Het Snelle Ding Behandeling der begrootingen. Zullen er huurcommissies komen? Bezuinigingsontwerp aangesneden. DONDERDAG 28 NOVEMBER 1933 HAARDEM'S DAGBEAD 3 ien Autogeen Examen. TWEEDE KAMER Begrooting van Financiën aangenomen. Nadat de begrooting van Financiën zonder hoofdelijke stemming was aangenomen en de communist De Visser zijn motie voor vrijstel ling van coöperatieve verbruiksvereenigingen van de dividend- en tantième-belasting met de thans in den maak zijnde M. v. A. op het vaste lasten-ontwerp eenige bevrediging zal kunnen schenken. Bij de afdeeiing werkloosheidsverzekering cn arbeidsbemiddeling, verklaarde de minister In de laatste dagen voor mijn rij vaardig heids-examen begon de ouwe Chevrolet van mijn mentor er genoeg van te krijgen. Te vaak was haar gearbox gekweld als ik op te hooge snelheid terugschakelde. Te zwaar was haar motor beproefd als ik op te lage snelheid op „de derde" overging. Ze zeggen dat een schip een ziel heeft. Waarom zou een auto er geen hebben? Haai' ziel was gepijnigd, en nu deed zij opstandige dingen. Zonder naspeurlijke reden sloeg heur motor meermalen af. Daar na kookte zij, althans haar koelwater, van woede. En na een zooveelste achterwaart- schen tocht om een vierkant plantsoen heen, waarbij ik trottoirbanden ontzag maar op den i rand van een groezelig grachtje tot stilstand kwam, besloot zij ermee uit te scheiden. Haar clutchpedaal zakte droef weg, en wou niet meer „opkomen". Het baatte de oude auto niet. Mijn mentor wist raad. „Ga jij er maar achter duwen", zei hij. „Ik zal wel sturen en op de derde in schakelen als we hard genoeg rollen. Dan gooi ik het portier open en jij springt aan boord. We moeten zonder stoppen thuis zien te komen." Dit alles geschiedde vlot. Het duwen alleen viel me niet mee. Die ouwe Chevrolet had er dan toch nog een wraakneminkje van! Zouden we dit niet tijdens het examen kunnen enscèneeren? vroeg ik. Als het pe daal wegzakt en de examinator vraagt: „Wat zou u nu doen?" en ik weet het allemaal, dan is het een reuzebeurt! Wees maar blij als de rest lukt, gromde mijn leermeester. Den volgenden middag om kwart voor twee startte ik, met den Examinator naast mij. De tijd was niet aanlokkelijk. Op dit uur her vatten duizenden den arbeid in kantoren en winkels. Het was da-uk op straat, en ik had maar tweemaal in de stad gereden. Ook scheen de Groote Man een soort grimmig vermaak in mijn geval te scheppen. Hij is broodschrijver evenals ik. Wij kennen elkaar dus. Een half uur lang liet hij mij de stad door kruisen, met een kennelijke voorliefde voor het centrum. Aan rustige, breede buitenwegen scheen hij zelfs niet te denken. En terwijl ik, in de pijnlijkste concentratie mijn reeksen hand- en voetgrepen uitvoerend, mijn volle aandacht ten zeerste noodig had om onze stadgenooten ongedeerd te laten, babbelde hij opgewekt voort. Zijn conversatie was daarbij doorspekt met niets-ter-zake-doende vragen. Hebt u van dien moord in Parijs ge lezen? Nee. Kom nu! Dat hebt toch zeker gelezen? Affaire de Madame X? Er staat een portret bij. Interessante vrouw, hè? Ja. Nu dan.... u vergeet uw richtingwijzer, moet u nooit doen, ernstige fout.gelooft u dat ze het gedaan heeft? Nee. Ik wel. Maar de Fransche politie, tegen over zoo'n verdachte.... nu, die zegt mis schien ook wel nee! Mag men de aandacht van den chauffeur in druk verkeer afleiden? Leid ik u dan af? Neen! zei ik kwaad Deze punten behoor den klaarblijkelijk tot de examenvragen. Mijn mentor had vergeten ze met mij te repeteeren. De Groote Man praatte door.. Hij slaagde erin. mij op kunstige wijze tusschen de stads en de Leidsche tram bij de stadsconducteurs bekend als „de Parijzenaar"i in te lasschen. ■Wij reden alle drie. Fietsers