75* STIENS h Aula* BARTELJORISSTR. HAARLEM Pédicure TAFELKLE DEN DIVANKLEDEN DRESSOIRLOPERS SCHOORSTEENLOPERS KAPSTOKKLEDEN KUSSENS - THEEMUTSEN PERZISCHE KLEEDJES PERZISCHE KUSSENS VOETZAKKEN WOLLEN PLAIDS MAR. LEDEREN POUFS MIMITAFELTJES HAARDBANKJES BOEKENKASTJES VERSTELB. FAUTEUILS HAARD-FAUTEUILTJES TIJDSCHRIFTEN-BAKJES SERVEER-BOYS METALEN LEESLAMPEN GESMEED IJ ZEREN EN OLD FINISH LEESLAMPEN VERCHROOMDE EN NOTEN KAP STOKKEN - PARA- PLUIEBAKKEN PRESBURG lONDERDAG 28 NOVEMBER 1935 HAARLEM'S DAGBLAD 21 De heer Arnold Beekvliet was zeer uit zijn umeur. en hij had er reden toe. Als men, öijk de heer Beekvliet, bij wijze van morgen- roet, op zijn ontbijttafel een schrijven van >n aangenomen neef vindt, die nederig, doch eer dringend verzoekt om spoedige toezen- iag van het bagatel van honderd gulden, an kan men toch immers bezwaarlijk een roolijk gezicht zetten! De oude heer, die het eerzaam beroep van entenier uitoefende, was in zulk een ge- oeglijke stemming beneden gekomen en juist illde hij zijn onverdeelde aandacht aan het ereedstaande ontbijt gaan wijden, toen neef eodoor dat briefje die stemming geheel deed erdwijnen. „Vraagt ons Leootje weer geld, manlief?" iformeerde mevrouw Beekvliet, die al spoedig tisschen het knorrige gezicht van haar echt enoot en de zooeven ontvangen brief een erband zocht. „Daar breng je nu een anderman's kind oor groot!" bromde de heer des huizes. En oornig vervolgde hij: „Is het geen schande, at zoo'n kwajongen, die ik iedere maand ijn geregelde ruime toelage geef. dat zoo'n ervelende kwajongen, zeg ik. mij nog elk ogenblik aan boord durft komen met der- elijke mooie praatjes! Waar heeft hij al at geld voor noodig! Dat durft me nu weer londerd gulden vragen!' Mevrouw wist op dit alles niet veel te ant woorden. Ook zij vond, dat Leo wel wat erg oekeloos met geld was. Leo Beekvliet, die reeds op jeugdigen leef- ijd, na den dood van zijn ouders, door oom n tante Beekvliet als kind was aangenomen, iad zich steeds mogen verheugen in de bij- ondere genegenheid zijner tante, die, zelf inderloos, hem aardig verwend had. Zelfs nu nog was ze er gedurig op uit, hem zoo- Kei mogelijk zijn zin te geven. De jonge can was student aan een der hoogescholen n ons land en studeerde daar Economie en Staathuishoudkunde. Doch bij die „Practische tudie" scheen hij nogal geld te kunnen ge- iniiken. Oom zorgde geregeld voor de „ruime naandelijksche toelage", steeds daarbij de rermaning voegende om toch vooral zuinig te worden. Een vermaning welke door neef steeds met gepasten eerbied werd anagehoord joch die toch niet de uitwerking had welke »m er van verwachtte. Leo had doorloopend eldgebrek! Mevrouw achtte het gewenscht, met het cog op de knorrigen bui van den heer des sulzes, voorloopig niet verder op de zaak in gaan, doch in stilte besloot zij later op den lag, er nog eens op terug te komen. Zij kon laar Leo niet zoo in den steek laten. Aan de koffietafel was manlief opvallend til. De ontevreden stemming scheen nog niet feheel verdwenen. Toch zou mevrouw het tuaar eens wagen „Zeg man, zouden wij Leo zijn zin maar niet geven? Hij zal het toch niet