H.D.<
ISIS SHAG
lH VERTELLING
eu f/touw sdttijfl
Dobbetmcmn
lekker man!
DONDERDAG 25 JUNI 1956
HAARtEM'S DAGBLAD
7
;i"i ;v
- Een boodschap van
overzee
De sfeer van het Noordelijke provincie
stadje viel Theo Hagedoorn niet mee: alles
en iedereen zag er kil of zelfs vijandig uit.
Misschien lag het wel aan hem, bedacht hij;
wie weet, zou iemand die het milieu beter
kende dan hij, hem kunnen aantoonen, dat
het louter verbeelding was. maar in elk geval
voelde hij er zich niet op z'n gemak. Hij had
de laatste zes jaar het vlotte leven van de
Indische hoofdstad meegeleefd, nadat hij,
nauwelijks meerderjarig, z'n enerveerend
baantje van beursbezoekend employé bij een
Amsterdamsche productenfirma er aan had
gegeven. Als waschecht hoofdstedeling had
hij het nooit de moeite waard gevonden de
elf provincies nader te leeren kennen. Brus
sel, Parijs en Londen althans wat de tou
rist daarvan langs zijn platgetreden route te
zien krijgt waren voor hem in z'n Amster
damsche jaren vertrouwder begrippen ge
worden dan Groningen of Maastricht. Zijn
bezoek aan dit teruggetrokken levende stad
je moest dan ook wel een bijzondere reden
hebben. Telkens wanneer hij bedacht, dat
hij met deze expeditie een heelen dag van z'n
kostelijke zes maanden verlof opofferde,
kwam er even een neiging tot zelfverwijt bij
hem boven. Maar hij hield zich goed: er viel
immers met sputteren niets te bereiken! En
bovendien, hij had uit vrijen wil besloten
tot het ondernemen van deze excursie, die
hij met veel geheimzinnig-doenerij als „een
vertrouwelijke missie" had betiteld, ter in
lichting van z'n nieuwsgierige Amsterdam
sche kennissen.
Verdraaid, wat was het hier vol in de stra
ten; je kon er een lief ding onder verwedden,
dat er een of andere markt aan den gang
was, concludeerde Theo. De boeren en boerin
nen, uit een wijden plattelandscirkel naar de
weekmarkt toegezwermd, liepen botsend en
klotsend door de hoofdstraat. Onwillekeurig
maakte de Indischman een vergelijking met
het beeld, dat zich in de afgeloopen jaren in
zijn geest had gevormd van de pasars daar
ginds.
Bij zijn aankomst aan het station had hij
zich laten uitleggen waar hij de gemeente
secretarie kon vinden, en vlugger dan hij
verwacht had, stond hij voor het laat-ze-
ventiende eeuwsche geveltje. Het rumoer
van de weekmarkt drong hier niet door. en
op het mooie zonnige plein, waar de statige
lindeboomen groote schaduwvlekken op de
bolle keien teekenden, was van verkeer nau
welijks sprake. Getroffen door de rust, die
hier over alles lag, beklom de vreemdeling
de hooge stoep, en zocht zijn weg in het
groote patriciërshuis, dat in een administra
tiegebouw met moderne allures veranderd
was. Een hulpvaardig secretarie-ambtenaar
stond Theo te woord, en hielp hem binnen
een paar minuten aan het adres, waarnaar
hij zocht. Na een dankbetuiging trok hij de
marktdrukte weer in, terwijl de ambtenaar
zich te buiten ging aan een serie fantasti
sche gissingen naar de reden van het be
zoek. dat die vreemdeling wilde brengen aan
die juffrouw de Ruiter uit de Koningsstraat.
Het was nog maar heel kort na zijn aan
komst in Indië geweest, dat Theo op het
onverwachtst was opgebotst tegen zijn ouden
schoolmakker Jo de Vries, een typische Indo
figuur, die drie jaar eerder dan hij naar
Java was getrokken. Voor Theo was deze
ontmoeting een buitenkansje, want zijn
schoolvriend bleek het als een eerezaak te
beschouwen; hem met zijn broederlijke hulp
bij te staan in de ontelbare moeilijkheden,
waarmee de tropische samenleving den ver
bijsterden orang baroe bedreigt.
