Dr. MAX EUWE WERELDKAMPIOEN
m
km
m
m
m
m
m
m
m
De partij, die de beslissing bracht.
UI
i
i
s
DE LAATSTE RONDE.
Van beginneling tot wereldkampioen.
Wereldkampioen.
MAANDAG 16 DECEMBER 1935
Na veertig zetten remise gegeven.
Men heeft de 30ste partij van de match
om het wereldkampioenschap in „Bellevne"
moeten doen spelen: zóó groot was de be
langstelling voor dit schaakevenement! En
de drie zalen van het gebouw aan de Marnix-
straat, die 2000 menschen hunnen bergen,
waren tot de laatste plaats bezet. Reeds lang
vóór zes uur werd voor den ingang queue
gemaakt onder toezicht der politie. Het
spreekt bijna vanzelf, dat het in deze groote,
volle ruimte niet muisstil kon zijn. Maar er
werd zooveel mogelijk voor gezorgd, dat de
spelers niet gehinderd werden door onnoo-
dige drukte en het geroezemoes, dat vóór den
aanvang der partij heerschte, verminder
de sterk toen de beide grootmeesters zich
voor het bord plaatsten.
Euwe was reeds vóór den aanvangstijd
aanwezig. Aljechin verscheen wat over half
zeven. Hij had zich in rok gekleed en ver
klaarde tegenover het publiek, dat hij dit ge
daan had als een hulde aan zijn tegenstan
der.
Te kwart voor zeven nam de partij een
aanvang. Zij had het volgende verloop:
WI: Dr. Euwe. ZWART: Di». Aljechin.
Aangenomen Damegambiet.
1. d2d4 d7d5
2. c2c4 d5xc4
Het aangenomen Damegambit, dat in de
recente match Aljechin-Bogoljubow telken
male werd aangewend is Zondagavond voor
het eerst in deze match gespeeld.
3. Pgl—f3 PbSd7
Deze zet is nieuw! Gewoonlijk speelde men
hier c7c5 of e7e6.
4. Ddla4
Een logische tegenzet, clc5 wordt hier
mede verhinderd en Wit wint zijn pion terug.
4. c7c6
Maakt plaats voor de Dame en bereidt
ele5 voor.
5. Da4xc4 Pg8f6
6. g2g3
Zooals in vele openingen is het fianchetto
tegen de gesloten opstelling van Zwart de
aangewezen weg.
6. g7g6
Ook Zwart fianchetteert zijn Koningsloo-
per. In het door Aljechin gekozen systeem
staat de Looper beter op g7.
7. Pblc3 Lf8g7
8. Lflg2 0—0
9. 0—0 Dd8a5
De Dame wil via a5 naar den Konings
vleugel.
10. e2e4
Zonder centrum kan Wit geen voordeel be
halen.
10. Da5h5
11. Dc4d3
Wit vermijdt de complicaties met Pb6 en
Lg4. De zet is echter niet alleen als verdedi
ging bedoeld, want Wit dreigt thans Pg5 en
op insluiting van de Dame te spelen.
11. Pd7b6
Zonder deze zet kan de Damelooper niet
ontwikkeld worden.
12. Pc3e2
Deze omgroepeering dient ook ter verdedi
ging van den Witten Koningsvleugel.
12. Tf8d8
13. a2a4
Wit wil het Paard verdrijven en den Da
mevleugel verzwakken
13. Pb6d7
Het Paard gaat vrijwillig. Er dreigt ook
14. b2b4
Thans staat Wit overwegend; in het cen
trum sterk; dreigend op den Damevleugel en
veilig op den Koningsvleugel. Zwart zal hier
tegen een tegenactie moeten ondernemen.
De listige tekstzet heeft nog andere dreigin
gen. Wij zullen spoedig zien, welke.
14. g6—g5
Een noodschot. De zet b2b4 diende niet
alleen om op den Damevleugel iets te on
dernemen. Het was meer een listige ma
noeuvre van Euwe. Plotseling is de Zwarte
Dame gevangen. Er dreigde reeds Pf4 met
Damevangst. Het pionoffer is daarom ge
dwongen
Pd7e5
Pe5g6
15. Pf3xg5
16. Dd3c2
17. h2h3
Dreigt Lg2f3
17. h7h6
18. Lg2—f3 Pf6g4
Gedwongen; de Dame heeft geen vlucht-
Veld.