zonder noodzaak vragen, denk ik". „Jij trekt ons dierbaar neefje altijd voor, tsaar ik blijf er bij, als wij den jongen niet rap houden, komt er niets van hem te- ccht „Het Is morgen St. Nicolaas", vervolgde nevrouw, die deed alsof zij de opmerking an haar man niet hoorde. „Laten wij hem iet geld voor zijn St. Nicolaas geven. Kom, k laat bijden koekbakker een hart bakken a daarin een bankbiljet van honderd gulden toppen. Hoe vind je dat idee? Dat wordt jan een ware surprise, hè! Afgesproken?" ilevrouw had het pleit gewonnen. Mijnheer af aan den wensch zijner vrouw gehoor, loewel onder protest. „Het is voor jouw ver- ntwoording als het nog eens verkeerd met en jongen afloopt". Mevrouw was in den laatsten tijd aan dat ireigement wel gewoon geraakt. Des middags elde de oude dame aan koekbakker Zoet- neijer een klein doosje, waarin een bank biljet van honderd gulden, ter hand met op- iracht er een hart van banket om te bakken. De koekbakker had dergelijke zaakjes wel meer bij de hand gehad en den volgenden werd het kostbaar gebak bij de familie ieèkvliet bezorgd. Terwijl mijnheer het cadeau netjes en zorg vuldig inpakte, kon hij toch niet nalaten nog eens zijn ongenoegen uit te spreken over de eorgeloosheid en verkwisting van de jeugd in tegenwoordigen tijd. „Ik heb in het doosje, behalve het bankbiljet nog een pa piertje gevoegd, met een enkel woord van waarschuwing. Ik heb er op geschreven: „Betaal je schulden, wees zuinig, dan alleen kun je vooruit komen". „Ik hoop dat Leo dat nu eens ter harte lal nemen". Dat hoopte mevrouw eveneens. Mijnheer stelde het pakje aan Klaas, den «steller op O., ter hand. „Klaas, je moet dit Jij mijn neef. mijnheer Beekvliet bezorgen. Haar pas er goed op hoor, er zit waarde in!" „Wees u maar niet bevreesd, ik behandel liet alsof het van mezelf is", was het ant woord. Klaas had veel verplichting aan den ouden heer Beekvliet, daar deze, op voor spraak van neef Leo, eenige maanden ge- Joden, den ouden besteller honderd gulden iiad geleend, teneinde den man in staat te stel len, de koopsom van een nieuwe vrachtauto te kunnen voldoen. Zoo terloops informeerde mijnheer Beek vliet even hoe het met de afbetaling stond. „Nu, mijnheer, ik en mijn vrouw, we zijn inig, en ik hoop in den loop van het vol gende jaar u het geld te kunnen teruggeven Honderd gulden is een groot bedrag en dat keeft een arm man als ik niet zoo dadelijk elkaar. U begrijpt, met den koop van die nieuwe auto ben ik totaal uitgeput in mijn geld". Ja, dat kon de rentenier zich wel voor stellen en ging huiswaarts. Op den langen weg naar O. bepeinsde Klaas dat 't toch een verdraaid moeilijk werk was om zoo'n honderd gulden te besparen. Hij werkte den heelen dag, zijn vrouw was zuinig als de beste, maar honderd gulden krijgt men toch niet in een vloek en een zucht bij elkaar Het was nog mooi geweest, dat mijnheer Leo kekvliet een goed woordje bij zijn oom had ïedaan. Zoodoende had hij gelukkig de auto leelemaal af kunnen betalen. Een bovenste 'oost mensch toch, die mijnheer Beekvliet *)nd Klaas. Die „bovenste beste mensch", liep eenigs- 1 ns ongeduldig zijn kamer op en neer. Het