Jo de Vries was employé op een assura
deurskantoor, en voelde zich niet weinig ge
streeld met z'n flinke salaris en z'n vooruit
zicht op Europeesch verlof. Zooals elke Euro-
peesch opgevoede halfbloed krachtens een
onverbiddelijke natuurwet doet na zijn te
rugkeer in Indië. had ook hij zich aange
past aan de karakteristieke levensgewoonten
van den sinjo. Zooals bekend is. begint deze
aanpassing met een zekee devaluatie van de
uitspraak van het Nederlandsch, en door
loopt daarna een geheel scala van uiterlijke,
maar al gauw ook innerlijke assimilatie met
de cultuur van de onvervalschte Indische
samenleving. In Batavia verging het Jo de
Vries aanvankelijk in dit opzicht niet slecht,
maar toen de crisis kwam opdagen de
felle. orkaanachtige Indische crisis,
waarbij vergeleken de malaise in het
moederland een kalme sneeuwbui was
toen had het noodlot den armen, alleen
staanden sinjo met harde snel op elkaar vol
gende slagen geraakt. Eerst was hem de glo
rie van zijn Europeesche verlof ontnomen,
daarna werd zijn salaris onbarmhartig ge
amputeerd, en toen hij, beheerscht door zijn
daardoor aangewakkerd minderwaardig
heidsgevoel. in een voortdurende zenuwspan
ning fout op fout ging maken, volgde ten
slotte zijn ontslag. Dit ontslag was de on
middellijke aanleiding tot zijn volslagen de
classeering geworden. De middelmatig be
gaafde jongen, die er zich in zijn Amster-
damschen H.B.S.-tijd met gevoel van einde-
looze verrukking voortdurend rekenschap
van gaf, dat hij „deelnam aan het Wester-
sche cultuurleven", zooals hii eens tegen den
meer nuchter aangelegden Theo zei. toer. zij
's nachts om half twee na een première op
het Leidscheplein door de stille straten van
,.Zuid" dwaalden, deze jongen ondervond
eenmaal terug in zijn vaderland, hoe zwak
in werkelijkheid d" geestelijke band was, die
hem met het Westen verbond.
Zoolang hij zijn betrekking nog had. liet
hij geen gelegenheid voorbijgaan om kennis
te nemen van alle Hollandsche cultuuruitin
gen: een nieuw-uitsekomen boek, een voor
stelling van een tooneelgezelschap op tour
nee of een tentoonstelling, maar toen zijn
positie slechter werd en tenslotte ophield,
moest hij zich tevreden stellen met de lees
trommel, die hij in zijn pension vond. Vaak
had hij met Theo gesproken over zijn ver
loving met een Hollandsch meisje, Liesje de
Ruiter; in het eerst opgetogen over het
vooruitzicht dat zij zou uitkomen, zoodra hij
een paar jaar gespaard had, maar al gauw
met in zijn stem een ondergrond van ang
stige twijfel, of het wel ooit zoo ver zou ko
men.
Op een middag dat Theo zijn schoolvriend
ging opzoeken, trof hij hem niet meer in
zijn pension aan. Hij was nu een paar maan
den buiten betrekking, en bleek noodge
dwongen een logies van veel minder allooi
te hebben gezocht. Getrouw aan de beruchte
Indische gewoonte in moeiliike omstandig
heden. hield Jo de Vries zich hier perma
nent ziek. hoewel hem lichamelijk niets
mankeerde. Theo slaagde er in, hem te be
reiken, maar wist geen remedie te bedenken
voor de apathische stemming van zijn mak
ker. die met een theatraal-aandoend ge
baar beweerde dat het met hem gedaan was
Theo deed wanhopige moeite om de indo
lentie van zijn vriend te verdrijven, maar hij
wist bij voorbaat dat al zijn argumenten
nutteloos waren, en dat Jo hier niet meer
vandaan zou komen. Zijn kameraadschap
pelijk aanbod van financieele hulp wees de
ander met echte Indo-trots bijna verontwaar
digd van de hand. Een paar weken later
merkte Theo dat het nog erger was afgeloo
pen dan hij vermoed had: zijn schoolmakker
was uit zijn nieuwe logies verdwenen en
volkomen ontredderd in de kampong terecht
gekomen. Zoodra hij er gelegenheid voor had
ging Theo op zoek; na een half uur dwalen
had hij een heelen stoet naakte kindertjes
voor zich uitloopen. die heftige debatten
voerden over de juiste woonplaats van
..toean Pries". Het kostte hem eenige zelf
overwinning, de lage, donkere bamboehut
binnen te gaan, en toen hij zijn vriend zag,
schrok hij van diens veranderd uiterlijk.
