Y Ik heb
„De Biltthuu
ECHTE WALES-ANTHRACIET
DE BILT
DONDERDAG 28 NOVEMBER 1935
HAARLEM'S DAGBLAD
2
Lezing van prof. Vening
Meinesz over zijn tocht met de
K XVIII.
Interessante avond der vereeniging
„Oost en West".
Donderdagavond hield prof. dr. F. A. Ve
ning Meinesz voor de afdeeling Haarlem van
de vereeniging „Oost en West" in den
schouwburg Jansweg een lezing met licht
beelden over zijn reis met de K XVIII naar
Nederlandse h-In dië.
De voorzitter der afdeeling de heer P L.
van Bueren hield een korte openingstoe
spraak waarna prof. Vening Meinesz zijn
lezing begon.
Hij wees op de groote beteekenis die de
tocht van de K XVIII heeft gehad als vlag
vertoon in buitenlar.dsche havens, als opwek
king van geestdrift voor de marine, als bui
tengewone prestatie en voor de wetenschap.
Over het nut voor de wetenschap wilde spr.
het in de eerste plaats hebben. Hij legde uit,
hoe men door de moderne diepzee loodin
gen een gedetailleerd reliefbeeld van den zee
bodem krijgen.
Door deze loodingen ontdekte men nu. dat
In den Indischen Oceaan tusschen Mauri
tius en West-Australië zich behalve de reeds
bekende troggen van groove diepte nog eer.n
tot nu toe onbekende vlak lag op slechts 1300-
200 0 meter diepte.
Ook door middel van slingerproeven
stelde men een zwaartekracht-onderzoek in.
Het principe, waarvan men bij deze proe
ven uitgaat is. dat de slingertijd afhankelijk
is van de grootte der zwaartekracht, die op
haar beurt weer afhankelijk is van de
grootte der aardmassa. waarboven men zich
bevindt. Het is tamelijk eenvoudig deze proe
ven op het vasteland,, uit te voeren, moeilij
ker wordt het echter op zee. waar de proeven
eigenlijk alleen in een onderzeeboot kans van
slagen hebben, daar deze minder last van
golfslag en deining ondervindt. Het voorbeeld
van de Nederlandsche marine, waaraan spr.
dank bracht, is dan ook reeds door verschil
lende buitenlandsche marines nagevolgd.
Hierna sprak prof. Vening Meinesz over
het onderzoek zelf. Men wenscht het verband
te bepalen, dat moet bestaan tusschen de
grootte van de aantrekkingskracht en den
vorm van het aardoppervlak. Men heeft hier
voor tot dusver de methode der driehoeks-
graadmeting toegepast. Wanneer de aarde al
leen onder invloed van de aswenteling stond
moest het een aan de aequator cirkelvormig
en aan de polen afgeplat lichaam zijn. Er is
echter ontdekt, dat het aequatorvlak aan af
wijkingen van eenige honderden meters on
derhevig is en ook uitbuilingen in den cirkel
vorm vertoont. Deze uitbuilingen heeft men
ln verband gebracht met de verspreiding der
Oceaanvlakken. Volgens die veronderstelling
moest zich in den Indischen Oceaan een
afwijking aan de korte as van de geoïde
voordoen. De onderzoekingen aan boord van
de K XVIII hebben bewezen, dat er in den
Indischen Oceaan afwijkingen in zwaarte
kracht bestaan. Met behulp van een door de
„Bataafsche" aan prof. Vening Meinesz ge
leend slingerproeftoestel is bij vergelijking op
de continenten en vlak aan de kust geble
ken. dat de randen der co het plastische
substratum drijvende continenten vrijwel
overal dezelfde evenwicht*ve"brekingen ver-
toonen waardoor de uitbuilingen ontstaan.
Er kon worden geconstateerd, dat van de
continenten naar de diepzee der Oceanen de
zwaartekracht toeneemt.
Tot slot van zijn bespreking van het weten
schappelijk deel van den K XVlil-tocht be
handelde spr. de theorie van den Engelsch-
man Homes, die door een andere veronder
stelling tot dezelfde slotsom komt.
Hij veronderstelt, dat er in het substratum
nog stroomingen optreden, onder continen
ten stijgstroommgen en onder zeeën daal-
stroomingen, hetgeen evenwichtsverstoring
te weeg brengt. Dit zou ook de theorie ver
klaren dat de aardkorst in den loop der tij
den is verschoven.
