ZATERDAG 30 NOVEMBER" 1935
HAARDE M'S DA'GBEA D
14
Paula Wessely beheerscht
„EPISODE" de film in Rembrandt
Paula Wessely, die „Episode" tot een belang
wekkende film maakt.
Episode heeft een begin en een slot.'t Begin
Is meer een tragedie, het slot een operette
film. In een ommezien is de Weensche infla
tiestemming van 1922 duidelijk gemaakt,
een tijd van financieele catastrophen te mid
den van feesten, smokings en schijnbare rijk
dom. Ook in een oogwenk heeft Paula Wes
sely de aandacht door haar optreden, haar
stem, gebaren, houding en iedereen weet van
het eerste oogenblik af: dat is een bijzondere
actrice, dat is Paula Wessely. De anderen,
ofschoon zij wel bij haar passen, vallen onmid
dellijk af tegen haar, die eigenlijk alleen de
heele film is. Geen wonder dat zij op de
iBiennale te Venetië de hoogste onderschei
ding kreeg, voor haar spel in deze film.
Want Paula Wessely is Episode. Episode
de voorbijgaande verbintenis van een rijken
ouden heer met een arm meisje. Die meestal
eindigt in een getypten brief zonder afzender.
Een verbintenis die Paula Wessely niet wil.
ofschoon zij toch geld noodig heeft om haar
moeder niet te laten merken dat haar ver
mogen verdwenen is.
Er zijn mogelijkheden genoeg voor een erg
tragische film. Doch de tragische films zijn
zeldzaam. Want zij laten een ontevreden ge
voel achter, omdat met dezelfde moeite het
einde gelukkig gemaakt kan worden en we
gaan nu eenmaal liever met de idee naar
huis dat alles op z'n pootjes terecht kwam,
dan dat we nog eens een uur werkelijk zouden
moeten gaan nadenken.
Hoe het zij, de oude heer die een echte
Maecenas voor Paula Wessely is, zonder bij
bedoelingen, is Otto Tressier, wiens beide
zoons ook in de film als zijn zoons optreden:
Hans Jurgel Tressier en Wolf Dieter Tressier.
Hun opvoeder is Karl Ludwig Diehl en wan
neer wij nu nog vertellen dat er een chèque
ter sprake komt, die niet geïnd mag worden
en toch geïnd wordt, kan men begrijpen, dat
onder deze omstandigheden alle kans is op
veel misverstanden, veel versmade goede be
doelingen en veel narigheid.
In do oplossing ligt dan het karakter van
het stuk. Hier is het een operette geworden,
althans het type ervan.
Uit filmisch oogpunt gezien is Episode op
vele plaatsen voortreffelijk. De wijze waarop
in de inleiding het stemmingsbeeld wordt
gegeven-, kan niet beter worden gevonden.
Flitsen muziek, flitsen schittervreugde, een
revolverloop, een vertwijfeld gezicht. Een knal
Ontzetting'bij alle aanwezigen. Krantenarti
kelen.
De regie van Walter Reisch, (die tevens de
auteur van het stuk is) toont dat de spe
ciale gaven van Paula Wessely ook een specia
le regie mogen eischen.
De soberheid, die voorts overal is betracht,
zoowel in de toch rijke omgeving van den
kunstliefhebber als in de academie voor beel
dende kunsten en bij Paula Wessely thuis,
draagt er veel toe bij de gaven van de actrice
zelf nog beter te doen uitkomen.
Want bij Paula Wessely behoort eenvoud
en matigheid, zonder dat men kan beweren,
dat 'zij eenvoudig is en lusteloosInte
gendeel, doch haar is de Dietrich of Mae-
Westsfeer geheel vreemd omdat l^ar geest
sprankelt van waarheid!
Het voorprogramma van Rembrandt Thea
ter heeft wereldnieuws, een gekleurde teeken
film en Chineesche comische acrobaten op
het toeneel.
„Op hef verkeerde spoor", een
detectivefilm in Luxor.
Rieardo Cortez en Virginia Bruce trouwen in
„Op het verkeerde spoor".
Een opeenstapeling van Amerikaansche
nonsens. Dat is „Op het verkeerde spoor",
een detectivefilm in het Luxor-Theater. Maar
het eigenaardige is dat de film toch boeit,
ondanks dat de eigenlijke ontknooping er
feitelijk aan de haren is bijgesleept.