19. h3xg4 Lc8xg4
20. Lf3xg4 Dh5xg4
21. Pg5xf7
Wit moet het Paard verliezen, maar kan
dan tenminste een pion nemen.
21Kg8xf7
Wit heeft met deze afwikkeling een pion
gewonnen, maar behalve dit is zijn positie
beter.
22. Dc2c4 4- e7e6
23. f2—f3
Wit wil met alle geweld de Dame vangen.
23. Dg4h5
Zwart had slechts te kiezen tusschen Dh3
en den tekstzet.
24. Lel—e3
Nu pas komt de Looper in het spel. De a-
toren kan nu ook aan het gevecht meedoen.
24. Td8g8
Een poging om tot aanval te komen.
25. Tfl—f2
Om Th2 te kunnen spelen.
25. Lg7—f6
Gericht tegen Th2
26. Tal—fl Pg6h4
Een fout, welke een tweede pion kost.
27. Dc.4xe6
Nu kan het. omdat het veld f4 niet meer
door het Paard bestreken wordt.
27 Kf7xe6
28. Pe2—f4 4- Ke6—f7
29. Pf4xh5 Lf6e7
Zwart staat glad verloren, maar het is be
grijpelijk, dat Aljechin niet zoo gemakkelijk
van zijn titel af kan stappen.
30. Kgl—h2 Ph4g6
31. Tf2b2
Het eenvoudigste om pion b4 te dekken.
31. Ta8—c8
32. f3—f4 Pg6f8
33. f4—f5 Le7—g5
Dekt pion h6
34. Le3xg5 Tg8xg5
35. Ph5—f4 Pf8—h7
36. Pf4e6 Tg5h5 4-
37. Kh2—g2 Ph7—f6
38. Kg2—f3
Dekt pion e4; verder commentaar is zoo
goed als overbodig.
38. Tc8g8
Een geweldpoging om aanval te krijgen.
39. Pe6—f4 Th5—g5
40. Tfl—gl
Hier heeft dr. Euwe remise gegeven, doch
hij staat natuurlijk gewonnen
Stelling na 40 Tflgl
z
Nabeschouwing.
Euwe bleef aan zijn d4-opening trouw en
Aljechin beantwoordde deze met d7d5,
doch ditmaal niet om het Orthodoxe Dame
gambiet te spelen. Hij nam den gambiet-pion
en week onmiddellijk van de theorie af door
3. Pb8d7 te spelen.
Euwe behandelde de opening buitenge
woon sterk. Toen Aljechin zijn Dame via a5
naar den Koningsvleugel bracht, dacht men,
dat hij eigenlijk niet slecht stond. Euwe deed
in een serie zetten een schijnmanoeuvre op
den Damevleugel en later bleek, dat eigenlijk
de Zwarte Dame hiermede bedreigd werd.
Alle vluchtvelden werden voor de Zwarte
Dame afgesneden en om verlies daarvan te
voorkomen moest Aljechin een pion offeren.
Euwe nam het offer aan en ver-sterkte zijn
troepenmacht. Eenige zetten later won Euwe
door een tijdelijk Dameoffer een tweeden
pion. De Dames verdwenen van het bord,
zoodat voor onzen landgenoot geen gevaar
meer bestond. Aljechin had hier reeds op
kunnen geven, maar hij hoopte nog op een
wonder. De kalme en rustige Euwe liet zich
niet van de wijs brengen en zocht steeds
naar den besten zet. Koelbloedig weerde hij
alle aanvalspogingen van Aljechin en stuur
de op een eindspel aan. Tegen de twee vrij
pionnen in het centrum zou Aljechin weinig
kunnen doen. Bij den 40sten zet stelde Euwe
remise voor in een voor hem gewonnen stand.
Een partij, die op prachtige wijze door Euwe
is behandeld.
De stand van de match is na deze
remise-partij 15 1/21414 voor
Euwe geworden, waardoor onze land
genoot den titel van wereldkampioen
heeft behaald.
Na een korte huldiging in Bellevue, is het ge
zelschap naar het Carlton gegaan, waar de
huldiging werd voortgezet.
