI heeft hierin aanleiding ge
vonden in een redevoering krachtig het hand
haven van de heiligheid van den Zondag te
bepleiten. De rede van den Paus werd door
de bestuursleden van de Katholieke Actie aan
gehoord.
De Paus gaf allereerst uiting aan zijn groo-te
voldoening over het feit, dat juist de katho
lieke actie er zich veel aan gelegen liet liggen
den Zondag als rustdag voor het gezin te hou
den. Woordelijk zeide hij vervolgens: „Het is
opmerkelijk, maar nog niet voldoende bekend,
dat de ontwijding van den rustdag in de Hei
lige Schrift beschouwd wordt als groote mis
daad. Wie den rustdag ontheiligde moest be
schouwd worden als godsloochenaar en hei
melijk atheist. In onze tijden wordt deze ver
loochening van den Zondag volkomen open-
lii k bedreven en wordt derhalve tot openbaar
atheïsme, aangezien zij God verloochent en
een Hem gewijden dag poogt- af te schaffen.
De ontwijding van den Zondag is derhalve een
der zonden, die den toorn Gods met zich mee
sleept,"
De Paus richtte ten slotte tot de aanwezigen
de vermanende oproep deze opvattingen onder
de arbeidende klassen te verspreiden. (A. N. P.) i
vooral op dit oogeniblik nu de Italiaansche
vlag in Abessynië in triomf het kruis van
Christus brengt, de ketenen der slaven ver
breekt en den weg opent voor de missiona
rissen van het evangelie, aldus spreker. De
belconing voor dezen goeden wil, die God zal
geven, zal zijn de roemrijke vrede voor hen,
de gevallen zijn voor vaderland en vrede en
bescherming voor het dappere leger, dat ge
hoorzamend aan het koene bevel van het va
derland, ten koste van zijn bloed de poorten
van Abessynië opent voor het katholieke
geloof en de Romeinsche beschaving. Vrede in
waarachtigheid, christelijke liefde en recht
vaardigheid, volgens het vereerde woord van
den hoogsten pontifex des vredes, dat Rome
sedert 20 eeuwen verkondigt aan de wereld,
vrede door afschaffing van de slavernij, ver
lichting van de barbary en door het brengen
van God aan de volkeren, aldus de wereld
overslroomende met een zeer waarachtige
godsdienstige beschaving.
RIJKSSTRAATWEG 16
HAARLEM-N. TELEF. 16 7 2 6
vanaf
oe met garantie, pijn-
j QQ-' Ioos trekken inbegr.
BESLIST PIJNLOOZE BEHANDELING.
Spreekuren alle werkdagen
van 912 en 14 uur. Zater. 9—12 uur.
Avondspreekuren
Dinsd., Woensd. en Donderd. v. 79 u.
(Adv. ingez. Med.)
Engeland.
Wordt Churchill minister van
defensie?
Reuter meldt uit Londen: In zijn eerste ver
kiezingsrede in de Refors Club te Manchester
zeide sir Herbert Samuel, de leider van de par
lementaire liberale partij, dat een kabmets-
wijziging mogelijk is.
Er is sprake van dat het mogelijk is, dat
MacDonald uit het kabinet zal treden en dat
hij zijn functie zal overdragen aan Winston
Churchill, die dan de drie ministeries van de-
fencie tot een geheel zou moeten ver
eenigen. ..Een dergelijke wijziging", a'.dus Sa
muel, „wijst op den rechtschen invloed in het
kabinet. Men moet dan rekening houden met
de mogelijkheid, dat een dergelijk ministerie
over enkele maanden zou zeggen, dat tot zijn
spijt de Volkenbond had gefaald.
Een dergelijke mislukking, aldus spreker,
zou aile regeeringen treffen, behalve de regee
ring te Londen, die in haar isolement zou
blijven staan of wel bondgenootschappen zou
aangaan, die zonder twijfel nieuwe uitgaven
voor bewapening noodig zouden maken."
Spanje.
Een uiteenzetting van den heer
Strauss over de speelbank
affaire.