Daarna sprak prof. Vening Meinesz over
het leven aan boord en den tocht zelf. Nadat
hij een beschrijving van de duikboot had
gegeven wees hij op de nadeelem die verbon
den zijn aan het gebrek aan voortdurend
frissche lucht en lichaamsbeweging bij een
lansen tocht. Vervolgens gaf hij aan de hand
van lichtbeelden een beschrijving van den
grooten tocht. Hij liet lichtbeelden zien van
een groot aantal havens waar de K XVIII
kwam. zooals Madeira. St. Vincent. Dakar,
Pernambuco. Rio de Janeiro. Montevideo,
Buenos Aires. Tristan da Cunha. Kaapstad,
enz. enz. en vertelde interessante bijzonder
heden.
Aan het eind van den avond dankte de
heer Van Bueren prof. Vening Meinesz voor
zijn lezing.
af 2.25
WITTOP KONING - HAARLEM
HARMENJANSWEG 67A. TELEFOON 16100
AGENDA
Heden:
DONDERDAG 28 NOVEMBER.
Protestantenbond. 8 uur. Bestuurdersbond
„Haarlem". De heer D. de Jager over „Werk-
loozen steun en prijsstijging".
Blauwe Kruis. Ds. P. van Oossanen over:
„Waar zijn onze dooden?" 8.15 uur.
Frans Hals Museum: Tentoonstelling S.O.S.
104 uur.
Bioscoopvoorstellingen.
Luxor Sound Theater: „De moord op het
schip". Doorloopende voorstelling van zeven
uur tot half twaalf.
Frans Hals Theater: „Suikerfreule". 2.30. 7
en 9.15 uur.
Rembrandt Theater: „Verliefd, maar op
wie?" Op het tooneel: Orlando Waldemar
Troupe. 2.30. 7 en 9.15 uur.
Cinema Palace: „Een hart, van goud". Op
het tooneel: Gigi and Olga. 7 en 9.15 uur.
Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 113 uur, behalve 's Maan
dags. Toegang vrij.
Heemstede. Raadsvergadering, 8 uur.
VRIJDAG 29 NOVEMBER.
Stadsschouwburg: Galaconcert H.O.V. o.l.v.
Heinrlch Steiner. Soliste: Hélène Ludolph. 8.15
uur.
Bioscopen "'-uw ~->ma
Frans Hals Museum: Tentoonstelling S.O.S.
104 uur.
Bloemendaal. Raadsvergadering 9.30
v.m.
Beroep tegen beslissing van
Ged. Staten.
Het Predikanten Weduwenfonds der Ne-
derduitsch Hervormde gemeente Haarlem,
de N.V. Scheeps- en GrondexploitatieMaat-
schappij te Bloemendaal en H. W. Vink c.s.
te Haarlem zijn in beroep gekomen tegen het
besluit van Ged. Staten van Noord-Holland,
houdende goedkeuring van een uitbreidings
plan van Haarlem.
Het betreft het uitbreidingsplan met bij-
bèhoorende bebouwingsvoorschriften, aan
geduid als „wijziging no. 12", behoorende bij
de bladen 11 en 15 van het plan „Noord" voor
het gedeelte der gemeente, gelegen ten Oos
ten van de z.g. Vogeienbuurt, ten Zuiden van
de Heksloot, ten Westen van het Noorder
Buiten Spaarne en ten Noorden van de Jan
Gij zen va art.
In dit uitbreidingsplan zijn de betreffende
gronden voor land- en tuinbouw bestemd,
welke bestemming evenwel naar de meening
van de reciamante in strijd Is met de woning
wet. Voorts is deze bestemming als ondoel
matig te beschouwen, hetgeen in het bijzon
der geldt voor de gronden, onmiddellijk ge
legen langs den op de grens van den verbo
den kring ontworpen breeden verkeersweg en
langs den Spaarndammerweg, welke gron
den voor bebouwing in aanmerking komen.
Uit de stukken is voorts nog gebleken, dat
deze gronden vallen binnen den verboden
kring van het fort voor welken kring geen
bebouwing is toegelaten.
Mr. Bakhuyzen van den Brink bepleitte de
belangen van het Predikanten Weduwen-
fonds. Voor de gemeente is het slechts een
gering belang, voor het fonds echter bijzon
der groot Ook ligt dit terrein buiten den
verboden kring en het is van veel waarde
voor het fonds, vooral in dezen tijd, dat de
gronden voor bouwgrond bestemd kunnen
worden.