Theo vermeed zooveel mogelijk te spreken
over zijn verlof, dat voor de dur stond; hij
besefte intuitief: als ik over acht maanden
terug kom, vind ik jou hier niet meer! Ten
slotte moest hij er wel over beginnen, maar
zijn goed-bedoelde aanbod om Jo's meisje in
Holland te gaan opzoeken, klonk in deze om
geving bijna hoonend. De ander schrok
zichtbaar: hij had blijkbaar al zóó zeer met
het leven afgerekend, dat Liesje totaal uit
zijn gedachten verdwenen was. Met een uit
drukking. waarin schaamte en erkentelijk
heid te lezen waren, keek hij van terzijde
schuw naar Theo. en gaf op zijn zielige, hak
kelende manier te kennen, dat hij dat liever
niet had. Ze zou het al wel begrepen hebben
dat er niets van hun trouwplannen kon ko
men. Hij had de correspondentie al een paar
maanden gestaakt, onmiddellijk na zijn ont
slag. en was er zelfs niet toe te bewegen,
Liesjes adres te noemen.
En nu was Theo dan maar op eigen initia
tief onderweg naar Jo's meisje, want hij kon
de gedachte niet van zich afzetten, dat het
een lafheid zou zijn, maar in het onzekere
te laten. Hij vond haar kosthuis zonder moei
te, maar kreeg te hooren, dat ze nog niet
thuis was van haar werk De school, waar
aan zij verbonden was, lag een blok verder
in dezelfde straat, en liever dan in een
vreemde pensionkamer te wachten, liep hij
verder in de richting vanwaar zij moest ko
men. Het was net twaalf uur en hij moest
zich moeizaam een weg banen door de drom
men kinderen, die hem gruwelijk ergerden
met hun gezeur om zijn sigarenbandje.
Het schoolplein was al zoo goed als ver
laten, maar Theo herinnerde zich uit z'n
eigen schooltijd dat de onderwijzers meestal
wat later weggaan dan de leerlingen en hij
rekende er dus op nog even geduld te moe
ten hebben. Terwijl hij zoo liep te schilde
ren, werd zijn aandacht getrokken door een
jongmensch van zijn leeftijd, dat met een
fiets aan de hand ook voor de school wacht
te. en van wien op grond van diverse ver
schijnselen veilig mocht worden aangeno
men, dat hij in hevige mate een afspraakje
had. Zooals in dergelijke gevallen gebruike
lijk is, probeerde het tweetal eikaars blik
ken te ontwijken, en wanneer zij elkaar dan,
juist daardoor, onhebblijk veel aankeken,
demonstreerden zij beide een goed volge
houden koele minachting.
Het wachten begon juist een beetje pijn
lijk te worden, toen in één van de lokalen
aan den straatkant een raam geopend werd.
Een ernstig uitziend, blond meisje boog haar
hoofd naar buiten, en riep: Hallo, Jaap!"
Onmiddellijk kwam de jongeman met de
fiets in actie; hij lichtte z'n hoed en riep
terug: „Hallo. Liesje! Ben je al zoo ver?"
Wat Liesje precies antwoordde, drong niet
goed tot Theo Hagedoorn door; het inte
resseerde hem ook verder hoegenaamd niet.
Resoluut keerde hij zich om, en wandelde
weg in de richting van het station Soedah!
