Afstandsmarsch.
De staking in het
visscheri jbedrijf.
Hei BeloHQtiikste
53e Jaargang No. 16264
VerscHijnt dagelijks, beHalve op Zon- en Feestdagen
Donderdag 2 Juli 1936
HAARLEM S DAGBLAD
Directie: P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LOÜRENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTEN: per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden
ƒ3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post 0.72»4.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
Bijkantoor: Soendaplein 37, Haarlem-Noord, Telefoon 12230.
ADVERTENTIëN 15 regels f 1.75, elke regel meer 0.35. Reclames
0.60 per regeL Tarieven regelabonncmenten op aanvraag. Vraag en
aanbod 1—4 regels 0.60. elke regel meer ƒ0.15. Onze Groentjes zie
hoofd rubriek.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid f 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 1400.-, Duim 250.-, Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-, Arm- of Beenbreuk f 30.—
Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400 -, Verlies Duim ƒ75.-, Verlies Wijsvinger ƒ75.-. Verlies andere vinger ƒ30.-.
Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF BLADZIJDEN.
HAARLEM, 2 Juli.
De Incidenten in Genève.
Mijn gisteren geuite meening dat de Italiaan
sche staats-journalisten hun fluit-, schreeuw
en scheldpartij tegen den Negus, in de Volken
bondsvergadering vertoond, niet ten beste
zouden hebben gegeven als er kans was op af
keuring van zulk optreden door hun regeering,
is denzelfden middag nog ampel bevestigd. De
waarheid bleek nog erger. Het Italiaansche
persbureau Stefani nam het dadelijk voor de
ordeverstoorders op en de minister van Pers
en Propaganda, Alfieri, hun onmiddellijke
chef dus, betuigde hun per telegram „zijn so
lidariteit en sympathie, nu zij als misdadigers
zijn gevangen gezet omdat zij hun veront
waardiging niet hebben kunnen onderdruk
ken over de beleediging hun land aangedaan,
dat zich schuldig heeft gemaakt aan het
brengen van duizendjarige beschaving aan
een land van slavernij en barbaarschheid".
Het moet een eigenaardige gewaarwording
zijn voor iemand, die in een vergadering van
ministers en andere gedelegeerden van tien
tallen mogendheden de orde verstoort en
daarbij een gevallen keizer uitscheldt, om van
een zijner eigen ministers dan een telegram
van sympathie en solidariteit te ontvangen.
Maar wellicht voelde het opgesloten stelletje
zich als helden en martelaren. De noteering
van helden en martelaren is ook al niet hoog
meer in dezen tijdmeegezakt in de we-
reldmalaise.
Natuurlijk is het incident van diepgaander
beteekenis dan alleen de beleediging van den
Negus en van de vergadering als geheel. Het
bewijst dat men in Italiaansche regeerings-
kringen in een mentaliteit verkeert, die de
rem der zelfbeheersching mist. Men is blijk
baar door het dolle heen en kent geen grenzen
meer in zijn ijver om de Abessinische historie
tegenover het eigen volk als een glorierijke en
gerechtvaardigde daad te handhaven. Ook
voelt men zich zoo sterk, dat men zijn woor
den niet meer wikt. Daarvan geeft ook de
scheldpartij tegen den Roemeenschen minis
ter van Buitenlandsche Zaken Titulescu blijk.
Deze heeft op het oogenblik van het incident
president van Zeeland bezworen: „die wilden
tot zwijgen te brengen" en krijgt nu te hoo-
ren dat hij „een kleurling" is, en „een half-
Aziaat", en dat Italië het in de toekomst niet
vergeten zal en zoo, hetgeen lichtelijk den in
druk maakt van een spontane redevoering op
de vischmarkt, maar evenmin van beschaving
als van voorzichtigheid getuigt.
Bij rustig overleg namelijk zou men van
Italiaansche zijde zoowel het communiqué
van het agentschap Stefani als het telegram
van minister Alfieri en de scheldwoor
den aan het adres van Titulescu achterwege
hebben gelaten. Want tegenover de vereenig-
de macht van Frankrijk en Engeland is men
niet zeer sterk en tegenover Roemenië, dat
immers volstrekt niet alleen staat, evenmin.