Naar aanleiding van de moeilijkheden, welke
zich in Spanje en in den boezem der Spaan-
sche regeering hebben voorgedaan met betrek
king tot het toelaten van spelen in Spaansche
casino's, heeft het A. N. P. zich tot den heer
Strauss gewend, die een der leidende figuren
is geweest bij de invoering van het Straperlo-
spel in Spanje.
De heer Strauss gaf een uiteenzetting, waar
aan we het volgende ontleenen:
„Ik was van Januari 1934 tot December 1934
in Spanje. Ik heb daar met de regeering on
derhandeld inzake de exploitatie van het
Straperlospel. Op 25 Augustus 1934 heb ik de
officieele toestemming gekregen om met de
exploitatie te beginnen. Deze toestemmings
akte was onderteekend door den- politie-presi-
dent van Spanje, door den minister van bin-
nenlandsche zaken, door den staatssecretaris
voor binnenlandsche zaken en door den gou
verneur van San Sebastian.
Wij hebben toen, natuurlijk met groote
kosten, het Casino te San Sebastian geheel
gemoderniseerd en heropend. Voorts hebben
wij een casino in Formentor op het eiland
Majorca geopend.
Toen de voorbereidingen afgeloopen waren,
is het pubilek begonnen te spelen. Tot onze
niet geringe verbazing, meende de politie
echter te moeten ingrijpen en, nadat het 3 uur
geopend was geweest, moesten wij ons casino
te San Sebastian sluiten. Te Formentor heb
ben wij 8 dagen kunnen spelen, doch hier was
het toen ook afgeloopen.
De oorzaak daarvan was gelegen in een
politieke actie, welke door de tegenstanders
der regeering is opgezet. De regeeringsperso-
nen, die de toestemming hebben gegeven, be
hoorden tot de radicale partij. De oppositie,
Gil Robles c.s., protesteerde en de regeering
besloot toen tot sluiting der casino's over te
De vraag bleef echter, hoe men ons onze
schade moest vergoeden. Zij, die ons de toe
stemming hadden gegeven, verklaarden zich
bereid, ons de gemaakte kosten terug te be
talen. Een van onze medewerkers, de zoon van
minister-president Lerroux, beloofde er voor
te zorgen, dat wij ons geld terugkregen. Inder
daad heeft men ons het vorig jaar 75.000
peseta's terugbetaald. Het overige zou dan zoo
spoedig mogelijk volgen. Deze toezegging ge
schiedde in December. Herhaaldelijk heb ik
toen geschreven, doch antwoord bleef uit.
Bijna een jaar heb ik gewacht en toen heb ik
mij tot den president der Spaansche Repu
bliek gewend en hem in zijn kwaliteit van
hoogsten chef der regeering vereocht zijn
medewerking te verleenen opdat ik recht zou
kunnen krijgen. Een aangifte of aanklacht heb
ik niet gedaan en zal ik ook niet doen. Het
eenige wat ik wensch is: mijn geld, dat ik in
deze affaire gestoken heb, terug te krijgen.
De President heeft echter niet gemeend mij
te moeten helpen bij het zoeken van mijn
recht, doch hij heeft de zaak in handen dei-
autoriteiten gesteld. Deze hebben een com
missie van onderzoek benoemd en een en
ander heeft er toe geleid, dat de tegenstanders
der radicale partij kans hebben gezien er een
politiek schandaal van te maken.
Aanwijzing der commissie-Strauss
opgevolgd.
Naar Reuter uit Madrid meldt, heeft de re
geering besloten dat allen, die genoemd zijn in
het rapport van de commissie-Strauss als ver
dacht betrokken te zijn in deze kwestie, van
hun openbare functies zullen worden ont
heven.
Hoe de Consul van Gondar de Soedaneesche
grens bereikte.
Frankrijk verzoekt vier dagen
tijd.
Om decreten voor de sancties op te stellen.
PARIJS. 28 October (Reuter). De Fran-
sche regeering heeft verzocht een termijn van
vier vrije dagen toe te staan tusschen de
beslissing- van de coördinatie-commissie, die
den 31sten October te Genève bijewkomt en
den datum, waarop "de economische sancties
moeten worden toegepast.