Het kón ook moeilijk anders dan zoo be
peinsde hij grimmig: alles wel beschouwd,
viel het haar niet kwalijk te nemen, dat ze
haar woord zoo gauw verbroken had
Ajó, het leven had tenslotte zijn rechten
Maar hij zou vreemd opgekeken hebben,
wanneer hij geweten had. dat toen Liesje
van Dijk met haar hartsvriend was wegge
fietst, haar collega Liesje de Ruiter nog in
haar eigen leege lokaal aan den tuinkant was
blijven talmen met het begieten van haar
planten. En dat de oogen van Liesje de Rui
ter dien dag droeviger stonden dan ooit te
voren...
BAS VAN DELLEN.
De werknemer in de N. S. B.
Buurtvergadering in „Rosehaghe".
Woensdagavond hield de N. S. B. een buurt
vergadering in het gebouw „Rosehaghe". Hier
bij sprak de heer Ph. van Kampen over: „Wat
is de plaats van den werknemer in de N.S.B.
en de opbouw van den komenden corno-
ratieven staat". „De plaats van den
werknemer, of laat ik liever zijn ouden
eerenaam arbeider gebruiken, in de
N. S. B. Doch laten wij eerst nagaan wat thans
de plaats van den arbeider in de samenleving
is". Met deze woorden ving de spreker van den
avond aan. „Men spreekt thans van vrijheid,
doch men mag niet vergeten dat de vrijheid
in den mond van een communist wat anders
is dan in den mond van een liberaal.
Economisch staan wij thans onder een libe
raal regime, het beste getypeerd met de woor
den van Minister Colijn: „niet de onmacht
van den almachtigen staat, doch de enkeling
die het eerst zichzelf, het eerst zijn familie
dient, helpt aan de glorifieering van het va
derland".
In de liberale 19e eeuw verlaagt men den
arbeid tot koopwaar.
Doch de Nederlandsche arbeider is geen
geboren slaaf. Het is daarom begrijpelijk, dat
het begint te gisten in diezelfde 19e eeuw.
Wij stellen tegenover dit egoïsme het recht
van den arbeid. Zeker, er is veel verbeterd. Er
zijn loonen gestegen, maar meer nog gedaald.
Zijn de woningtoestanden zoo goed als ze
ljjken? Er zijn goede huizen, doch geen arbei
der kan ze betalen.
Ik heb daar juist gezegd dat ik net woord
„werknemer" niet wil gebruiken. De één geeft
het werk, de ander neemt het. Alweer, gelijk
koopwaar.
Ziet men nu eens naar IJmuiden. Ook de
N S. B.ers weigeren, als de arbeidsbeurs hen
oproept om de stakers te vervangen. Doch de
R. S. P.. die hen verwelkomt, waarschuwt dat
in een N. S. B.-staat een dergelijke staking
met gummistokken zou worden opgelost. Doch
men vergat dat in den nationalistischen staat
de staking overbodig is.
Ook wij weten dat er in eiken idealen toe
stand wel eens wrijvingen zullen zijn. Doch
dan kunnen wij wijzen op Duitschland en
Italië.
In dit laatste land heeft men vele „socialis
tische" eischen vervuld, doch zonder staking.
Corporatief noemen wij 9ns. Een lichaam
zijn wij en wij willen niet één van onze lede
maten afstaan. Wij willen ons niet laten ver
lagen tot staatsslaven. Doch wij willen de ver
hevenheid van den heiligen arbeid, die niet
verkwanseld is".
Na de pauze was er een gedachtenwisseling.
Waterglazen kunt U in huis nooit genoeg hebben. Vooral wanneer U ze
gratis kunt krijgenl Thans kunt U voor elke 2 Radionbons die U spaart, een
flink waterglas krijgen en wel uitsluitend in het Sunlight Geschenkendepot
Kruisweg 57, Haarlem
Bovendien zijn daar, zolang de voorraad strekt, tot uiterlijk 30 Juni, nog
verkrijgbaar tegen een uiterst laag aantal Radionbons:
Sponsbal, rubbe
3 Radionbons
Kop en schotel.
.10 Radionbons
Poederdoosje
7
.12
Keukenlepels, 4
st. 1 O
25
Is dit niet de moeite waard, om een paar pakken Radion in huis te nemen,
de bons af te knippen en hiermede naar het Sunlight Geschenkendepot te gaan,
vóór het te laat is? Alleen het krachtige Radion-sop geeft volmaakte helderheid,
zonder zelfs de teerste weefsels aan te tasten, dus, Radion n topprestatie I
G. S 48-091 W
(Adv. Ingez. Med.)