Mr.-Bijvoet lichtte de overige appèlschrif
ten toe. Krachtens de Kringenwet mag er
binnen een verboden kring wel gebouwd
worden, doch mogen er geen wegen worden
aangelegd.
Hier doet zich nu het geval voor, dat de
verkeersweg juist de grens van den verboden
kring is. PI. wees er vervolgens op. dat zijn
cliënten beduidende schade zullen onder
vinden.
Het standpunt van de gemeente Haarlem
werd uiteengezet door den directeur van
openbare werken, den heer Maas en door den
heer Meeuwen, administrateur ter gemeen
te-secretarie. Beide heeren zetten uiteen, dat
op grond van stedebouwkundige overwegin
gen het uitbreidingsplan niet anders kan
worden vastgesteld, dan geschied is.
De beslissing der Kroon volgt later.
De Kerk en de N. S. B.
Over de Kerk en de N.S.B. sprak Woens
dagavond Ds. J. W. Siertsema in de Wilhel-
minakerk aan de Gedempte Oude Gracht. De
avond was belegd door den Kring Haarlem
en omstreken der Gereformeerde mannen-
vereenigingen.
De heer Elgersma, voorzitter, opende den
avond met gebed en gaf een uiteenzetting
van het doel van de bijeenkomst
Ds. Siertsema zei niet te willen bespreken
wat de N.S.B. wil of voorstaat. De bedoeling
van den spreker was slechts te onderzoeken
welke roeping de kerk heeft tegenover de
N.S.B. Want er is geen oogenblik in ons leven
dat wij niet met God's woord hebben te
maken. Niets valt buiten de roeping dei-
kerk.
De kerk mag in haar leer of tuchtiging
nooit misbruikt worden voor eene bepaalde
politieke richtmg. Ook voor de leden der
kerk, al of niet aangesloten bij de N. S. B.
moet God's woord dienen. Vooral zijn de
beginselen der N.S.B. in strijd met die der
kerk en wanneer 't voorkomt dat bij de kerk
aangeslotenen ook lid van de N.S.B. zijn,
kan men hen dit toch nog niet altijd ten volle
aanrekenen.
Men kan niet zeggen dat iemand persoon
lijk verantwoordelijk is voor alle beginselen
eener beweging waarbij hij is aangesloten,
ofschoon een mede-verantwoordelijkheid al
tijd blijft bestaan.
Het is daarom noodig dat men zich van
zijn positie goed rekening geeft, doch het is
tevens noodzakelijk dat God's woord steeds
goed wordt overwogen.
Met citaten uit brochures der N.S.B. wilde
de spreker aantoonen dat verschillende uit
spraken en beginselverklaringen in directe
tegenspraak zijn met de kerkelijke opvattin
gen en afwijken van het Goddellijk woord.
Over den corporatieven staat weidde de
spreker uit. De N.S.B. verwijst in haar bro
chure hiervoor naar het Italiaansche voor
beeld. De Italiaansche minister van justitie
zegt dat de corporaties niet den staat in han
den hebben, doch dat de staat de corporatie;
in handen heeft. Volgens Musolinl is daarvoor
een eenheidspartij noodig, hetgeen dan ook
beteekent tyrannie en dus ook geestelijke
tyrannie.
De totale staat heeft zijn intrede gedaan
en de vrijheid in eigen kring is afgeloopen
Dit is in directen strijd met God's woord
„Gij zult geen andere Goden dan Mij aan
bidden".
Over de voorlichters, de vaders van het
fascisme, zei ds. Siertsema dat men schrikt
van hun geschriften.
Een waar Christen kan het ongeloof van
het nationaal socialisme, die den staat boven
alles stelt, niet aanvaarden.
De Nationaal-Socialistische Beweging be
wijst in vele uitingen dat zij ook in deze
richting denkt en werkt.
Verscheidene belangrijke functies worden
bij de N.S.B. bezet door Hegelianen, welke
philosophische richting een „Dictatorialen"
inslag heeft.
Voorts zijn vele leden van de N.S.B. on
christelijk of staan geheel buiten elk kerke
lijk verband.
Uit alles, tot in het leidend beginsel der
N.S.B., blijkt het onchristelijk karakter van
den totalen staat.
