BELASTINGBETALERS DE VLEESCHHAL CHOBISCO'S Sfteeê peen Ceettêje&um... Roodenburg Stegwee Cuba Overal GEBRUIKTE MEUBELEN TUIN-GRINT PER H.L.f0.60 JAN VAN WIJK Zóó kan *t tocli niet blijven...! DINSDAG 19 MEI 1936 HA'ÏREE M'S DA'GBCAB SS Haar bouw en geschiedenis. De Vleeschhal in de steigers. Eenige dagen geleden Is. onder leiding van het bedrijf van Openbare Werken, om het ge bouw van de Vleeschhal een stalen steiger gebouwd. Het doel hiervan is een nauwkeurig onderzoek te kunnen instellen naar den toe stand waarin muren, ramen, deuren, daken, luiken enz. verkeeren. Van de straat af is zelfs heel duidelijk te zien, dat verschillende onderdeden noodzakelijk vernieuwd moeten worden. Die stukken welke gevaar zouden kunnen opleveren voor de voorbijgangers, zijn reeds zooveel mogelijk verwijderd. Zoodra dit onderzoek is afgeloopen en de kosten voor het aanbrengen van herstellingen en vernieu wingen zijn opgemaakt, zal over een en an der een nadere beslissing worden genomen. Het wereldberoemde renaissancegebouw da teert van het begin der 17e eeuw (1603). Reeds in 1385 had Haarlem zooals meer Holland- sche steden een gebouw waarin vleesch verkocht werd. De eerste vleeschhal stond op den westhoek van de Spekstraat en War moesstraat (voorheen de Vleeschhouwers- en Kerkstraat geheetem. Het gebouw grensde aan het voormalige klooster der Karmelieten of Onze Lieve Vrouwen-broeders. Dit kloos ter. gesticht in 1249, nam vrijwel het geheele terrein in. dat begrensd wordt door War moesstraat, Groote Houtstraat, Anegang en Spekstraat. Na 2 eeuwen was de eerste „Halle ende Vleeshuys vergaan ende ook te cleyn". De slagers klaagden bij de vroedschap, omdat zoo'n toestand „een oneer voor de stadt" was. Haarlem moest een nieuwe vleeschhal hebben. Na een ingesteld onderzoek was ge bleken, dat het gebouw bouwvallig was en vele vleesch ver koopers geen plaatsje in dit gebouw konden bemachtigen. De toestand was zelfs zoo erg, dat vele slagers in de omgeving van de Groote Kerk op het kerkhof een plaatsje zochten. Na vele besprekingen en overwegingen van de overheid werd besloten voor het nieuwe gebouw te bestemmen het terrein gelegen ten westen van kerk. Dit terrein was lang 109 voeten en breed 50 voeten en 3 duimen. Het gebouw moest plaats bieden voor 40 stallen of afdeelingen. 20 November 1601 werden de teekeningen met de begrootingen bij de over-, heid ingediend. Er waren twee plannen waaruit een keus kon worden gedaan nl.: a. een gebouw met „gecanteelde gevels" en b. een gebouw met gevels met „frontespi- cie". Plan b. dat naar het oordeel van de vroed schap het beste was. werd gekozen en ter uit voering opgedragen aan den ontwerper, de „stadsmetselaar" LIEVEN DE KEY. bijgestaan door den „stadstimmerman" Claes Pietersz. Met bekwamen spoed werden de voorberei dingen ter hand genomen, en op 6 Juni 1602 „ten aensien van alle domstanders werd de eerste steen van de nyeuwe halle geleyt". Niet minder den drie eerste steenen wer den gelegd en wel door: 1. Jan Jansz. de Wael, 2. Pieter Jansz. Kies van Schoterbosch, 3. Weyntgen Kies. De werklieden ontvingen ter eere van deze plechtigheid „twee rosennobels in specie". Twee maanden na de eerste steenlegging, dus toen het werk reeds :n vollen gang was. werd overwogen of men „tot gerijff vande huyr- ders der kelders schoorsteenen zal maken dan wel deze zal achterwege laten". Na „veele dis coursen" werd besloten schoorsteenen aan te brengen en wel „opt behedichste ende tot minste qpeste van de halle". 