LITTERAIRE
KANTTEEKENINCEN.
ZAT E R D A G 4 TUE! 1936
H A A R L E M'S DAGBLAD
8
Frans Hals prolongeert
Louis Pasteur.
Paul Muni als Louis Pasteur.
Het is een verheugend feit, dat deze bijzon
der mooie film „Het leven van Louis Pasteur",
in Haarlem zooveel belangstelling ondervindt,
dat zij geprolongeerd kan worden. Waar wij
de vorige week vol lol' over dit werk schreven,
kunnen wij thans volstaan met een enkele,
bijna overbodige aanbeveling.
Het bijprogramma van dit theater brengt
ons de nieuwsreportage van Paramount, waar
in o.a. de aangrijpende onthulling van het
monument voor koningin Astrid in Kussnacht.
Een variétéfilm laat ons eenige bekwame ar-
tisten zien en tot slot mogen wij zeker nog
noemen het eveneens geprolongeerde nieuwe
avontuur van aller vriend „Popeye the
Sailorman", die ditmaal uit haatdra
gendheid een reusachtige brug gaat bou
wen. Onnoodig te zeggen dat ook ditmaal
de spinazie onschatbare diensten bewijst en
er weer heel veel te lachen valt.
„De Huurling"
in het Rembrandt Theater.
Het zal niet iedereen overkomen, dat men
na op stormachtige wijze een jeugdigen, aan
den boemel geraakten vriend uit een Parijsche
nachtclub te hebben gesleurd, uitgenoodigd
wordt a raison van vijftigduizend dollar
een revolutie te ontketenen in een Bal-
kanstaat en den koning van het betrok
ken land te ontvoeren. Men moet dan
ook wel de zeldzame vechtlust en den
overmoed van den oud-kolonel Michael Dono
van (Victor McLaglen, dien men o.a. in Verraad
heeft kunnen zien) bezitten om een dergelijk
aanbod met graagte te accepteeren en direct
aan het werk te gaan gelijk hij doet. Met zijn
kameraad Foster vertrekt hij per eerstvolgen
de gelegenheid en bij een gecostumeerd bal
ten hove van het Balkan-staatje weet hij on
verwijld door te dringen tot het kabinet des
konings en Foster in het hart van een jong
gravinnetje Sonia, hetgeen tot gevolg heeft
dat bij de uitvoering van het ontvoeringsplan
een gezelschap bestaande uit het jonge ko
ninkje Peter (Freddie Bartholomew, bekend
uit David Copperfield en Anna Karenina),
gravin Sonia (Gloria Stuart), Foster (Michael
Victor MacLaglen als Donovan en Freddie
Bartholomew als Peter II in „De Huurling".
Whalen) en Donovan het hazenpad kiest,
achterna gezeten door de lijfwacht. Zij vinden
een veilige verblij fplaats in een afgelegen
kasteel, waar de scepter wordt gezwaaid door
een eenigszins zure oud-gouvernante van
koning Peter en waar de jonge vorst zich met
Donovan, die van hem begint te houden, en
met Foster veel beter vermaakt dan ooit te
voren. In de dagen die volgen, wordt het ka
binet afgezet, de revolutie is dus gelukt. Maar
na verschillende avonturen wordt Michael toch
gevangen genomen door de afgezette regee
ring, die intusschen de macht heeft heroverd.
De revolutionnairen zien geen anderen uitweg
dan te verklaren dat koning Peter dood is. De
jongen wordt weggevoerd, maar dat gaat
Donovan te ver. Met hulp van Sonia weet de
goedhartige bruut te ontsnappen uit zijn ker
ker en een machinegeweer, zijn lievelings
wapen, te bemachtigen. Met dit instrument ge
wapend slaat hij zich door den vijand heen en
weet Peter te bevrijden, en niet dit alleen doch
ook nog de revolutionnairen in bedwang te
houden. Foster is gewond, maar vindt zooals
te voorzien was genezing in de armen van
Sonia, terwijl Donovan wel vijftigduizend dol
lars zijn ontgaan, die echter volkomen worden
vergoed door de koninklijke decoratie en de
vriendschap van den in zijn waardigheid her
stelden jongen koning
Het voorprogramma bij deze amusante en
van tijd tot tijd zeer spannende film geeft in
het Fox-Movietone Journaal o.a. karakteris
tieke opnamen van den verjaardag van koning
Edward, een redevoering van Mussolini en de
aankomst van den negus in Genève te zien, en
verder Schmeling's aankomst in Duitschland.