GEMEENTELIJKE ZWEM- EN BAD
INRICHTINGEN.
In het tijdvak 115 Juni 1936 zijn in de ge
meentelijke zwem- en badinrichtingen 20016
baden genomen verdeeld als volgt:
Houtvaart
Heeren
Dames
Abonné's
1936
1866
20 ets baden
145
154
10 ets baden
350
344
Vereenigingsbaden
166
67
Schoolbaden
1146
548
Kostelooze baden
1789
1895
5532
4874
Delft:
Heeren
Dames
Abonné's
2732
2832
20 ets baden
146
140
10 ets. baden
284
304
Vereenigingsbaden
69
36
Schoolbaden
1841
1226
5072
4538
De Zweminrichting aan de Delft is Zondags
geopend van 7'12 u. v.m.. en voor familie
baden van 25 uur n.m.
JUBILEUM BIJ HET G. E. B.
Naar wij vernemen zal het op 1 Juli a.s. 25
jaar geleden zijn, dat de heer G. van Eek,
hoofdinspecteur bij het Gem. Electr. Bedrijf te
Haarlem, in gemeentelijken dienst trad.
Na te voren werkzaam te zijn geweest oa.
bij Siemens-Schuckert en Philips, werd de
heer Van Eek op 1 Juli 1911 benoemd tot in
specteur bij het G. E. B. en in 1924 bevor
derd tot hoofdinspecteur. Als chef van de in-
stallatie-afdeeling heeft hij krachtig mede
gewerkt aan de electrificatie van Haarlem,
terwijl hij ook als bestuurslid van het Nat.
Verbond van Gemeenteambtenaren, een be
langrijk aandeel heeft gehad in de behan
deling van ambtenaarszaken.
Wij twijfelen niet of velen zullen van de
gelegenheid gebruik maken, den Jubilaris, die
op 1 Juli vrijaf zal hebben, te zijnen huize
geluk te wenschen.
GEHEELONTHOUDERS TOONEELVEREEN.
„NIEUW LEVEN".
Na opheffing van de jubileum-commissie
der Geheelonthoudersvereeniging „Nieuw Le
ven" is door het overgroote deel harer leden
besloten tot oprichting van een z.g. „Contact
Commissie". Deze commissie is bedoeld als
schakel tusschen de kunstlievende leden en
de vereeniging „Nieuw Leven" zelf. Om den
band van de leden onderling gedurende de
zomermaanden te binden wordt als eerste
begin een fietstocht georganiseerd op Zon
dag 28 Juni 1936, naar Castricum en om
geving. Men vertrekt van de Gr. Markt des
morgens 9 uur en van het Soendaplein te
9.15 uur
PERSONALIA.
Bij het in Den Haag gehouden examen
voor gemeente-administratie der Ned. Ver
eeniging voor Gemeentebelangen slaagden
Donderdag de heeren K. J. van Kampen en
J. Kempen, beiden te Haarlem,
BURGERWACHT.
Te rekenen van 23 Juni 1936 af. zijn bij de
Vrijwillige Burgerwacht te Haarlem bevor
derd tot burgerwachter 1ste klasse de hee
ren N. van Keeken. en P. A. J van Kessel.
EXTRA B-STEUN.
In een nota, naar aanleiding van het ver
slag over bovengenoemd wetsontwerp, zegt de
minister, dat het inderdaad in de bedoeling
ligt het van de in 1934 voor extra B-steun
uitgetrokke 2 millioen nog resteerende be
drag a f 113.500 in 1936 voor B-steun aan te
wenden.
Voorts is het de bedoeling, evenals zulks
thans voor den winter 1936/1937 is voorgesteld
ook op de begrooting voor 1937 een bedrag
van f 500.000 uit te trekken voor extra B-
steun.
HET ASYLRECHT.
De Internationale Roode Hulp belegt op
12 Juli a.s. een landdag voor Noord-Holland
en Utrecht op het terrein Hagen. Laarder-
weg. Bussum. Sprekers zijn: Mr. van 't Hof-
Stolk. I. J. E de Lange en Th. Kruit, propa
gandist van de Unie van Bellamyanen. On
derwerp is: „Het Asylrecht".
