mm
Einde aan vermindering
der vermogens?
goed helpend
goed smakend
Den Haag in Lentebelofte.
M X A N D A "G 17 FEBRUARI 1936
HAARLEM'S DA'GBE'AC
In 4 jaar f 4.2 milliard
achteruit gegaan.
Nu blijkbaar geen verdere daling meer.
In de binnen enkele dagen verschijnende
eerste aflevering van het Maandschrift van
het Centraal Bureau voor de Statistiek wor
den gepubliceerd de uitkomsten der Vermo
gensbelasting. Het belastingjaar 1934/1935, is
hierbij in vergelijking gebracht met de voor
afgegane jaren.
Het bedrag der vermogens heeft betrekking
op den toestand van het vermogen bij den
aanvang van het belastingjaar (1 Mei). Het
cijfer over 1930/1931 is dus nog slechts in ge
ringe mate beïnvloed door de in het najaar
van 1929 opnieuw ingetreden economische cri
sis, in veel sterker mate is dit het geval met
het cijfer der volgende jaren.
Wegens het ontbreken van daartoe geschikte
gegevens kon geen rekening worden gehouden
met de in den loop der jaren gewijzigde waar
de van het geld.
llss
bDB, tic
c -d
Jaren
<3
"si <D
fcD
$P
hflO-J
g S
i> P
bO.5 -O '3
sin
cj
w
w
-O
1920/'21
159.449
13.589
1121)
13.007
1921/'22
166.362
13.284
305)
12.665
1922/'23
161.498
12.324
960)
11.690
1923/'24
162.188
12.183
141)
11.534
1924/'25
164.698
12.214
31)
11.563
1925/'26
170.271
12.948
734)
12.282
1926/'27
174.298
13.565
617)
12.874
1927/'28
177.457
14.073
508)
13.371
1928'29
184.853
14.884
811)
14.150
1929'30
192.943
15.666
782)
14.900
1930'31
197.501
15.623
43
14.831
1931*32
194.227
14.300
1323)
13.497
1932'33
180.907
11.718
2582)
10.926
193°.'34
176.541
11.475
243)
10.677
1934 35
182.455
11.604
129)
10.793
Brand en explosie in bakkerij
Groote schade aangericht.
De vermeerdering of vermindering van het
totaal der in de vermogensbelasting vallende
vermogens ten aanzien van het voorafgaande
jaar is telkens tusschen haakjes vermeld.
Uit deze cijfers blijkt, dat onder den invloed
der in 1920 ingetreden malaise het totaal be
drag der vermogens van 1920/1921 tot 1923/
1924 is gedaald met bijna f 1.407 millioen en
van laatstgenoemd jaar tot 1929/1930 als ge
volg van de verbetering in den algemeenen
economischen toestand wederom is gestegen
met ruim f 3.483 millioen. Als gevolg van dt
1929 ingetreden economische crisis is daarop
een vermindering gevolgd van f4.191 millioen
Van 1929/1930 tot 1933/1934.
Het vermogen over laatstgenoemd jaar is
hierdoor reeds 707 millioen lager dan dat
over 1923/1924 (5,81 pCt.). Over 1934/1935 is
hierop een betrekkelijk kleine stijging gevolgd
van 128 millioen, waardoor de daling van
1934/1924 tot 1934/1935 terugliep tot 579
millioen 4.75 pCt.).
De bevolking nam van 1 Januari 1924 tot
1935 toe met 15,35 pCt., met welk percentage
een vermeerdering der gezamenlijke vermo
gens correspondeert van 1992 millioen, zoo
dat, indien geen rekening wordt gehouden met
de waardeverandering van het geld, het totaal
der vermogens over 1934/1935 2571 millioen
lager is dan het cijfer, dat verkregen wordt,
indien van 1923/1924 af het totaal der vermo
gens dezelfde stijging zou. vertoonen als de
bevolking.
Op overeenkomstige wijze blijkt, dat het to
taal der vermogens over 1935/1935 zelfs reeds
5.182 millioen lager is dan het cijfer, dat ver
kregen wordt, indien van 1929/1930 af het to
taal der vermogens dezelfde stijging zou ver
toonen als de bevolking'. Ook de cijfers van het
onzuiver bedrag der belasting vertoonen een
zelfde beeld.