Er wordt niet gevraagd naar het recht, in
het leidend beginsel: „Het gemeenschappe
lijk belang gaat voor het groepsbelang en het
groepsbelang voor het persoonlij kbelang".
Rechten bestaan niet meer. alles wordt opge
offerd aan de gemeenschap.
Kerk en onderwijs zouden eveneens sterk
in de verdrukking komen, wanneer de N.S.B.
ooit in staat zou zijn haar nationaal socialis
tisch beginselprogramma ten uitvoer te bren
gen.
Evenals het socialisme ons nog steeds wil
doen gelooven dat de ellende der maatschap
pij het gevolg van het kapitalisme is, wil
de N.S.B, ons doen gelooven dat alles 't gevolg
is van politieken partijdstrijd en corruptie.
Beide kunnen niet inzien dat de zonde en de
menschelijke slechtheid de oorzaak der ellen
de zijn.
De eenheid is een fictie. Dit blijkt reeds
nu uit den strijd, die in de N S.B. zelf is
ontbrand. Alleeen in het woord God's is de j
eenheid te vinden.
Na de rede van Ds. Siertsema bestond
er gelegenheid tot het stellen van vragen.
zei iemand tijdens het Radio-Weerberich
Hij had n.l. een BAROMETER gekocht bij
CAREL VAN HUIZEN
Kleine Houtstraat 13
(Adv. Ingez. Med.)
meldt:
Hoogste barometerstand 771.3 m.M. te
La Coruna.
Laagste barometerstand 732.0 m.M. te
Isafjord.
en voorspelt:
Meest matigen tot krachtigen Westelijken
tot Zuidwestelijken wind. Tijdelijk opklarend,
later weer kans op regen. Aanvankelijk zach
ter.
Uit het Buitenland
Stormachtig weer met korte opklaringen.
Een zeer diepe depressie lag hedennacht
over Groenland en twee kernen, de eene voor
de Noorsche kust, de andere ten Zuidwesten
van IJsland bewogen zich in Oostelijke rich
ting. De hooge drukking over Spanje nam nog
toe, zoodat de luchtdrukverschillen weer toe
namen en op de Noordzee een Zuidwester
storm waait. Over Scandinavië nam de wind af
en daarbij keerde vrij strenge vorst weer
in het midden-Scandinavië terug. De warme
en vochtige luchtstroom heeft thans de Brit-
sche Eilanden bereikt. Het gebied van lichte
vorst heeft zich naar het Zuiden van Frank
rijk teruggetrokken.
In het algemeen is nog stormachtig weer
te wachten, afgewisseld door korte opklarin
gen.
STORMW AAR SCHU'WING SDIENST.
Geseind hedenmorgen te 8.50 uur aan alle
posten: Wordt verwacht storm uit het Zuid
westen.
Barometer
751 m.M.
759 m.M.
Stand van heden
Vorige stand
Neiging: Achteruit.
Opgave van:
CAREL VAN HUIZEN, Opticien
Kleine Houtstraat 13-, Telefoon 14112
Thermometer
Hoogste gisteren 48 F.
Laagste heden nacht 42 F.
Hoogste heden tot 12 uur 47 F.
BURGERLIJKE STAND
HAARLEM, 28 November.
Ondertrouwd 27 November: I. J. Jongsma
en Franke; 28 November: G. Hillebrand en
T. van der Land; Th. Dantuma en M. Bakker;
C. van Poelje en A. Bakker; G. J. van den
Bergh en G. Bijster;
Getrouwd 28 November: N. P. Lasschuit en
B. Buser; B. G. Luttikhuizen en E. C. Kollerie;
G. H. B. Smits en J. C. Smits.
Bevallen 26 November: J. M. Klinkenberg
Nix, z.; A. J. v. d. VeldtSnoeks. z.; G. v. d.
Vorstvan Oijen, d.; 27 November A. Mooij
Opdam, z.; 28 November: M. M. Meijerink
Morlang, d.
Overleden 27 November: G. v. d. Ree, 30 j.,
Oosterstraat: N. G. Roos jen, 32 j., Jelgersma-
straat; J. C. Vosse, 70 j„ Barbarossastraat.
Een levensteeken van
Ellsworth?
Oorlogsschip vangt signalen op.
Reuter meldt uit Wellington, 27 No
vember: Het oorlogsschip „Dunedin"
deelt mede, dat het te 12 uur 20 signa
len van het vliegtuig van Ellsworth
heeft opgevangen.