flankeerden mij. Zij slingerden. Ik. transpireerde. De Examina tor praatte. Ik dacht: straks zitten we samen op een wolk, en spelen op een harp. De man heeft genoeg van het Leven. Mooi weer, zei hij vroolijk. Aardige sport hè, dat autorijden! Mijn tanden knarsten. De stadstram stopte. Ik ook. De ouwe Chevrolet werd weer obsti naat, en de motor sloeg af. Moet u niet doen, zei de Examinator. Moet u nooit doen. Het is niet verstandig. Het kan gevaarlijk zijn in dank verkeer. Dit is een ouwe wagen. Haha! Dat zeggen ze allemaal. Uit boosheid hield ik de startknop te lang' omlaag, en die Chevrolet krijschte rauw. Dat is er niet goed voor, zei de Deskundige i met beslistheid. Rijdt u al lang? Neen. Erg kort? Evenmin. Middelmatige tijd Hm. Goed antwoord. Hij grijnsde. Twee straten verder liet hij mij tusschen een dwarsstaande handkar en een trotttoir doorrijden. Het kon net. Tegen de handkar leunde een slungel die een krant las, en niet op- of omkeek toen ik zijn teenen op enkele centimeters miste. Hoek links om. beval de Examinator. Stoppen! En nou achteruit dat straatje weer in. en nog eens tusschen die handkar en dat trottoir door! Ik deed het. Wij draaiden het straatje in. De slungel stond er nog, en bleef roerloos. Gemengde krantenkoppen doorflitsten mijn breinRoekeloos Automobilist doodt Weerloos Handkar-manEenige Zoon van Oude Moeder.... Gruwelijke Verkeer sf out. Gevolgen van een Achterwaartsch Uitstapje.. Leefde de roerlooze slungel? Ik miste hem opnieuw op enkele centimeters. Hij bleef aan dachtig lezen, ook toen ik hem voor de derde maal passeerde. Het werd duidelijk. Hij was natuurlijk voor deze taak gehuurd. Misschien was hij wel een beambte in vasten dienst; de rijks-doods verachter van het Bureau voor Rijbewijzen, of zooiets. Even later sloeg de motor opnieuw af. In de garage van de ouwe Chevrolet hadden ze mij gezegd: op tweemaal afslaan zakt u, as 'n huis zoo vast! Bovendien had ik al driemaal mijn richtingwijzer vergeten in te trekken. Een vier voor een hoofdvak, een drie voor een bijvak, dacht ik. Gezakt. Geen reden meer om mij druk te maken. Rijdt u maar naar huis, zei de Examina tor opgewekt. Met zekere zorgeloosheid werd dit bevel op gevolgd. Nog één druk punt.... Rijdt u maar wat harder! Neen, zei ik. Dat verdik. Hij lachte. Wij arriveerden behouden. Mooi was het niet, zei hij, maar ik laat u er door. Een klein zesje. Het is niet prettig, op je veertigste nog eens examen te doen. Om den hoek sloeg de ouwe Chevrolet voor. de derde maal af. Ik hoorde haar erbij grin niken. overgroote meerderheid had zien verwerpen, kwam de begrooting van minister Slingenberg weer onder het mes. Opnieuw pleitten de heer Jan ter Laan (s.d.i en mevrouw Mr. Bakker- Nort (v.d.) voor een tegemoetkomende hou ding tegenover de destijds voor het betref fende examen niet-geslaagde tandtechnici. doch zonder succes. Want de minister was het met mevrouw De Vries-Bruins(s.d.) eens dat het nu uit moest zijn met dat telkens weer trachten te tor nen aan de toch al niet gemakkelijk tot stand gekomen regeling. Uit 's ministers rede omtrent de volkshuis vesting zij vermeld, dat hij verklaarde, dat ook de regeering van de dringende noodzaak van huurverlaging overtuigd is. Er is intus- schen van Rijkswege, naar Mr. Slingenberg verder aantoonde, al heel wat in die richting gedaan. Met dat al zal zij actief blijven in haar streven naar bevordering van huurver laging van particuliere woningen; het wets ontwerp in zake verlaging van vaste lasten schrijft overigens huurverlaging voor. De minister vond, dat de Regeering zich niet moet bemoeien met de geheel zonder Rijkssteun gebouwde woningwetwoningen. Óp stimulatie van nieuwen aanbouw, voor al van kleine