UIT DE PERS.
SCHOTEN'S CHR. GEMENGD KOOR
Schoten's Chr. Gemengd Koor, dirigent de
heer Jac. Zwaan, geeft Maandagavond 29 Juni
een concert in de Julianakerk aan de Kloos
terstraat. Welwillende medewerking verlee-
nen mej. Rie Broekman (alt), Amsterdam en
de heer Marinus Adam (clarinet) te Haarlem.
Begeleiding Jac. Zwaan 'orgel). De toegang
tot dit concert is vrij. Er zal echter gecollec
teerd worden; de opbrengst is geheel voor den
bouw der 2de Herv. kerk te Haarlem Noord.
DE LANDVOOGDWISSELING IN INDIë.
Onder het opschrift: „Matiging noodig"
schreef de Java-Bode van 13 Juni j.l. o.m. het
volgende:
Laat ons beheerscht zijn in onze verwachtin
gen. Er is, buiten alle exaltatie om. zóóveel
goeds van den nieuwen Landvoogd gezegd,
dat Indië alle reden heeft tot beste verwach
tingen. Laat ons daarbij niet overdrijven. Laat
ons nog een weinig bewondering reserveeren
voor het moment, dat de daden van den nieu
wen bewindsman hiertoe aanleiding geven
Men doet niet goed, op hem der last te leg
gen der reputatie van een orakel en wonder
doener, die dit goede land alles zal brengen,
dat is gelegd in een geweldig complex van
illusies.
Om een enkel voorbeeld te noemen: De
landvoogd die eene radicale oplossing wil
brengen voor het vraagstuk van grondbezit
voor Indo-Europeanen hij moge Salomo's
wijsheid hebben ontketent hier een zóó
dichte wolk van sentiment, dat zij al zijn goe
de eigenschappen bedekt.
Wij allen hopen op betere dagen voor Indië,
hoewel velen van meening zijn dat 1936 het
zwaarste jaar zal worden. En de jaren daarna?
Denkt men dat de wereldsituatie de opgewekte
sprongen meemaakt van sommiger verwach
tingen bij eene wisseling der Landvoogdij in
Indië?
Men behoeft geen pessimist te zijn om uiting
te geven aan de overtuiging: dat ook de
nieuwe Landvoogd, onder den druk van gebeur
tenissen, machtiger dan hij, dan wij allen, be
slissingen zal moeten nemen waarin zeer ve
len de hardheid zullen proeven zonder er de
wijsheid en de rechtvaardigheid van te kun
nen of willen erkennen.
Moge Indië, als ook voor den nieuwen be
windsman de dag van heengaan is aangebro
ken en de balans wordt opgemaakt, kunnen
verklaren:
De helft was ons niet aangezegd.
Na de koperen bruiloft.
Met liefde gaat het precies als met een
houtvuur: óf het vlamt hoog op en we loopen
gevaar onze vleugels te schroeien, óf het rookt
zoodat we niets en niemand meer zien door
onze tranen óf het smeult onder de asch en
we verkleumen van de kou.
Velen beschouwen een houtvuur als luxe
en.je mag er wel naast blijven zitten om
er telkens wat op te doen, want anders is het
uit vóór je 't weet.
Is liefde luxe?
NeenLiefde in alle mogelijke vormen
is een eerste levensbehoefte voor ons. vrou
wen.
Daarin stemt de liefde dan niet overeen met
het houtvuur.
Maar dat andere.dat van er-naast-blij-
ven-zitten en er telkens-wat-op-doenhoe
waar is dat?
Waarom slagen zoo weinig paren erin. van
hun huwelijk een daverend succes te maken,
dat ook na de koperen bruiloft nog voort
duurt? Waarom wordt zoo menig man. wan
neer hij eenmaal veilig voorbij dien mijlpaal
gekomen is, onweerstaanbaar aangetrokken
door iedere andere vrouw, behalve juist dooi
de zijne?
Waarom zijn er zoo ontstellend veel onge
lukkige huwelijken en verlaten vrouwen?
