HET MYSTERIE
VAN MOAT HOUSE.
Zeeuwsche belangstelling op de nieuwe pier ie Vlissingen welke door minisier
Van Lidih de Jeude officieel geopend is
De beeldhouwer J. Polet te Amsterdam
legt de laatste hand aan het beeld van
Alexander den Grooten, bestemd voor
het stadhuis te Kampen
Het hengelsport
seizoen is op 1 Juni
weer geopend en
vele enthousiaste
beoefenaars trok
ken er den eersten
dag op uit om een
vischje te verschal
ken
In het kampeercentrum .Coldenhove" te Eerbeek had op
Eersten Pinksterdag de opening plaats van het Geldersche
ruiterkamp. De deelnemers tijdens een rit na de opening
De heer A. A. Diemer Kool, secretaris der Kennemer
Golfclub, in actie tijdens de wedstrijden welke te Zand-
voort werden gehouden ter gelegenheid van het 25-jarig
bestaan der vereeniging
Spelmoment uit den voetbalwedstrijd om het landskampioenschap tusschen Enschede en
Feyenoord, welke door de Rotterdammers met 3-1 werd gewon»en
.Zeearend", het Nederlandsche jacht dat aan de 3400 mijls Oceaan-
i deel zal nemen, wordt aan boord van het s.s. .Veendam" ingeladen
om naar Amerika te worden vervoerd
FEUILLETON
Naar het Engelseh van
ADELINE SERGEANT.
(Nadruk verboden).
Nell keek hem aan, toen zij de hall door
liep; zij hoopte, dat hij haar niet zou op
merken, maar hij had scherpe oor en, en
draaide zich om, terwijl hij zijn sluw gezicht
naar haar toewendde, voordat zij tijd had de
trap te bereiken.
„Ha, juffrouw Davenant!" zei hij poes-lief.
„Dus u bent naar bu'iten geweest om een
luchtje te scheppen? Dat verwondert me
niets! Het is in huis allesbehalve vroolijk nu
Claire weer ziek is. Bent u ver geweest, als
ik vragen.mag?"
„Maar een klein eindje", antwoordde Nell.
„Dan hebt u Cyril waarschijnlijk ont
moet?" vroeg Lancaster. „Hij heeft de taak
om landloopers van het huis weg te houden".
„Kan ik naar Claire gaan?" viel Nell hem
plotseling in de rede.
Zijn gezicht drukte spijt uit. „Ik vmd het
werkelijk jammer", was het antwoord, maar
het is beter dat ze geen bezoek ontvangt."
„Wat scheelt haar eigenlijk", vroeg Nell
kortaf.
Lancaster haalde de schouders op.
.TTpt is een zenywzjeikte". verklaarde hiï.
„Het arme kind kan de minste opwinding
nog niet verdragen".
Nell vond de kracht om een stoutmoedige
opmerking te maken. „Het lijkt mij voor
Claire beter", waagde zij het te zeggen, „om
een dokter uit de stad te consulteeren".
„Mijn beste juffrouw Davenant. Wat een
onnoodige en ik moet zeggen dwaze
uitgave. De zenuwspeciaiist, die wij in Lon
den geraadpleegd hebben, bevestigde volko
men mijn meening. en Claire wordt precies
behandeld zooals hij geadviseerd heeft. Der
gelijke zenuw, h'm hersenziekten, zijn al
tijd buitengewoon lastig te genezen".
Nell draaide zich om en ging zonder te
antwoorden de trap op. Door haar brein
flitste plotseling een verontrustende ge
dachte. Er was iets in Lancaster's houding
toen hij over hersenziekte sprak, dat Nell
zich voor de eerste maal afvroeg, of hij
Claire niet krankzinnig zou laten verklaren.
Zij voelde zich bedroef en ongelukkig, om
dat haar niet werd toegestaan aan het bed
van haar vriendin te zitten, en haar te ver
zorgen. Ze bedacht, hoe ze contact met Hume
en zijn vriend kon krijgen, maar als zij het
huis wilde verlaten, werd zij steeds begeleid
door Lancaster, zijn zoon of soms juffrouw
Plowden.
Toen dacht zij aan de deur in den tuin
muur, en na lang geaarzeld te hebben, be
sloot zij een poging te wagen, om door mid
del daarvan het doip te bereiken. Als Hume
nog in het „Wapen van Langdale" logeerde,
zou het gemakkelijk zijn om hem te vinden,
of tenminste een brief achter te laten. Het
was ns donker, dat Nell uit een zijdeur sloop
en de binnenplaats overstak naar den tuin.
zonder eenige hindernis te ontmoeten. Met
een kloppend hart opende zij de tuindeur
en staarde een oogenblik naar de donk«r»
plantenmassa's, waar flauw de witte paden
doorschenen. Zij liep naar het tuinhuisje,
trad binnen en tastte naar de plank waar de
sleutel hing. Zij wist precies waar déze
moest hngen, maar haar vingers zochten
tevergeefs. Pas na enkele minuten drong
het tot haar door. dat de sleutel verdwenen
was de eenige weg tot ontsnapping was
haar afgesneden. Zij vloog naar de deur, en
traChtte deze te openen, maar zonder resul
taat de deur was gesloten en de sleutel
was nergens te vinden.
xxni.