wonin gen, kan men rekenen, maar als er nog huizen leeg staan, moet gepro beerd worden die tegen lager huur bezet te krijgen. Waar de huur- bijslag belemmerend werkt voor huurverla ging van goedkoopere woningen is het denk baar dat men tenslotte den steuntrekkenden dien bijslag niet meer zal gaan verstrekken. Den voorstanders van de mogelijkheid der instelling van huurcommissies bereidde Mr. Slingenberg nog een kleine verrassing met zijn mededeelïng, dat hun in dit opzicht misschien Vordering tegen de Koninklijke toegewezen. AMSTERDAM, 27 November (AN.P) De kantonrechter rnr. L. S. G. de Hartogh wees vandaag vonnis in de procedure, die door een couponhouder aanhangig is gemaakt tegen de Koninklijke petroleummaatschappij en de Nederlandsche Handelmaatschappij. Ge vorderd werd door den couponhouder betaling van de coupon naar de geldende wisselkoeis De kantomecht%r wijst de primaire vorde ring tegen de Koninklijke (betaling hoofd som berekend tegen de koers van den dag) toe en verklaart niet-ontvankelijk de vorde ring nzake de rente. De vordering tegen de Ned. Handelmaatschappij wordt niet-ontvan- kelijk verklaard (Zitting van Woensdagmiddag) Woensdagmiddag twee uur werden de al gemeene beschouwingen voor 1936 voortgezet. De heer Van de Walle (S.D.A.P.zet de replieken voort. Ten aanzien van zijn voor stel tot oprichting van een provinciale In- dustriebank is hij het met den heer Bomans eens, dat de regeering op dit gebied nogal eens van standpunt verandert. Maar op dit oogenblik schijnt de regeering toch er vóór te zijn. Het verheugt spreker, dat de heer Bo mans heeft toegezegd, dat Ged. Staten over dit voorstel prae-advies zullen uitbrengen Naar aanleiding daarvan wenscht spreker geen stemming over zijn voorstel. De heer Pothuis (S.D.A.P.vraagt, een staat van het privé-bezit der provincie aan de Staten te willen overleggen. Hierover heeft hij niets in de stukken gevonden. Duplieken. De heer Polak (Ged. Staten) (S.D.A.P.) du pliceert nog in het kort. Hij antwoordt den heer Sneevliet, dat zijn politieke overtuiging, sinds hij lid van Ged. St. is geworden, niet ver loren heeft. Maar het college, dat immers uit mannen van verschillend politiek inzicht be staat. probeert samen te werken in het be lang van de provincie. Ged. Staten zullen aan den wensch van den heer Pothuis, om een staat van het privébezit der provincie aan de Staten over te leggen, voldoen. De heer Miche 1 s (Ged. Staten» (S.D.A.P.» acht het voorstel-Seegers ten aanzien van de verlaging der subsidies met 10 pCt. onaan nemelijk. Spreker geeft den heer Sneevliet ln overweging, het voorstel in te trekken. De heer Bomans (Ged. Staten (R.-K.) zegt dat men. wanneer het vraagstuk van de jeugdwerkloosheid verkeerd wordt aangepakt, een jaar achteruitraakt. Die zaak eischt de grootste voorzichtigheid. Daarom is spreker niet bereid, nu reeds in deze richting een ver klaring af te leggen, die hem bindt, i De beraadslagingen over de begrooting der provinciale inkomsten en uitgaven voor 1936 worden hiermee gesloten. eerbied te hebben voor wat de vakorganisaties op het stuk der werkloosheidsverzekering tot stand hebben gebracht en hij denkt er" dan ook niet aan maatregelen te treffen, die dat werk in gevaar kunnen brengen. Daarom wil hij ook niet aan het advies van den heer Louwes (lib.) gevolg geven om steunverleening en verzekering door elkaar te halen. Tenslotte stip ik nog aan, dat de minister de verzekering kon geven, dat er geen sprake is van een op handen zijnde subsidieverlaging, maar alleen van eenige aan te brengen technische ver beteringen E. v. R. EERSTE KAMER. Toekomstlijnenaldus Dr. Colijn. De tijd van de raadslieden der Kroon is ln deze zorgvolle dagen meer waard