Betreffende het aantal aangeslagenen zij
vermeld, dat in tegenstelling met het be
drag der vermogens en der belasting het
aantal over 1921/1922, over 1923/1924 en over
1930/1931 telkens hoqger is dan dat over het
onmiddellijk daaraan' voorafgaande jaar. Per
1000 inwoners kwamen over 1921/1922 24 aan
geslagenen voor, welk aantal daalde tot 22
over 1923/1924, wederom steeg tot 25 over
1929/1930 en 1930/1931, waarop een vernieuw
de daling volgde tot 21 over 1933/1934 en 22
over 1934/1935.
Voor enkele van bovengenoemde jaren vol
gen hieronder de totaalcijfers betreffende het
aantal aangeslagenen, verdeeld naarenkele
vermogensgroepen, zoowel in absolute cijfers
als in van het totaal.
Vermogens- 1920/21 1929/30 1933/34 1934/35
groepen in
duizendtallen
16-/
30 —f
50—
100—
200
300—
64.406
38.035
30.795
14.723
4.588
500—1.000 2.267
1.000 en hooger 1.239
82.307
45.341
35.582
17.022
5.096
3.795
2.438
1.362
83.482
41.205
30.203
13.198
3.737
2.592
1.456
86.647
42.712
31.325
13.392
3.745
2.536
1.449
Totaal 159.449 192.943 176.541 182.455
In van het totaal aantal aangeslagenen
16-/ -
30—
50—
100—
200— f
300
30
50
100
200
300
500
500—1.000
40,39
23,86
19,31
9,23
2,88
2,13
1,42
42.66
23.50
18,44
8,82
2.64
1.97
1.26
0.71
47.29
23.34
17,11
7.47
2,12
1.47
0.82
0.38
23.41
17,17
7.34
2.05
1,39
0.79
0.36
1.000:en hooger 0.78
De groote verschuivingen tusschen de ver
schillende vermogensgroepen van jaar tot jaar
zijn duidelijk merkbaar. Zoo is het aantal
millionnairs gedaald van 1362 over 1929/1930
tot, 649 over 1934/1935. Wat de verhoudings-
cijfers aangaat zij opgemerkt, dat voor alle
groepen vermogens van f 30.000 en hooger de
cijfers van 1920 1921 tot 1933/1934 dalingen
doen zien. Van 1933/1934 op 1934/1935 is 'dit
eveneens het geval voor de vermogensgroepen
van f 100.000 en hooger.
Het gemiddeld vermogen per aangeslagene
is van 1920/1921 af hieronder vermeld:
1920/1921 f 85.000 1927/1928 f 79.000
1921/1922 80.000 1928/1929 81.000
1922/1923 76.000 1929/1930 81.000
1923/1924 75.000 1930/1931 79.000
1924/1925 74.000 1931/1932 74.000
1925/1926 76.000 1932/1933 65.000
1926/1927 78.000 1933/1934 65.000
1934/1935 64.000
Uit deze cijfers blijkt, dat het gemiddeld ver
mogen na een daling van f 85.000 over 1920/
1921 tot f 74.000 over 1924/1925, over de volgen
de jaren weer regelmatig is gestegen tot
f 81.000 over 1928/1929 en 1929/1930, om daarna
weer te dalen tot f 64.000 over 1934/1935 waar
door het f 21.000 blijft beneden het hoogste
cijfer uit bovenstaand overzicht (1920/1921) en
nog f 1.000 lager is dan het laagste dezer cij
fers (1932/1933 en 19331934).
Voor meer uitvoerige gegevens betreffende
deze belastinggegevens voor alle gemeenten te
zamen zij verwezen naar bovengenoemde af
levering van het Maandschrift.
Zondagmorgen omstreeks zeven uur werd
door een agent van politie brand ontdekt in
de Eureka-bakkerij van de firma Beekhoven
aan de Van Goorstraat te Nijmegen.
De onmiddellijk gewaarschuwde brandweer,
tastte met kracht het vuur aan. Toen men
de bakkerij binnengedrongen was, ontstond er
plotseling een hevige explosie, welke vermoe
delijk ontstaan was door toevoer van lucht.
De ontploffing was van zulk een kracht, dat
de achtermuur van de eerste en tweede verdie
ping totaal uiteengeslagen werd en neerkwam
op de binnenplaats. Aan den voorkant sloe
gen de deuren en de ruiten naar buiten en
kwam het glas aan de overzijde van de straat
terecht. De muur van het belendende perceel,
het pakhuis van den kruidenier Hendriks,
kreeg een diepe scheur. Het mag een wonder
heeten, dat niemand van het brandweerper
soneel of omstanders gewond werd.