Ui: deze film moet men den indruk krij
gen dat een Amerikaan alles gelooft dat
hem wordt voorgezet, óf dat hij meent met
de logica wel een loopje te mogen nemen.
De helden, Rieardo Cortez, Virginia Bruce
ga Constance Collier weten er wel wat van
te maken, hetgeen niet moeilijk is, omdat
er weinig eischen in de film aan hen worden
gesteld. Voor de laatste, een oude. zéér eigen
aardige tante mag op dit laatste een uitzon
dering gemaakt worden.
Een paar rijke dames en heeren krijgen
society-ruzies, deelen stompen uit, schieten
kogels af en vermoorden elkander zoo een
beetje. Een journalist, die voor geld schrijft
of tegen nog hoogere belooning zijn pen in
den zak houdt, zwermt om de troep heen.
Hij weet natuurlijk alles, evenals de oude
tante, die thuis op een bioscooporgel speelt
en in twintig jaar het huis niet heeft ver
laten omdat haar geliefde is gestorven, een
geliefde, dien zij nota bene zelfde bons heeft
gegeven, om het nu maar eens zoo uit te
drukken
Deze film is een detectivefilm, maar heeft
soms bar veel weg van een klucht met sen
satie-effecten. Wie de kogels nu werkelijk af
schietdat zal tante Melissa wel ver
tellen.
Het is niet te vergn „Op het verkeerde
spoor" ernstig te bezien, 't is een film van
het Amerikaansche detectivesoort, met veel
humbug en een gewrongen eind. Die eigen-
aardigerwijze toch spanning wekt.
Nieuws, een film over Egypte en een ko
misch filmpje met Telma Todd vormen het
voorprogramma.
Frans Hals prolongeert
Suikerfreule.
Het heele programma in het Frans Hals
theater is nagenoeg hetzelfde gebleven. Al
leen het nieuws is natuurlijk door nieuwer
nieuws vervangen.
Annie van Duyn, Louis Borel, Louis de
Bree. Aaf Bouber, Johan Elsensohn. Hans
van Meerten, Corrie Vonk en de anderen in
Suikerfreule blijven nog een week in Haar
lem.
Zooals wij verleden week reeds schreven is
het succes ongetwijfeld aan het Nederland-
sche karakter der film te danken. En dit suc
ces zij Suikerfreule dan ook ten volle ge
gund.
Watt en een nieuwe i Watt
in Palace.
Watt en half Watt waren we eigenlijk al
zoo'n beetje vergeten. In de „stomme" periode,
die in onze gedachte al weer zoo lang achter
ons ligt, behoorden de Korte Dikke en de Lange
Magere tot de vaste bezoekers van onze stad
en zij zijn ten allen tijde welkome gasten ge
weest. Watt en half Watt, dat waren de pala
dijnen van den Lach en hun verschijnen be-
teekende een avond van gegarandeerde pret.
Het komische koppel is later min of meer op
Schenström en Petersen, het nieuwe
„Watten"-duo.
den achtergrond geraakt, wat niet wil zeg
gen, dat zij van het tapijt verdwenen. In ieder
geval zijn hun oude vrienden thans in de ge
legenheid de kennismaking grondig te her
nieuwen. Althans wat betreft den honderd
procent Watt, in het burgerlijke bestaan
Schenström geheeten. want de kleine Madsen
wordt in deze film door een anderen halven
Watt vervangen. Die verandering heeft het
duo wel een eenigszins gewijzigd aanzien ge
geven, want al heeft de heer Petersen dezelfde
proporties van zijn voorganger, zijn grappen
makerij is toch van heel andóren aard dan die
van Madsen, waarin iets filosofisch-berustends
besloten lag. Petersen is voor alles de pias, een
rol, die overigens bij hem wel in goede handen
is. Men mist ontegenzeggelijk den kleinen ko
miek met de slaafsche manieren, maar niet
temin blijkt, dat het publiek de nieuwe com
binatie een even goed hart toedraagt als het
vroegere duo. Want de vele zotte avonturen
van het Wattenpaar vinden bij de toeschoU'
wers hetzelfde dankbare onthaal als weleer.