dan veel fijn goud. Aldus vermaande de voorzitter van ochtend de aspirant-sprekers tot kortheid. Nu, het succes bleef niet uit. Als eerste spreker trad Mr. van Lanschot (R.K.) op, die o m. verklaarde dat momenteel alle bezuinigingsmaatregelen, dus ook die welke slechts perspectief-karakter hebben welkom zijn. mits de rechtvaardigheid in acht wordt genomen. Verdere verhooging van de belastingen achtte deze afgevaardigde even als o.m. later Mr. Pollema (c.h.) niet meer wel doenlijk: de grens van den belastingdruk is nu wel bereikt. Maar misschien kan er nog wel het een en ander, b.v. op de crisisdiensten met 7000 man personeel, bezuinigd worden. De leider der R.K. fractie drong intusschen bij de Regeering op nog wat geheef anders aan. Zij moest z.i. meer aandacht aan de psycholo gische zijde van het crisisprobleem wijden en stimuleerend te werk gaan ten einde aldus de hoop levendig te houden en de burgerij in staat te stellen tot grimmige volharding tot het volhouden van den strijd tegen moedeloos heid. Hem ontlokte de financieele opzet van het Plan van den Arbeid kritiek evenals aan Mr. Droogleever Fortuyn en aan den Minister- President. Uitvoering stond deze spreker vervolgens stil bij de wijzigingen die de Regeering in de Beleggingswet voorstelt. Een bezwaar ziet Mr. van Lanschot in de be voegdheid welke de Regeering verwerft om van al de beleggingen der fondsen de rente omlaag te brengen en de aflossingen te wijzigen. Deze machtiging gaat te ver; enfin, als Mi nister Oud nog eens goed laat uitkomen, dat de Regeering er alleen bij wijze van uitzonde ring gebruik van zal maken voor zeer bepaalde doeleinden zal de heer v. Lanschot wel weer vrij gerust zijn. Ook de heer de la Bella (s.d.) toonde zich bijzonder bezorgd voor de fondsen, zij het ook weer op een beetje andere wijze; hij achtte het. vooral van groot belang nog eens duidelijk te kunnen vernemen of het Rijk steeds alle aan gegane verplichtingen zal nakomen; hij bleek Het voorstel-Seegers om steun te ver- leenen aan de noodlijdende tuinbouwkweekers, landbouwers en veehouders, totdat zij een in komen van f 20 bereikt hebben, wordt verwor pen. Alleen het communistische lid De Vries stemt voor. Het voorstel-S n e e v 1 i e t (Rev. Soc.t geen korting op de subsidies aan sociaal-hygiënische instellingen wordt eveneens verworpen, mei 46 stemmen tegen één. Goedgekeurd wordt het voorstel van Ged Staten, om van de Maatschappij „De Een dracht" 243 H.A. grond aan te koopen a f 900 per H.A De Ziekenhuizen. D r. Droog (R.K.) verheugt er zich over. dat door den bouw van een Zusterhuis bij her ziekenhuis nabij Santpoort het vraagstuk van de huisvesting der zusters een oplossing heeft verkregen. Het meest economische voor de provincie is, het ziekenhuis Medembük te be houden. Dr. Droog bespreekt ook het scheids gerecht. Als een ambtenaar of werkman meent, niet goed behandeld te zijn, dan kan hij zich tot het scheidsgerecht wenden. Dit is natuurlijk goed. Maar dit scheidsgerecht is heel duur. Bovendien is het moeilijk om de negen leden van dit scheidsgerecht bij elkaar te krijgen. Het duurt soms maanden, eer zulk een kwestie behandeld wordt. Dat is niet aan genaam voor den betrokkene en ook niet voor den directeur. Daarom zou spreker willen, dat dit scheidsgerecht voor het behandelen van een zaak aan een termijn gebonden wordt, bij voorbeeld van veertien dagen. Het aantal leden van het scheidsgerecht zou hij ook klei ner willen hebben, wat een kleine bezuiniging voor de provincie is. De heer Ankersmit (S.D_A.P.) bepleit het aanstellen van één directorium voor de drie ziekenhuizen. De heer Stapel (V.B.) vraagt, het gebruik van margarine in de ziekenhuizen te vervan gen door roomboter. De heer