Deze termijn heeft ten doel het materiaal
te verzamelen en het voldoende tijd beschik
baar hebben voor de opstelling en afkondiging
van de decreten, die in Frankrijk de inter
nationale beslissingen tot toepassing moeten
brengen.
OPROEP VAN DEN PAUS TOT GEBED
VOOR DEN VREDE.
ROME. 28 October (A.N.P.) Paus Pius XI
heeft gisteren wederom een beroep gedaan op
alle volken om zich te vereenigen in het ge
bed en den universeelen vrede en de toepas
sing der Christelijke beginselen af te smee-
ken.
VERKIEZINGEN IN ZWITSERLAND.
BERN, 28 October (Reuter). Volgens
de tot nu toe bekende resultaten van de
verkiezingen voor den Nationalen Raad, waar
bij de resultaten van de groote kantons nog
niet bekend zijn, hebben de frontisten weinig
succes gehad.
De socialisten wonnen drie zetels: te Bazel
is de burgerlijke candidaat niet gekozen. Zijn
zetel gaat over naar een socialist.
JERUZALEM, 28 October (Reuter). De
censuur-commissie voor Pelestina welke be
staat uit twee Britsche en een Arabische
censor, heeft verboden het Italiaansoh-
Ethiopisch conflict op het tooneel te bren
gen
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLING
Als een inbreker, die op heeterdaad betrapt is, wordt de raadsheer
door het paleis weggevoerd. Hij probeert nog wat te zeggen, maar de
soldaat ziet den man natuurlijk aan voor een echten praatjesmaker.
Langs een achtertrap wordt de booze raadsheer naar buiten gebracht.
„Oogenblikkelijk uit m'n oogen en waag het niet meer je hier in de
buurt te vertoonen, anders kon je wel eens een pak slaag op-
loopen," is het afscheidswoord van den soldaat. Nu, dat is nogal
duidelijke taal, zou ik zoo zeggen. De zwerver-raadsheer kan dan ook
al niet anders doen, dan dat bevel onmiddellijk te volgen.
(Speciale correspondentie)
Gondar, October
Oorlogen zijn de auteurs van de meest
schokkende verhalen. De hier volgende ge
schiedenis is de heroïsche vertelling van vier
Italianen, die twee weken lang door een ge
bied met opgewonden en krijgszuchtige Abes
syniërs moesten rijden om de Soe daneesche
grens te bereiken. Het is een rit op leven en
dood geworden.
Mussolini had zijn consuls uit Abessynië te
ruggeroepen. maar enkele weken na dit be
vel dat practisch beteekende. dat de oorlog
iederen dag kon uitbreken had de Italiaan
sche consul te Gondar zijn post nog steeds
niet verlaten. Niet dat hij wenschte te blij
ven; het bleek, dat de Ethiopische autoriteiten
weigerden hem de vergunning tot vertrek te
geven. Zij koesterden vergeefs de hoop. dat het
uitbreken van den oorlog nog zou uitblijven,
wanneer ze deze menschen bij zich hielden.
Natuurlijk heeft men dit niet officieel toege
geven. Telkens als de Italiaansche consul,
Raphael di Lora, zich naar den burgemeester,
Kantiba Desta begaf, om de vergunning tot
vertrek te krijgen, hoorde deze het verzoek
geduldig en hoffelijk aan, maar het antwoord
„Goed, maar morgen!"
Het consulaat zag- er in die dagen uit als
een klein fort. Eritreesche Askari-
troepen, met geweren van het laatste type
uitgerust, provisie en een voorraad water,
welke een eventueel langdurig verblijf moge'
lijk maakte, stonden het consulaat ter be
schikking. Verder was daar steeds een Euro-
peesche dokter aanwezig en bezat de consul,
ofschoon dit feitelijk met de Ethiopische ver
ordeningen in strijd was, een zend- en ont
vangapparaat. De consul en zijn vier Euro-
peesche lotgenooten leefden in vier steenen
gebouwen. Deze lotgenooten waren de arts
Giovanni Fuccio, de marconist Paeinello, een
klerk en de tolk Silvresti. De 53 Eritreesche
soldaten, die voor de bewaking van het consu
laat zorgden, leefden met hun gezinnen in
15o hutten. Signorina di Lora had met de
overige dames reeds eenige weken van te vo
ren, toen de spanning al te groot werd, de
stad verlaten. Alleen mannen waren in Gondar
achtergebleven.