Zondagavond in de feestzaal Bellevue.
De laatste ronde van den grooten strijd om
den wereldtitel is ingezet.
Een onrustig golvende memschenzee, drie za
len bestrijkend, wacht in spanning op de beide
grootmeesters, die straks achter het houten
hokje op het podium zullen verschijnen om, nu
voor het laatst, de geestelijke wapenen op te
vatten.
Voor het laatst zien we dat merkwaardige
legioen weer voor ons, zooals het daar, uitge
rust met ettelijke miniatuurschaakbordjes den
tweekamp zal volgen. Voor het laatst zullen we
getuige zijn van die merkwaardige emoties, die
bij iederen zet door de rijen der toeschouwers
gaan.
De Nederiandsche kampioen is de eerste, die
binnen de touwen van den vreedzamen ring
verschijnt. Hij staat er al, voordat iemand hem
feitelijk heeft zien komen, zoodat het applaus
er dientengevolge bij inschiet
Aljechin's entrée draagt ditmaal een wat
plechtiger karakter. Hij heeft zich in rok ge
stoken, zoodat zijn gestalte wel zeer sterk af
steekt temidden der colbertjasjes. Aljechin be
treedt het podium, begroet- daar zijn rivaal en
de comitéleden, neemt glimlachend het ap
plaus van het publiek in ontvangst en ver
klaart daarop tot de zaal, dat zijn ongewone
kleedij als een hulde aan zijn tegenstander
dient te worden opgevat.
Daarmede is het inleiding van de beslissende
partij beëindigd.
De grootmeesters nemen hun positie aan
weerszijden van het strijdperk in en krommen
hun ruggen over de stukken voor de laatste
ronde van den tweekamp.
Nog ééns die twee karakteristieke gestalten
tegenover elkaar, nog ééns het schouwspel van
die twee peinzende koppen, weggezonken in de
peillooze diepten van het schaakmysterie.
De spanning, die wij uit alle vorige partijen
kennen, is dezen avond grooter dan ooit tevo
ren. Zij demonstreert zich in het gonzende
koor van vele honderden fluisterende stemmen,
een koor, dat vergeefs tot pianissimo gemaand
wordt, en waartegen gezwaai met de stilte"
borden en gesis maar een zeer tijdelijke uit
werking hebben.
„Euwe staat er niet slecht voor,", dat is al
spoedig de conclusie van de op gedempten
toon gevoerde gesprekken. „Onze" kansen
staan goed," zeggen de deskundigen, de leeken
zeggen het hun met een gewichtig gezicht na
en er heerscht blijdschap in de gelederen dei-
toeschouwers.
De uren verstrijken en de spanning achter
het bord en in het publiek klimt tot ongekende
hoogte. De aoorgang aan één der zijkanten
van de zaal is volgeloopen met menschen, die
niet rustig meer op hun stoel kunnen blijven
zitten en hier meer van het duel op het po
dium hopen te zien. Als de veertigste zet in het
verschiet ligt, wordt het steeds onrustiger om
ons heen. De atmosfeer is zwaar geladen
Dan tegen elf uur heeft de explosie plaats.
Aljechin heeft remise aangeboden en Euwe
heeft het aanbod aanvaard! Euwe heeft de
overwinning uit het vuur gesleept. Euwe heeft
den titel veroverd. Euwe is wereldkampioen!
Dr. Aljechin staat van zijn steel op, loopt op
zijn tegenstander toe en terwijl een orkaan van
toejuichingen en vreugdekreten losbarst schudt
hij zijn opvolger hartelijk de hand. Dan richt
hij zich tot de zaal om met zachte stem zijn
waardeering voor zijn tegenstander en het
schaaklievende Nederiandsche publiek ken
baar te maken. De toeschouwers dringen
naar voren, men klimt op stoelen en ta
feltjes, de naam van den Nederland-
schen wereldkampioen klinkt in spreek
koor door het gebouw. En dr. Euwe zelf staat
daar op het tooneel met een gelukkig gezicht
en maakt met de handen een gebaar, alsof hij
de enthousiaste vreugdebetuigingen wat wil
temperen. Maar er schijnt aan de ovaties geen
einde te willen komen, evenmin als aan het
snelvuur van fotografen en filmmenschen.