Klaas de Vries (V.D.) verheugt er zich over, dat de actieve arbeidsthtrapie in de ziekenhuizen zulke goede resultaten heeft gehad. Daarvan getuigt o.a. de tentoonstelling, die eenige dagen geleden te Haarlem gehouden niet vrij van vrees, dat tenslotte de rechten der verzekerden wel eens zouden kunnen wor den aangetast. Tegenover de z.i. al heel poovere resultaten van het Regeeringsbeleid plaatste deze spi'eker de voordeelen, die het Plan van den Arbeid belooft, waarna Mr. Droogleever Fortuyn (lib.) met alle waardeering voor dat plan toch de z.i. financieele onhoudbaarheid aantoonde. Uitsluitende doelstelling van het Kabinet, zoo betoogde Mr. Pollema. moest eigenlijk zijn: credietbewaring. d.w.z. eiken maatregel diende het te toetsen aan de vraag of daardoor geen verstoring van het staats- of maatschappelijk crediet zou kunnen ontstaan. Een groot ver zuim achtte hij het. dat de Regeering niet eerst tot consolldecring der vlottende schuld was overgegaan. Na een devaluatie-pleidooi van den heer Serrarens (R.K.) volgden nog enkele niet zeer belangrijke redevoeringen, waarop Minister Colijn aan het woord kwam Hij wees er nog maals op. dat het onjuist is te beweren, dat het Kabinet een deflatie-politiek voert. Neen. het beleid der Regeering is op een ruimer, min der eenzijdig doe! gericht, te weten op aan passing van de productie bij de nog bestaande afzetmogelijkheden cn aanpassing van kost prijzen bij goederenprijzen. Minister Colijn gaat met de leuze „houdt er den moed maar in" volkomen accoord. Maar. 200 verklaarde hij met grooten nadruk, juist omdat wij die leuze trouw wenschen te zijn, doen wij het noodige, zooals landbouwsteun, contingenteeringsmaatregelen en dergelijken. Wat ik niet wensch te doen, is het voorspie gelen van fata morgana, zoo verklaarde de Premier, die in dit verband nog aantoonde (nadat eerst al tegenover Mr. Pollema be toogd te hebben, dat het Kabinet het pro gramma waarmee het in Juni 1933 optrad niet. verraden had) dat het Plan van den Arbeid als fata morgana te beschouwen is. De erva ring toch heeft reeds geleerd, dat men zelfs in 11 jaar tijd niet eens voldoende nuttige werken kan tot- stand brengen om 60 millioen daaraan te kunnen uitgeven. Hoe zal het dan mogelijk zijn 200 miilioen in één jaar voor nuttige openbare werken aan te wenden? Of, zoo vroeg Dr. Colijn, wil men soms beweren, dat er door ons t.a.v. de 60 millioen sabotage is gepleegd?! In den loop van het debat hadden sommige sprekers kenbaar gemaakt, dat bij ons de toe stand toch veel ongunstiger was dan elders, wat o.m. uit vergelijkende cijfers op het stuk van de werkloosheid zou zijn op te nemen. Met klem verwierp de Minister-President deze stelling. Door Mi', v. Lanschot naar toekomstplannen gevraagd, gaf de Premier te verstaan, dat wij tegenwoordig bijkans van den dag op den dag moeten leven en hij dus geen toekomstlijnen kon uitstippelen. E. v. R. Chauffeur zou roekeloos hebben gereden. Op Donderdagavond 9 Mei jl. te omstreeks 11 uur in den avond had op den Haarlem merweg bij het Kruithuis een ernstig ver keersongeluk plaats, waarbij mevrouw dr. De V. het leven verloor. Dokter de V.. wiens auto wegens panne aan de rechterzijde van den weg stilstond, duwde het voertuig met behulp van zijn vrouw een stukje op. Mevrouw de V. liep achter de auto langs met de bedoeling van buiten af het stuur te draaien. Daartoe wilde zij langs de linker zijde van de auto loopen, de zijde waarlangs het verkeer in de richting Amsterdam gaat. Op dat fatale moment kwam de chauffeur J. G. de J.. die in een huurauto met zijn meisje op weg was naar Amsterdam, aanrij den. Hij zag noch de stilstaande auto noch mevr. de V. Bij de botsing werd mevr, de V. zwaar gewond, zij overleed kort na het on geluk. De auto van den chauffeur sloeg om en de inzittenden liepen lichte verwondin gen op. De 23-jarige chauffeur had zich gisteren voor de rechtbank te verantwoorden.