N. G. ROOSJEN f
Op 32-jarigen leeftijd is na een langdurig
lijden overleden de heer N. G. Roosjen, die
gedurende 12 jaar als onderwijzer aan de
Noorderschool in de Velserstraat, (van de
Stichting Noorderkerk en School) is werk
zaam geweest.
Zijn heengaan beteekent voor die school
een groot verlies.
LETTEREN EN KUNST
HET TOONEEL
SCHOOLVOORSTELLINGEN
DE GEBORDUURDE BAL
Gisteren is in den Stadsschouwburg door
de Amsterdamsche Tooneelvereeniging een
middagvoorstelling gegeven van het Chinee-
sche tooneelstuk „De Geborduurde Bal", wel
ke voorstelling in de eerste plaats bestemd
was voor de schoolgaande jeugd. Het resul
taat was echter, dat er slechts 180 jongelui
waren, een aantal, wel wat grooter dan bij de
opvoering van L'Homme que j'ai tué door het
gezelschap van Maurice Rostand, maar toch
bij lange na niet voldoende om de kosten te
dekken, zelfs niet nadat men de balcons voor
leden der Vereeniging van Huisvrouwen had
gereserveerd. Dit geeft mij aanleiding de vraag
te stellen, of de heer Deinum met het organi
se eren van schoolvoorstellingen wel op den
goeden weg is.
Alleen in de maand November zijn er 3
zegge drie schoolmatinees gegeven, terwijl
er nog bovendien op initiatief van de Allian
ce Francaise een belangrijke reductie aan de
schoolgaande jeugd voor de Molière-voorstel
ling door de Compagnie du Chariot is verleend
geworden. De heer Strauss kon zijn matinee
dank zij den steun van den wethouder van
onderwijs op een Maandag tijdens de
schooluren geven en had hierdoor een grooten
voorsprong. De jeugd had te kiezen tusschen
dc school en een voordrachtmatinee. „Nou na
tuurlijk", zei mij 'n jonge bezoekster, „van
twee kwajen kies je toch altijd het minst
kwade!" en de volle zaal was dus hiermee
verklaard.
Maar de opkomst bij De Geborduurde Bal
werd zoowel voor den pachter van den schouw
burg als voor de Amsterdamsche Tooneelver
eeniging een groote teleurstelling. Had men
dit vraag ik mij af niet kunnen voorzien?
Ik heb in deze rubriek reeds herhaaldelijk
van mijn sympathie voor schoolvoorstellingen
getuigd en toen ik vernam dat de heer
Deinum het opnieuw met deze matinees zou
probeeren, hob ik dit warm toegejuicht. Ik
vrees echter dat wanneer hij zoo doorgaat,
het met de voorstellingen voor de schoolgaan
de jeugd geheel mis zal loopen. En daarom
vind ik het tijd om ernstig te waarschuwen.
Wil men. dat het instituut der schoolvoor
stellingen weer zooals vroeger den steun
zal krijgen van de autoriteiten en de leeraren,
dan moet er allereerst systeem in zitten. Dit
systeem ontbreekt nu vrijwel geheel. Anders
zou het immers niet mogelijk hebben kunnen
zijn dat in den loop van één maand 3 school
matinees worden gegeven. Zelf al waren
de drie voorstellingen alle even belangrijk
geweest, dan zou het nog op een fiasco heb
ben moeten uitloopen. Er schuilt in de snelle
opeenvolging van schoolvoorstellingen een
groot gevaar voor dit toch door velen zoo zeer
gewaardeerde instituut. De draagkracht der
ouders is nu eenmaal in dezen tijd zeer be
perkt en het is begrijpelijk dat de directeuren
der scholen niet telkens weer hun leerlin
gen willen en kunnen opwekken de school
voorstellingen te bezoeken. Ook om paedago-
gische redenen niet. Want als mogen de kos
ten voor de gegoede leerlingen geen bezwaar
zijn. de minder ruim bedeelden zullen niet
kunnen gaan en men behoeft zich zijn
eigen jeugd maar te herinneren om te weten,
hoe valsche schaamte jonge menschen pijn
kan doen. Het is daarom alleszins begrijpe
lijk, dat de directeuren weigeren hun zoo noo-
dige medewerking te verleenen, wanneer de
schoolvoorstellingen zoo snel elkaar opvol
gen.