Economisch beschouwd is men zelfs in Italië
uitermate zwak en kwetsbaar. Men was dit
laatste al vóór de oorlog begon, en de oorlog
heeft fantastische bedragen gekost. De bezet
ting van het veroverde land blijft dit doen. In
Italië zelf is de werkloosheid zeer groot en de
levensstandaard uitermate laag. Ik herinner
aan brieven uit Rome in dit blad, waaruit
bleek dat de Italiaansche vakarbeider, als hij
zoo gelukkig is werk te hebben, het niet ver
der brengt dan een loon dat overeenstemt met
14 in de week Het salaris van professoren
aan universiteiten bedraagt 2500 per jaar.
De Italiaan leeft soberder dan de Noord-Euro
peaan en stelt minder eischen, maar als men
bedenkt dat het leven in zijn land juist waar
het noodzakelijke levensbehoeften betreft
duurder is dan in het onze wordt het duidelijk,
dat men hem wel met een zeer groote dosis
glorie voeden moet om zijn ontevredenheid in
toom te houden.
Dit alles bewijst dat Italië broodnoodig be
hoefte heeft aan een economisch herstel. Het
kan dit niet bereiken, evenmin als eenig an
der land, door isolement. Het heeft anderen
noodig. Die anderen zijn sterker. Zij zitten
niet, zooals de Abessyniërs, zonder moderne
wapenen. Integendeel, zij hebben er nog meer
dan Italië. Men moet dus met hen onder
handelen.
Onderhandelingen worden slecht ingeleid
met ordeverstoringen, beleedigingen, scheld
woorden. Deze dingen deren trouwens den
beleedigde altijd veel minder dan de belee-
diger, en zij toonen bij den laatste een ge
brek aan overleg en zelfbeheersching dat
hoe men het ook verder wil betitelen een
zwakheid is. Wie gaat schelden toont ook
gemis aan zelfbewustzijn en zelfvertrouwen.
Dat deze mentaliteit zich in zoo sterken mate
getoond heeft is een onrustbarend verschijn
sel. dat bij Italië's naaste buren vooral ont
steltenis gewekt moet hebben en de vraag
doet rijzen: is het gevaar voor een nieuw
avontuur, een wanhoopsavontuur, niet inder
daad zeer groot? R. P.
(Het aantal inschrijvingen voor de
vierdaagsche afstandsmarschen te
Nijmegen, heeft reeds de 4000, een
nieuw recordaantal, bereikt.)
Waar gaan we heen? dit is een vraag,
Die velen zich vol zorgen stellen,
Vierduizend kunnen het vandaag
Wat hen betreft, vol vuur vertellen:
Naar Nijmegen, om binnenkort
Vier dagen afstand te marcheeren,
En, in den dienst der wandelsport,
Een krachtprestatie te presteeren.
Het is een soort van zwaan kleef aan,
Vierduizend is het al geworden,
Om samen op den loop te gaan,
Natuurlijk in volmaakte orde.
Vierduizend vol van jeugdig vuur,
Weer meer dan zelfs een jaar geleden,
Die dag aan dag en uur na uur,
Straks Gelre's weg met voeten treden,
Wien warmte noch vermoeienis
Den stuggen voortgang zal beletten,
Als eenmaal 't sein gegeven is
En zij het op een loopen zetten.
Waar gaan we heen? geen mensch beseft,
Wat van de toekomst valt te hopen,
Maar wat de afstandsmarsch betreft,
Bli.jkt wel; laat Nederland maar loopen.
P. GASUS.
Die rusten wil in 't groene woud,
koope een PATENT LIGSTOEL van prima
beukenhout, in de KLOMPEN CENTRALE, op
't pleintje. Reitzstraat 1, Dr. Leydsstraat 10,
Telefoon 11784.
(Adv. Ingez. Med.)
Een nieuw voorstel der reeders.
Het bestuur van de Vereeniging van
Reeders van Visschersvaartuigen deelt
ons mede, dat in de hedenmorgen ge
houden algemeene vergadering met
zoo goed als algemeene stemmen is
besloten om, tot oplossing van het
hangende conflict, een voorstel te
doen aan de vier vakorganisaties,
waarbij voor de kustbooten de oude
loon- en arbeidsvoorwaarden worden
gehandhaafd en de nieuwe loonen en
arbeidsvoorwaarden dus alleen voor
de andere booten van kracht zijn.