- wegens veroorzaken van dood door schuld. De deskundige L. W. Oosterhuis was van meening, dat de verd roekeloos had gere den. De Officier van Justitie requireerde twee maanden hechtenis. is. Spreker brengt hulde aan hen, aan wie deze gunstige resultaten te danken zijn. De heer Mie hels »Ged. Stater.) zegt. da. hij het tijdstip voor invoering van voor- en nazorg nog niet gunstig acht. Spreker is er een principieel voorstander van. Het vraag stuk van den verpleegprijs wordt elk jaar door Ged. Staten bij het opmaken van de begrooting met grooten ernst bekeken. Wat het opnemen van patiënten betreft, merkt spreker op, dat in den regel alleen de lastig ste patiënten in de ziekenhuizen worden op genomen. De patiënten worden zoo lang mo gelijk thuis verpleegd. Met nadruk weerlegt hij de bewering' van Dr. Heijermans, dat pa tiënten om financieele overwegingen langer in de ziekenhuizen worden vastgehouden, dan strikt noodzakelijk is. Ze worden zoo spoe dig mogelijk ontslagen. De vervanging van margarine door roomboter is niet mogelijk. Dat zou te veel geld kosten. Het Wegenfonds. De heer Thomassen (S.D.A.P neemt genoegen met de toezegging van Ged Sta ten. dat zooveel mogelijk voortgang met den wegenaanleg gemaakt zal worden. Dienzelf den voortgang vraagt hij met de uitvoering van de werken voor het kanaal Hoorn Medemblik. want het gaat hem nu te lang zaam. Spreker betreurt het. dat aan de brug over het kanaal in Kortenhoef zoo weinig uiterlijk schoon is gegeven. Mej. Mr. Rib bi us Pe le tier 'S.D.A.P.» zegt, dat Noord Holland In den strijd tegen de lintbebouwing een eervolle plaats inneemt. Toch vraagt zij, of de verordening wel vol doende is om de lintbebouwing, de egoïstische wijze van bouwen, zooveel mogelijk tegen te gaan. Een afdoende bestrijding van de lint bebouwing is echter alleen mogelijk, wanneer de Rijkswetgever optreedt. Toch hebben Ged. Staten ook een uitgebreide bevoegdheid, om deze bebouwing zooveel mogelijk tegen te gaan. De heer Heilker (R.K.) brengt ook huid? aan de nagedachtenis van den heer Zeeman. Ook brengt hij lof aan het personeel van den Provincialen Waterstaat, voor de voortvarend heid, bij het werk betracht. De heer Lu den (Chr. Hist.' vraagt aan Ged. Staten of zij hun aandacht willen wijden aan een verscherpt toezicht op sommige wegen. De heer Bomans 'Ged. Staten) geeft den heer Thomassen gelijk, dat de brug te Korten hoef allereenvoudigst is. maar er moet niet alleen op het schoon gelet worden, doch ook op de goedkoopte. Ten aanzien van de lintbe bouwing kan de provincie alleen aanvullend optreden. Hij wil deze kwestie echter gaarne nog eens met den directeur-hoofdingenieur onder de oogen zien. Hij zegt aan mej. Rib- bius Peletier toe, dat de provincie op dit ge bied zal doen, wat mogelijk is. Te kwart over vijf wordt de vergadering ge schorst tot heden Donderdagmorgen half elf, Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van 1885. 28 November; Het Comité tot oprichting der Haar- lemsche Schouwburgvereeniging heeft bij circulaire de inschrijvers voor aan- deelen ln een nieuw op te richten schouwburg alhier van hun verplichtin gen ontslagen. Aangezien zoo heet het in de circulaire zonder een belangrijk gemeente-subsidie de oprichting tot de onmogelijkheden behoortis men tot de treurige noodzakelijkheid gekomen, van verdere pogingen tot de stichting van zulk een schouwburg af te zien. Werkfonds wordt versterkt. Met f 20 a f 25 millioen. Wet tegen lintbebouwing in voorbereiding. Rijks Geologische Dienst een