VOOR DE VROUW MODE^TIPSc Nouveautés ihm VOOR ELKE SCHOEN EEN PASSENDE KOUS tCcmfotcaat 129 de sckammmttiiê is een èmi&ê tijd De mode-shows der groote firma's zijn vrij wei achter den rug, de sluier die tot nu toe alle geheimen der voorjaarsmode verborg, is opgelicht en de vrouw mag bewonderen, wat de modescheppers voor haar gecreëerd heb ben. De tijd, dat ze alles wat men haar voor zette, „slikte", in dit geval dus droeg, is ge lukkig voorbij. De moderne vrouw heeft her senen genoeg om uit de nouveautés datgene te zoeken, dat bij haar persoonlijkheid past en dat haar staat. Op onze bovenste illustratie ziet u geheel links: japon van goudbruine of marineblauwe crêpe satin in raglan coupe. De rok is zeer apart door de drapeering. De japon sluit op den rug met een paar kleine knoopjes. Daarnaast een lichtgroene middagjapon van angorastof, gegarneerd met bruin zijden koord. De rok is schuin geknipt, terwijl in gezette plooien de figuurnaadjes zorgen voor de goede coupe. De drie-kwartlange sportjas van genopte tweed moet noch overdreven lang, noch overdreven wijd zijn. Bovendien moeten ook de revers niet te breed zijn. Van marineblauwe wollen stof is het com plet dat de jonge dame daar naast draagt. Het is sportief en toch gekleed. De ceintuur is van blauw peau de suède. Tenslotte ziet u op de teekening nog een mantel van geïmpregneerde gabardine. De snit is zeer eenvoudig. Met felle kleuren geborduurde blouses zul len dit voorjaar zeer modern zijn. De mo tieven daartoe zijn ontleend aan Hongaar- sche, Roemeensche en Bulgarijsche hoeren drachten. Maar wie een beetje handig met draad en naald ka,. k«,u zeu haar blouse borduren. Ket meeste succes heeft men met de kleuren rood, blauw en groen Bijzonder leuk is, om voor den zomer ook nog handschoenen en tasch met hetzelfde motief te garneeren. Een gtw.chtig onderdeel der nieuwe voor jaarsmode is de halsgarneering. In vele ge vallen is die namelijk beslissend voor de in druk van een japon. Op de onderste illustratie ziet u een viertal moderne halsgarneeringen. Links: eenvoudige japon, gegarneerd met een kraagje van donker suède, gesloten me.t koord, dat als een kwastje uitgerafeld is. De ceintuur is van hetzelfde materiaal en eveneens met franje afgezet. Daarnaast een japon, die heel modern ge maakt kan worden, met een gedrapeerde kraag van gewerkt crepe satijn. Zeer een voudig en daarom juist zoo gedistingeerd is het smalle opstaande kraagje met de jabot, dat op iedere japon gedragen kan worden. De „inkijk" van de jabot is met kleurige zijde uitgevoerd. Origineel is de garneering van de laatste japon. Deze bestaat namelijk uit groote kra len, gekozen in kleuren die contrasten met de kleur der jurk. Jabots van taf zij de staan zeer goed onder het half openstaande jasje van een taileurs- costuumpje. Vooral als men ze dan nog sterk inrimpelt. zoodat ze stijf uitstaan. Het linksche figuurtje op de afbeelding toont u een dergelijke jabot. Daarnaast een aardige afwerking van gestreepte tafzijde, voor een eenvoudige zomerjurk. HET MENU VOOR DE HEELE WEEK Zondag: groentesoep; kalfsoesters, worteltjes, gekookte aard appelen vrüchtensla. Maandag: rookworst, stamppot van boerenkool en aardappelen; flensjes. Dinsdag: carbonaden, savoye kool, gekookte aard appelen; koffievla. Woensdag: gehakt, Brusselsch lof, gekookte aard appelen rijst met krenten. Donderdag: runderlapjes, gestoofde biet, gekookte aardappelen; chocoladepudding met schuimpjes. Vrijdag: harde eieren, spinazie, gebakken aard appelen; Warme gemberpudding. Zaterdag: erwtensoep met kluif; citroenrijst. Ons Wekelijksch Knippatroon. Nr. 372: aardig manteltje voor meisje van 4 tot 7 jaar vervaardigd van wollen stof en ge garneerd met