Een diplomatieke zending.
„Moeder", sprak Geoffrey Langdale met
een lichte aarzeling in zijn stem, „ik heb u
iets bijzonders te vragen".
Lady Langdale legde haar pen neer en keek
haar zoon aan.
,.M'n lieve Geoffrey, ik hoop en vertrouw
dat je niet van plan bent. mij te spreken over
je verhouding tot één van de meisjes van
Davenant. Je weet, dat ik je duidelijk heb
gemaakt dat ik nooit in een verloving zal
toestemmen".
„Neen, moeder, ik ben niet van plan over
Angela Davenant te spreken, maar over iets
wat haar zuster betreft".
„O. werkelijk? Je bedoelt het meisje, dat
als gezelschapsdame bij die menschen op
Meat House, in betrekking is?"
„Ja, ik ben de overbrenger van een tame
lijk belangrijke boodschap".
„Hm! Merkwaardig. En van wie komt die
boodschap?"
„Van den hertog van Cheselden!"
„M'n lieve Geoffrey! Schrijft hij je nog
steeds?"
„Vrij geregeld", antwoordde Geoffrey. „U
weet, dat hij eerstdaags hier verwacht wordt,
het zal, als hij thuis komt een groot verschil
voor ons allen maken".
„Natuurlijk", bevestigde Lady Langdale.
„Het was heel jammer, dat hij niet hier
kwam wonen, nadat de oude hertog gestor
ven is. Is hij van plan terug te komen en te
leven volgens zijn rang en positie?" Er lag
een ietwat scherpe klank in Lady Langdale's
stem.
„Na wat hij mij verteld heeft", antwoordde
Geoffrey, „geloof ik dat 'hij van plan is zich
hier te vestigen, en uit te zien naar een
vrouw. Hij schrijft mij dat hij over een paar
weken terug komt misschien eerder
maar dat hij het heel prettig zou vinden als
wij intusschen aandacht wilden schenken
aan een paar oude vrienden van hem, die
hier op het oogenblik verblijf houden, en
hem een bezoek zouden willen brengen".
„O zeker, natuurlijk!" zei Lady Langdale,
„ik wil hem dolgraag ter wille zijn, Maar wie
zijn dat, Geoffrey?"
Met een vroolijken blik in zijn oogen keek
Geoffrey haar aan.
,.M'n lieve moeder", sprak hij, „het zijn de
huurders van Moat House!"
„Wat Geoffrey?"
..Het is werkelijk waar. Cheselden heeft
vrienden op Moat House. Hij zegt. dat hij er
zeker van is, dat u juffrouw Valery sympa
thiek vindt. Ik denk. dat het speciaal voor
juffrouw Valery is, dat hij u een bezoek wil
laten brengen".
„O, maar dat is al te belachelijk! Ze heb
ben hier al maanden gewoond, en niemand
heeft ook maar eenige aandacht aan hen
geschonken, ik geloof, dat dat meisje daar,
trtavallfln V^oaft TTïi U*U
zou men denken, dat zij niet goed bij het
hoofd is".
„In dat geval", zei Geoffrey, „geloof ik niet,
dat de hertog zoo veel belang in haar zou
stellen".
„Wil je daarmee zeggen", vroeg Lady
Langdale teleurgesteld, „dat er kans bestaat,
dat hij met dat eigenaardige, meisje trouwt?"
Geoffrey onderdrukte een glimlach. „Na
tuurlijk kan men dat moeilijk zeggen", ant
woordde hij diplomatiek, „maar juffrouw
Valery en haar voogd komen uit Amerika,
waar Gheselden gereisd heeft, en dat heeft
misschien hun keus voor deze streek be
paald".
„Ik zie niet in, waarom men mij niet eer
der gevraagd heeft daar een bezoeh te bren
gen", merkte Lady Langdale op. „en dat
meisje in de gezelschapswereld te introdu
ceer en. Ik wil er eerst met je vader over
spreken, en eens hooren wat hij er van zegt.
Als hij geen bezwaren heeft, wil ik er wel
een bezoek brengen. Maar ik vind het een
tamelijk vreemd verzoek van den hertog".
Lord Langdale was van meening, dat het
bezoek zoo spoedig mogelijk moest worden
afgelegd; omdat de hertog van plan was om
streeks Kerstmis thuis te komen.
Maar Geoffrey voorzag een moeilijkheid,
waaraan hij nog niet gedacht had. Als hij
niet. een briefje aan Nell Davenant kon zen
den, zou zij verraden, dat zij den hertog niet
kende. Dus besloot Geoffrey den ouden Ja
cob in den arm te nemen, hoewel hij het
betwijfelde, of hij succes zou hebben.
(Wordt vervolgd).