fait dan ook moeilijk om kalm te blijven, als o hospita dringend vraagt om betaling van iet pen*'-ngeld. dat je toevallig moest gebrxr- ken om t j rekening van een paar gehputicr tuifjes te voldoen! Als het verzoek aan oom Beekvliet nu maar een gunstig onthaal had Eevonden. Daar werd gebeld. Een oogsnblik later ont ving de jonge man het pakje van zijn oom en tante. „Klaas vraagt of êr nog wat te zeggen is mijnheer", vroeg de hospita beleefd. „Laat hem maar even wachten, juffrouw". Mijnheer Beekvliet gunde zich haast geen tijd om het pakje te openen. Zou oom er het gevraagde geld bijgevoegd hebben?Hè, een hart van banket?! Anders niet? Geen geld? Waarom stuurden ze nu zoo'n kinder achtig stuk taart en repten ze met geen woord van de honderd gulden! Daar kwam de juffrouw weer binnen: „Mijnheer, Klaas wacht nog steeds". Nu moest die vrachtrijder voor de bezorging van zoo'n stuk taart nog een fooi op den koop toe hebben! Wat kon mijnheer Beekvliet dat koekbakkerswerk schelen! Wacht, fluks het hart in een papier gewikkeld. Nee maar, dat vond Klaas toch aardig. Jam mer, dat mijnheer weer zoo vlug naar binnen was gegaan, zoodat Klaas niet eens gelegen heid had om te bedanken. Maar dat kwam wel terecht. Gauw naar huis en de vrouw blij gemaakt! Welk een verrassing voor de oude luidjes, toen het gebak te voorschijn kwam. Er werd een lekker bakje koffie gezet en Klaas' vrouw begon het hart aan te snijden. Maar welk een schrik, toen daar een doosje te voorschijn kwam, dat, na opening, een bankbiljet van honderd gulden bleek te bevatten. Eerst lang zamerhand drong het tot de brave menschen door dat mijnheer Beekvliet hun op zoo milde wijze had bedacht om hen in staat te stellen de schuld van honderd gulden aan den ouden heer Beekvliet af te doen. Het stond immers zoo duidelijk op het bijgevoegde briefje: „Be taal je schulden, wees zuinig, dan alleen kun je vooruit komen". Klaas en zijn vrouw waren de gelukkigste menschen ter wereld en vervuld van dankbaar heid jegens hun weldoener, duurde het gerui- men tijd voor zij dien nacht den slaap konden vatten. Als gewoonlijk was de vrachtrijder den vol genden dag reeds vroeg uit de veeren om zijn dagelijkschen tocht te ondernemen. Toen hij het huis van mijnheer Beekvliet passeerde, lag zijn „weldoener" nog in zoete rust, doch de hospita stond blijkbaar reeds op Klaas te wachten. Zij overhandigde hem een brief van mijnheer Beekvliet aan den ouden heer Beek vliet gericht en droeg den besteller op dien brief ten spoedigste te bezorgen. „Dat komt in orde, juffrouw", verzekerde Klaas. Eenige uren later ontvingen mijnheer en mevrouw Beekvliet het schrijven van Leo. Hun dierbare neef schreef hun: Beste Oom en Tante! Vriendelijk dank voor het heerlijk St. Nico- laasgeschenk, dat mij uitmuntend smaakt Ik heb er reeds een flink stukje van gegeten. Mag ik u nog eens vriendelijk herinneren aan mijn verzoek om de toezending van de honderd gulden? Wellicht wilt u het geld vanmiddag wel aan den besteller mee geven. Na harte lijke groeten, Uw dankbare neef LEO. Toen de oude lui dit hadden gelezen, lachten zij smakelijk om het gelukken van hun