22 April 1603 wei-d overwogen of het gebouw gedekt zou worden met pannen, leien of lood. De keuze viel op een bedekking van lood. Voor zoover ik kan nagaan is het dakvlak aan de westzijde altijd gedekt geweest met leien en aan de oostzijde met lood. De loodbedekkïng werd opgedragen aan Gerij t Jacobsz. en Jacob Vallerius Slot. De bedekking moest zijn met „opgaande rollen en gevouwen in malckanderen mette minste spijekers. De koperslager Cornelis Jansz. Coelenbier zou zorgen voor het leveren van de benoodig- de koperen spijkers. Vermoedelijk is de nieuwe vleeschhal in gebruik genomen in 1605, althans in December van dat jaar werd het verboden in de hal te wandelen, omdat men vreesde, dat door de yele „ademtogten" het vleesch zou bederven. Lieven de Key was een Vlaming 1560 te Gert geboren), moest om het geloof zijn land verlaten en uitwijken naar Engeland, waar hij van 1580 tot 1591 heeft gewoond, d.w.z. van Bijn 20ste tot zijn 31ste jaar. De Key maakte daar de klassieke school mee. Op 21 Aug. 1585 trouwde hij met Catelijne de Caluwe. 3 Juli 1593 ontving Lieven de Key van het Haarlem- sche stadsbestuur zijn aanstelling „in dien ste van der stadt tot sulcken werk tzij steenhouden ofte metselen". Tot zijn dood (1627) is hij als zoodanig in dienst geweest. Dat de K. aan de in hem gestelde verwachtin gen volkomen beantwoordde blijkt o.a. hier uit. dat zijn salaris eenige jaren na zijn aan stelling meer dan verdubbeld werd. In 1610 bedroeg, zijn salaris „150 pond Vlaamsch" per jaar. De Key heeft een prachtwerk nagelaten en op ons rust de plicht dit monument in eere te houden. Naast de Xme eeuwsche St.-Bavo en tegenover het Raadhuis uit de XVe eeuw is dit gebouw uit het begin van de XVIIe eeuw in volkomen harmonie. De K. is een van de voornaamste vertegenwoordigers van de na tionale kunstuiting in de Hollandsche archi tectuur. Edmondo de Amicis (een Ytaliaan) die in 1873 een bezoek bracht aan onze stad, had daaromtrent echter een andere meening, zijn ongunstig oordeel luidde als volgt: ..Naast^de hoofdkerk staat een buitensporig gebouw bestemd voor het houden van open bare verkoopingen, een gedenkteeken van. grillige bouwkunst, half rood. half wit. een verzameling van trapjes, geveltoppen, obelis ken, pyramiedjes. basreliëfs, versiersels zonder naam.'in den vorm van tafelstukken, luchters en dampers, welke er lukraak schijnen neer gesmeten en alle tezamen het beeld opleve ren van een Indische pagode, met eenige af dwalingen in den Spaanschen smaak tot een Hollandsche woning herschapen door een VAN JENEVER OPGEWONDEN BOUW MEESTER". Geen gunstig oordeel dus over onzen Haarlemschen bouwmeester. Alhoewel Lieven de Key in zijn werk ..persoonlijk" was. versmaadde hij de klassieken niet. Veel weten wij echter van De K. (die een tijdgenoot was van Hendrik de Keyzer) niet. Hendrik de Keyzer leefde van 15651621 is te Utrecht geboren en verhuisde in 1591 naar Amster dam. waar hij in 1595 Stads-Steenhouwer werd. Dirk Schrevel zegt in zijn beschrijving van Haarlem (.1648) o.a.:„Sop. gij Architecten of Opperbouwmeesters soeckt, dan hebt gij Fre- derik Vroom, Jacob van Campen. Salomon de Bray en niet de minste LIEVEN DE KEY. Fa- bryk van de Stadt. Jacob van Campen werd in 1595 te Haarlem geboren en is gestorven in 1657. Onbegrijpelijk is het, dat in het schil- de\-boek van Karei van Mander (1604) wel gesproken wordt over „de verdwaelde kunst van metselrve" maar zijn tijdgenoot De Key wordt niet genoemd, terwijl Van M. toch ook een Vlaming was. Galland meent, dat de St.