Buster Keaton is te zien in een kort voor
filmpje getiteld „Liefde op het platteland",
waarin hij de natste avonturen beleeft.
Ook het Polygoon-journaal heeft tal van
aardige opnamen van gebeurtenissen in het
binnenland.
Luxor verfoon)
„Vliegende Duivels".
JacK riull, tic hocfdfiguur uit „Vliegende
Duivels". (Storm over the Andes.)
Jack Holt was al een goede bekende op het
witte doek in den vroegen tijd van de stomme
film. Hij verscheen meestal voor ons als de
moedige, rustige „held van het stuk", als de
man van de weloverwogen-daad, een figuur
met een altijd zeer eigen cachet. Een derge
lijke rol heeft Jack Holt ook in „Vliegende
Duivels" te vervullen. Hij is hier de onver
schrokken vliegerkapitein, die de zware „kar
weitjes" in den strijd pleegt op te knappen en
die taak met ware zelfverachting'ten uitvoer
brengt. De geschiedenis verplaatst ons naar
een zwarte bladzijde uit de moderne wereld
geschiedenis, den oorlog tusschen Bolivia en
Paraguay, uitgevochten in de beruchte Groene
Hel van den Chaco. In de lucht gaat het al
even hard en meedoogenloos toe als op het
slagveld. Vliegtuigeskaders leveren gevechten
op leven en dood en in de piloten schijnt het
dierlijke instinct te zijn wakker geworden.
Machinegeweren ratelen, bommen schieten
omlaag, vliegtuigen tuimelenHet geheele
bedrijf van den hardvochtigen luchtoorlog
trekt aan ons oog voorbij en wij huiveren bij
die zeer suggestief verfilmde episoden.
Temidden van dat alles speelt zich een his
torie af, die den „eeuwigen driehoek" tot
thema heeft en waarbij kapitein Kent (Jack
Holt), zijn superieur (Antonio Moreno) en
diens vrouw (Mona Barrïe) de voornaamste
figuren zijn. Hun sterk spel, dat de met span
ning geladen sfeer uitstekend weergeeft, komt
alle eer toe. De komische noot wordt voorna
melijk gevormd door kapitein Kent's oppasser,
een acteur met de typische humor en mi
miek van den Amerikaanschen komiek.
Als geheel een film van goede regie en
goed spel, met het sensationeele element als
voornaamste bestanddeel.
Een gevarieerd voorprogramma gaat aan
de hoofdfilm vooraf. De ..ouverture" toont ons
verscheidene vermaarde landstreken uit de
Vereenigde Staten, „Boksen met muziek" is
een amusant geval, waarin men een aantal
knallende revuescènes kan bewonderen en
het teekenfilmpje laat ons schokkende avon-
ture van een ondernemend varkentje beleven
Uit het journaal noemen we de aankomst
van Max Schmeling in zijn vaderland, het
verblijf van den negus te Genève, de inwij
ding van de kapel voor koningin Astrid te
Kiissnacht en opnamen van den hertog van
Kent met echtgenoote en kind.
Audioscopie, filmbeelden mef
drie afmetingen!
jEen meisje zwaait de zaal in
Een meisje zwaait boven de hoof
den der toeschouwers de zaal
inEen straal spuitwater
stuift hen in het gezichtDat
is te zeggen het lijkt zoo. Dit is
mogelijk geworden door de nieuw
ste vinding op het gebied van de
film: .Audioscopie", de film in
drie dimensies.