Na langdurige onderhandelingen, welke door
de Italiaansche legatie te Addis Abeba gevoerd
werden, gaf keizer Haile Selassi tenslotte zijn
minister van buitenlandsche zaken, Belatin
Geta Herouv, bevel het vertrek van den con
sul en zijn staf uit Gondar voor te bereiden.
Plerouy gaf het bevel door aan den comman
dant van het noordelijke leger in Debra Tabor.
Ras Kassa, die onmiddellijk zijn persoonlijken
adjudant Lidj Tasfai naar Gondar stuurde
met de opdracht de Italianen uit het land te
doen vertrekken. Nu kon Kantiba Desta. de
aartsvijand van den consul, zijn toestemming
niet langer weigeren.
Het interieur van het consulaat wordt
vernietigd.
Thans braken dramatische dagen voor de
bewoners van het consulaat-dorp aan. Sinds
vijf jaar hadden ze daar in betrekkelijk weel
derige appartementen geleefd te midden van
kostbare voorwerpen en meubels. Di Lora ver
zocht Ras Kassa om muildieren, maar het
verzoek werd botweg afgewezen. Daarop
trachtte de consul een zoogenaamden nagadi
te vinden, een verhuurder van muildieren.
Maar geen enkele nagadi wilde muildieren
aan den consul verhuren. Dit was geen patriot
tisch gebaar, want de arme kerels vergeten
oogenblikkelijk al hun vaderlandsliefde, wan
neer ze geld zien. Maar Kantiba Desta had
iedere soort hulp aan de Italianen ten streng
ste verboden. Het consulaat bezat slechts en
kele paarden en 45 muildieren en dezen dieren
kostte het al moeite genoeg al de geweren en
de munitie te dragen. Zoo gebeurde het, dat
de consul aan den vooravond van het vertrek
het bevel gaf: „Ieder voorwerp van waarde
moet vernietigd worden".
Daarop begon de vernieling van het kost
bare ameublement, kleeren werden ver
scheurd, Chineesch porcelein gebroken, medi
cijnen vernietigden tenslotte ging ook
signor Paeinello er met tranen in de oogen
toe over zijn trots den prachtigen radiozen
der van het consulaat voorgoed onbruik
baar te maken. De rest alleen de belangrij
ke dingen konden worden meegenomen en
de wapens werden in tachtig kisten gepakt
en op de muilezels geladen, waarna de kara
vaan vertrok. Langzaam bewoog de stoet zich
door de straten van Gondar, waar het zwart
stond van de menschen. Niemand wilde bij
het vertrek van den vijand ontbreken. Onder
doodsche stilte vertrok de Italiaansche kara
vaan naar de Soedaneesche grens.
Een verplichte omweg-
Het was niet de kortste weg, welke een ka
ravaan kan nemen teneinde Eritrea zoo spoe
dig mogelijk te bereiken. De kortste karavaan
route loopt over Adoea naar Asmara, doch
Ras Kassa had de vergunning tot het gebruik
van dezen weg geweigerd. Hij zeide, dat de
weg door troepen bezet was en dat deze de
veiligheid van de karavaan in gevaar zouden
kunnen brengen. Hij beval, dat de karavaan
een omweg naar de Soedaneesche grens moest
nemen. De Italianen waren genoodzaakt Abes
synië via Gallabat te verlaten.
