Défilé der gemotoriseerde Artillerie DE GOUDEN BRUG. De onlusten in Spanje. De cel in een der kloosters te Madrid, waar de oproerlingen hebben huisgehouden H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana in het galarijtuig bij aankomst op het Alexanderveld te den Haag, waar zij Donderdag het derde halfregiment huzaren inspecteerden De zeventigste verjaardag van den Nederlandschen gezant te Parijs, jhr. Loudon. Een snapshot tijdens de huldiging van den diplomaat door de Nederland- sche kolonie FEUILLETON ROMAN VAN HANNO l'LESSEN. (Nadruk verboden) 21) In den middag van dezen dag heeft Johanna twee telefoongesprekken vanuit haar hotel. Het eerste is met den voormalïgen commis saris der recherche, Schwarzer, die nu een particulier detective-bureau in de Brienzer- straat heeft. Haar kort en bondig geformu leerde opdracht geeft Schwarzer na beëindi ging van het telefoongesprek aanleiding tot een snel en doelbewust optreden in dat spe ciale onderdeel van zijn vak. waarin hij in den loop der jaren reeds heel wat gunstige resul taten heeft bereikt. Zóó voortreffelijk is de reputatie, welke hij geniet, dat de directeur van het Grand Hotel Grunewald geen oogen- blik heeft geaarzeld hem op een informatie van de bewoonster van kamer 130, warm aan te bevelen. Johanna's tweede verbinding is een inter communaal gesprek met Igls, dat tante Sophie aan het andere einde van de draad totaal uit haar evenwicht brengt. Stefan Szartossy, die de laatste vierentwin tig uur tot den bij zonderen vertrouwensman van barones von Geitier is gepromoveerd, ver mag haar slechts gerust te stellen met de toe zegging, dat hij volkomen te harer beschik king blijft. Want Johanna heeft haar tante niets meer of minder dan het volgende mede gedeeld: Professor Witte heeft haar, in het belang van haar ernstig aangedane stem uitdruk kelijk gewaarschuwd voor een langer verblijf in de bergen en haar dringend aangeraden onmiddellijk een zuidelijker klimaat op te zoeken. Zij heeft daarom besloten naar Cairo ^te gaan, waar het bij Shepheard nog niet al te druk zal zijn. Zij vertrekt morgen via Salz burg naar Triest. Tante Sophie moet eveneens morgen den korteren weg over den Brenner nemen. Zij verwacht haar op den avond van den 31sten December in Hotel Splendid in Triest. „Alles zoo hals over kopzucht Sophie von Geitier. „Het arrangement van de barones is wel- overlegd en even verstandig als practisch", tracht Szartossy haar te verzekeren. „En dat de barones haar aandeel in het reisprogramma tot Triëst zoo gemakkelijk mogelijk wordt gemaakt, daarvoor hoop ik te zorgen, als u zoo goed volt zijn dit aan mij over te laten". „Met genoegen, beste Szartossy. Wat heer lijk, dat ik u tenminste heb. Het kamermeisje zal dus de koffers gaan pakken en u zorgt voor m'n reisbiljet en brengt mij naar den trein, ja? Morgenochtend om elf uur van Innsbruck, heeft Hannerl gecommandeerd. En alles vanwege die stem! Maar het kind scheen wel erg heesch te zijn; dat heb ik zelfs door de telefoon gehoord!" „De barones zag er gisteren zeer slecht uit en heeft eenige ontspanning ongetwijfeld dringend noodig". „Eigenlijk zijn we ook voor ontspanning hier heen gekomen. Enfin, vooruit dan maar. Op naar Cairo. Ik neem het nu eenmaal niet zoo zwaar. Dat weet Hannerl ook drommels goed en ze weet ook, dat ze zich op haar oude tante verlaten kan, waar en wanneer ze haar noodig heeft!" Szartossy lacht heimelijk om deze geheel nieuwe wijze van de zaken voor te stellen door de oude dame, die haar hulpeloosheid plotse ling geheel heeft afgelegd en totaal vergeten schijnt te zijn, hoe zij zich slechts enkele mi nuten geleden over een en ander heeft uitge laten. Maar zelfs in dezen vermakelijken om mekeer van de barones steekt slechts charme en gratie. „Ach, wilt u het meisje even zeggen, dat ze moet gaan pakken?" beschikt ze met on weerstaanbare beminnelijkheid over den rid derlijken Hongaar. „Dan laat ik me intusschen door dr. Falk de krant voorlezen". Daarop schrijdt ze de hall door, genadiglijk dankend voor de eerbiedige buiging van Syl vester Vonberg, die haar tegemoet komt. Bij alle minzaamheid ligt er echter zooveel ge reserveerdheid in de wijze, waarop de oude dame slechts enkele centimeters het hoofd groetend buigt, dat Sylvester het niet waagt haar aan te spreken. En toch brandt de vraag naar Johanna hem op de lippen. Nóg tast hij volkomen in het duister. Zwijgen omringt hem, een koel, ondoordringbaar en onbarmhartig zwijgen. Nóg is hij overgeleverd aan de ergste van alle folteringen: wachten! Doelloos wachten, wachten op genade of een beslissende veroor deeling Hij stormt het hotel uit, dwars door het dorp Igls en over den breeden straatweg naar Vill. Daar komt hij in een kleine herberg tot rust. De waard brengt, op zijn verzoek cognac, daarna gentiaan. Meer en altijd meerDe inhoud van Johanna's portemonnaie is nauwe lijks toereikend om de vertering te betalen. Na het telefoongesprek met haar tante begeeft Johanna zich naar het Hotelbureau. Haar bewegingen zijn automatisch en afge meten. Zij spreekt op gedempten toon, maar nochtans zeer gedecideerd: „Ik vertrek morgenochtendmet den F.