HET MYSTERIE VAN MOAT HOUSE. In volle vaart over de horden tijdens de atletiek wedstrijden welke te Londen zijn gehouden Aan het D. P.-station te Rotterdam arriveerde J Maandag de Internationale tentoonstellingstrein, 8ij het déraillement van den sneltrein Parijs Rome bij het station Laroche Migennes werden die uit achttien wagons bestaat en thans aan personen gedood. - Een kijkje op de vernielde wagens Nederland een bezoek brengt K Mr. dr. Buriks, die be noemd is tot chef der af- deeling Onderwijs te den Haag In de Nenyto-hallen te Rotterdam is men druk bezig met den opbouw der wereldtentoonstelling „Hocapolis", die op 27 Mei a.s. officieel door minister Gelissen zal worden geopend In de hoofdstad ïs Maandag onder groote deelname de .Vrouwen-Vredesgang 1936" gehouden. Groote doeken met de vredesleuze werden in den stoet medegedragen De onlusten te Athene. Politiebeambten ondernemen een aanval op de be- toogers teneinde deze uiteen te jagen Duizenden brachten een bezoek aan het luchtschip .Hindenburg" in de hal van de vlieghaven te Frankfurt vóór de tweede reis van den luchtreus naar Noord Amerika FEUILLETON Naar het Engelsch van ADELINE SERGEANT. (Nadruk verboden). 18) „Soms denk ik wel eens", zei Claire, „dat we Jacob wat meer in vertrouwen moesten nemen. Hij lijkt me oprecht en eerlijk en hij hoort niet tot de nieuwe bedienden, die niets van ons afweten. Jacob was al bij de Lancasters in Amerika, hij kende mijn vader en mij heel goed. „Daar heb ik nog niet aan gedacht", sprak Nell, „maar ik ben altijd huiverig om iemand die door Lancaster betaald wordt, te ver trouwen. Ik denk, dat ik het eens met dien ouden Hardy, den tuinman, probeer. Die komt vanmiddag hier". Die wordt ook door Lancaster betaald", merkte Claire -met een zwak glimlachje op. „Ja, maar hij komt van buiten", weerlegde Nell. „Dat is niet precies hetzelfde, als wan neer hij hier in huis was. De menschen die hier in huis zijn, lijken me veel meer bij Lan caster onder den duim te zitten, ik zal Hardy vanavond als hij weggaat een shilling geven en hem vragen den brief in Aldersfield te posten". Zij voerde dien avond haar besluit uit toen zij Hardy bezig vond de binnenplaats schoon te vegen Het was bijna donker toen Nell bij hem kwam en het leek haar on waarschijnlijk, dat zij door iemand in huis zou worden gezien, want zelfs de blinden voor de kamer van Lancaster waren gesloten en de keukendeuren waren dicht. „Hardy", begon zij, „zou je een shilling wil len verdienen?" „Nou juffrouw", antwoordde de oude man langzaam. „Daar hoef ik niet lang over te denken". Ze stak hem het geldstuk toe. ,Ik zal je dit geven", beloofde ze, „als je een brief voor me wilt posten in Aldersfield, zonder er met iemand over te spreken". „Geef maar hier, juffie. Ik zal hem wel meenemen", zei de oude, zijn hand uitste kend. „Neem je hem vanavond nog mee?", drong Nell, een beetje angstig aan". „Ja, ja". En Hardy stak zoowel den brief als de shilling in z'n zak en begon met een knik en een knipoog, weer aan zijn werk. Nell was opgetogen over het succes van haar poging. Ze ging naar Claire terug en gaf haar een verslag van het onderhoud, en voelde zich nauwelijks terneergeslagen toen Claire haar vroeg of zij wel gelet had op het raam van Crayling's kamer, dat bijna on middellijk boven de studeerkamer lag. „Ik weet. dat zij daar om dien tijd was", zei Claire. „Ik heb haar wat werk gegeven en zij nam dat mee naar haar eigen slaap kamer. Als het raam open geweest is zou zij je met Hardy hebben 'kunnen hooren spre ken". „Och kind, je kunt niet overal aan den ken". gaf Nell een beetje geprikkeld ten ant woord. „Ik veronderstel niet, dat het raam met dit weer openstond. Het is erg kil, en Grayling ziet er niet naar uit of ze veel van frissche lucht houdt". Het diner verliep als gewoonlijk, behalve Cdat Claire nog stiller was dan gewoonlijk; maar Lancaster was spraakzamer dan ooit. Nell voelde zich niet op haar gemak. Ze had geleerd op haar hoede te zijn, als hij zoo vriendelijk was. Zijn zoon daarentegen was gemelijk en stil. Er scheen hem iets geërgerd te hebben en hij gaf ternauwernood ant woord op de opmerkingen, die Nell zoo nu en dan tot hem richtte. Het scheen, dat Claire elke poging om meer dan beleefd te zijn had opgegeven; zij sprak slechts als haar iets gevraagd werd en zag er uit alsof het gezel schap haar gruwelijk verveelde. Na het eten deelde zij mede, dat ze vreeselijk moe was en het beter vond zoo spoedig mogelijk naar haar eigen kamer te gaan. Nell ging met haar mee en