Ook dr. Aljechin krijgt zijn deel in het hulde
betoon. Totdat de voorzitter van het comité
het woord neemt en de kalmte eenigszins te
rugkeert. Telkens worden de verschillende
feestredenaars echter door de vreugde-uitingen
onderbroken en als dr. Euwe zelf aan het
woord tracht te komen duurt het een heelen
tijd, voordat hij zich verstaanbaar weet te ma
ken. Hij dankt voor de hulde, spreekt zijn waar
deering uit over zijn tegenstander, geeft nog
een motiveering van het aanvaarde remise-
aanbod, maar het slot van zijn rede gaat ver
loren in een nieuwe minutenlange ononderbro
ken ovatie.
De nieuwe wereldkampioen schaken.
Een krans wordt voor den overwinnaar aan
gedragenDan zetten de aanwezigen het
Wilhelmus in en vervolgens de Marseillaise en
de heele zaal zingt de beide volksliederen uit
volle borst mee. De strijd om den wereldtitel
behoort tot het verleden.
Buiten wacht dr. Euwe een nieuwe huldiging
Want daar bij den ingang van Bellevue heeft
zich een groote menigte opgesteld, die zich
niet onbetuigd wil laten.
En als de nieuwe wereldkampioen het ge
bouw verlaat klinken uit den miezerigen
sneeuwnacht nieuwe huldigingen en ovaties
op....
J. H. V.
Uit de loopbaan van Dr. Euwe.
Dat is daar Zondag in „Bellevue" te Am
sterdam een waardig besluit geweest van den
grooten strijd, een slotacte waarmee een ieder
in de stampvolle zaal zichtbaar en vooral
hoorbaar tevreden was.
Toen de kampioenen elkaar- eenmaal de
hand gedrukt hadden, brak er een spontane
hoerastemming onder het publiek los een
publiek van een kleine twee duizend bij een
schaakwedstrijd! waarbij men royaal den
ex-wereldkampioen in de hulde liet deelen.
Aljechin, van zijn kant, bleek op den ganschen
gang van zaken voorbereid te zijn; hij ver
scheen vooo- deze „afscheidsvoorstelling" in
rok en wist de zoo moeilijke rol van den ver
liezer volmaakt te spelen. Zooals ook blijkt uit
zijn uitlating vóór deze dertigste partij voor
de microfoon, dat hij zichzelf nu niet meer
dan 10 pet. kans gaf, had hij zich blijkbaar te
voren al verzoend met de gedachte, den titel
te moeten verliezen. En zoo was het gisteren,
behalve het feest van Euwe's overwinning, te
vens het uur der verzoening tusschen Aljechir.
en het Nederiandsche publiek, die wederzijds
wel eens een beetje onaardig over elkaar ge
dacht hebben!
Zoo is dan de vurige wensch van alle Ne
derlanders tenslotte vervuld. Wat hebben we
allemaal in spanning gezeten de laatste we
ken, wat hebben we ons vaak in bangen twij
fel afgevraagd, of Euwe misschien toch nog
zou stranden, in het gezicht van den haven!
Maar gelukkig hebben de voorteekenen in ie
20ste, 21ste en 26ste partij niet bedrogen; onze
kampioen, die sinds het laatste tiental par
tijen al de moreele winnaar mocht heeten, is
ook als de werkelijke overwinnaar uit het perk
getreden.
Dit is de eerste keer, dat een Nederlander
den hoogsten schaaktitel behaalt we heb
ben hier vóór Euwe zelfs geen candidaten
daarvoor gehad.
Het is ook de eerste keer, dat een amateur
universeel wereldkampioen is geworden en
dat is misschien wel het opmerkelijkste van
deze toch al veelszins opzienbarende over
winning. Euwe doet dat schaken „erbij", moet
u denken, in de vrije uren, die zijn leeraars-
baan hem laat en wordt zoo en passant even
wereldkampioen! Daaa-bij kan hij, wat theore
tische kennis betreft, wedijveren met alle be-
roepsmeesters daaraan o.a. heeft hij im
mers de faam van „wetenschappelijk" te spe
len te danken wat op zichzelf al bewon
derenswaardig genoeg is. Wie maar een flauw
denkbeeld heeft van wat die schaakweten
schap allemaal behelst, zal begrijpen, wat het
beteekent, „bij" te zijn en te blijven in je
vrije uren.