stichting. De minister van Waterstaat jhr. ir. O. C. A. van Lidth de Jeude heeft in de Memorie van Antwoord op het Vuorloopig Verslag der Tweede Ka mer over de begrooting van zijn de partement enkele zeer belangrijke fei ten aangekondigd. Deze zijn: Een wetsontwerp tot versterking der middelen met f 20 a 25 millioen gul den zal worden ingediend. De rijks-geologische dienst zal, zoo als wij in ons nummer van vorige week Zaterdag reeds meedeelden, niet geheel «orden opgeheven. Hij zal voorloopig in den vorm van een stichting blijven bestaan. Verder nog: een nieuw wetsontwerp tot bestrijding van het euvel der lintbebouwing; een andere regeling tusschen de Nederlandsche spoorwe gen en de N. V. Spoor hout en publi catie van een resumé van het rapport Verschuur over de mijnindustrie. Een nieuwe landverhuizerswet. Ontwerp bij de Tweede Kamer ingediend. Bij de Tweede Kamer is ingediend een nieuwe landverhulzerswet. welke een reeds lang voorbereide omwerking van de wet van 1861 beteekent. De wei welke tot titel draagt,, Bepalingen met betrekking tot emigranten", wil zich meer aanpassen aan de hui dige tijdsomstandigheden. De „Amsterdam" weer in de vaart. Op 21 Januari naar Curasao. Naar wij vernemen staat het thans vast. dat 't grootste vrachtschip van ons land, de „Amsterdam" van de Kon. Ned. Stoomboot Mij. dat geruimen tijd opgelegd is geweest, weer in de vaart zal worden gebracht. Het schip, dat in de Zuid-Pacific Lijn komt, zal 10 Januari naar Hamburg vertrekken, keert dan via Antwerpen naar de hoofdstad terug en zal 21 Januari de reis naar Curasao aan vaarden. (A.N.P.) Aaf Bouber gehuldigd. Woensdagavond is Aaf Bouber te Am sterdam door een stampvollen Stads schouwburg gehuldigd ter gelegenheid van haar zilveren tooneel jubileum. Als jubi leumstuk had zij gekozen „Het kind van de buurvrouw". Het auto-ongeluk in Nigtevegt. Autobestuurder in vrijheid gesteld. De Raadkamer der Arrondissementsrecht bank te Amsterdam heeft den automobilist J. O., wonende te Bloeemndaal. die ervan ver dacht werd begin October van dit jaar op zettelijk bij Nigtevecht in het Merwedeka- naal te zijn gereden, waardoor zijn vrouw en dochtertje om het leven zijn gekomen, in vrijheid gesteld. De man heeft ruim een maand in voorloo- pige hechtenis doorgebracht. Begin October had bij Nigtevecht een tra gisch ongeluk plaats. Genoemde automobilist reed ln gezelschap van zijn vrouw en doch- tje op den kanaaldijk tusschen de draaibrug en Nigtevecht. Plotseling zagen wielrijders dat de man blijkbaar het stuur kwijt raakte en recht het water inreed. De auto verdween geheel onder water. Enkele oogenbükken la ter kwam de man boven water en klom op de auto. De vrouw en het dochtertje verdron ken. Kort na het ongeval gingen in de woonplaats van O. geruchten dat het ongeluk moedwil lig zou zijn veroorzaakt. De Bloemendaal- sche recherche hoorde o.a., dat hij in onmin met zijn vrouw leefde en relaties met iemand anders zou hebben aangeknoopt. De vrouw zou echtscheiding hebben aange vraagd. Een en ander werd medegedeeld aan den burgemeester van Weesperkarspel. in wiens gemeente het ongeluk plaats had. Onmiddel lijk waarschuwde hij den Officier van Jus titie te Amsterdam. Op Zaterdag 12 October is O., op last van den Officier van Justitie, die een uitvoerig onderzoek ter plaatse instelde, gearresteerd. Hij werd ingesloten en de rechter-commissa ris vond termen de rechtbank te verzoeken O. gedurende een termijn van 30 dagen in het Huis van Bewaring in te sluiten. Deze 30 dagen waren thans verstreken en de raadkamer besloot verdachte in v 1 te stellen, .(A.N.P.) Provinciale Staten. Algemeene beschouwingen. J. ter Lean (S.D.A.PJ

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5