De reden tot dit bevel lag voor de hand. De
karavaanweg Gondar-Gallabat, die overigens
in zeer slechte conditie verkeert, was even
eens bezet door troepen, die net zoo opge
wonden en krijgszuchtig waren als hun ka
meraden in het noorden. Deze troepen vormen
echter een reservemacht: het zijn tweede-
klassoldaten. terwijl de bezetting der bergke
tenen naar Adoea gevormd wordt door uitge
zochte, goed uitgeruste manschappen. Zij zijn
in het bezit van uitstekend oorlogsmateriaal,
welks bestaan vermoedelijk niet bij de Ita
liaansche troepen bekend is. Natuurlijk waren
de Abessyniërs er niet in het minst op ge
steld, dat een Italiaansch militair van hoogen
rang consul di Lora is kapitein bij het ita
liaansche leger en zijn Europeesche metgezel
len zijn eveneens getrainde soldaten op de
hoogte zouden kunnen komen met de sterkte
en de uitrusting van het Ethiopische leger in
dit district, dat van vitaal belang is voor een
Italiaanschen opmarsch. Hoe wantrouwend
de Abessyniërs ook mochten zijn, toch zagen
zij niets verdachts in het gebruik van foto
toestellen door de Italianen, die dan ook waar
zij konden opnamen maakten. De Abessyni
sche soldaten toonden zich. zelfs verheugd,
wanneer hun gelegenheid tot poseeren gege
ven werd.
Abessyniërs escorteeren de Italianen
Lidj Tasfai, die met zijn leven verantwoor
delijk was voor de veiligheid van de karavaan,
koos een Abessynische escorte uit.
Het eerste escorte, dat te Gondar gevormd
werd, moest de expeditie slechts op het eerste
deel van den tocht vergezellen. Die eerste
groep begeleiders beteekende een gevaar voor
de Italianen, want de mannen behoorden tot
Kantiba Desta's politiemacht en zij haatten
de vreemdelingen even hartstochtelijk als hun
chef. Maar Kenjazmatch Zekala, die de ver
antwoordelijkheid over de karavaan van Lidj
Tasfai overnam en die de Italianen tot de Soe
daneesche grens zou vergezellen, slaagde er
in de kibbelarijtjes, die onmiddellijk tusschen
het escorte en de Askari s van het consulaat
ontstonden, op vriendschappelijke wijze te
regelen.
Behalve Kenjazmatch Zekala was er nog
een Abessyniër, die de expeditie van Gondar
tot de Soedaneesche grens begeleidde: dit was
de particuliere telefonist van Ras Kassa. Hij
had een interessante, overigens mysterieuze
taak. In zijn bezit bevond zich een veldtele
foon en een enorme voorraad draad, waar
mede hij iederen dag verbinding met het
hoofdkwartier van Ras Kassa onderhield. Hij
hield zijn lange-afstand-gesprekken op de een
of andere ver verwijderde plaats, waar nie
mand, zelfs geen Abessyniër, het gesprokene
kon afluisteren. Aldus bracht hij verslag uit
over het verloop van den tocht en kreeg hij
inlichtingen uit Gondar en Debra Tabor. De
man was nogal gesloten. Den derden October
werd hem medegedeeld, dat de oorlog offi
cieel begonnen was, maar niemand kwam iets
van het gewichtige nieuws van hem te weten.
Een onverwacht oponthoud
Vier dagen waren verstreken, zonder dat
zich incidenten hadden voorgedaan, toen
de karavaan het stadje Chilga bereikte. Hier
verhinderde de „commandant" van de stad
onverwacht het verder reizen der expeditie.
..Op bevel van Zijne Hoogheid Ras Kassa
moet ik U de doorreis verbieden. U moet in
Chilga blijven". De consul protesteerde tever
geefs. Hij verkeerde in de overtuiging dat hij
met zijn mannen in den val gelokt was en dat
zij den volgenden dag niet meer zouden bele
ven.
In de stad wemelde het van soldaten. Zij
amuseerden zich op allerlei manieren in hun
kamp, dat zich vlak naast de tenten bevond,
welke men voor de Italianen had opgeslagen.
De consul kon de door muziek begeleide oor
logsliederen der Abessyniërs duidelijk hooren.