Die avonturen zijn van het beproefde genre,
dat nog altijd groote aantrekkelijkheid blijkt
te bezitten: de traüitioneele knokpartijen met
en zonder medewerking van huisraad, een
verstoord diner ditmaal veroorzaakt door
een losgebroken witte muis en natuurlijk
zien we het tweetal ook in al zijn gelukte en
mislukte pogingen ter bescherming van de
deugd en bestrijding van het kwaad. De humor
blijft in „Met volle muziek" overal aan de
oppervlakte. Men moet deze film dan ook een
voudig als een klucht beschouwen en in die
hoedanigheid heeft zij de niet geringe verdien
ste een zaal vol lachende gezichten te voor
schijn te roepen.
Vermelden wij nog, dat een der hoofdrollen
door miss Europa, een bijzonder knap en
charmant meisje, wordt vertolkt.
De binnenlandsche filmreportage geeft o.a.
aardige fragmenten te zien van den glorieuzen
intocht van den Sint in de hoofdstad, van het
buitenlandsche nieuws noemen we eenige in
teressante beelden uit de Abessynische hoofd
stad.
Een kostelijk teekenfilmpje een uit de
serie Looney tunes beschrijft de ontstellen
de nachtmerrie van den „cartoonist", die zich
door zijn eigen scheppingen bedreigd ziet.
Het tooneelnummer wordt verzorgd door den
heer Tom Jersey, die eerst eenige prestaties
op het gebied der goochelkunst ten beste geeft
en vervolgens op een scherm een reeks fraai
weergegeven schaduwbeelden toovert.
H. C. WELLS schreef een
fantastisch filmscenario.
De geschiedenis der menschheid
tot in lengte der toekomst.
De Engelsche schrijver H- G. Wells heeft
thans samen met de bekende filmregisseur
Alexander Korda alle opnamen voor de ver
filming van zijn boek „The Shape of Things
to Come" tHoe de Komende Dingen eruit
zullen zien.) voltooid.
Men kan zich echter reeds thans, voordat
de film volkomen is afgewerkt en in de
theaters vertoond wordt, een beeld ervan vor
men. Want de heer Wells, die er ondanks zijn
zeventig jaren maar niet genoeg van kan
krijgen om de wereld nieuwe verrassingen
voor te zetten, heeft zijn filmscenario als boek
uitgegeven en daarmee naar zijn meening
een nieuwen vorm van litteratuur in het leven
geroepen. Film-scenario's zijn gewoonlijk
dorre geraamten, een mengsel van techni
sche aanduidingen en uitdrukkingen met hier
en daar een gesproken zin. H. G. Wells heeft
bij het schrijven van zijn scenario echter de
zelfde tooverformule gevolgd, die G. B. Shaw
voor zijn tooneelstukken gebruikt. Hij komt
onze verbeelding te hulp door korte en tref
fende beschrijvingen van de scène, door een
typeering van de figuren, die op het doek ver
schijnen. Hij heeft daarmee inderdaad be
reikt. dat we zijn scenario lezen als een span
nende, vlotte film, waarvan beeld na beeld
in onze gedachten worden geprojecteerd.
Om een voorbeeld van zijn werkmethode te
geven geef ik hier de vertaling van de scène,
die volgt als de vader afscheid heeft genomen
van zijn zoontje om het mobilisatiebevel op te
volgen
Hij gaat heen, Horrie blijft alleen. Hij slaat
op zijn trommel. Eerst in gedachten, dan
meer en meer bewust. Hij slaat de trom, be
gint te neuriën en marcheert. Steeds enthou
siaster Neuriet luider, zonder woorden.
Het slaan van de trom gaat over in marsch-
muziek die voortgezet wordt in de volgende
beeldflitsen. Achter Horrie worden marchee-
rende troepen vaag zichtbaar, zij loopen met
hem op de maat van zijn trommel. Zij worden
duidelijker naarmate hij vervaagt.
Het effect van marcheerende legers.
De marcheerende troepen worden spook
achtig vaag en verdoezelen tenslotte geheel.
De scene gaat over in 'n vredig winterland
schap, maar overal zijn oorlogsvoorbereidin
gen zichtbaar. Op den voorgrond een zacht-
kabbelende rivier, die het landschap weer-
H. G. Wells, die zich nu ook voor de film gaat
interesseeren.
spiegelt. Plotseling breekt de waterspiegel
en geweldige tanks kruipen uit het
water omhoog. De mond van een geweldig
kanon steekt plotseling op boven de vredige
velden. Uit de lucht zien we neer op wegen
vol oorlogsmateriaal op weg naar het front."