hielp haar bij het uitkleeden en toen Claire zich eindelijk ter ruste begaf vroeg Nell, of zij haar wat zou voorleezen. „Als je wilt, heel graag", antwoordde Claire „maar ik geloof dat ik het boek, waar we mee bezig waren, beneden heb laten liggen". „Zeg me maar waar het is, dan zal ik het halen", zei Nell. Claire dacht een oogenblik na. „Ik geloof dat ik het in de bibliotheek heb laten liggen", zei Claire beslist, „op de bank, voor het raam". Nell liep vlug de trappen af, en ontmoette niemand op haar weg. In de hall scheen een zwak licht. De deur van de bibliotheek stond op een kier, maar ze was verwonderd toen ze zag, dat er heelemaal geen licht brandde. Niet voordat zij binnen was, merkte zij, dat in de uitgebouwde nis eeen schemerlamp brandde en het geluid van een welbekende stem kwam haar uit die richting tegemoet. Waarschijn lijk was Lancaster daar en hij sprak tot iemand vermoedelijk Cyril maar eerst kon Nell de stemmen, die zij hoorde, niet goed onderscheiden. Zij aarzelde, niet wetend of zij terug of verder zou gaan. Ze hield er niet van de Lancasters te ontmoeten als zij alleen was. In gezelschap van" Claire kon het haar niet zooveel schelen. Maai' terwijl ze wachtte, herkende zij de tweede stem, die zij gehoord had; het was Hardy, de tuinman, die sprak „Ze gaf me een shilling om hem te pos ten", zei hij op ruwen toon, ,en ik zou niet weten, waarom ik dat niet zou mogen doen". „Het past je niet om brieven voor iemand hier in huis te posten", gaf Lancaster ten antwoord", dus raad ik je aan het niet weer te doen, anders kan ik je niet meer gebruiken Is dit de brief? Weet je zeker, dat je geen andere meer hebt?" Nell moest zich bedwingen om het niet uit te schreeuwen. Zij wilde roepen: „Het iis mijn brief! Geef hem mij terug!", en toch was ze bang. Na een oogenblik van weifeling sloop zij naar den ingang van den uitbouw, waarvoor een portière hing, hurkte neer en gluurde door de spleet tusschen het gordijn en het deurkozijn. Vermoedelijk was Hardy, in gezelschap van Lancaster, door de glazen deur binnenge komen. Misschien had deze hem op den weg of in den tuin ontmoet. De oude man keek stug voor zich en het viel Nell op, dat hij, evenals vele anderen, bang scheen voor Lan caster. Cyril stond met de handen in zijn zakken voor een der boekenkasten. Lancaster zat aan de schrijftafel, met z'n rug naar den ingang, maar Nell merkte op, dat hij bezig was de enveloppe, die zij dien middag aan Hardy's zorg had toevertrouwd, te onder zoeken. „Hij. is goed gezegeld", verklaarde hij met een rustig lachje. En toen, terwijl hij zich tot Hardy wendde, zei hij streng: „Dit keer zal ik je voor ongehoorzaamheid aan m'n bevelen niet ontslaan, maar het moet niet weer ge beuren. Als ik je vanavond niet tegenge komen was en je ondervraagd had. dan ver moed ik dat je dien brief zou hebben ee- post?" „Ik bedoelde er geen kwaad mee", mompel de Hardy. „Dat weet ik wel, maar jij en ik hebben verschillende meeningen over wat goed en kwaad kan. Alles wat je te doen hebt, is me te gehoorzamen en niet domme meisjes te helpen om aan hun liefjes te schrijven", zei Lancaster droog. „Je kunt gaan". Hardy schuifelde zoo vlug zijn voeten hem konden dragen, weg, en Nell zag dat hij maar al te blij was, dat hij er zoo genadig was afgekomen. Zij wachtte gespannen om te zien, wat Lancaster met haar brief doen zou, en zij was niet verwonderd, toen hij een mes nam en de enveloppe openwipte, op zoo'n manier zooals Nell snel opmerkte. dat hij deze weer kon sluiten, als hij het noodig vond om den brief naderhand nog ta verzenden. „Precies wat ik dacht", hoorde zij hem, met een harden klank in zijn stem, zeggen, „Ze schrijft naar Hume, en heeft juffrouw Davenant overgehaald, den brief naar haar zuster te zenden, zoodat hij in Londen kan worden gepost. We moeten een eind aah die dingen maken, Cyril. Bereid je er op voor zoo spoedig mogelijk met Claire te trouwen. We zijn niet veilig voor ze met jou getrouwd is". Terwijl hij sprak, keek hij naar de brie ven in zijn hand. Toen scheurde hij ze vast besloten in tweeën! „Ik zal ze verbranden", zei hij van zijn stoel opstaand. „Je kunt beter geen snippers in de papiermand achter laten". Nell had nauwelijks tijd om uit haar schuil plaats te ontsnappen toen Lancaster de por tière terzijde schoof en in de ooening ver scheen. Zij wist zelfs niet zeker, "of hij haar nog gezien had; maar als dat zoo was, maak te hij geen opmerkingen en deed geen poging om haar te volgen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9