Door dit voorstel, aldus de mededeeling,
wordt het groote bezwaar van de opvarenden
weggenomen.
Vrijdagmorgen wordt over dit voorstel een
bespreking gehouden met de besturen der vier
vakorganisaties en binnen enkele dagen het
antwoord der organisaties verzocht.
Keuring van Onderwijzend
Personeel.
Om waarborg te hebben tegen
t. b. c.-besmetting.
Indertijd hebben wij reeds uitvoerige mede-
deelingen gedaan over de door het rijk inge
stelde verplichte keuring van onderwijzers
(openbare en bijzondere) om waarborg te
hebben tegen besmetting met tuberculose op
school.
Te Haarlem werden in 1935 304 onderwijzers
gekeurd en in 1936 reeds 150. Totaal dus 454.
Daarvan ontvingen 435 de verklaring van ge
schiktheid, terwijl aan 19 stuks een voorloopige
verklaring wed afgegeven. Van 124 onderwij
zers (essen) werd een Röntgenfoto gemaakt,
335 werden alhier „doorgelicht".
Het keuren op het Haarlemsche consultatie
bureau voor tuberculosebestrijding gaat gere
geld door, maar het moet onder het gewone
werk door geschieden.
Erwtenplukkers in staking.
Zeshonderd arbeiders en arbeidsters leggen te
Halsteren het werk neer.
HALSTEREN, 2 Juli. Hedenmorgen te ne
gen uur is te Halsteren een wilde staking
uitgebroken onder de erwten plukkers. De
staking omvat ongeveer zeshonderd mannen,
vrouwen, jongens en meisjes. Zij eischen uit
betaling van hoogere uurloonen.
Deze staking kwam niet geheel en al on
verwacht. Er heerscht reeds eenigen tijd on
tevredenheid onder de erwtenplukkers in
deze streek.
De staking, die thans is uitgebroken, be
gon bij den commissionnair Van Loon. De
betrokken arbeiders en arbeidsters trokken
van hier naar hun collega's, werkzaam bij
den commissionnair Back. Dezen legder.
eveneens het werk neer. In optocht ging het
toen naar het veld, waar de commissionnair
Van Meer erwtenplukkers aan het werk
heeft. Ook dezen sloten zich bij de overige
stakers aan.
In 1939 een verkeers-
tentoonstelling te Haarlem?
Als eeuwfeest der spoorlijn
HaarlemAmsterdam.
Eenige weken geleden wezen wij er op. dat
het in 1939 100 jaar geleden zal zijn, dat de
spoorlijn Haarlem—Amsterdam geopend werd
en stelden de vraag of dit aanleiding kan zijn
te trachten hier ter stede een nationale (of
als het kan internationale) tentoonstelling op
verkeersgebied te organiseeren.
Naar wij vernemen wordt daaraan inderdaad
gedacht. Óp 15 Augustus zal een conferentie
gehouden worden om te overwegen hoe men
het beste tot het organiseeren van zoo'n ten
toonstelling zal kunnen komen.
Bijzonder Onderwijs te
Haarlem.
Verandering van schoolgebouwen.
Het Oranje Nassau Instituut heeft thans
scholen voor lager en meer uitgebreid lager
onderwijs in gebouwen aan het Nassauplein
en aan de Nassaulaan. Door snelle toeneming
van het aantal leerlingen is er in het gebouw
aan de Nassaulaan ruimte te kort. Dit gebouw
(een heerenhuis) voldoet bovendien niet aan
redelijke eischen.
Het bestuur is in overleg getreden met de
autoriteiten in Haarlem en Den Haag om tot
verbetering te kunnen komen.
Er is een oplossing gevonden die
zeer vermoedelijk wel tot stand zal
komen. Het is de bedoeling dat de
lagere school gehuisvest zal worden in
het oude gebouw der Meisjes H. B. S.
aan de Krocht.
Voor de M.U.L.O.-afdeeling is een concen
tratie met de Groen van Prinsterer-vereeni-
ging tot stand gekomen. Het M.U.L.O.-onder-
wijs wordt gegeven in de school aan de Nas
saulaan. Dit oude schoolgebouw der ge
meente vertoont evenwel zeer veel gebreken
die dringend verbetering behoeven.