Dit is slechts een klein brokstukje uit de
filmbeschrijving van Well's toekomst-fanta
tie, die ook voor de stoutste visioenen niet
terugschrikt. Een oorlog wordt in de naaste
toekomst voorspeld, die een einde aan alle be
schaving maakt en vreeselijke ziekten onder
het menschdom brengt. Na een periode van
chaos, van gebrek aan alles, waarin de over
levenden zich in elkaar bestrijdende terroris
tische staatjes hebben vereenigd, bereikt
het menschdom tenslotte een hoogeren Staat,
waarin de techniek en de wetenschap tot het
uiterste worden uitgebuit om den mensch
te dienen. Men leeft er in „mimten" in
plaats van in huizen, men wordt er oud (veel
meer dan 100 jaar) zonder de gebreken van
den ouderdom, want men leeft in kunstmatig
licht, dat helderder is dan zonneschijn en
men ademt kunstmatige lucht, die „zoet" is
van zuiverheid. En de film eindigt met den
opstand van diegenen, die vinden dat thans
<ie tijd is gekomen om in rust van al het be
reikte te genieten, tegen diegenen die besef
fen. dat stilstand achteruitgang beteekent
en dat er geen rust kan zijn voor een op
waarts strevende menschheid.
Het ziet er naar uit alsof de heer Wells
veel succes van zijn nieuwe film en van zijn'
film in boekvorm zal ondervinden.
Hij heeft althans reeds zijn bedoeling te
kennen gegeven, om na dit „proefkonijn",
zooals hij deze eerste uitgave noemt, drie van
zijn andere werken op dezelfde manier voor
de film te bewerken. Hij moedigt eveneens
andere schrijvers aan zich aan film-littera
tuur in dezen zin te wijden.
Niemand zal inmiddels kunnen ontkennen,
dat Wells zich na het schrijven van 20
romans, 19 „Droomen van Fantasie en ver
beelding", 4 deelen korte verhalen, een reeks
boeken over sociale, religieuse en politieke
vraagstukken, een historisch werk van den
omvang van zijn „Outline of History"
thans met overgave aan het jongste onder
werp van zijn belangstelling wijdt: aan de
Film, aan de toekomst en de toëkomst-moge-
lijkheden van de Film.
Vr. S.
PROTOS
90 ct p.WE£K
PAUPEy
KL.HOUTSTR. QQ TSUU09
(Adv. Ingez. Med.)
Hef modernste: een oorlog
op de film.
Abessynische wantooneelen worden
onder ellendige omstandigheden
vastgelegd.
Terwijl journalisten, die al een beetje langer
meeloopen, het verslaan van een oorlog uit er
varing kennen, beschikken de filmoperateurs,
die den Italiaansch-Abessynischen oorlog ver
filmen voor de wekeiijksche journalen nauwe
lijks over eenige ondervinding op dit gebied.
De oorzaak hiervan is te vinden in de betrek
kelijke jeugd der cinematografie en het geluk
kig zelden voorkomen van een werkelijken
oorlog.
De eerste pogingen tot het verfilmen van
een oorlog werden gedaan tijdens den burger
oorlog in Mexico, waarin de vrijheidsheld
Pancho Villa de hoofdrol speelde. Er werd
zelfs beweerd, dat Villa de verfilmingsrechten
van zijn campagne voor 100.000 aan een film
maatschappij uit Chicago verkocht, en dat hij
bij het dirigeeren van enkele zijner groote
veldslagen goedgunstig rekening hield met
den stand van de zon en van de camera's om
de opnamen te doen slagen.
Zelfs tijdens den wereldoorlog stond de film
reportage nog in de kinderschoenen, terwijl
bovendien de autoriteiten den operateur aller
lei belemmeringen in den weg legden, zoodat
geen particuliere maatschappij de kans kreeg
eenigszins belangwekkende opnamen te maken.
Wat er tenslotte nog van den oorlog verfilmd
is, is geschied door militaire operateurs en
hun opnamen hebben nooit of pas na tiental
len jaren de theaters bereikt.
De Italiaansch-Abessynische oorlog is de
eerste militaire campagne van grooten om
vang, waarbij van begin af aan tientallen ge
luidscamera's aanwezig zijn, daarheen gezon
den door groote organisaties, die over gewel
dige geldmiddelen beschikken en bediend door
mannen, wien ingeprent is. dat kosten noch
moeiten gespaard mogen worden om de voor
naamste pnasen der krijgsverrichtingen op
het celluloid vastgelegd te krijgen.