Wil men de schoolvoorstellingen weer tot
een succes maken, laat men er dan even
als vroeger niet meer dan twee. hoogstens
drie in een jaar geven en dan verdeeld over
heel het seizoen
En men zij in de keuze der stukken en ge
zelschappen zoo select mogelijk. Mij werd ver
teld. dat De Geborduurde Bal op de school
voorstellingen te Amsterdam veel succes heeft
gehad. Ik wil dit natuurlijk gaarne aannemen,
al zou ik dit Chineesche spel. dat, om er geheel
van te genieten, van de toeschouwers een ze
kere tooneelcultuur verlangt, welke men van
jonge lieden, die zelden of nooit tooneel heb
ben gezien, moeilijk kan verwachten, nooit
hebben gekozen. Laat hen eerst maar gewoon
tooneel leeren zien ik denk hier bijv. aan
Jonk vrouwe de la Seiglière alvorens hen
voor exotisch i.e. Chineesch tooneel te
plaatsen.
Maar dat is natuurlijk een kwestie van op
vatting. Hoe noodig het echter is, dat hierin
van bevoegde zijde advies wordt ingewonnen,
blijkt ook wel uit de protesten, welke op
gingen bij de aankondiging van de voorstel
ling van „L'Homme que j'ai tué", dat sommi
gen hiervoor om verschillende redenen minder
geschikt oordeelden. En ik herinner mij nog.
hoe een opvoering van Warenar voor de jeugd
jaren geleden tot heel wat moeilijkheden aan
leiding heeft gegeven.
Hoe zal de heer Deinum hiervoor nu de
noodige, ook door schoolautoriteiten erkende
voorlichting kunnen verkrijgen? Een oplossing
hiervoor lijkt mij heel eenvoudig. Laat hij zich
in contact stellen met enkele leeraren of
leeraressen van verschillende scholen en
vooral ook van verschillende richting die
veel voor het tooneel en de schoolvoorstel
lingen voelen en hun vragen zitting te nemen
in een commissie van advies. Een commissie
van 3, hoogstens 5 leden zal voldoende zijn.
Hierdoor zou de zoo noodige schakel kunnen
worden verkregen tusschen de scholen en den
pachter. Het lijkt mij wel zeker, dat de direc
teuren der scholen veel meer geneigd zullen
zijn hun medewerking voor de schoolvoorstel
lingen te verleenen, wanneer zij weten, dat
een deskundige commissie van advies de voor
stellingen aanbeveelt. En laat men zich in het
begin dan beperken tot bijvoorbeeld twee
voorstellingen en een goeden voordrachtmid
dag, van een werkelijk artist, zooals Jan
Musch, een Paul Huf of een Charlotte Kohier.
Ook zouden alweer op advies van die
commissie op daarvoor geschikte avonden
liefst op Zaterdag enkele rangen, bij
voorbeeld het amphitheater of het balcon te
gen zeer gereduceerde prijzen voor leer
lingen der hoogste klassen van scholen, die
daarvoor in aanmerking komen, gereserveerd
kunnen worden. Zoo zou men gezamenlijk in
een richting kunnen werken, die zoowel voor
de jeugd als voor het tooneel goede vruchten
zou kunnen afwerpen. Maar de heer Deinum
wachte hier niet te lang mee. En hij make zoo
spoedig mogelijk een einde aan het doen geven
van schoolvoorstellingen „op goed geluk".
J. B. SCHUIL
MUZIEK.
Uitvoering door leerlingen der
Muziekschool van „Toonkunst"
Om het studiefonds der school te sterken,
werd door de leerlingen een uitvoering ge
geven in de aula van het Kennemer Lyceum.
Die uitvoering werd niet uitsluitend bijge
woond door ouders of verwanten dezer leer
lingen, maar ook door velen die reeds eerder
de ervaring hebben opgedaan, dat leerlingen
uitvoeringen heel dikwijls verrassingen bren
gen. Ook hier waren die momenten, waarin
de muziek op heel bijzondere wijze tot den
hoorder spreekt. En al dadelijk vóór de pauze
toen de meest-gevorderden zich nog niet deden
hooren was er alle aanleiding tot aandachtig
luisteren. De heel jonge leerlingen (voor piano
waren er weer van den heer Zwaan, van de
dames Kortweg en Bekkers; voor viool van den
heer Althuizen: voor zang van mej. Brock-
mann) gaven als om strijd blijken van muzi
kaal geheugen, van voordracht, van flink ont
wikkelde techniek. Er waren stukjes bij van
één enkele periode van acht maten, maar die
het bijzonder goed „deden": andere in een wat
uitgebreider vorm, die pittig voor den dag
kwamen; stukjes voor vier handen, die op
goed samenspel wezen. Voor den zang is de
zaal niet geschikt, en een mooie mezzo laat
hier alleen hooren, dat de stem goed ,zit" en
de onderwijsmethode goed is.