-D. trein van 10 uur van het Centraal sta tion naar Triëst. Zorgt u voor een reisbiljet en maakt u de rekening klaar. Voorts zou ik nu graag een flesch wijn, Haute Sauterne, op mijn kamer hebbenEn dan de hoofd zaak: ik wensch in geen geval voor morgen ochtend te worden gestoord. Laat u mij om acht uur wekkenEn om half negen zal meneer Schwarzer van het Detective Bureau naar mij vragen. Wilt u mij dan onmiddellijk waarschuwen?," „Zee goed barones; wij zullen er voor zorgen dat alles prompt wordt uitgevoerd!" De chef de réception vergezelt Johanna naar de lift, waar hij de deur voor haar opent. Op haar kamer lost ze drie tabletten van een slaapmiddel op in een glas wijn, dat zij dorstig leegdrinkt. Dan begeeft zij zich te bed Oververmoeid, de réactie van al te over spannen zenuwen in vereeniging met de sterke narcotium doen haar spoedig inslapen. Ook Sylvester Vonberg, die eerst laat in den avond in Iglerhof terugkeert, vindt dezen nacht de slaap. De zware, doffe slaap na sterk alcoholgebruik Geheel anders staat het met Sophie von Geitier, die telkens uit een lichten sluimer ontwaakt om dan verschrikt naar de klok te kijken. De vrees zich te zullen verslapen doet in niet geringe mate afbreuk aan haar nacht rust, die gewoonlijk toch niets te wenschen overlaat. Om 8 uur staat zij op en begint zij toilet te maken, waarbij de gepakte koffers haar danig in den weg staan. Zij vindt niets, haalt alles overhoop en belt tenslotte wanhopig om het kamermeisje. Om 9 uur zit zij in de ontbijtzaal, waar zij nerveus naar Szartossy uitkijkt. Eindelijk vijf volle minuten later treedt deze de zaal binnen, waar hij aan haar tafeltje plaats neemt. Omiddellijk voelt de oude dame zich meer op haar gemak en zij is nu tenminste in staat de afscheidscercle te leiden, welke ge vormd wordt door de verschillende hotel gasten, die haar nog eenmaal de hand komen drukken. Het slaat 10 uur, als Szartossy de barones in de auto helpt, die hen naar Innsbruck zal brengen. En juist van dat moment is Sylvester Vonberg, die zoo juist is opgestaan en doel loos naar buiten staart, getuige. Hij ziet hoe de koffers van barones von Geitier ach ter op den wagen worden geladen, voor een ander deel een plaats krijgen bij den chauffeur. Hij ziet ook, hoe dr. Falk, miss Spencer en de directeur van het hotel do vertrekkenden nawuiven en zijn eerste ge dachte is naar beneden te snellen en te vragen naar de reden van dit plotselinge vertrek, hen zoo noodig tegen te houdenEen blik in den spiegel echter herinnert hem er aan, dat hij zich eerst behoorlijk zal moeten kleeden. Haastig en gejaagd voldoet hij aan dezen eïsch Van den portier verneemt hij, dat Barones von Geitier inderdaad is vertrokken. Zij neemt den 11 uur-trein van Innsbruck. „Naar Weenen?" vraagt Vonberg. „Wel neen, dat is toch de Rome-expres!" „En meneer Szartossy? Reist die met den zelfden trein?" „Neen, die blijft nog hier. Hij brengt de barones naar het station". Dies blijft Sylvester Vonberg niet veel an ders over dan post te vatten in de hall om den Hongaar bij diens terugkeer onmiddellijk te kunnen interpelleeren. Daarbij is zijn denk vermogen volkomen uitgeschakeld en zoo bemerkt hij niet, dat uren voorbij gaan. Het ontgaat hem, da thet middag wordt en de hotelgasten zich naar de eetzaal begeven en evenmin bemerkt hij, dat zij na tafel de hall weer passeeren. Hij hoort niets van hun lachen en praten en hun haastige schreden, hij ziet niet, dat de schemer valt en de avond komt. Sylvester Vonberg wacht op Stefan Szartossy. Hij wacht.... wacht.... wacht.... en niets dan dat. (Wordt vervolgd) De leden der Duitsche delegatie (op bovenstaande foto links) woonden Don derdag de zitting van den Volkenbonds raad te Londen bij. Met (x), Von Ribbentrop, de leider der Duitsche delegatie Een afdeeling van het regiment motor-artillerie defileerde Donderdagmiddag te Amsterdam voor den generaal-majoor, De voorbereidingen voor de Rijksdagverkiezingen in Duitschland. In de bureaux van den Burgerlijken Stand commandant der 4e divisie J. J. G. baron van Voorst tot Voorst zijn de ambtenaren druk bezig met het samenstellen der kiezerslijsten De kronkelwegen van de Langstraat worden zooveel mogelijk weggenomen. Het plaveisel wordt met een dansende wals aangestampt De Hertog en de Hertogin van Gloucester woonden te Arborfield nabij Workingham de ruiterwedstrijden voor leden der cavalerie bij. De hooge gasten onder de toeschouwers

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9