De menschen der Paramount-filmmaat-
schappij verschenen met vijf operateurs, ge
luidcamera's. 30.000 meter film, geweren, ten
ten, gasmaskers, kaarten, enz., onder leiding
van John Dored, Litauer van geboorte, die in
den wereldoorlog, tijdens de Russische revo
lutie en den opstand der Rifkabyien eenige
krijgsfilmervaring opdeed. Voor geval hun
apparaten defect of in beslag genomen moch
ten worden, werd voor iederen operateur nog
een complete extra-camera en een gasmasker
meegevoerd.
Een verplaatsbare donkere kamer werd te
Addis Abeba ingericht om de kwaliteit der op
namen geregeld te kunnen beoordeelen. Ka-
meelen werden gekocht en tientallen inboor
lingen in dienst genomen.
Dored heeft het geluk gehad keizer Haile
Selassie in enkele fotografische kwesties van
advies te mogen dienen, waarbij hij op zeer
vriendschappelijken voet met Zijne Majesteit
kwam te staan. Er werd den Paramount-ope-
rateur een officier der keizerlijke garde toe
gevoegd, die hem nu bij al zijn camera-stroop
tochten vergezelt.
Zoo nu en dan maakte hij bezwaren tegen
het opnemen van zekere zaken. Zoo mochten
bijvoorbeeld niet de keurtroepen, die op zeke
ren dag voor den Keizer defileerden, verfilmd
worden. Schijnbaar onderwierp men zich ge
hoorzaam aan deze bepaling, doch in werke
lijkheid filmde een in een rieten dak verdekt
opgestelde camera er lustig op los. De aan
komst van groote hoeveelheden oorlogsmate
riaal mocht ook niet opgenomen worden, het
overbrengen der kroonjuweelen evenmin, en in
deze gevallen zag men geen kans om de
waakzaamheid der Abessyniërs te verschalken.
Om een overzichtsopname van Addis Abeba
te verkrijgen trok een expeditie naar de om
liggende hoogten. Twaalf muilezels vervoerden
de zware opname-apparatuur, de officier, tien
helpers en een tolk trokken mee in de stoet en
zoo modderde men urenlang in een stroomen
den regen omhoog langs een paadje, dat aan
leg voor moeras had.
Op een halve mijl van den top kwamen ze
een troepje negers tegen, die een kudde scha
pen voor zich uitdreven. Om zich te beschutten
tegen den regen droegen de inboorlingen
eigenaardige strooien mantels, die stijf uit
staande. hen tot hun enkels als een tent
omhulden.
Alle overredingskracht, ook van den Abes-
synischen officier was noodig om hen te doen
poseeren, maar nog eer alle apparaten waren
opgezet en ingesteld, vluchtten zij al doodelijk
bevreesd voor deze helsche machines. Daarbij
raakte een van de dragers nog de electrische
batterij aan van het geluidsapparaat, kreeg
een geweldige schok en vluchtte stadwaarts
om nooit weer terug te keeren.
Intusschen was dit alles slechts kinderspel
bij wat de taak der cameramenschen zou wor
den, nadat de oorlog uitbrak. Zoolang alles nog
in het stadium van diplomatieke stappen,
notawisseling, enz. was, legerden alle kranten
reporters en filmoperateurs rond'het paleis te
Addis Abeba, steeds en steeds in spanning, be
vreesd dat een concurrent belangrijk nieuws
mocht afsnoepen.
Toen de krijg begon hadden de filmopera
teurs, die naar het front trokken, heel wat te
sjouwen aan hun opname-apparatuur. Be
wegelijkheid was voor hen toch een eerste ver-
eischte, zij moesten minstens het tempo van
Haile Selassie's soldaten kunnen volgen, die
op hun bloote voeten 40 mijlen per dag afleg
den. Voorzoover de gebaande wegen strekten,
kon men natuurlijk met automobielen flink
vooruitkomen, maar daarna moest de tocht
worden voortgezet met de hulp van muilezels,
kameelen en tientallen dragers.
De operateurs zitten thans midden in de
schermutselingen. Zij sjouwen en trekken, zij
rijden op paarden en hotsen op kameelen. Zij
slapen in verloren oogenblikjes. Zij zijn blij
als zij eens per dag een lichten maaltijd kun
nen veroveren. Zij slikken ladingen kinine
tegen de koorts, vechten met weerbarstige ap
paraten, die uit elkaar rammelden op de lange
tochten door de wildernis. Zij verwenscheri den
oorlog en bidden vurig voor een kogel ver
schoond te blijven.