Na de geluids- en kleurenfilm heeft men
thans de film met drie afmetingen. De derde
die er bijgekomen is, is diepte. Bij de bestaan
de films fantaseert, men onbewust de diepte
erbij: de nieuwe vinding maakt dit overbodig
met behulp van een speciaal soort film en een
bril met róoa- en groen gekleurde glazen. Hoe
dit mogelijk is? Wanneer men rrffet zijn linker
oog een voorwerp bekijkt wordt dit uit een
anderen hoek waargenomen dan met 't rech
teroog. Deze verschillende indrukken der
oogen worden door de hersenen tot één enke
len indruk vereenigd. Het opmerkelijke is
hierbij, dat nu niet een vlak beeld ontstaat,
maar een beeld waaraan het element dei-
diepte is toegevoegd: de derde dimensie bij
breedte en hoogte. Nu plaatst men voor het
linkeroog een camera en een voor het rech
teroog en fotografeert het voorwerp, dat men
beziet. Men houdt nu twee indrukken van dat
voorwerp.
Thans brengt men het beeld van de linker
camera roodgekleurd op een filmstrook, dat
van de rechtercamera in groene kleur en
drukt beide filmstrooken over elkaar af.
We bekijken de aldus samengestelde film
strook nu eens niet gewoon, maar door een
bril, die een rood gelatine-filter voor het
rechteroog en een groen voor het linkeroog
heeft.
Het rechteroog, dat door den rooden filter
niet ziet, kan het roodgekleurde beeld van de
linkercamera (of van het oog wat toch op
hetzelfde neerkomt) niet zien de filter
maakt het onzichtbaar. Maar het rechteroog
ziet het groene beeld van de rechtercamera
precies hetzelfde als toen het naar het wer
kelijke voorwerp keek.
Hetzelfde geldt voor het linkeroog.
Het verrassende resultaat is, dat men nu
hetzelfde beeld" vanaf de samengestelde film
strook ziet als wanneer men het opgenomen
voorwerp zelf zou bezien.
Dit is ook het principe geweest van de
foto's, die men wel in tijdschriften en dagbla
den heeft gezien en waarnaar men ook met
een gekleurde bril moest zien.
Nu heeft Metro Goldwyn Mayer echter een
kort filmpje met allerlei verschillende hande
lingen gemaakt, dat werkelijk verrassend aan
doet.
Bij de opnamen van dit filmpje „Audiosco
pie" genoemd een stereoscopische film, wer
den twee filmcamera's gelijktijdig gebruikt,
waarvan de lenzen op zoo'n afstand van el
kaar waren geplaatst dat die overeenkwam
met dien tusschen de oogen. Van de gefoto
grafeerde scènes bestaan dus twee negatieven.
Een daarvan is het beeld van het linkeroog,
het andere dat van het rechter. Beide nega
tieven werden afgedrukt op één filmpositief,
het eene groen, het andere rood.
En zoo komt het, dat Vrijdagavond voor
het eerst in Nederland in Amsterdamsche
bioscopen (wellicht wat aanstellerige) gille
tjes klonken, toen de man op het doek zijn
geweer op de zaal richtte, toen de tuit van de
syphon naar de toeschouwers wees en toen de
discus regelrecht de zaal invloog
Overigens, duidelijk is het beeld nog niet
heelemaal door de kleurmengeling. Er zullen
nog wel heel wat verbeteringen komen. Des
niettemin is het toch grappig door middel
van een bril uit een wirrewar van groene en
roode streepen en lijnen een stereoscopisch
beeld te zien te krijgen. En voor de techniek
beteekent het een groote vooruitgang!
PLATEN OVER OUD-TEXEL TENTOON
GESTELD.
Vrijdagavond werd te den Burg op Texel in
het zoogenaamde glazen paleis, een depen
dance van het Texelsch museum, een tentoon
stelling geopend van oude Texelsche platen.
Deze kostbare collectie werd in bruikleen af
gestaan door den wnd. rijksarchivaris te Haar
lem, den heer Baart de la Faille. De opening
geschiedde door den burgemeester, mr. A. F.
Kamp. De tentoonstelling blijft het geheele
seizoen geopend.
,Onze kleine meid"
in Cinema Palace.
Onze kleine meid. Shirley Temple, die in
Cinema Palace is te zien.