Daarover worden besprekingen gehouden
met Openbare werken. Er zijn over dit gebouw
zooveel klachten, dat de vraag gerezen is of
het niet economischer zou zijn op deze plaats
een nieuw gebouw ie zetten. Daartegen ver
zet zich op dit oogenblik evenwel de financieele
toestand der gemeente Haarlem. Verschillende
verbeteringen zullen evenwel niet kunnen uit
blijven.
Onder de gebreken werden ons de volgende
genoemd:
In enkele lokalen komen W.C.'s uit.
De tusschenmuren tusschen de lokalen zijn
zoo licht, dat men in het eene lokaal hinder
heeft van het onderwijs in het andere.
De muren slaan uit van de vocht.
Verschillende gangen zijn te smal.
Plaats is er aan deze school aan de Nassau
laan voldoende. Er zijn thans 11 lokalen in ge
bruik, maar er zijn er 16 beschikbaar. De con
centratie tusschen het „Oranje Nassau-Insti-
tuut" en „Groen van Prinsterer" is evenwel
zoo. dat ook andere vereeniging van Christe
lijk onderwijs toe kunnen treden met gelijke
rechten. De grondslag van de concentratie is
Christelijk Nationaal Onderwijs.
Minister De Graeff over de
Assemblee.
Vandaag zullen twaalf sprekers bij de
algemeene beraadslagingen van de Assem-
blée het woord voeren. Onder hen is ook de
voorzitter van de conferentie der zeven klei
ne staten, de minister van buitenlandsche
zaken van Denemarken Munch.
Naar onze correspondent te Genève me
dedeelt zal Munch niet namens de kleine
mogendheden spreken. Ook ligt het in de
bedoeling heden het woord te verleenen aan
den Nederlandschen minister van Buiten
landsche Zaken, Jhr. mr. A. C. D. de Graeff.
De Fransche minister-president Léon Blum
(rechts) en de Fransche minister van bui
tenlandsche zaken Yvon Delbos (links) confe-
reeren in den tuin van hun hotel te Genève
met den secretaris-generaal van den
Volkenbond, Avenol.
Italiaansche regeering solidair
met de gearresteerde
journalisten.
De schuldigen worden over de
Zwitsersche grens gezet.
Italiaansche pers fulmineert tegen den
„kleurling" Titoelescoe.
De Italiaansche minister van pers
en propaganda Alfieri, heeft den te
Genève gearresteerden Italiaanschen
journalisten een telegram gezon
den, waarin hij uiting geeft aan zijn
sympathie voor hun optreden en zijn
solidariteit met hun houding.
Na een démarche van den Italiaanschen
gezant te Bern, die gisteren een onderhoud
heeft gehad met Motta, den leider van het
federale departement voor politieke aange
legenheden. zijn de acht als gevolg van een
betooging tegen den negus gearresteerde
journalisten op vrije voeten gesteld.
Zij zullen niet strafrechterlijk worden ver
volgd, maar er zullen administratieve maat
regelen tegen hen worden genomen, met
name definitieve of tijdelijke verwijdering
uit Zwitserland.
Alle Italiaansche bladen, aldus seint het
nieuwsbureau Stefani, maken met groote
verontwaardiging melding van het gezegde
van Titoelescoe. den Roemeenschen minister
van Buitenlandsche Zaken, die de Italiaan
sche journalisten, die den „slavenhandelaar
Tafari" hebben uitgefloten, „wilden" heeft
genoemd.
Dezen meneer Titoelescoe. schrijft de
„Giornale d'Italia" zal het Italiaansche volk
zich herinneren als den vertegenwoordiger
van een mentaliteit, die nog beneden :t peil
van de negermentaliteit staat.
„Jaag de wilden weg", schreeuwde giste
ren te Genève in zijn haat tegen Italië de
Roemeensche minister van Buitenlandsche
Zaken. Deze woorden zullen in de herinne
ring en bij de daden der Italianen in de
komende maanden en jaren niet verloren
gaan.
Uit hetgeen de „Lavoro Fascista" schrijft,
citeert Stefani: Kiezende tusschen de Ita
liaansche wilden en een diefachtigen en
moordlustigen neger, heeft Titoelescoe de
voorkeur gegeven aan den Abessyniër. om de
eenvoudige reden, dat de Italianen blanken
zijn, en Titoelescoe en Tafari kleurlingen.