De brand zelf was spoedig gebluscht. De
bakkerij brandde grootendeels uit, terwijl de
daar boven gelegen verdieping, doordat de
zolder doorbrandde, danig van het vuur te
lijden had. De winkel en woning van den heer
B. konden gespaard blijven. De schade loopt in
de duizenden en wordt door verzekering ge
dekt.
Men vermoedt, dat de brand ontstaan is
boven de oven van de bakkerij.
Twee winkels afgebrand te Hengelo.
Zondagmiddag is te Hengelo (O.) door on
bekende oorzaak brand uitgebroken in een
oud pand in de Willemstraat, waarin gevestigd
waren de slagerij van den heer De Leeuw en
de manufacturenhandel van den heer Van
Woerkom.
De brand die ontstaan was in de woning van
den heer Van Woerkom die niet thuis was,
werd door buren ontdekt, die onmiddellijk de
brandweer waarschuwden. Deze kon niet ver
hinderen dat beide winkels geheel uitbrandden
en kon er zich dan ook slechts toe beoerken
de belendende perceelen nat te houden en
overslaan van het vuur te verhinderen. Van
de inboedels kon nagenoeg niets gered worden.
.De schade wordt door verzekering gedekt.
AAN GEVOLGEN VAN AANRIJDING
OVERLEDEN.
In het ziekenhuis te Sittard is Zondagmid
dag overleden de 59-jarige Offermans uit
Berg, gem. Urmond. Offermans, die ongehuwd
was. kwam Vrijdagavond, terwijl hij per rij
wiel in de Koestraat te Urmond reed, in bot
sing met een vrachtauto van S. te Sittard,
bestuurd door R. v; K. Bij den val werd Offer
mans ernstig gewond.
IJs op het IJselmeer.
Schepen ondervinden er vertraging door.
Zaterdagmorgen werd er bericht ontvangen
dat de stoomvrachtboot „Koophandel" van de
N.V. Gebr. van der Boom's Stoombootreederij
te Rotterdam tusschen Pampus en Marken in
het ijs was vastgeraakt. De sleepboot „Pam
pus" van Roelof's Motor- en Lichterdienst
N.V. te Amsterdam werd gerequireerd om het
schip te hulp te komen en deze baande zich
een weg door de ijsmassa, ten einde de „Koop
handel" op sleeptouw te nemen. Vermoedelijk
ten gevolge van den mist heeft de „Pampus"
het schip niet kunnen vinden, hetgeen
echter geen ernstige gevolgen heeft gehad,
aangezien de „Koophandel" Zondagmorgen op
eigen kracht de Oranje-sluizen is binnen
gevaren, van welk feit de bemanning van de
„Pampus" die des middags terugkeerde, op
de hoogte is gesteld.
De ingevallen dooi ten spijt is de ijsgang
op het IJselmeer nog dermate belemmerend
voor de scheepvaart, dat verscheidene
schepen, die Zondag van Amsterdam zijn uit
gevaren, onverrichterzake moesten terugkeer en
Tot deze behoorde ook een motorvracht
scheepje van schipper Bakker uit Amersfoort,
dat evenwel Zondagmiddag, toen het weer wat
opklaarde, opnieuw een poging heeft gewaagd
om zich -door de vaargeul tusschen de dooi
den Oostenwind opgestapelde ijsschotsen een
weg naar de Eem te banen.
EEN
XUGGCT"
GLANS
GEWONE DOOS 10CT.
R00TE DOOS 20cr.
(Adv. Ingez. Med.)
Uitvaart van den Commissaris
der Koningin in Limburg.
Zeer groote belangstelling.
Heden is te Maastricht bijna huis aan
huis hingen de vlaggen halfstok de zoo
plotseling uit het leven weggerukte Gouver
neur van Limburg en Commissaris der Ko
ningin, baron Van Hövell tot Westerflier, ter
aarde besteld.
Zondagmiddag was het publiek toegelaten
tot de chapelle ardente. welke in dewerk
kamer van wijlen den Gouverneur was inge
richt, en ontelbaren hebben daar in den loop
van dien middag nog een laatsten groet ge
bracht aan het stoffelijk overschot.
En dezen droeven Maandagmorgen waren er
maar weinigen in Maastricht, die niet aan
wezig waren bij den laatsten gang.