Is het noodig ook maar één woord van aan
beveling te schrijven over een film met
Shirley Temple? De volle zaal in beide voor
stellingen van Vrijdagavond bewijzen ten
duidelijkste de attractie Shirley Temple. Haar
naam alleen op het programma heeft meer
uitwerking dan tientallen goede recenties. Dat
gebenedijde schepseltje brengt den toeschou
wer telkens weer in verrukking en in de hoog
ste verbazing. Het is eenvoudig niet te vatten,
hoe zoo'n jong ding aan het begrip komt,
waarmee ze elke rol die haar gegeven wordt,
tot een zoo volmaakte uitbeelding brengt. Een
wonder, dat voor het gros van ons, niet te
verklaren is.
In „Onze Kleine Meid" brengt ze haar beide
ouders, wier huwelijk op een déraillement
dreigde uit te loopen, door haar kinderlijke
onschuld en haar onweerstaanbare bekoor
lijkheid, weer bij elkaar. En wanneer de drie
elkaar dan in „Heavens Gate" weer vinden, is
het gelukkige einde gekomen, dat bereikt is
door het kleine parmantige ding, dat Shirley
alias Molly, kan zijn, als het op handelen aan
komt. Shirley is altijd even schattig om te
zien, hetzij in een eenvoudig aardig jurkje,
hetzij met hoed en mantel .hetzij in niets dan
een zwembroekje, het is altijd een lust voor
de oogen door haar lieve, zonnige snuitje. In
het bijprogramma is een mooie gekleurde film
„Zigeunermeisje", die uitmunt door harmo-
nieuse kleuren in de kleeding der Zigeuners.
Een filmpje „Winter" en een „Buenos Aires"
en de gebruikelijke journals die het verre en
het dichtbije nieuws brengen. Het nieuws, dat
Profilti geeft, is actueel genoeg, alleen jammer,
dat het geluid daarbij zoo heel slecht door
komt, het was Vrijdag wel een apart vermaak
voor het publiek, maar dat is ten slotte de
bedoeling niet.
„DE GESCHIEDENIS DER HAARLEMMER
BLEEKERIJEN".
Aan de Gemeentelijke Universiteit van Am
sterdam is bevorderd tot doctor in de letteren
en wijsbegeerte op proefschrift: „Geschiedenis
der Haarlemmer bleekerijen" (cum laude):
mevr. S. C. Regtdoorzee Greup—Roldanus, geb.
te Amsterdam.
Jozefgezellenvereeniging. 8.10 Berichten ANP.
Mededeelingen. 8.15 Opnamen van het VARA-
Zomerfeest. (Om ca. 9.00 Toespraak). 9.45 So
praan, piano en gram.pl. 10.30 Berichten ANP.
10.35 Gram.pl. 10.4011.00 Epiloog.
DROITWICH. 1500 M
12.50 BBC-Militair-orkest en solist. 1.50 Het
Krish Septet. 2.20 Causerie over bijenteelt. 2.35
BBC-Northem Ireland-orkest. 3.35 Reg.
King's orkest. 4.20 Gram.pl. 4.50 Voor de kin
deren. 5.10 Missiepraatje. 5.30 Het Brosa-
strijkkwartet en solisten. 7.05 Lezing „The
Country House". 7.20 Sopraan en viool. 8.15
Kerkdienst. 9.05 Liefdadigheidsoproep. 9.10 Be
richten. 9.20 BBC-Theater-orkest en solisten.
10.35 Erasmus-herdenking. 11.05 Epiloog.
RADIO PARIS, 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.pl. 11.20 Orkestconcert.
12.20 Orgelconcert. 1.20 Orkestconcert. 3.05 Nat.
orkest. 5.20 Goldy-orkest. 7.50 Zang. 8.20 Radio-
tooneel. 11.05—12.35 Dansmuziek en populair
concert.
KEULEN, 456 M.
6.20* Havenconcert. 10.20 Gram.pl. 11.45
Bach-cantate. 12.50 Werag-kamerorkest. 4.20
Orkestconcert. 8.20 Gevar. programma. 10.55
12.20 Omroepkleinorkest, jeugdkoor en solisten.
BRUSSEL. 322 M.