Niet verlaten in de beteekenis van in
den steek gelaten, doch vrouwen in wie nie
mand ook maar het minste belang stelt.
Waarom zijn de mannen zoo en niet anders?
Waaromwaarom.... waarom, er zou
den kolommen met vragen te vullen zijn.
Man en vrouw zijn één zegt het spreek
woord. Voor de meeste vrouwen, vooral voor
haar, die geen sterk sprekend karakter heb
ben. gaat dit ook wel op. maar. zij zien over
het hoofd, dat er twee zijden aan de kwes
tie zijn: haar eigen standpunt en dat van den
man.
De man. die zich één met zijn vrouw voelt,
zal altijd nog zooveel van zijn persoonlijkheid
bewaren, dat zij op een kwaden dag tot de
entdekking komt, dat de man. dien zij ge
trouwd heeft en de man. dien zij bezit
twee heel verschillende persoonlijkheden zijn.
Dat- angstvallig bewaarde stukje persoon
lijkheid van den man kan een uitwerking
hebben als van een klein zakie blauw in een
reusachtige teil met water: de gansche hoe
veelheid wordt er anders door gekleurd. Het
is juist od dat minimum aan zelfstandige ner-
soonlijkheid. dat niet door de gewoontesleur
is ondermijnd, dat de vrouw al haar aan
dacht dient te concent-reeren. wil zij niet het
gevaar loopen dat dit minimum in een maxi
mum ontaardt en .haar huwelijksleven geheel
anders kleurt.
Wanneer een man zich plots ontpoot als
een geheel ander wezen, dan hij tot dusver
geweest is. dan is het vrij zeker, dat het mi
nimum aan 't werken is.
Zachtheid, tact en overleg zijn in dat ge
val geboden. En of dat minimum nu speel
zucht of belangstelling in andere vrouwen,
zwijgzaamheid of een onschuldige radioma
nie is, de vrouw, die prijs stelt op haar hu
welijksgeluk, zal de symptomen weten te her
kennen.
Daarom stormsein neerhalen enweest
op uw hoede.
AMY GROSKAMP—TEN HAVE.
VOOR DE PUP
ROOKT IBIS EN GÉÉN ANDERE SHAG
(Adv. Ingez. Med.)
Ds. G. J. DUYVENDAK
Bfj de Evang. Luth Gemeente te Rotterdam
(vac. ds. Borgers) is beroepen ds. G. J. Duy-
vendak, alhier.
GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN.
(Inlichtingen over gevonden voorwerpen
aan het bureau van politie Smedestraat uit
sluitend tusschen 11 en 13 uur).
Terug te krijgen bij:
Handschoenen en ceinturen, gewicht, regen
pijp, dekzeiltje: Politiebureau, Smedestraat;
armband, Bos, Lange Margarethastraat 48;
abonement Ned. Spoorw., v. d. Tuin, Anegang
48 rd.: roeiboot, Flotte, Jachthaven. Spaarn-
damscheweg; badpak, Peperkorn, Bleekers-
vaartweg, Heemstede; bakpakken, badmutsen,
handdoeken, Visbeen, Amsterdamschevaart
166; dop van auto, Koelemeijer, Siriusstraat
23; duif, Bakker, Molukkenstraat 20; duim
stok, Fortgens, Brederoodscheweg no. 5b. Sta
tion Santpoort; hond. v. Ginkel. Waalstraat
11; hond, De Neijn van Hoogwerff, Kleverlaan
84; damespolshorloge, Schrijnders, v. Bere-
steijnstraat 32; armbandhorloge, de Keizer,
Paus Leostraat 6; damesregenjas, Eis, Beek-
steeg 6 rd.; nummerplaat, Kuijk. Kruistocht
straat il; portemonnaie met inhoud, Kooy,
Rollandstraat 68; idem. Meijers. Leidschestr.
17; portefeuille, v. IJzeren. Lucas van Leijden-
laan 4 te Heemstede;rozenkrans, Smit, Reitz-
straat 54; rijwielplaatje, v. Geen. Merovineen-
str. 29; rijwielplaatje. Limpers, Wagenweg 30;
zilveren ringen, de Keizer. Paus Leostraat 6;
kindertuigje. Eikerbout. Olivlerstraat 10.