Tegen het tijdstip van vertrek stelden zich
vele organisaties op in de Tongerschestraat.
Het was een indrukwekkend gezicht toen
deze honderden vertegenwoordigers van ver-
eenigïngen zich in beweging zetten, de vaan
dels hunner organisaties mede-dragend, om
floerst met rouw.
Achter dezen stoet volgden de geestelijken
yan de geheele stad, die de lijkbaar vooraf
gingen.
De kist met het stoffelijk overschot werd
uit de 'woning gedragen en volgde achter de
priesters. Om de lijkbaar heen schaarden zich
vier Malthezer-ridders: E. L. M. H. baron
Speyart van Woerden, Tweede Kapittel-ridder i
in de Orde van Malta, J. M. de Weichs de
Wenne, Ridder, mr. A. I. M. J baron van Wijn
bergen, Ridder, en Ph. C. M. baron van Ol-
deneel tot Oldenzeel. Vier leden van Gedepu
teerde Staten van Limburg fungeerden als
slippendragers.
Direct achter de kist volgde de vertegenwoordi
ger van H. M. de Koningin in den persoon van
Harer Majesteis Kamerheer in buitengewonen
dienst: R. L. J. H. M. Graaf de Marchant et
d'Ansembourg uit Gulpen.
Langzaam gmg deze geweldige stoet langs
de Papenstraat naar het Vrijthof, waar in zeer
dichte hagen duizenden belangstellenden zich
hadden verzameld.
Even over half elf nam de plechtige uitvaart
dienst een aanvang.
Pontificale assistentie verleende mgr. dr. G.
Lemmens. Direct na afloop van den dienst
celebreerde de Bisschop ook de absoute.
De Zangvereeniging de Maastrichter Staar
zong aan het slot van de plechtigheid het
„Beati Mortui in Domino morientes" van Felix
Mendelssohn Bartholdy. Hierna werd de kist
met het stoffelijk overschot naar buiten gedra
gen en in de lijk-auto geplaatst, die het naar
Twello zou brengen.
35 cf. per doosje.
(Adv. Ingez. Med.)
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll'lllllllllllllllllllllllllll
En de wandelaar bepeinst de
veranderingen in en rondom zijn stad
Mlllllll
te wijzen en te passen en te meten: een hotel
directeur of een café-houder met den tim
merman of den schildersbaas, om de dingen
voor 't nieuw seizoen voor te bereiden.
En zelfs komen nu de eerste paardrijders al
buiten. Wat onwennig, na de eerste lessen in
de manege, maar toch ook héél trotsch, om
dat je zóó maar. voor iedereen te kijk, in de
mooie nieuwe rijbroek als een bedwinger van
het edelst dier, voor de menschen te kijk, de
vrije natuur intrekt.
Er wordt heel veel meer paard-gereden dan
vroeger. De maneges hebben zich óók aan
gepast en hun prijzen zijn met meer dan twee
derde gedaald. Voor dertig gulden wordt men
nu reeds een schappelijk rijder en vanzelf
verandert daardoor het aspect van wie die
mooie sport beoefenen.
Telkens en in bijna alle uitingen van het
openbare leven valt het mij weer op, hoe aller
lei kringen van de bevolking zich gaan bezig
houden met wat tot voor enkele jaren slechts
aan enkele bevoorrechten scheen toe te ko
men. Tennis is al bijna een volkssport gewor
den. De jongelui van achter de schrijfmachi
nes en de lessenaars brengen hun vrije mid
dagen door met racket en bal, en paardrijden
komt nu óók aan de beurt. Zag ik niet gisteren
een aardig dienstertje van een onzer even
selecte als vervelende thee-gelegenheden in
een keurig rijcostuum door de duinen galop-
pee-ren? En wie zou om deze veranderingen in
de aspecten niet verheugd zijn? De vrouwelijke
jeugd óók wordt vrijer en onafhankelijker in
den goeden zin van dat woord en wie vroeger
het zakcentje versnoepte of er waardelooze
prullen voor kocht, of in de dancings een prij
zige consumptie verorberde om in benauwde
atmosfeer rond te schuiven, die woekert nu
als 't maar even kan met wat er op het
kostgeld overschiet, neemt rij- en zwemlessen
en.... wordt er gelukkiger door. Zoo geraken
de dansgelegenheden steeds meer ontvolkt en
ziet moeder natuur haar kinderen frisch en
fleurig terug. Zoo wijzigt zich langzaam, doch
zeer opmerkelijk het aspect. Als een lunch
room-juffrouw méér verdient dan een vrou
welijke meester-in-de-rechten, ergens op een
miezerig crisis-bureau, gaat zelfs den Haag
mee met zijn tijd, al zijn er hier nog altijd
kringen, die daar geen besef van hebben, die de
teekenen van den tijd niet verstaan. Maar die
stéllen zich zelve steeds meer buiten het leven
Ned. Ver. voor Internationaal
Recht.