Er was dus al dadelijk vóór de pauze ver
scheidenheid genoeg. Maar toen bij dit alles
nog een muzikaal voorgedragen Mozart-
andante kwam, had de hoorder waarlijk niet
te klagen. Uit de eerste Mozartsonatë in C
werd het middendeel, het Andante in F ge-
gespeeld. Muziek van den toen veertienjarigen
genius der toonkunst, gespeeld door een der
tienjarigen jongen met aanleg voor het piano-*
spel: dit mag toch met recht een blijde ver
rassing heeten.
Een stuk uit het tweede programmadeel was
om bijzondere redenen naar het eerste ver
plaatst; de sonate voor viool en klavier in A
van J. S. Bach, met den leermeester den heer
De Clerck aan den vleugel, was het welklin
kend en technisch knap voorgedragen slot van
het deel vóór de pauze.
Het laatste deel was gewijd aan Chopin en
Schumann, en voltooid door Moszkowski en
Von Weber Het buitengewoon veeleischende
Concertino voor klarinet van Von Weber gaf
méér en beter te hooren dan technische vaar
digheid, n.l. het gehoor voor de reine intonatie,
het juiste klarinettimbre, de gezond-muzikale
fraseering. Wie met het bezit dezer goede
eigenschappen de keuze van zijn instrument
rechtvaardigt, komt nooit bedrogen uit.
Verrassingen waren er nog meer. Hiertoe
mag gerekend worden het feit, dat een leer
linge, die voor vioolspel 'n uitgesproken talent
bezit, de sfeer der Chopinschc muziek uit den
vleugel toovert. In een der Nocturnes In g
klein 'bedoeld is die uit op 37) was het in
zonderheid het middeldeel in Es, dat een ge
baar als van twee gevouwen handen werd.
Op werkelijk concerten ondergaat men na
tuurlijk ook deze gewaarwordingen, maar op
een uitvoering door leerlingen is de sfeer, het
contact met de andere hoorders die hetzelfde
ervaren, toch weer geheel anders.
En voor wie niet van humor gespeend is,
kunnen zich opeens, zoo midden in de mu
ziek. van die complicaties voordoen, die een
maal aan de tafel der Grieksche goden dien
gezonden lach tooverden op de aangezichten
van God Zeus en de zijnen; en waaraan Ho
merus geen ander aandeel had dan dat hij
het ons heeft beschreven: door de heftig be
wogen muziek van Moskowski geraakt de
secondante, die de bladen van het muziekboek
zal omslaan, zóó in geestvervoering, dat zij
't heelemaal vergeet. Ende pianiste kijkt
er toch niet in. Maar juist als de secondante
nog eenmaal haar plicht verzuimt, vliegen
met de vaart van Moszkowski de bladen om
de pianiste zoekt de plaats waartoe ze is ge
komen en vindt die niet. Da secondante zal
beter oppassen; zoo iets gebeurt je geen twee
maal.
Er waren vrij wat belangstellenden. Maar
een volgenden keer kunnen het heusch wel
méér zijn.
G. J. KALT.
KUNST AAN HET VOLK
Zolfan Szék-Jy en Ceza Frid
Ook de tweede muziekavond van Kunst aan
het Volk is een artistiek succes geworden. Zol-
tan Székely en Geza Frid ik hoorde ze voor
't eerst eenige jaren geleden in het kleine
zaaltje van den Religieuzen Kring te Aerden-
hout. Naar ik meen waren beiden toen nog
tamelijk kersversch ik kan nog steeds geen
..Kersvers" schrijven en zal me die poëzie wel
nooit eigen maken uit Hongarije hier in
Holland aangeland en luisterden ze nog naar
de namen Székely Zoltan en Frid Geza.