list. Mijnheer meende, dat Leo inmiddels de duiten wel zou hebben gevonden en mevrouw hoopte dit ook maar, want neef moest niet zoo lang in het onzekere blijven. Iets later op den dag werd Klaas de vracht rijder bij den heer Beekvliet aangediend. Klaas zou mijnheer gaarne eens particulier „over zaken" willen spreken. Eenigszins verwonderd over dit bezoek, be gaf de rentenier zich naar het zijkamertje. „Wel Klaas, wat is er van je verlangen?" klonk het den vrachtrijder tegen, toen deze het kamertje binnentrad. „Goemorgen, mijnheer, ja ziet u, ik wilde zooveel als afbetalen". „Afbetalen. Klaas!" „Precies. Mijn schuld aan u afdoen". Glun der lachend vervolgde de oude: „Dat had u zeker niet kunnen denken". Nu, na het gesprek van gisteravond had mijnheer dat stellig niet gedacht. „Dan heb je zeker al een heel goeden St. Nicolaas gehad, man". „Dat zou lk denken". Langzaam met beven de handen haalde de oude man uit zijn porte feuille een wel wat verfrommeld bankbiljet van honderd gulden te voorschijn, overhandig de dit den rentenier en vroeg beleefd: „Zou mijnheer me nu misschien mijn schuldbeken tenis zooveel als terug willen geven?" De rentenier kwam altijd in vroolijke stemming, wanneer hij geld ontving, en toen hij Klaas de schuldbekentenis toereikte, voel de deze twee rijksdaalders in zijn hand glij den. „Voor je prompte betaling. Klaas. Flink van je. hoor, om zoo vlug je schuld te voldoen. Doe je best maar. en wees zuinig". „Daar zal het niet aan mankeeren en ik dank u nog wel hartelijk voor uw goedheid mijnheer. Nog iets te bezorgen bij uw neef? Neen? Och. och. och, wat een bovenste beste mensch is die mijnheer Leo toch!" „Zoo. ben je zoo over mijn neef tevreden?" „Of ik. Ja. ik weet eigenlijk niet of hij het wel wil weten, maar u kan ik het toch in ver trouwen wel zeggen. U zult er immers niet ver der over spreken? Ik en mijn vrouw, we heb ben die honderd gulden van mijnheer uw neef gekregen voor onzen St. Nicolaas. Nu, wat zegt u daarvan?" (Vervolg van het verhaal op de volgende pagina.) y-mmh r BHBHSBSMMI" IIlil IIll III ■l—llllllll Waf zal U geven met de Sint Ziet onze Etalages Altijd slagen BRILLEN ALLE MODELLEN. NIEUWSTE BAROMETERS. KIJKERS VOOR THEATER. VELD- EN PRISMA- KIJK ERS. Thermometers Microscopen Loupen, Leesglazen Compassen GEDIPL. OPTICIEN GIERSTRAAT 27 TELEFOON 16764. BRILLEN-LEVERANCIER VOOR ALLE FONDSEN EN GEM. GENEESK. DIENST. Volledige voet behandeling GR. HOUTSTR. ANEGANG - HAARLEM moeder! WIJ RUIKEN 'T AL, £ELDERSCHE ROOKWORST UIT DOETINCHEM hum A.C.vau Hikkeku Huü^et Ar.cgs.ag 14 HAARLEM Vulpenhouders onze specialiteit Luxe Postpapieren. gratis met adres of monogram bedrukt Alles voor de Bridge-taïel Kinderspelen Schcoletui's Dam- en Schaakspelen Meer dan 100 verschillende Legpuzzles OOELSTRAAT 18 HAARLEM vraagt even Uw aandacht voor haar sublieme sortee ring en voordeelige prijzen in VOGELS, KOOIEN, STANDAARDS, AQUARIA, TAFELS, KOUDWATER- VISSCHEN enz. enz. Als Sint Nicolaas Cadeau geeft zooiets zeker DE MEESTE VOLDOENING. VOOR PRIMA ZINGENDE KANARIE VOGELS UW AANGEWEZEN ADRES.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 19