DE GOUDEN BRUG.
FEUILLETON
ROMAN VAN HANNO PLESSEN.
(Nadruk verboden)
*1)
„Nee.... nee....", weert hij af, „eens moet
het immers toch gezegd wordenwij mogen
niet langer blind zijn voor de feitenwe
moeten de dingen onder het oog durven zien
vandaag of morgen zul je het immers
toch te weten komen, ik wil het niet langer
voor je verheimelijken.... ik.... ik.... Re-
nate, kijk me toch niet zoo aan....!"
„Maar hoe dan, beste jongen
„Ach, zoozoo vol liefde en goedheid
dat verdien ik immers niet
„VerdienenHoe kan je nu van ver
dienen spreken....? We houden toch van
elkaaren dat brengt toch vanzelfsprekend
mee, dat de een den ander het beste geeft
van hetgeen hij te geven heeft?"
„Ja, maar het beste van jou en het beste
van mij zijn niet gelijkwaardig, Renate
„Hoe wil je dat nu beoordeelen, Sylvester
Plaag jezelf en mij toch niet met
zulke hersenschimmen
„Dat zijn geen hersenschimmen, Renate.
dat zijn feiten. Probeer niet om me af te
leiden, liefstelaat me het mogen uit
spreken, de waarheid moet nu eenmaal ge
zegd worden: tusschen ons beiden bestaat
een hemelsbreed verschil".
„Naturlijk, ja. Jij bent een manik een
vrouw. Als je dat een hemelsbreed verschil
noemt, zal ik je niet tegen spreken".
„Neeneeook zóó mag je je niet
van de zaak afmaken, Renate. Toe ik
smeek je, wees nu even ernstig".
„Aha dat is waar, er is nóg een verschil
tusschen ons beiden en eigenlijk heb je gelijk
met er op aan te dringen, dat we ons daar
over eens uitspreken.... Je bedoelt.... het
leef tij dsverschil".
„Renate.I"
„Zeer zekerJij, de man, bent nog maar
kort de dertig gepasseerd, terwijl ik de
vrouw het vierde kruisje al genoteerd heb.
Dat is ongetwijfeld...."
„Renate
„Ja ja, zoo heet ik en ik ben je ruim zeven
jaar voorZeven zulke jaren kunnen een
onoverzichtelijk tijdperk zijn, dat vandaag
nog door hartstocht wordt overbrugd
morgen door liefde, maar overmorgen
„Overmorgen door de eenheid van lichaam
en zielach Renate, dat weet je zelf im
mers veel beter dan ikJe voelt het toch
elk uur van den dag. wat het zeggen wil
elkaar zoo goed te begrijpen, zoo volkomen
bij elkaar te passen, dat je je tenslotte af
vraagt, wat van jezelf en wat een stuk van
den ander isJij Renate, jij bent de
mooiste, omdat je de drie-eenheid bezit:
schoonheid van lichaam, van geest en vair
ziel
„Sylvester.
„Ja, nu zijn de hollen omgedraaid. Nu
spreek ik en nu zal ik ook verder spreken en
jij zult naar me luisteren, jij, kind met je
meerderheid van zeven jarenJa, nu zit je
daar en nu schaam je je voor je zelf, bloos je
als een bakvisch, die iets heel doms heeft
Dan springt Renate plotseling uit haar stoel
op. Uitgelaten als een jong meisje valt ze den
man om de hals en kust hem midden op den
mond.
„Nu is het uit", beveelt ze hem lachend te
zwijgen.
Maar plotseling wordt Sylvester ernstig.
„Neen", zegt hij gedecideerd, terwijl hij
langzaam haar armen van zijn schouders los
maakt en haar zacht terug duwt. „Neen
neen. Ga zitten, Renatezoo hier tegen
over mezoo gaat het niet langerJe
moet eindelijk weten, wien Je voor je hebt".
„Den besten en liefsten man van de wereld,
dat weet ik immers".
Wederom dreigt de roes van vreugde over
het kostelijke bezit van deze vrouw hem de
kracht te ontnemen datgene uit te spreken,
wat hem in haar oogen degradeeren en ver
nederen moet en wat dit gansche niet ge
wonnen, maar hem geschonken geluk tot een
fictie zal makenMaar ditmaal geeft hij
zich niet aan deze stemming over; ditmaal
verzet hij zich tegen de betooverende en ver
blindende verlokking van het noodlot, dat er
steeds op uit schijnt te zijn hem uit het volle
licht in de diepste duisternis te slingeren, om
hem dan daaruit weer even onverwacht op
te heffen naar een stralende hoogte
„Maak het me niet zoo ontzettend moeilijk
RenateLaat ik je mogen zeggen, dat deze
beste man van de wereld een bedelaar is,
een...."
Daar hij nu toch een oogenblik aarzelt,
neemt de vrouw het woord over.
„Je moet het me maar niet kwalijk nemen,
als deze wereldschokkende onthulling me niet
zoo uit m'n evenwicht brengt, als je blijkbaar
verwacht hebt. In de eerste plaats toch, was
het me al uit de krant bekend, dat Freiherr
von Berg bij het verloren proces zijn geheele
vermogen heeft ingeboet en.
„Maar ik ben immers heelemaal niet
wil hij haar in de rede vallen, doch Renate
legt hem met een enkele handbeweging het
zwijgen op:
En in de tweede plaats interesseert
me dit feit niet in het minst".
Nu probeert Sylvester Vonberg fc3t zoo:
„Je bent toch niet geheel op de hoogte.
RenateIk bezit niet alleen geen sou, maar
zelfs nog minder dat dat, ik bedoel.
„Schulden?" vraagt ze.