- Joris- of Nieuwe Doelen a.d. Groote Hout straat het eerste Haarlemsche werk van De Key was Dit werk werd in 1592 in gebruik ge nomen, of dus het geheel wel van zijn hand is. valt te betwijfelen. De gevel zal althans wel geen werk van hem zijn, omdat die van 1590 is een dus vóór den datum waarop hij zich in Haarlem vestigde. Dezelfde forsche de tails die we zien aan de poort van dit gebouw, vinden we ook aan de Vleeschhal en aan het Waaggebouw. De „Nieuwe Schuttersdoelen" bestond reeds voor 1585 dus ook vóór De K.'s komst te Haarlem. Alhoewel bewijzen ontbre ken. meenen sommigen het werk van onzen De Key te ontdekken in het Stadhuis te Lei den, welk gebouw in 1597 is voltooid. De z g n. oud-Hollandsche stijl heeft ge bloeid tol omstreeks 1625. In verband met de „troublen" werd er tusschen 15701595 wei nig in ons land gebouwd. Sommigen noemen het Waaggebouw aan het Spaame met zijn met frontons bekroonde vensters, het oudste werk van De Key. (1598) vooral om den klas sieke stijl, die dit gebouw eigen is, welke de Key in Engeland heeft leeren kennen. In te genstelling met de Vleeschhal is het Waag gebouw alleen van groefsteen, zoodat dit bouwwerk de afwisseling van kunst- en na tuursteen mist. Laatstbedoelde afwisseling was echter niet iets nieuws, want voor de komst van De K. in Haarlem bestonden er reeds verschillende gebouwen met de afwisse ling van rood en wit. Aan de Oostzijde van de Waag ziet men het wapen van de stad tusschen 2 meerminnen en aan de Zuidzijde den leeuw in den Holland - schen tuin. Boven in den top van de Vleeschhal aan de zijde van de Groote Markt bevindt zich het wapen van Haarlem, door twee saters gehouden en lager twee osse- en twee ramskoppen. De zijgevel bij de „paaltjes" heeft drie geveltoppen, waarvan de middel TUINARTIKELEN OUDE GRACHT 30 ACCOUNTANTSKANTOOR De mooie voorgevel van de Vleeschhal. In 1897 vestigde de minister van Binnen- landsche Zaken de aandacht van B. en W. op de z.i. onaanzienlijke huisjes, toebehoorende aan de Ned. Herv. Gemeente, welke zich te- :en de oostzijde van het gebouw bevinden. Zij ontsieren het gebouw en zijn brandgevaarlijk. Voor de herstelling van de na de wegruiming blootkomende muren zou dan van regeerings- wege worden gezorgd. De commissie van Financiën is er van overtuigd (volgens haar rapport van 8 Juni 1897). dat het verkeer ter plaatse er door verbeterd wordt maar vooral ook omdat het aspect van het zoo bij uitstek fraaie historische monument, daardoor eerst geheel tot zijn recht zal komen. De grootte van de perceelen is 53 c.a. Door den raad werd besloten B. en W. te machtigen den zich op die perceelen bevindenden opstal te doen wegruimen en het openkomende terrein te doen bestraten. Nadat dit besluit aan den minister van Bin- nenlandsche zaken was meegedeeld, werd van den minister een schrijven ontvangen met afschrift van een brief aan den Rijksbouw- kundige. waarin gewezen wordt op de om standigheid dat bevonden is. dat de slooping van bedoelde gebouwtjes bijzondere voorzie ningen noodig zou maken tot behoud en over dekking van twee toegangen tot de kelder verdieping der Vleeschhal en voorts, dat deze gebouwtjes tegelijk met het hoofdgebouw zijn opgetrokken, zoodat het uit een historisch oogpunt alle overweging verdient terug te ko men op het denkbeeld om die te sloopen. De voormalige vleeschhal is sedert eenigen tijd ontruimd en er zal t.z.t. een beslissing genomen dienen te worden omtrent zijn nieuwe bestemming. X. Leden v. h. Ned. Inst. v. Acc. VAN EEDENSTRAAT 9 r- 4 en 6 cent van onds bekend F. J. MARTENS DOELSTRAAT 33 TEL. 15* KOOPT OVERBEEK Telef. 