Nu hebben zij geen tijd meer om lange brie
ven naar het hoofdkantoor te schrijven. Daar
merkt men alleen, dat zij er nog zijn door het
arriveeren van brokstukken film. Brokstukken,
die hun reis begonnen op kameelen, en die
tenslotte per vliegtuig van Afrika naar Europa
joegen, om na enkele dagen het knallen der
schoten in Abessynië in de bioscopen van de
heele wereld te doen ochoën.
En iederen keer dat wij zulk een journaal-
filmpje van het front te zien krijgen, is het
goed even te bedenken onder wat voor om
standigheden van gevaar, bodemsgesteldheid
en klimaat deze opnamen werden gemaakt, en
hoeveel moeite het moet hebben gekost om
deza beelden uit Afrika's binnenland in zulk1
een korten tijd naar ons theater te krijgen.
MUZIEK.
1ste Cala-Concert der H.O.V.
Van de vier voor dit seizoen geplande gala
concerten der H O.V. worden drie door gast-
dirigenten geleid. Het heeft nu bij sommigen
verwondering gewekt, dat als zoodanig al
leen Duitsche dirigenten optreden. Wij heb
ben, zoo redeneeren zij. in ons eigen land
verschillende orkestleiders, die tot nu toe
nimmer ons orkest gedirigeerd hebben, óf
wel van vroeger de beste herinneringen heb
ben nagelaten en gaarne wevr eens op ons
podium teruggezien zouden worden. Men
behoeft slechts de namen Mengelberg, Van
Anrooy, Van Goudoever, Spaanderman. Her
mans, Van Beinum en Van Otterloo om een
reeks samen te stellen, die klinkt als een wèi-
gestemd en sonoor klokkenspel. Zou geen
van dezen bereid gevonden zijn de steun -
actie voor het behoud van ons orkest daad
werkelijk te schragen? Of had het Comité
van Actie de overtuiging, dat slechts van
medewerking uit den vreemde succes te ver
wachten was? En, zoo dit laatste het geval
was. heeft het dan ook in Be'tic. Frankrijk
en Engeland zijn voelhorens uitgestoken?
Het zijn vragen, die alleen het C. v. A. zelf
zou kunnen beantwoorden en waarvan het
stellen niet beschouwd moet worden als een
streven om de gekozenen te disoualificeeren.
De dirigent van het Eerste Gala-concert,
General-Musiköirektor Heinrich Steiner
heeft getoond dat daarvoor geen grond aan
wezig is.
Wat Heinrich Steiner Vrijdagavond pres
teerde gaf de bewijzen van groot en veelzij
dig talent. De relatief nog zeer jonge Gene
ra I-Musikdirektor presenteerde zich als lei
der en als begeleider „Führer" en „Ge-
fahrte", zou men kunnen zeggen en bo
vendien als pianist.
Als leider .schijnt Heinrich Steiner de
.Sturm und Drang"-perlode nog niet geheel
achter zich te hebben. Kraft ist die Moral
des Menschen", Beethoven's devies, zou ook
het zijne kunnen genoemd worden. Daaruit
resulteeren hoeKigheden en scherpe contras
ten. waarvan men sommige afgerond en
verzacht wenschen zou. Vaart en vuur\ zat
er in zijn directie en als men aan zijn wilde
gebaren, die vaak aan een schermen-op-den-
korten-stok of aan een uitval met de cava-
leriesabel den en denken, eenmaal gewend
was, kon men ook doorgaans met welgeval
len naar hem kijken.
Vaart gaf hij aan Weber's „Abu Hassan"-
Ouverture, vuur schoot uit zijn vertolking
van Liszt's „Les Préludes", kracht ging uit
van zijn visie op Beethoven's Vijfde, waarin
hij prachtige stijgingen wist te bewerkstelli
gen.
Als begeleider zorgde hij in de „Frei-
schütz"-aria „Wie nahte mir der Schlummer"
voor een aansluiting bij de zangpartij zóó
volkomen, als we zelden te hooren krijgen.
Dat was een intuïtief meevoelen of zelfs
vóórvoelen van de intenties der vocale so
liste, dat elke kans op ongelijkheid uitsloot.