Herdenking van het 25-jarig bestaan.
In het klein auditorium van de Universiteit
te Amsterdam heeft Zaterdagmiddag de plech
tige herdenking plaats gehad van het vijf-en-
twintig jarig bestaan van de Nederlandsche
Vereeniging voor Internationaal Recht, die de
Nederlandsche afdeeling is van de Internatio
nal Law Association. De eigenlijke dag voor
deze herdenking was op 29 November 1935 ge
weest, maar toen is zij uitgesteld wegens het
overlijden van den eere-voorzitter mr. B. C, J.
Loder. De vergadering werd o.m. bijgewoond
door den minister van justitie mr. J. van
Schaick, prof. Albert Geoffrey de la Pradello,
hoogleeraar in het Volkenrecht te Parijs,
baron Rolin-Jacquemijns, lid van het interna
tionaal Gerechtsof, dr. Walter Simons, uit
Berlijn, senator der Deutsche Akademie I. L. A.
en Lord Blanesburgh, voorzitter der Inter
national Law Association.
Prof. mr. J. A. van Hamel opende de bijeen
komst met een welkomstwoord tot de buiten-
landsche gasten. Vervolgens gaf hij een schets
van de totstandkoming van'de International
Law Association en van de Nederlandsche
Vereeniging voor Internationaal recht.
Na de openingsrede hechtte mr. K. Jansma
een krans aan het in het Klein auditorium
hangende portret van prof. mr. Josephus Jïtta
Dan is het woord aan den secretaris mr. K,
Jansma, die een overzicht gaf van het werk
der international Law Association.
Vervolgens heeft prof. Albert Geoffrey de la
Pradello een korte rede uitgesproken, waarin
hij hulde bracht aan de groote mannen, die
hij in Nederland op het gebied van het inter
nationaal recht heeft ontmoet. Met name
herinnerde hij aan prof. Josephus Jitta en mr
Loder. die zich onsterfelijke verdiensten heb
ben verworven en wier aandeel in het schep
pen van een internationaal recht zoo groot is
:eweest.
Mr. J. Limburg heeft daarop een boekwerk
aangeboden, dat in opdracht der vereeniging
en onder toezicht van haar bestuursleden prof
mr J. Kosters en mr. J. Limburg is samenge
steld door mr. N. van Hasselt en eenige mede
werkers.
Stelselmatig zullen in dit bolwerk de be
langrijkste Nederlandsche rechterlijke beslis
singen op het gebied van internationaal pri
vaatrecht in extenso en voorzien van com
mentaar worden afgedrukt. Deze uitgave, die
aan de leden zal worden toegezonden, is mo
gelijk gemaakt door subsidie der Carnegie
Endowment for International Peace.
Prof. van Hamel sloot hierop de vergadering.
Des avonds bood het bestuur van de Neder
landsche Vereeniging een diner aan. Lord Bla
nesburgh zeide in een toespraak o.m.:
International law berust op wijsheid. Het
moet gebaseerd zijn op de algemeene regels
van gedraging, gebaseerd op honorabele op
vattingen as between gentlemen.
Spr. herinnert zich de woorden van een
Schotsch dominee, die hij hoorde toen hij zes
jaren oud was, maar die hem altijd bij zijn
gebleven: „De hemel is een bereide plaats
voor lieden, die er voor bereid zijn geworden".
Zoo is het ook met den Volkenbond, Alle le
den zijn nog geen bereide leden, leden die ber
reid zijn geworden voor hun eigen hemel". Men
heeft dat ook niet van zelf meegekregen
men moet er in groeien. Wij allen moeten er
aan mee werken hen te bereiden.
Het is niet de bedoeling de nationaliteiten
op te lossen, slechts hen 'nader tot elkaar te
brengen. Spr. schildert dan af de verschrik
kingen van een toekomstigen oorlog, waarin
wellicht niemand meer „neutraal" zal kunnen
zijn. Dat moeten we voorkomen.