Sindsdien zijn ze half of heel ingeland ge
worden en ze spreken nu al zóó voortreffe
lijk Nederlandsch of misschien Neder
lands, maar dat kon ik niet hooren dat
mevrouw Székely een andere Nederlandsche
dame, die geen woord Hongaarsch kent. laat
staan spréékt, voor een Hongaars,che hield.
Zulk een miraculeuze transtalatie kan al
leen aan de invoering onzer vereenvoudigde
spelling te danken zijn: Dutsj meed izi!
Maar wat ik eigenlijk wou zeggen: toen, in
Aerdenhout, speelden ze voortreffelijk: er
was toen nog een cellist bij. die even voor
treffelijk speelde: en bun spel is er met de
jaren zeker niet op achteruitgegaan: eer zou
men kunnen beweren dat het aan rijpheid
en verfijning gewonnen heeft.
Zoo'n reproductie van de Fuga uit de Par
tita in C gr. t. van Bach als Székely te hoo
ren gaf kan in één woord meesterlijk ge
noemd worden. Daar was alles raak. daar
werd rustig inzicht tot warm leven. En welk
een reusachtige constructie is dat stuk! Daar
hoopen zich de complicaties gaandeweg op:
expositie; tusschenspel; stretta; tusschen-
spel, waarin het theam door, de figuraties
heen klinkt en eindelijk bóven een orgel
punt d zweeft; nieuwe expositie in de om
keering van 't thema; thematisch tusschen
spel dat op een orgelpunt g uitlooot; recapi
tulatie van de eerste expositie Zoo is de
bouw van het kolossale stuk volkomen even
wichtig Maar in technisch opzicht is deze
Fuga de moeilijkste van de drie die in de
solo-sonates of -partita's voorkomen. Bij het
inleidende Adagio met de vele losse e's heb
ik het lammer gevonden dat tegenwoordig
alle violisten stalen e-snaren gebruiken: die
mogen dan weinig of niet ontstemmen,
maar ze klinken heel anders dan de overige
snaren.
De „Sonate" van Veracini, waarmee be
gonnen werd. was blijkbaar geen sonate,
maar een uit vier losse stukken samenge
stelde suite, welker onderdeelen zelfs een in
de oude sonates volstrekt ongebruikelijk ver
schil van toonsoort bleken te bezitten. A gr.
t. d kl. t. F gr. t., zooiets kwam niet
voor. Het laatste stuk het Capriccio, toonde
eenige verwantschap met de Preambule uit
Bach's zesde solo-sonate: het was een be
wegelijk en levendig stuk.
Ravel's Sonate werd door Székely en Frid
met grooten klankzin en technische volko
menheid gespeeld. Het eerste hoofddeel, dat
in de lydische toonsoort van G begint en
sluit en waarin Ravel's voorkeur voor kwin
ten- en septimenoarallellen duidelijk aan
den dag komt, is het meest doorzichtige der
drie; het slot daarvan met de langdurige
hooge g in de viool is van een bijzondere
werking. Het tweede hoofddeel, de „Blues",
met al z'n uithalen en wilde pizzicati kan
me niet erg bekomen; het derde, het „Perpe
tuum mobile" is een verbluffend virtuozen-
stukje.
Na de pauze kregen we allerlei dansen te
hooren: de bekende Roemeensche van Bar-
tók Bela in de bewerking van Szekely,
Spaansche van Nin en Piemonteesche van
Sinigaglia. De Spaansche waren tot een
„Suite" samengevoegd, de Piemonteesche ln
een „Rhapsodie" ondergebracht: het was
soms amusant, soms interessant, soms bril
jant, maar over 't geheel een beetje te veel
van een genre dat hoofdzakelijk aan den
uiterlijken kant blijft. Intimiteit kwam pas
weer met het eerste toegift, de „Nocturne"
van de hoogst begaafde, helaas jong over
leden Lili Boulanger. Als tweede toegift werd
een stukje van d'Ambrosio gespeeld.
Men meene echter niet dat het auditorium
pas aan het einde van het concert warm ge-
loopen was. De magistrale weergave van
Bach's Fuga had reeds een „open doekje"
veroorzaakt; na Ravel's Sonate werden beide
uitvoerders herhaaldelijk teruggeroepen
Vóór de pauze paarde de technische per
fectie zich aan het intelligente der vertol
kingen. na de pauze aan het temperament
der spelers; reden tot waardeering. tot be
wondering was er ruimschoots.
El jen!
K. DE JO-VT.-