kraagje en manchetjes van flu weel in een donkerder nuance. Benoodigd materiaal: 2 meter stof van 130 centimeter breedte. Prijs van het patroon: 25 ets per stuk. Nr. 373: pakje voor jongens van 4 tot 6 jaar. Het broekje is van fluweel of wollen stof, terwijl het blousje van wit flanel of zijde is. Be noodigd materiaal voor het broekje: 1.25 meter stof van 100 centimeter breedte; voor het blousje: 1.25 meter materiaal van 90 centime ter breedte. Prijs van het patroon: 25 ets. per stuk. Deze patroontjes zijn dus in alle maten te gen bovenvermelde prijzen te verkrijgen bij het bureau van dit blad, plus 6 ets portokosten. 1 LENTEWEER. Het ls voorjaar. De zon schijnt, de lucht ls lauw en zoel, de hemel is 'blauw met enkele witte zeilende wolkjes opgetuigd en wij menschen zijn best te spreken. Iedereen roept het den ander toe: wat een fijn weertje, een heerlijk voorjaarsweertje. Het is druk op straat, ieder die er maar even den tijd voor heeft, gaat er uit. om van al het heerlijks te genieten. De banken in den Hout en in de plantsoenen hebben doorloopend bezoek, de jeugd kwettert op het schoolplein in „de vrije tien" nog eens zoo hard als anders, en de kachel wordt vergeten en gaat dus ook al uit. De hoeden blijven aan den kapstok hangen, iedereen wil de warme voorjaarslucht om zijn hoofd voelen, en de kinderen bedelen om zomer jurken, zomerblouses en vooral geen jassen en mantels, stel je voor! Dientengevolge le vert moeder constant slag over deze kwestie, want „alle andere kinderen mogen het ook" heet het fantastisch, wanneer er nog maar een enkele is die kans gezien heeft, moeder over te halen! „Maar we moeten het straks toch weer be zuren." zegt er op eens een onverbeterlijke zwartkijker. Wat moeten we eigenlijk bezuren? Dat we op het oogenblik zoo intens van het heer lijke weer genieten? En wie zal ons dat laten bezuren? Het weerkantoor? Houdt dat er hatelijke overwegingen op na als: nu zullen we ze fijn weer sturen, en omdat het zoo vroeg in den tijd is, krijgen ze lekker daarna er erg leelijk achteraan? Of doet de na tuur dit met weloverwogen hatelijkheid? Want me dunkt, iets dat je moet „bezuren", wordt je toch altijd door een ander aange daan. Waarom toch altijd die sombere overwe gingen bij mooi weer! Wat zouden velen er meer van genieten, wanneer zij niet altijd bedachten dat het „zoo niet blijven kan", dat weten wij immers allemaal wel, en wat we eenmaal gehad hebben, kan niemand ons meer afnemen. Wij genieten op dit oogenblik van een stralend voorjaar: wanneer u dit leest, is het misschien alweer koud, maar morgen kan het immers weer opnieuw mooi en warm zijn. Genieten van het oogenblik dat is voor velen een moeilijke kunst, maar het is de moeite dubbel en dwars waard. Begin daarom eens bij het weer, dat ten slotte toch een onderdeel van het leven van allen dag vormt. Als het weer stralend is, geniet er dan ook van, op den duur zal ook in belangrijker dingen deze levenskunst ons eigendom kunnen worden. E. E. J.—P, GEWELDIG SORTIMENT KOUSEN EN SOKKEN (Adv. Ingez. Med.) VOORJAARSVEST. U hebt allen wel een blouse, die „niet zoo heel mooi meer is" of „nog te koud" en die door een aardig vest weer in gebruik geno men kon worden. Met een rok in de kleur van de blouse of het vest, kan zoo'n vest van uw blouse-en- rok een aardig pakje maken. Dit vest is gebreid van dikke grijze wol, en we hebben noodig 200 gr. wol en 2 pennen No. 4. Om het vest goed getailleerd te laten zitten breien we er van taille tot buste fi guurnaadjes in door bij te meerderen, welke steken we in de figuurnaadjes boven weer wegminderen. We beginnen met het linker voorpand en zetten 40 st. op. De bies onder en voor de knoopen en knoopsgaten wordt met de „gerstekorrel" gebreid: 1 r. 1 aver, verspringen. We breien deze bies 8 toeren en van den 9en toer nog 7 steken van dit pa troon en daarna recht tot de pen uit is. Van elke volgende pen worden dus de le 7 st. in patroon gebreid en dan verder de heengaan de toeren recht, de teruggaande aver. Bij de 6e pen recht beginnen we met de figuurnaad door van de zijnaad afgeteld van de 18e st. twee te maken. Dit doen we 4 maal boven elkaar met een tusschenruimte van 4 toeren. Na deze 20 toeren gaan we het voorpand breeder maken door den zijnaad te laten geren. Bij elke 5e pen maken we van de le steek twee en dit 7 maal. Nu hebben we in middels 55 toefen gebreid en staan er 44 st. op de pen plus 7 van de bies. Voor 't armsgat minderen we 14 st. af (4X3 -I- 2). Daarna maken we in het midden van de overgebleven 30 st. het figuurnaadje door de 14e en 15e st. te zamen te breien. Averecht terug breien en dan weer 2 te zamen boven de vorige mindering. Dit tot er nog 25 st. op de pen staan plus 7 van de bies. Dan breien we van het armsgat af <9 st. recht en 23 st. „gerstekorrel" voor schouder en hals. Als ae halsbies 8 toeren hoog is, kanten we 16 st. af en breien dan nog 7 st. gerstekorrel en 9 gewoon recht. Die 16 st. breien we 10 toe ren op, dan afkanten. Het rechtervoorpand is een spiegelbeeld van het linker met dit verschil dat er 5 knoopsgaten in gebreid worden door heen gaande 3 st. af te kanten (van de 3e af te beginnen) en die er teruggaande weer bij te breien. De 6e toer van het begin af heeft een knoopsgat en verder zijn er tusschen de knoopsgaten 22 toeren. Voor den rug zetten we 60 st. op, breien eerst de bies en dan 20 t. recht. Daarna aan weeszijden weer 7 st. bijmaken als bo ven, zoodat we na 55 toeren 74 st. hebben. Aan weerszijden 10 afminderen voor arms gat (3X3 1) en opbreien tot de halsbies. Dan 9 st. recht, 36 st. 1 r. 1 aver, en weer 9 st. recht. Terug verspringen tot de bies 8 toeren hoog is. De middelste 22 st. worden afgekant en aan weerszijden den schouder 6 toeren opgebreid en afgekant. Het aardige van het vest is het kapje. Hier voor zetten we aan den „kop" beginnende 22 st. op. Aan weerszijden maken we aan den rechten kant telkens voor en achter één bij tot er 44 st. op de pen staan. Dan in één keer aan beide kanten 11 st. opzetten en met deze 66 st. beginnen we weer den gerstekorrel. Dit doen we 6 toeren waarna we afkanten. Het vest wordt met een vochtigen doek aan den verkeerden kant opgestreken en op de machine in elkaar genaaid. Een rijtje aar dige knoopen in de kleur van vest of rok-en- blouse maken er een fleurig geheel van. Sp. Th. VOOR ONS HUIS. Veranderingen, verbeteringen en nieuwigheden Vele huisvrouwen staan tegenwoordig voor de moeilijkheid, dat er eigenlijk in huis vele nieuwe dingen aangeschaft zouden moeten worden, doch dat de middelen daartoe ontbre ken. Deze vrouwen nu willen wij gaarne hel pen met weinig kosten en moeiten haar huis gezellig te maken. Daar zijn bijvoorbeeld de stoelen met rieten zittingen, die werkelijk een beetje misstaan in een eenigszins modern inte rieur. Maar om ze op zolder te zetten, dat vinden we eigenlijk jammer; want ze zijn nog heel goed. Bovendien ontbreken de geldelijke middelen om ze door meer moderne te ver vangen. Waarom ze dan niet bekleeden met een aardig lapje cretonne, dat we in den uit verkoop heel goedkoop, op den kop hebben ge tikt? Dat is heel gemakkelijk. Het cretonne wordt vastgezet met mooie koperen sierspij- kertjes. Voor de stevigte kan men de zitting en de rugleuning nog opvullen met zeegras of iets dergelijks. Wanneer men dezelfde stof voor de bekleeding der stoelen gebruikt, als voor de overgordijnen, zal men een zeer aardig modern geheel verkrijgen. Dan