13256 - Haarlem SCHELPEN-ZAND ZWARTE GROND Brouwersvaart 106 TELEF. 10748-28731 ste, met het stadswapen, eveneens wordt vast gehouden door twee saters. De gevel aan de Spekstraat is in hoofdvorm vrijwel gelijk aan die van de zijde aan de Groote Markt, aan eerstgenoemd en gevel is echter een kleine aanbouw (het trappenhuis) met een afzonderlijk aangebouwd geveltje. De nok en de dakkapellen van het geheele gebouw hebben een fijn gedetailleerde lood- versiering. De versiering van het gebouw is rijk en toch niet overladen. Duizenden Nederlanders zijn de wanhoop nabij. Zij willen werk en 't is er nietl Als gij helpt is 't er well Als iedere landgenoot voor iederen cent dien hij besteedt Nederlandsche Waar eischt, dan beteekent dat werk voor talloos velen! Gij moei deze menschen helpen en ge zuli het ook doen. Door Nederlandsche Waar te koopen. De kwaliteit is goed - de prijs is vaak nog lager Nederland produceert goede kwaliteit op bijna elk ge bied. Uw winkelier levert U die Nederlandsche Waar graag. Want herstelde welvaart en grootere koopkracht van de heele bevolking is immers ook zijn belangt m sanders?! DAN HELPEN WIJ ELKAAR! Gcruimen tijd is het gebouw voor andere doeleinden gebruikt dan waarvoor het be- st3md was. Bij de behandeling van de begroo ting voor 1875 werd de wenschelijkheid uit gesproken. ..dat- het gebouw thans gebezigd voor magazijn van oorlogsmateriaal, weder zijne vroegere bestemming van vleeschhal verkrijgen, en dat voor deze zaak een post op deze begrooting moge uitgetrokken worden". In de raadsvergadering van 15 Febr. 1882 vraagt een der leden: „of met den aanbouw van de nieuwe kazerne aan den Alkmaarschen straatweg niet de tijd is aangebroken, om met de Genie in overleg te treden over de ontrui ming van de oude vleeschhal, waarnaar reeds zoolang gewenscht is, maar dat steeds moest worden uitgesteld, totdat het garnizoen meer dere ruimte beschikbaar zou hebben". In 't najaar van 1885 besloot de raad tot weder inrichting van deze hal tot publiek verkoop lokaal van vleesch. Een commissie van onder zoek werd benoemd bestaande uit de heeren A. L. Dyserinck, D. de Haan en H. Enschedé. 30 November bracht deze commissie rapport uit-. Naar haar oordeel was het een zeer ge lukkig denkbeeld om dit gebouw als zoodanig weer te bestemmen, zij achtte Haarlem ge lukkig met het bezit van een gebouw, dat door zijn prachtigen bouwstijl sedert tal van jaren een sieraad van de stad is geweest. De hal zou dagelijks, met uitzondering van de Zon- en feestdagen, voor het publiek toegan kelijk gesteld moeten worden, en wel van 1 Mei tot 1 November van 6 tot 4 uur en van 1 November tot 1 Mei van 8 tot 3 uur. Zaterdags bovendien van 6 tot 10 uur nam. De halban- ken 200 jaar oud) den laatsten tijd gebruikt als ligplaats van lederwerk en an dere militaire benoodigdheden, moesten naar het oordeel van de commissie vervan gen worden door steenen tafels. De pilaren in de hal. gedeeltelijk geverfd en gedeeltelijk ge wit, moesten van die bekleeding worden ontdaan, zoodat de steen weer zichtbaar werd. Voor kunstverlichting werd voorgesteld het aanbrengen van 5 stuks