Als pianist toonde hij meer bezonkenheid
dan als dirigent, bovendien een gave tech
niek en een bijzondere dispositie voor groote
grepen, die hem bij de voordracht van We
ber's Konzertstück zeer te pas kwam. Dat de
leerschool van Egon Petri hem meer in de
richting van virtuoze beheersching dan in
die van dieper sentiment ontwikkeld zal heb
ben is gereedelijk aan te nemen voor alwie
Egon Petri's spel kent.
De soliste, mevrouw Helène Ludolph vond,
zooals ik reeds schreef, in Steiner een idealen
begeleider, zoodat de vertolking van het reci
tatief en de aria uit „Der Freischütz" een
buitengewoon goeden indruk naliet, waartoe
natuurlijk haar goede zangkunst ook bij
droeg.
Ons orkest heeft de Ouverture en „Les Pré
ludes" voortreffelijk uitgevoerd. Bij de Sym
phonic was niet alles volkomen in den haak
en kon men verschillende vlekjes in de vertol
king waarnemen. We mogen dat niet aan de
orkestleden wijten, daar. zooals mij werd
meegedeeld, door een misverstand in de re
geling der repetities de tijd ontbroken had
om alle deelen van het werk met den diri
gent in te studeeren. Ondanks die kleine on
volkomenheden was de vertolking als geheel
zeker indrukwekkend.
Dirigent en orkest zijn aan 't slot warm
gehuldigd; de eerstgenoemde ook door de
aanbieding van bloemen en van een lauwer
krans.
Een talrijk en select auditorium woonde
dit gala-concert bij.
K. DE JONG.
NAGEKOMEN PREDIKBEURTEN.
BROEDERGEMEENTE
Zondag 1 December.
Vm. 10.30 uur: Gemeenschappelijke Duitsche
Adventsdienst met de Deutsch Evang Gem.
Koorzang.
Opwekkingsamenkomst Dinsdag 3 Dec. nam.
8 uur: Ds. Berkhoff, Bilthoven, voorheen Chr.
Geref. pred. Onderwerp: Hoeksteen en Nagel.
HET VERTREK VAN DR. KASTEIN.
Naar aanleiding dat ds. H. J. Kastein het
beroep naar Hoorn heeft aangenomen,
schrijft het „Eigen Blaadje", het maandblad
van de Vereeniging van Vrijzinnig Her
vormden het volgende:
„Onze voorganger ds. H. J. Kastein, heeft
een beroep van de Ned, Herv. gemeente te
Hoorn aangenomen. In het begin van het
volgende jaar zal ds. Kastein ons verlaten.
Het bestuur onzer vereeniging vermeldt dit
a.s. heengaan hoeft het we! te worden
gezegd? met ernstig gevoeld groot leed
wezen. Ds. Kastein. die in Maart 1934 hier
zijn arbeid begon, heeft in dien korten tijd
veel zegenrijk werk verricht en veler hart
aan zich verplicht. Hij bleek van meet aan
door een gelukkige verbinding van degelijken
aantrekkelijke predikatie en catechisatie-
onderwijs met voorbeeldigen pastorale arbeid
hier een in alle opzichten hoog te waardeeren
voorganger te zijn. Dankbaar voor het van
hem ontvangene en door hem tot stand ge
brachte, kunnen wij onder eerbiediging van
het door hem genomen besluit, onze broeders
en zusters te Hoorn van ganscher harte geluk
wenschen met hun nieuwen pastor".
CLUBHUIS. DAMSTRAAT 19.
Dit jaar voor het eerst worden er in het
Clubhuis van de afdeeiing Haarlem van de
Ned. Vereeniging ter behartiging van de be
langen van jonge meisjes iederen derden Dins
dag van de maand lezingen gehouden over
verschillende onderwerpen, die toegankelijk
zijn voor jongens en meisjes boven 16 jaar.
Zoo sprak 1.1. Dinsdagavond de hoofdinspec
teur van politie over „Verkeersproblemen". Er
was veel belangstelling voor. vooral daar de
aanwezigen over eeniger. tijd het verkeers-
examen zullen kunnen afleggen.
Er zullen nu onder leiding van de hoofd
leidster vragen hierover bestudeerd worden,
waarna in het voorjaar de Hoofdinspecteur
nog eens terugkomt om het examen af te ne
men van hen die dat willen.