Dr. Machgielis Euwe, (geb. 1901) heeft hier
mede op schitterende wijze zijn langzame,
maar daarom juist des te vertrouwenwekken
der schaakcarrière bekroond. Hij leerde het
schaakspel al vroeg kennen en speelde als
jongen van 11 jaar al heel aardig, zooals de
lezers van dit blad hebben kunnen eonsta-
teeren (zie één der schaakrubrieken in Dec.).
Als achttienjarige jongeling speelde hij
reeds voor het eerst mee met de nationale
kampioenschappen en bereikte daarbij de
tweede plaats. Twee jaar later won hij het
kampioenschap om het sindsdien niet meer
te verliezen: in '24, '26, '29 en '33 werd hij
telkens onbetwist eerste met steeds overtui
gender resultaten de laatste drie keer
zonder verliespunt.
Behalve aan de nationale kampioenschap
pen speelde hij in tal van andere zoowel
binnen- als buitenlandsohe tournooien mee.
In de jaren na den oorlog, waarin zijn op
komst als nationale grootheid viel, heeft hij
ontzettend veel geschaakt, bekerwedstrijden,
matches, internationale tournooien enz. enz.,
terwijl hij daarenboven ook nog competitie
speelde. De uitslagen daarvan kan men aldus
samenvatten: steeds onbeperkt succes bin
nenslands hij verloor b.v. nooit een be
langrijke match van een landgenoot, terwijl
hij toch gespeeld heeft met internationaal
bekende schakers als Olland, Davidson, No-
teboom, Landau en van den Bosch en een
eerst matig, maar gestaag groeiend succes
buitenslands.
Belangrijke gebeurtenissen waren o.a. zijn
onbesliste match met Maroczy (Aussee 1921;
2, 2, 5)de tournooien te Weenen
1921 (II; 4- 6, 2, 3) te Weston Sup Marc
1924 (I; 4- 6, 0, 3), Weston S. M. 1926
'I; 4- 7, 0, 2) en het Kersttournooi te
Hastings 1924—'25 (I; 4- 7,-1, 1). Zijn
grootmeesterreputatie heeft hij vooral ge
vestigd gedurende de hierop volgende jarer.,
in het zeer sterk bezette Karlsbader tour-
nooi (1929), waar hij V/VI werd, en door zijn
op het kantje af (5te4'/verloren oefen-
matches met Aljechin (1926) en Bogoljubow
(1928: tweemaal). Nog versch in het geheu
gen liggen tenslotte de resultaten, die hem
tot „wereldikampioenschapscandidaat" heb
ben gestempeld: de tournooiresultaten te
Hastings 1930'31 (I), te Bern 1932 (tweede
prijs gedeeld met Flohr, achter Aljechin). te
jeohin) en wederom te Hastings 1934—'35
(I/III met Flohr en Thomas).
Zooals men ziet heeft onze voorvechter de
laatste jaren vrij vaak zijn prijzen en de eer
broederlijk met Flohr gedeeld. Men heeft
hem daarom vaak qua speelsterkte op één
lijn gesteld, vooral sinds hun onbesliste
match in 1932. Maar ten aanzien van Euwe's
laatste en meest geweldige prestatie geldt
die gelijkwaardigheid niet meer: deze laat
ste enorme sprong had Flohr hem nooit na
gedaan. Daarvoor ontbreekt het hem (nog?)
te zeer aan fantasie; Euwe's stijl, zooals hij
dien nu gedemonstreerd heeft, is veel groot-
scher dan die van Flohr, en het plus aan
„evenwichtsgevoel", dat de laatste misschien
daartegenover heeft, kan het verschil niet
opheffen.
Hier in Holland is Euwe, sinds 14 jaar
schaakkeizer. Eerst komt Euwe, en dan een
heelen tijd niets; hij steekt zóó ver boven
ons allen uit, dat het soms. vooral
sommige ouderen, die direct op het „niets"
volgen, heel moeilijk is om zich een juiso
denkbeeld van zijn ware grootte te vormen.
Zijn jongste resultaat zal echter degenen, die
hem onderschat mochten hebben, wel de
oogen hebben geopend want dat is zon
plezierig in het schaakspel, dat grootheid
nooit blijvend miskend kan worden!