9.25 Gram.pl. 10.25 A. Felleman's orkest. 11.35
Klein-orkest. 12.25 Dansmuziek. 1.30 Gram.pl.
2.35 J. Schnyders' orkest. 3.20 Gram.pl. 5.35
dito. 6.20 Kamermuziek. 7.20 Gram.pl. 8.20
Militair concert. 10.45 Dansmuziek. 11.0512.20
Gram.pl.
BRUSSEL, 484 M.
9.20 Gram.pl. 10.25 Klein-orkest. 11.25 A.
Felleman's orkest. 12.25 Omroeporkest. 1.30
Orgelconcert. 2.202.35 en 2.50 Gram.pl. 3.35
J. Schnyders' orkest. 4.20 Hoorspel. 4.50 Gram.
pl. 5.20 Dansmuziek. 6.20 en 7.35 Gram.pl. 8.20
Omroeporkest en zang. 10.30 Kamermuziek,
11.20—12.20 Dansmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.20 Populair concert. 10.20 Berichten. 10.50
Trioconcert. 11.05 Weerbericht. 11.201.15
Dansmuziek.
RADM
jp
PPUEKAMIHA
ZONDAG 5 JULI.
HILVERSUM I, 1875 M.
8.55 VARA. 10.00 VPRO. 12.00 AVRO, 5.00
VARA, 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Orgelspel. 9.00 Berichten, tuinbouw-
praatje. 9.30 Orgelspel. 10.00 Voordracht. 10.30
Ned. He'rv. Kerkdienst. 12.00 Welkomstwoord.
12.15 Het Omroeporkest. 12.25 Reportage
AVRO-Feest. 12.35 Kovacs Lajos' orkest. 12.45
Reportage AVRO-Feest. 12.55 Orgelspel. 1.05
Reportage AVRO-Feest. 1.15 Community sin-
ging. 1.30 Reportage. 1.45 Het Omroeporkest.
2.00 Muziek en reportage. 2.30 Kovacs Lajos'
orkest. 3.00 Muziek en reportage. 4.00 De bal
lons stijgen op. 4.50 Toespraak. 4.58 Orgelspel.
5.00 Gram.pl. 5.30 Sportreportage. 5.55 Sport
berichten ANP. 6.00 Dansmuziek. 6.30 Repor
tage Zomerfeest. 7.00 Fragmenten v. h. Zo
merfeest (Gr.pl.) 7.58 Mededeelingen. 8.00 T
richten ANP. 8.15 Omroeporkest en solisten.
9.00 Radio-Journaal. 9.15 Orgelconcert. 9.25
Causerie over de nieuwe studio. 9.45 Kovacs
Lajos' orkest, AVRO-Girls en orgelspel. 10.30
Kovacs Lajos' orkest en Accordeon-trio. 11.00
Berichten ANP. 11.10—12.00 Dansmuziek.
HILVERSUM II, 301 M.
8.30 NCRV, 9.30 KRO, 5.00 NCRV, 7.45
KRO. 8.15 VARA. 9.45—11.00 KRO.
8.30 Morgenwijding, zang en orgelspel. 9.30
Gram.pl. 9.45 Hoogmis. 11.30 Gram.pl. 12.15
KRO-orkest (Om 1.00 Boekbespreking). 2.00
Godsd. onderricht. 2.30 KRO-Symphonie-
orkest. 3.15 Zang en piano. 3.30 KRO-Sym-
phonie-orkest. 4 00 Ziekenlof. 5.00 Gewijde mu
ziek. 5.20 Ned. Herv. Kerkdienst. Hierna: Ge
wijde muziek. 7.45 Sportnieuws. 7.50 De St.
RADIO MOORS N.V.
KONINGSTRAAT 27, TELEF. 14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. Ingez. Med.)
MAANDAG 6 JULI 1936.
HILVERSUM I, 1875 M.
Algemeen programma, verzorgd
door de VARA.