Hij knikt bevestigend. „Ik heb vanmiddag
vernomen, dat ik 3300 mark schuld moet be
talenen ik weet, dat ik daartoe niet in
staat ben".
„Nu schijn jij toch niet goed op de hoogte
te zijn, SylvesterPermitteer me, dat ik
het zóó zeg: Je kunt en zult natuurlijk be
talenIk zou anders werkelijk niet weten,
waarvoor ik m'n geld eigenlijk heb
„RenateHij schreeuwt het bijna uit.
„Ik smeek je, houd opik kan, mag en wil
het niet hooren
„Ach, Sylvester", antwoordt ze met Iets
droevigs in haar stem, „waarom winden we
ons toch zoo opover zulke futiliteiten
Het is zoo pijnlijk, dat je dergelijke kleinig
heden zoo opblaast
„Maar Renate, lieve Renate, begrijp je dan
niet, dat ik van jou geen geld kan aan
nemen?!"
„Neen, S 'ester, dat begrijp ik werkelijk
nieten ik zal ook nooit kunnen begrij
pen, dat je je als vanzelfsprekend m'n liefde
laat schenken, mijn geheele hart, al m'n
denken, voelen en strevenhet beste van
me neem je zonder eenig gemoedsbezwaar en
zonder tegenspraak. Over dat beetje onbe
nullig geld wordt een spektakel gemaakt.
Belachelijk is dat, Sylvester, eenvoudig be
lachelijkJezelf onwaardig en voor mij
ja. voor mij bijna beleedigend".
„Renate, ik smeek je.
Maar zij spreekt alweer verder: „Bovendien
denk ik er niet aan je dat geld, dat nu een
maal zoo'n belangrijke rol speelt in het leven,
te schenkenJe moet het me natuurlijk
terug betalendesnoods met rente
„Waarvan Renate? Ik zei je zooeven toch al*
dat ik absoluut zonder middelen ben".
„Die acute pécuniaire kwaal zal toch wel
niet chronisch worden, watIntegendeel'
je zult dat geld gemakkelijk bij elkaar kunnen
krijgenNee, staar me nu maar niet
zoo onnoozel aanDie paar muziekbladen
daaT boven op je kamer zijn misschien wel
het honderdvoudige waard in goede, echte
bankbiljettenom nog maar niet eens te
spreken van hetgeen je nog scheppen zult
scheppen moeteen geniaal en in sommige
opzichten zoo verschrikkelijk dom mensch als
jijJa, nu weet je niet meer hoe je 't heö\
wat
Renate, wien zijn innerlijke ontroerir^
geenszins ontgaat en die al evenzeer bemerk^
hoe het in hem gist en kookt, vervalt opzet
telijk in een wat losseren, gekscheerendcet,
toon, want met haar fijne zesde zintuig voell=
ze, dat ze nu niet weekhartig mag zijn. Opr
dit oogenblik is er slechts één ding dat ha**'
liefdeswerk kan bekronen, n.l. dit: den man.!
dien zij het leven heeft gered en wien zij haar]
liefde heeft geschonken, nu ook het vertrou- 1
wen in zichzelf, zijn capaciteiten en zijn roe
ping terug te geven. Dit laatste echter kan
slechts geschieden door een eenvoudige van
zelfsprekendheid, zonder pathos en zonder
groote woordenDat het haar inderdaad
gelukt, bewijst haar de uitdrukking van zijn
levendig gelaat, dat den strijd en de uit
eindelijke overwinning in zijn binnenste
weerspiegelt en waarvan geen enkele phase
haar scherp observeerenden blik ontgaat, ter
wijl zij zegt:
Ja, talent en begaafdheid, dat betee-
kent voor slechts eenigermate gunstige con
stellaties meer dan uitsluitend een goede kans
om wat te verdienen. Ik spreek uit ervaring
Mijn deel van het beperkte vermogen der fa
milie Royter is aan de inflatie ten offer ge
vallenen wat ik van mijn man heb ge-
erfd, toonde een saldo van nul, komma nul,
repetent.Maar desondanks kan ik er zeer
goed komenmag ik me verheugen in een
nog steeds aangroeiend banksaldoen dat
alles louter als resultaat van m'n werk als
schrijfster. Men moet zich slechts weten aan
te passen, dat wil zeggen zich opnieuw weten
in te stellen.
(Wordt vervolgd)!
Het vreeselijk auto-ongeluk te Heesch heeft aan drie personen het leven ge
kost. De vernielde wagen op de plaats des onheils
Pijnenburg, winnaar sprint (links voor); Slaats, winnaar onafhankelijken (rechts
voor) en Falck Hansen, 2e in den sprint (achter) tijdens de openingswed
strijden op de Wielerbaan te Ginneken, rijden hun eereronden
elftal van Feyenoord, dat Zondag in den wedstrijd tegen Excelsior te Rotterdam het
afdeelingskampioenschap behaalde
Perry, de wereld-tenniskampioen, in actie tijdens de wed
strijden welke hij Zaterdag tegen onzen landgenoot Timmer
in Amsterdam speelde
Puck van Heel, de
aanvoerder van
Feyenoord, wordt
na het behalen van
het afdeelings
kampioenschap
door zijn club in
triompf op de
schouders van zijn
sportmakkers van
het veld gedragen
Mr. C. J. J. de Joncheere, die wegens
gezondheidsredenen ontslag zal nemen
als vice-president van de Rechtbank
te den Haag
De handteekening van een wereldkampioen. Perry, de
tenniskampioen, die Zaterdag te Amsterdam tegen Timmer
speelde, voldoet aan het verzoek van een autogrammen-
verzamelaarster