Radio, vliegmachines, alles brengt ons na
der tot elkander. Ook de Law Association en
haar afdeelingen doen dit, waarop spr.
trotsch is.
NA DEN BRAND OP DE O. Z. ACHTER
BURGWAL.
Toestand der overlevenden
redelijk wel.
Naar wij vernemen was Zondagavond de
toestand van de vier overlevenden van den
noodlottigen brand op den O. Z. Achterburg
wal, die in het Binnen Gasthuis verpleegd
worden: de 44-jarige A. Postma. zijn zeven
jarig zoontje A. Postma, de 39-jarige Egger-
mond en diens 36-jarige vrouw, redelijk wel.
(A. N. P.)
Het kan nog ijzig koud zijn en onze Haag-
sche tuintjes zien er nog troosteloos-wintersch
uit, maar 's middags, wanneer het zonnetje van
de vensterbank met hyacinthen een geurig en
kleurig voorjaarstafereel maakt, voelen wij,
dat de lente toch al op komst is en wandelend
langs de stille landwegen, die den kant van
Voorburg en Leidschendam op, ons een zoo
echt-Hollandsch genot geven van wijde wei
landen, kreupelhout en verre einders, land
wegen die de meeste Hagenaars met hun
drang naar 't Westen, de duinen en de zee niet
eens kennen, dan zien we de katjes al en in
de lucht is dat onbestemde dat de lente inluidt
met duizend fijne stemmen.
En dat, terwijl op slooten en weteringen nog
ijs ligt en 's ochtends het bakje met melk voor
de onbehuisde poezen uit de buurt, stijf be
vroren is. Dat, terwijl enkele dagen geleden
nog tal van Hagenaars, Staatsraad Jan Kan
met 'n blozend en bloot hoofd voorop natuur
lijk. vol verwachting naar de ijsbanen gin
gen. Even zijn de smalle ijzers onder geweest,
maar al heel gauw kwam de tegenvaller: natte
schenen, kraken en scheuren en mistroostig
terug door de stad naar de warme huiskamer.
Voor wandelen is het hier nu een heerlijke
tijd. Het is frisch, maar stevig stappend, krijgt
ge dat tintelende gevoel warmte van binnen
uit, dat 't tot een genot maakt langs onze
duinwegen en over onze boschpaden te gaan
en te ontdekken dat zoowaarr hier en ginds,
al timmerlui en schilders bezig zijn om alles
kleurig en frisch voor den dag te laten komen,
wanneer de lente haar intrede doet en Den
Haag weer in zijn schoonste gewaad gaat ver
schijnen. Op Scheveningen was het doodstil,
toen ik daar gisteren een kijkje ging nemen.
Het Gevers Deynootplein, druk centrum van
de badplaats, is in den winter het plein van
een doode stad. De café's staan met witte
oogen in het waterige zonnetje en de hotels
staan naargeestig en dood naar de zee te
staren Maar de pier wordt alwer a?renarep'*d
en er waren al schilders bezig bij liet Grand
Hotel en hier en daar stond een of andere 1 zaken, een ritje zullen maken naast een aar- 'sich weifelend komt melden!
meneer met 'n andere meneer te praten en dige amazone, die hen soms met een electri
se he zaklantaarn in de bioscoop hun plaatsen
aanwijst. Hetgeen voor menige grijze Haag-
sch-e dame eon schrikbeeld der toekomst zal
zijn
Op die vernieuwing der sociale verhoudingen
komt ge vanzelf wanneer ge, met blozend ge
laat en tintelende vingertoppen, de vernieu
wing van de natuur bespeurt.
Wanneer ge, eenzaam stappend in de buurt
van Meyendell, dat boersche café bij het begin
van het duingebied, dat-, ongemoderniseerd,
nog altijd een factor vormt voor het wandel-
lievend 's G-ravenhage, de zon ziet spelen op
het lage hout en ruikt hoe het gras begint te
geuren en hier en daar een vroeg bloemetje
verschijnt in de beschutting van een duinkom.
Wanneer ge, dwalend door Wassenaar, de
tuinlieden bezig ziet aan de perken en langs
de paden en vernieuwingen ziet aanbrengen
in de gazons.