Titoelescoe een halve Aziaat, een kruising
van minderwaardige rassen, bij wien een
Westersch vernisje de gekleurde afkomst
zeer slecht bedekt, heeft zijn bloed laten
spreken.
In politieke kringen te Rome legt men den
nadruk op het „spontane karakter" van het
optreden der Italiaansche journalisten in de
Volkenbondsvergadering.
Het is te betreuren, aldus verklaart men,
dat men juist op een oogenblik, waarop Ita
lië door middel van een nieuwe nota blijk
gaf van zijn verzoeningsgezindheid, den ex-
souverein van een barbaarsch slavenland
heeft laten spreken om te trachten het wa
ter te vertroebelen.
Men meent niettemin, dat de Italiaansche
nota bestudeerd en begrepen zal worden,
zooals deze verdient.
Aalsmeersche kweekers vragen
hulp.
Regeering kan hen van
ondergang redden.
Economische moeilijkheden zeer groot.
Aalsmeer, het eens zoo bloeiende centrum
van Nederlandsche bloementeelt met zijn we
reldberoemde rozen- en seringencultures, met
zijn export van potplanten over de geheele
wereld, verkeert in nood en wordt met econo-
mischen ondergang bedreigd.
Nog altijd geeft het vriendelijke dorp met
zijn goed onderhouden huizen, zijn tochten en
bruggetjes en zijn duizenden heesters en kas
sen een indruk van welvaart, maar achter
dezen schijn uit vervlogen jaren verbergt
zich thans bittere armoede en zoowel bij
kweekers als arbeiders heerscht in vele geval
len gebrek. De crisis, die het geheele econo
mische leven en in het bijzonder land- en
tuinbouw heeft aangetast, zou Aalsmeer zeker
niet onberoerd hebben gelaten, maar den nek
slag kreeg de hier beoefende, welhaast geheel
op export aangewezen bloementeelt, door de
uitvoermoeilijkheden en invoerbeperkingen,
waarmede elk land trachtte aan eigen moei
lijkheden tegemoet te komen.
In totaal bedroeg de uitvoer van snijbloe
men, die in 1931 nog f 7.843.000 beliep en in
1932 reeds gedaald was tot f 3.934.000 in 1935
nog slechts f 2.851.000.
Terwijl men dus hoe langer hoe meer op de
binnenlandsche markt was aangewezen, daal
de de beteekenis daarvan steeds meer door de
vermindering van de koopkracht. De door-
sneeprijs, die in 1929 nog 4,05 cent per stuk
voor rozen en 13 14 cent voor seringen bedroeg,
was in 1934 gedaald tot 1.86 cent per stuk voor
rozen en 4.99 cent voor seringen. Wat dit voor
Aalsmeer beteekent kan men nagaan als men
weet, dat per jaar 115 millioen rozen en 12
millioen takken seringen gesneden worden. De
omzetten der Aalsmeersche veilingen daalden
van f 6.774.700 in 1930 tot f 3.996.563 in 1935
in totaal werd in vijf jaar tijds een kleine tien
millioen gulden minder ontvangen.
Reeds geruimen tijd geleden hebben de be
langhebbenden de aandacht van de regeering
gevestigd op den noodtoestand die bezig was
Het woord is aart....
Jean Jaurès:
Moed is: het leven te be
minnen.
te ontstaan, o.a. in een schrijven, dat de Aals
meersche tuinbouwbond tot den minister van
landbouw en visscherü richtte. De gebruike
lijke pogingen om aithans eenige verbetering
in den toestand te brengen door beperking
der productie zouden voor Aalsmeer eer na-
dan voordeel opleveren. Bovendien zijn vele
bedrijven reeds zoo klein, dat beperking er on
mogelijk zou zijn. Wel zou men de natuurlijke
beperking kunnen toepassen, die ontstaat door
het forceeren van seringen, die daardoor per
jaar ongeveer 8?ó van hun stock verliezen, ter
wijl oudere rozenkassen minder opbrengen dan
nieuwe.