is er de oude commode, die, witgelakt, dienst heeft gedaan als aan- kleedtafel voor baby. Ook die wordt al jaren niet meer gebruikt. Eigenlijk is het toch wel erg jammer, dat de kast nu maar op zolder voor elke huisvrouw. Maar U kunt Uw taak verlichten, door de schoonmaakwasch door BIJVOET'S MODERNE WASSCHERIJ te laten behandelen. U zult verrast zijn over de. p r a c h t i g hel dere en keurig afgewerkte wasch, die U thuis ontvangt. Neemt U eens een proef! Mangehvasch geheele wasch gemangeld) 25 et. per K.G. Persopmaak kastklaar 35 ct. per K.G. Wollen dekens stoomen 80 ct. per stuk. Boorden 5 en 8 ct. Overhemden 20, 30, 40 ct. ffisaplH Telefoon 2 2 016 (Adv. Ingez. Med.) Dat is zeer eenvoudig. De rekjes, waar de handdoek opgehangen werd, worden er afge haald. evenals de breede rand er om heen. Het geheel wordt flink schoongemaakt, (dat staat te verwaarloozen en niemand er meer nut of plezier van heeft. Ook daar weten wij raad mee! Waarom er niet een soort keuken' dressoir van gemaakt!? spreekt vanzelf!) en geschilderd in de' kleur van het andere houtwerk in de keuken. Door een handig huisgenoot of anders door den timmerman laat men vervolgens een klein kastje met schuiflaadjes maken, zooals op de teekening aangegeven staat. Dat is gemak kelijk voor het bewaren van kruiden, enz. Een dergelijk dressoir zal in geen enkelen keuken misstaan. En men heeft er nog groot practisch nut van bovendien. Nu het voorjaar aankomt, hebben de kinde ren al gauw de neiging dunnere kleertjes aan te trekken. En dat is natuurlijk heel verkeert, want juist het ongestadige voorjaarsweer maakt de kinderen ziek, wanneer de kleeding er niet op berekend is. Het hier afgebeelde overgooiertje heeft het voordeel, dat men er blousjes met lange, zoo wel als met korte mouwtjes onder kan laten dragen. Op het schema ziet u een patroon voor een blousje met korte mouwen. Het over gooiertje is bestemd voor een meisje van onge veer 5 jaar. Voor het overgooiertje hebben we 150 gram zes-draads wol noodig en een stel naalden No. 2y2 voor het lijfje en No. 3 voor de rok. Men begint aan de nonderkant van de rok en zet op de dikke naalden 150 steken op. Daarop breit men 21 steken averecht en op de volgende 22 steken breit met 1 steek recht, 1 steek opnemen zonder breien. Dit herhaalt men tot de toer uit is. Men eindigt met 21 steken averecht. 2de toer: 21 steken recht; 22 steken averecht, enz. 3de toer: als de eerste, maar zorgen, dat de afgehaalde steken verspringen. 4de toer: als de tweede. Deze vier toeren herhaalt men telkens; ter wijl men in de averechte gedeelten in iedere 7de toer aan beide zijden telkens een steek mindert. Zoo gaat men door tot men een hoog te heeft van 30 centimeter. Dan mindei l men in ieder toer, tot men een breedte heeft van 31 centimeter. Dan neemt men de dunne naalden en breit door in het patroontje tot men een hoogte heeft van 5'A centimeter. Daarna kant men aan iedere zijde 2 steken af voor de armsgaten en vervolgens nog 1 steek. Zoo gaat men door tot men in 't geheel 10 steken aan iederen kant weggeminderd heeft. Als het lijfje 8 centimeter hoog is, kant men in het midden 12 centimeter steken af. Men breit dan ieder der schoudertjes apart, tot men een hoogte voor het lijfje heeft van 15 centimeter. Dan kant men af; het voorpand is klaar. Het rugpand maakt men op dezelfde wijze, maar men begint met de 22 steken in het pa troontje te breien. Ook maakt men het lijfje een beetje hooger, alvorens af te kanten voor het middenstuk. Dan zet men de beide zijnaden tegen elkaar en strijkt het overgooiertje onder een natte doek. Een heerlijk warm voorjaarspakje voor uw kleine meisje is klaar!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 14