Dan denkt ge óók. dat er rond den Haag nog
duizenden zijn die het goed hebben in dit le
ven, want al staan er héél wat villa's te koop
en te huur, er zijn er anderzijds nog meer die
bewoond worden: bakbeesten van huizen met
tuinen als parken, met garages waarin twee
of meer auto's een plaats vinden, met particu
liere tennisbanen, vijvers en tuinmanswonin
gen. Er is in Wassenaar een particuliere wo
ning met een park, waarin dertig tuinlieden
werk vinden en een ander huis, dat naar
iemand die het weten kan mij vertelde niet
minder dan 38 kamers bevat en waarin een
gezin van drie personen woont....
Wij aanvaarden zulk een welstand gaarne
wanneer wij anderzijds weten dat de kamenier
van mevrouw des Zondags haar ritje te paard
gaat maken.
En wij aanvaarden het óók, omdat wij weten
dat meneer een der beste klanten van vader
tje Fiscus is.
Katjes, schommelend aan de wilgen, zonne
stralen kaatsend in de villa-vensters en dat
vroege bloemetje stemmen den wandelaar in
het wordend voorjaar rond den Haag mild.
Hij ziet de dingen en geniet ervan en is blij
dat ook zijn medemensch ervan geniet: de
medemensch met de drie auto's en de mede
mensch, die den geheelen winter gespaard
heeft voor een nieuw tennisracket.
Dat er tienduizenden zijn die noch het een
noch ook het ander kunnen betalen wil hij dan
wel gaarne een oogenblik vergeten.
Uit Haarlem's Dagblad van 1886.
17 Februari:
Gisteren trad alhier als spreker op de
heer Jb. Duyvis, uit Utrecht, een dei-
vertegenwoordigers van het kiesdistrict
Haarlem in de Tweede Kamer, met een
voordracht over ,,De crisis op het gebied
van Handel en Nijverheid."
Een der grootste oorzaken van den
achteruitgang der volkswelvaart zijn ten
allen tijde de oorlogen geweest. En wat
kost niet de gewapende vrede aan alle
beschaafde natiën? Mlllioenen worden
door lederen Europeeschen staat jaar
lijks op het oorlogs-budget gebracht.
Dat moet natuurlijk door belastingen
worden gedekt, die op de bevolking hun
nadeeligen invloed doen gelden.
In alle standen der Maatschappij is te
groote weelde doorgedrongen, waarvan
men zich niet schijnt te willen ontdoen.
„Keert terug," zeide spreker, „tot den
eenvoud van voor veertig jaar en het
einde der crisis kan niet ver meer af
zijn; dat geen valsche schaamte u daar
van terughoude, want gij zult er wel bij
varen."
Zoekt voorts niet in den vreemde, wat
ge in uw eigen land evengoed kunt ge
daan krijgen, en stelt aldus uw eigen
industrie niet op den achtergrond voor
de vreemde!
Medisch-opvoedkundig bureau
gesticht.
Opening aan den Koninginneweg.
De diuinen, de bosschen, de landweggetjes
en zijn tot. afsterven gedoemd, zoodat het weldoor de weilanden vergeven het hem.
'ijkt nf de tijd niet ver meer R dat de legatie- Den Haag ligt cok zno heerlijk in de wereld.Jltvl J_,_
^j'ai^en^de commies aan buitenlandsche En de wereldss cok zoo^ mooi nu het voorjaar j uit Rotterdam en den heer Geerts, namens
A A de afdeeling Haarlem van het Nederlandse!*
Mr. E. ELIAS. Onderwijzers Genootschap,
HAARLEM Maandag.
Zaterdagmiddag is aan den Koninginne
weg 65 geopend het gebouw van de Kennemer
vereeniging tot oprichting en instandhouding
van medisch-opvoedkundige bureaux.
De voorzitter dezer vereeniging, de heer Th.
Lancée, heette de aanwezigen welkom en
meende dat de groote belangstelling een
waarborg genoemd mocht worden voor blij-
venden steun in de toekomst en voor de be
staanszekerheid van de vereeniging.
Vooral dankte hij degenen door wier steun
de oprichting van dit gebouw mogelijk is ge
worden. „Indien het in dit geval niet een wei
nig eigenaardig zou klinken, zou ik willen
zeggen dat ik den wensch uitspreek dat zij,
die de eigenlijke oprichters zijn, zich in dit
tehuis ook.... thuis zullen voelen", zei de
heer Lancee.