Met dat al heeft zich in de schaakwereld
een geweldige gebeurtenis afgespeeld; aan
zeven jaren absolute schaakhegemonie heefr
deze match een bruusk en tenslotte toch wèl
onverwacht einde gemaakt. Gedurende het
verloop heeft men zich langzaam maar ze
ker aan de gedachte moeten wennen, dat
die uitdager, dien men over het algemeen
maar weinig kans gaf tegen „het grootste
schaakgenie aller tijden", zich al spelende
langzaam maar zeker een grootschen stijl
aan het verwerven wks, waarvoor zelfs Alje-
chins genialiteit den vlag moest strijken. Dat
was soms voor de toeschouwers al heel moei
lijk; men kan zich dus licht denken hoe
moeilijk het voor Aljechin geweest moet zijn
zich met dit denkbeeld te verzoenen.
Toen het voor het eerst tot hem begon door
te dringen, was dat „een ware slag van het
noodlot". Dat is zeer zeker niet overdreven:
men moet daarbij ook in aanmerking ne
men, dat hij beroepsspeler is, zoodat voor
hem letterlijk alles van deze dingen afhangt.
Alles staat voor deze menschen op één kaart,
terwijl hun leven vrijwel één onafgebroken
spelen met die kaart is. Een leven-op-hoog-
spanning, zooals men zal begrijpen, temeer,
daar zij ook vrijwel steeds van nature bran
dend eerzuchtig zijn. Wanneer men Alje
chin tijdens zijn spel observeert, dan kan
men hem die innerlijke gespannenheid trou
wens eenvoudig aanzien. Dat is soms werke
lijk verschrikkelijk; men begrijpt niet goed,
hoe iemand daai'bij op de been blijft.
Voor iemand, die zóó hierop is ingesteld is
het verlies van een dergelijke match inder
daad een zware slag, waarvan men zich
slechts met moeite herstelt. Aan Aljechin is
dit, geziein zijn sportieve houding gister
avond, reeds gelukt en dat is eigenlijk be
wonderenswaardig.
Nu is natuurlijk voor hem ook nog lang
niet alles verloren; hij heeft recht op re
vanche, en kan misschien zijn titel terug
winnen. De kans op dit laatste lijkt mij
overigens zéér klein. Afgezien van het feit,
dat het terugwinnen van een titel op zich-
De spanning is gedaan,
De teerling is gewox-pen,
Een vreugdekreet brak baan,
In steden en in dorpen.
Had Euwe 't afgelegd,
Dan had u kunnen hooren,
Hoe spijtig werd gezegd:
Helaas, hij heeft verloren.
Maar thans wil iedereen
Zich in de glorie zonnen,
Nu klinkt het algemeen:
Wij hebben het gewonnen!
Of wij er al dan niet
Een iota van begrepen,
In vreugde en verdriet,
Wat hebbewum geknepen.
De spanning is nog tot
Het allerlaatst gestegen,
Wij hebben toch per slot
Het loon naar angst gekregen.
Hem, die ons schaakblazoen
Zoo glorierijk verguldde,
Den wereldkampioen
Max Euwe aller hulde.
zelf al een zeldzaamheid zou zijn, is er geen
reden om aan te nemen, waarom Euwe's
crescendo tijdens deze match niet regelma
tig zou doorgaan bij de revanche! Hij heeft
werkelijk niet bij toeval gewonnen! Het
moge waar zijn, dat Aljechin misschien toch
een klein beetje onder zijn niveau in zijn
grooten tijd dien men overigens nog lang
niet als afgeloopen beschouwde! geble
ven is,; een honderdmaal belangrijker fac
tor in den uitslag was Euwe's formidabele
groei.
En daarom geloof ik, dat we, wat dien kor
ten duur van zijn wereldkampioenschap be
treft, het veilig met den nieuwen kampioen
zelf oneens kunnen zijn. Lang zal hij leven!
A. D. DE GROOT,
De redevoeringen na de
30ste partij.