Ossenvleesch werd er aan speren gebraden
en er was wijn in overvloed. Geïnspireerd
door het stevige voedsel en den zwaren drank
schoten de Abessyniërs hun geweren af naar
denkbeeldige Italianen en de „echte" Italia
nen hadden den heelen nacht geen rustig
oogenblik. Ook den volgenden dag mochten
zij niet verder. Vier dagen werden zij t-e "Cïiïl-
ga vastgehouden; tenslotte berustten zij in
hun lot en beschouwden ze zich maar als
krijgsgevangenen. Op den vierden dag ech
ter kwam de telefonist van Ras Kassa terug,
die de karavaan bij de aankomst te Chilga
verlaten had, met een nieuwen order van Ras
Kassa, waarbij permissie tot het voortzetten
van de reis werd gegeven. Hun tijdelijke ge
vangenschap had een einde genomen na af
loop van het groote Maskalfeest, het heiligste
feest der Abessyniërs. Iedere arbeid moet in
dien tijd worden stopgezet. De reden van het
oponthoud te Chilga was dan ook gelegen in
het feit, dat de Italianen in deze dagen niet
door een escorte konden worden begeleid.
De oorlog breekt uit, doch blijft
geheim
Maar plotseling werd het tempo van den
marsch versneld. Eiken dag werden de ge
sprekken tusschen Ras Kassa's telefonist en
Debra Tabor langer. Toen hij den derden Oc
tober het bericht van het uitbreken van den
oorlog ontving, zei hij tot Kenjazmatch Zeka
la met een ernstig gezicht: „Laat ik je een
raad geven. Breng deze menschen (woorde
lijk zei hij: „kawu sau", wat „zwijnen" betee-
kent.zoo spoedig mogelijk naar de grens
als je leven je lief is". Hij begreep, dat de
Italianen nooit de grens zouden bereiken, als
de bevolking het feit te weten kwam. Het
eenige wat gedaan kon worden om de veilig
heid van de Italianen te waarborgen, was een
versnelling van het marschtempo. Toen het
laatste dorp van het Ethiopische gebied was
bereikt, deden de Abessyniërs iets, wat ken
merkend is voor de verachting, die zij ten op
zichte van den consul en zijn mannen koes
terden: zij gaven den Italianen als laatste
escorte een aantal inboorlingen mede, die niet
uit Amhari's, de eigenlijke soldaten van het
land, maar uit Shankala's bestond. Shankala
beteekent in de Amhaarsche taal „neger
slaaf" en is tegelijkertijd de naam van een
stam en een scheldwoord. De arme drommels
waren bijzonder in hun schik, toen ze gewe
ren kregen en hun de opdracht tot het es
corteeren van de Italianen werd gegeven. De
ze laatste begeleiders voerden de Italianen tot
aan de Soedaneesche grens.
Zij waren gered.
Pas hier hoorde de expeditie, dat de oorlog
al een paar weken aan den gang was en dat
Adigrat en Adoea gevallen waren. Dl Lora
vergat al zijn vermoeidheid en het gevaar,
waarin hij nog steeds verkeerde en met on-
vervalscht Itaïiaansch temperament riep hij
uit: „Evviva Italia!"
Zoo kwam het einde van het schokkendste
avontuur, dat hij in zijn militaire loopbaan
had beleefd. Hij vertrok naar Asmara en van
daar naar het front.
Een leeg consulaat wordt bezet
Zoodra de consul Gondar had verlaten,
maakte zich een ongekende vreugde van de
bevolking meester. Men groepte in de straten
bijeen en er werd levendig gediscussieerd over
de gebeurtenissen. Kantiba Desta verscheen
met zijn politiemannen en marcheerde op
naar het verlaten consulaat. De poorten wer
den opengebroken, de manschappen traden
de gebouwen binnen. De heele menigte kwam
achter hen aan. Maar tot ieder's groote te
leurstelling was van het kostbare interieur
slechts een ruïne en een verzameling frag
menten over. In ieder geval maakte men zich
van die overblijfselen meester, bij wijze, van
trofee over de eerste „overwinning".
Een paar dagen later betrok Kantiba Desta
de woning van den consul en nam er officieel
bezit van.
LADISLAS FARAGO
(Copyright A.B.C. Press Service)