Er is bij de inrichting van het tehuis groo
te eenvouw betracht. De heer Lancee gaf een
kort overzicht van de totstandkoming van dit
gebouw. Er was in Haarlem reeds een bureau
voor advies en behandeling van lichamelijk of
geestelijk afwijkende kinderen, die op school
en thuis niet mee konden. Dit bureau ging uit
van De Spaarnestichting, die voortreffelijk
pionierswerk heeft verricht. Doch toen de
noodzakelijkheid werd gevoeld het werk op
breedere basis te brengen werd aan de oprich
ting van dit gebouw gedacht.
Mej. Mr. Dr. Lekkerkerker heeft het initia
tief genomen tot het vormen van een comité
dat van het begin af aan veel steun heeft ont
vangen van verschillende zijden.
Er werd overleg gepleegd met prof. Rumke
ui de leidster van het Amsterdamsche bureau.
Daarna werd de vereeniging gesticht met..,,
dezen langen naam. zoo zei de heer Lancee.
Met de opening van dit gebouw is het eerste
doel der vereeniging bereikt: de oprichting.
Hierbij is men veel dank verschuldigd aan
degenen die de vaste staf zullen uitmaken,
t.w. mevrouw dr. Mees, zenuwarts, dr. F. E.
Posthumus Meyjes, zenuwarts, dr., A. Y. v. d.
Meulen, kinderarts en mej. mr. dr. Lekkerker
ker, sociaal werkster.
Het tweede doel, de instandhouding en de
uitvoering van het zegenrijke werkdaar
voor heeft de heer Lancee de besté hoop.
De heel* A. G. Boes, wethouder van Haarlem,
sprak daarna de officieele openingsrede uit.
Daarin zei hij dat hij met zekere schroom de
uitnoodiging hiertoe heeft aanvaard. Ten eer
ste omdat anderen meer dan hij ter zake kun
dig zijn en ten tweede omdat vroeger een
dergelijke opening alleszins de verwachting
rechtvaardigde op financieelen steun der ge
meente. iets waaraan nu geen denken was. Al
thans in de eerste jaren niet. De sympathie
die van de gemeente uitgaat voor het werk
der vereeniging komt tot uiting in een post,
die de begrooting niet drukt, de post van.
den moreelen steun, zooals de heer Boes zich
uitdrukte. De rest moet worden overgelaten
aan het particulier initiatief. Dat dit onge
twijfeld krachtig zal steunen bewijzen de fei
ten. Immers terwijl andere, ook zeer nuttige
vereenigingen, haar ledental zien achteruit
gaan, is in de kringen dezer vereeniging zoo
veel energie gevonden, dat tot de stichting van
dit gebouw kon worden overgegaan. Dit wijst
erop dat hier dringende redenen en krachtige
argumenten spraken.
Het doel der vereeniging moet wezen gees
telijke hygiëne in de ruimste beteekenis. Veel
gevallen van misdadigheid zouden voorkomen
kunnen worden door tijdige ontdekking der
karakterfouten. Veel ongelukken hadden zoo
reeds voorkomen kunnen worden. De reclas-
seering en de genootschappen tot zedelijke
verbetering moeten nog meer aandacht be
steden aan de opgroeiende, niet uitgesproken
misdadige jeugd!
Ouders ep opvoeders moeten de gevallen
aangeven, van kinderen die op de een of an
dere wijze in aanmerking komen voor behan
deling, kinderen die door verschillende ken
merken bewijzen tot de abnormalen te behoo-
ren. Een veelzijdig onderzoek door de veree
niging moet volgen, waarop de maatschappe
lijke werkster het milieu en de omstandighe
den waaronder het kind leeft, moet onder
zoeken. Dan kan de diagnose worden gesteld
en getracht worden het kind te genezen. De
werkkring is inderdaad ruimer dan de naam
der vereeniging aangeeft.
Dank zij het'werk van mej. mr. dr. Lekker
kerker en het genootschap tot zedelijke verbe
tering van gevangenen is nu ook in Haarlem
een bureau gesticht, dat de heer Boes een ze
genrijke toekomst toewenscht,
Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, de voorzit
ter van De Spaarnestichting, zei met vreugde
het bureau aan de vereeniging over te dragen
en een groot vertrouwen te hebben in mej.
Lekkerkerker.
Vervolgens werd het bestuur gecomplimen
teerd door mej. dr. Tibaut, namens de Am
sterdamsche vereeniging met het zelfde doel,
mej. M. Kaars Sypesteyn uit Den Haag, mej.
K. Romswinckel uit Utrecht, mej. mr. Hille