De diepste roerselen der menschelijke ziel
mogen geheim zijn, het is Zondagavond echter
wel duidelijk gebleken, dat Aljechin spijt heeft
gehad van zijn gedrag tijdens de vóór-laatste
partij. Toen wij gespannen stonden te wach
ten op zijn uitingen in de laatste seconden
van de partij, toen wij eerlijk gezegd een
nieuwe uitbarsting vreesden, toen zagen we
de beide mannen plotseling oprijzen en el
kander de hand drukken, beiden met tranen
in de oogen, tranen van ontroering; de een
om zijn geluk, de ander om zijn verdriet. Het
was een diep-aangrijpend oogenblik, toen zij
zoo hand in hand stonden, de één in deftigen
rok, de ander in zijn eenvoudig grijs colbertje.
Toen het publiek eindelijk, met groote
moeite, tot zwijgen was gebracht, sprak Alje
chin deze woorden: „Euwe is nu wereldkam
pioen, ik niet meer! Lang leve de nieuwe
wereldkampioen, lang leve heel schaaklievend
Nederland!"
Het publiek bracht hem een geweldige
ovatie. Wie bij hem in de buurt stond, drukte
hem geroerd de hand. Zijn aanblik was tra
gisch, maar hij hield zich zoo goed mogelijk.
De voorzitter van het EuweAljechin Co
mité, mr. Max Levenbach, sprak het publiek
daarna toe. Hij releveerde de gebeurtenissen
van de laatste minuten, want niet iedereen
had in de volkomen geëmotioneerde sfeer be
grepen, wat er gedaan en gezegd was. Nadat
een remise-aanbod van Euwe zoo vertelde
hij in den loop van de partij reeds twee
malen was afgewezen, had Aljechin bij den
40sten zet zelf remise aangeboden. Euwe had
dit aangenomen en nu was dr. Max Euwe
dus wereldkampioen schaken.
Een donderende ovatie volgde weer. die nog
in hevigheid toenam, toen mr. Levenbach nog
eens duidelijk de woorden van gelukwensch
van Aljechin herhaalde. Daarna wensch te mr.
Levenbach, onder aanbieding van een krans,
Euwe namens het Comité geluk.
Euwe wilde zelf ook wat zeggen. Het was
geen rede, het waren een paar eenvoudige
woorden, die zijn bescheidenheid eens te
meer aan het licht brachten. Hij huldigde zijn
tegenstander voor de sportiviteit, om op dezen
avond nog de beslissing te laten vallen. Hij
herinnerde aan de geweldige spanning van de
laatste maanden.
Hij was gelukkig, wereldkampioen te zijn,
maargeloofde niet het laxxg te zullen
blijven.
Daarna sprak wethouder S. R. de Miranda
een paar krachtige, hartelijke woordexx na
mens het gemeentebestuur van Aixrsterdam,
dat het zich een eer rekende, den wereldkam
pioen schaken oxxder zijn burgers te tellen.
Toen was de emotie het publiek weer de
baas. Het zong den nieuwen wereldkampioen
het Wilhelmus toe. Het gejuich was niet van
de lucht, maar onmiddellijk daarna werd den
ex-wereldkampioen de Marseillaise toege-
zoxigen, welke hulde hij weer voor het voet
licht in orxtvangst kwam nemen. Hij dankte
met handgewuif voor deze spontane en spor
tieve uitixxg.
Daarna vertrok Aljechin, wiens vrouw reeds
eerder huiswaarts was gekeerd.
Mevr. Euwe werd, onder luid gejuich, op
het tooneel gebaald en daar stoxiden even
in de felle lichten van de filmoperateurs
twee gelukkige menschen elkaar met tranen
in de oogen aan te kijken.
Maar toen volgden nog eenige huidewoor
den. De heer van Trotsexiburg sprak voor den
Ned. Schaakbond. Mr. Rueb, voorzitter van
den Wereldschaakbond, maar bovenal oud
vriend vaxx Euwe, kon, terwijl hij Euwe de
hand schudde, nauwelijks woox'dexi vinden,
om zijn gevoelens te uiten.
De Axnsterdamsche Schaakbond had Euwe
een ki-ans omgehangen en tenslotte bood de
heer C. van Leuven eexx schitterend ivoren
schaakspel aan.
Euwe nam dit alles in ontvangst in den
zelfden eenvoud, waarin hij gespeeld had, al
die weken en maanden lang, in tegenspoed
exx voorspoed.