Wenhamgaslampen. Verder werd aangedrongen op verbetering van den vloer in de halruimte en het maken van een lochtportaal. De opbrengst aan huur werd geschat op f 400 per. jaar. De raad besloot overeenkomstig het rapport van deze commis sie B. en W. tot uitvoering van een en ander te machtigen, waarvoor een bedrag groot f 2500 beschikbaar werd gesteld. In hoofdzaak bestonden deze werken in: Vernieuwen van den bestaanden vloer, zinkputten, spoelbak ken. waterleiding, gasleiding, deur- en stoep- dorpels aan de Spekstraat, deur- en boven drempel aan de Lepelstraat benevens het her stellen van de drempels aan de zijde van de Groote Markt. Verder werden door den raad verschillende bepalingen vastgesteld betref fende het schoonhouden, toezicht op de ex ploitatie, keuring van vleesch, enz. In zijn vergadering van 16 Dec. 1891 be sloot nl. de raad B. en W. te verzoeken „een onderzoek in te stellen omtrent de mogelijk heid eener inrichting van het gebouw ge naamd de Vleeschhal tot bewaarplaats- van het oud archief en tot bibliotheek". Met ingang van 1894 ontving het Rijk het gebouw in huur voor den duur van 25 jaar, uitsluitend bestemd tot berging van 's Rijks cude archieven in deze provincie. De huurtijd eindigde dus 31 December 1918. Ingevolge een verzoek van den minister werd later de huur tijd eenige jaren verlengd. WEET GE HOEVEEL U MOET BETALEN p a \i tegen inlevering van dezen bon kunnen de lezers vati D „Haarl. Dagblad" bekomen bij MULDER Co., Corn. Schuytstraat 14, Amsterdam, afgehaald voor ƒ1.35 of franco per post tegen 1.50 op giro 78144 of postwissel. DE BELASTINGWETTEN VOOR IEDEREEN voor zoo'n onnoozel stuk tuin gereedschap! Schaf zelf de spullen aan't is nu bijna voor niets. SCHOPPEN f 0.45 HARKEN 0.40 GIETERS f 0.75 GR AS SC HAREN f 0.45 SCHOFFELS ƒ0.55 TUINSLANG 5 M. geheel compleet f 1.60 door A. BRINKMAN, Inspecteur der Directe Belastingen, Invoer rechten en Accijnzen, Amsterdam. 2e GEHEEL HERZIENE EN VERMEERDERDE DRUK. Geheel nieuwe uitgave. Hebt ge belasting-moeilijkheden? Ja, neen? Toch kunnen ze ieder oogenblik ontstaan. Ge wilt Uw belasting juist en correct aangeven, doch ook niet meer betalen dan strikt noodzakelijk is. In dit boek vindt ge alles over Inkomstenbelas ting, Vermogensbelasting, Personeele belasting, Grondbelasting, Zegelwet, Registratiewet, Recht van Successie, van Overgang en Schenking, Couponbelasting, Wegenbelastingwet, Dividend en Tantièmebelasting, Omzetbelasting, Doode Hand-belasting, enz. Op duidelijke voor iedereen heldere, volkomefi begrijpelijke wijze wordt in dit boek uiteengezet op welke gronden men moet betalen en op welke gronden men vrijgesteld kan worden. De tarieven en tabellen waarop de belasting berust, zijn er alle aan toegevoegd, terwijl een uitvoerig ALPHABETISCH REGISTER het vinden van een bepaald onderwerp, het opzoeken zeer ver gemakkelijkt. Dit zeer practische boek, 272 PAGINA'S DIK, kan U veel voordeel en veel gemak brengen en de luttele prijs kan geen beletsel zijn. Wanneer op postwisselstrook of' girobiljet vermeld wordt „Haarl. Dagblad" behoeft de Bon NIET te worden opgezonden. ccn vondst van Verkade. In het omhulsel van prima chocolade bevindt zich geen „gewone" biscuit, maar een bijzonder fijn, bros gebak, dat zich bij het eten vereenigt met de chocolade en een verrukke lijke combinatie vormt. Cho- bisco's zijn licht van gewicht. 2 ons voor 25 cent

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 8