Dat men ook van regeeringszijde den ernst
van den toestand inzag, is o.a. wel gebleken
uit het bezoek, dat de minister van landbouw
en visscherij, dr. Deckers, in Januari j.l. aan
Aalsmeer heeft gebracht om zich persoonlijk
van de situatie aldaar te overtuigen. Er werd
een bedrag van f 300.000 beschikbaar gesteld
als steun voor de z.g. minimum- en vergoe-
dingsprijzen, waardoor het mogelijk werd, dat
de kweekers een minimumprijs voor hun snij
bloemen konden bedingen, ook voor dat ge
deelte, dat op de veiling geen afzet vond en
dat dan tegen het vastgestelde minimum
bedrag werd opgekocht om vernietigd te wor
den. Deze f 300.000 waren echter bestemd voor
het geheele land, en het gedeelte ervan, dat
Aalsmeer ten goede kwam. heeft weinig ver
lichting in den benarden toestand der kwee
kers kunnen brengen.
Een uit de Aalsmeersche kweekers gevormd
comité van vijf heeft zich in het begin van het
jaar eveneens tot den minister gewend en is
verscheidene malen zoowel door den minister
als door eenige hoofdambtenaren van het de
partement in audiëntie ontvangen.
De conclusie dezer commissie was. dat
slechts een aanzienlijk steunbedrag uit het
landbouwcrisisfonds Aalsmeer van algeheelen
ondergang zou kunnen redden. Op de basis
van de berekening, dat de opbrengst der rozen
ongeveer f 1 per vierkanten meter onder den
productieprijs blijft en die van seringen 1.71
cent per tak kwam men tot de slotsom, dat
een bedrag van vier en een half millioen gul
den noodig zou zijn om de Aalsmeersche kwee
kers uit de ellende te halen.
Uit toezeggingen van den minister tijdens
eerste audiënties had het comité van vijf den
stelligen indruk gekregen, dat de minister
noodzakelijkheid van steun niet alleen inzag,
maar alles in het werk zou stellen om een
spoedige steunuitkeering tot stand te bren
gen. Groot was dan ook de teleurstelling, toen
na eenigen tijd bleek, dat van specialen steun
geen sprake zou zijn en de steun door middel
der minimum- en vergoedingsprijzen de eenige
hulp was, die verwacht kon worden. Opnieuw
heeft men zich met dringende vertoogen tot
de regeering gericht en bezworen, desnoods de
helft van het geraamde steunbedrag beschik
baar te willen stellen om de kweekers, wien
het water tot aan de lippen komt. niet ten
onder te laten gaan.
Wanneer regeeringshulp uitblijft, zal niet
alleen het bestaan der kweekers en dat hunner
arbeiders vernietigd worden, maar zal het eens
zoo bloeiende Aalsmeer verdorren tot een
doode gemeente en zal een bedrijf ten onder
gaan. dat in zijn soort eenig was in de wereld
en op roemrijke wijze heeft bijgedragen tot de
vestiging van Nederlands faam over onze
grenzen.
De rede van Léon Blum voor de Assemblee.
pag. 4
De Ned. Indische Buitengewesten zullen
door Regecringscommissarissen worden be
stuurd in plaats van door Gouverneurs.
pag. 3
De nieuwe A. V. R. O. studio is heden geopend
pag. 3
Te Raamsdonk heeft een zware brand gewoed
pag. 3
Woensdag zijn te Beverwijk de tusschentijd-
sclie gemeenteraadsverkiezingen gehouden.
pag. 11
De italiaansche regeering verklaart zich so
lidair met de te Genève gearresteerde jour
nalisten.
pag. 1
De reeders hebben een nieuw voorstel ge
daan ter oplossing van het conflict in het
visscherijbedrijf te IJmuiden.
pag. 1
In 1939 een verkeerstentoonstelling te Haar
lem?
pag. 1
Perrv en von Gramm komen te Wimbledon in
den eindstrijd.
pag. 9
ARTIKELENENZ.
R. P.: De incidenten te Genève.
pag. 1
Van onzen Londenschen correspondent: Moei
lijke dagen voor Engeland's Premier.
pag. 4
Spaansche miniaturen. C. B.Dorpshuizen.
pag. 3
Amy Groskamp-ten Have. Een vrouw schrijft:
De man aan de overzij....
pag. 6
H. D. Vertelling. Guus Betlem Jr.: De nacht
raaf.
Schaakrubriek.
Voor de Vrouw.
pag. 10
De burgerlijke stand van Haarlem ls opge
nomen op pag. 7