8.00 Gram.platen; 10.00 Morgenwijding
VPRO.; 10.15 Voordracht; 10.35 Gram.platen;
1.1.00 Vervolg voordracht; 11.20 Gram.platen
12.00 „Orvitropia" en gram.platen; 2.00 Gra-
mofoonplaten; 2.30 Kamermuziek; 3.00
Voordracht; 3.30 „De" Flierefluiters" m.m.v.
solist en gram platen; 4.30 Kinderuurtje;
5.00 Gram.platen; 6.00 Orgelspel; 6.30 Muzi
kale causerie; 7.00 Erasmus-herdenking; 7.40
Viool en piano; 8.03 Herh. S.O.S.-berichten;
8.05 Nieuwsber. A.N.P.; 8.10 Gram.platen;
9.00 „De Bohemians"; 10.00 Berichten A.N.P.
10.05 „Fantasia": 11.00 Gram.platen.
HILVERSUM II, 301 M.
NCRV.-Uitzending.
8.00 Schriftlezing; 8.15 Gram.platen: 10.30
Morgendienst; 11.00 Chr. Lectuur: 11.30 Gra-
mofoonplaten; 12.30 Orgelconcert; 2.00 Gra-
mcfoonplaten; 2.35 Causerie over kamerplan
ten; 3.15 Gram.platen; 4.00 Bijbellezing; 5.00
Stichtsch Salon-orkest en gram.platen; 6.30
Vragenhalfuur; 7.00 Berichten; 7.15 Vragen-
halfuur; 7.45 Reportage; 8.00 Berichten; 8.15
Chr. Mondaccordeonclub „Excelsior"; 9.00
Betrekkingen tusschen Utrecht en Honga
rije; 9.30 De Hollandsche Kamermuziekver-
eeniging; 9.55 Berichten A.N.P.10.00 Ver
volg concert; 10.20 Gram.platen; 10.50 Ver
volg concert; 11.15 Gram.platen.
DROITWICH, 1500 M.
11.20 H. Heard en zijn Band; 12.05 Het
Broadhurst Septet; 12.50 Het Sted. orkest
van Whitby; 1.35 Orgelconcert; 2.20 Gram.
platen; 2,50 Piano-recital; 3.20 Kwintet-con-
cei't; 4.05 Declamatie; 4.20 Het Bolsovcr Col
liery orkest; 5.05 Altviool en piano; 5.35 Or
kestconcert; 6.20 Berichten; 6.50 Revue-pro
gramma; 7.25 Callender's Senior orkest m.m.
v. solist; 8 20 Radio-tooneel; 9.35 Pianoduet
ten; 9.50 Berichten; 10.20 Buitenlandsch
overzicht; 10.35 Het BBC-orkest m.m.v. so
list; 11.35 Dansmuziek.
RADIO-PARIS, 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.platen; 11.20 Orkestcon-
cert: 2.50 Gram.platen; 4.20 Orkestconcert;
5.50 Orkestconcex-t; 8.20 Zang; 9.05 Sympho-
nieconcert; 11.35 Populair concert.
KEULEN, 456 M.
6 50 en 12.20 Orkesteoncert; 1.35 Neder-
saks. Symphonie-orkest en solisten; 2.35 Om-
roepschrammelensemble; 4.20 Omroepor
kest; 6.20 Omi-oepoi-kest boerenkapel en so
listen; 7.20 Kamermuziek; 8.30 Weekover
zicht; 9.20 Omroepkleinorkest; 10.40 Viool en
piano; 11.20 Grenzland-orkest.
BRUSSEL, 322 M.
12.20 Gram.platen: 12.50 Klein-orkest; 1.30
Salon-orkest; 1.50 Gram.platen; 5.20 Salon
orkest; 6.50 Gram.platen; 7.20 Zang; 8.25
Gram platen; 8.55 Religieuze muziek; 10.50
Gram.platen.
BRUSSEL, 484 M.
12.20 Gram.platen; 12.50 Salonoi-kest: 1.30
Klein-oi'kest; 1.50 Gram.platen; 5.20 Klein-
orkest; 6.35 Gram.platen; 8.20 Omroeporkest
m.m.v. solisten; 10.30 Gram.platen.
DEUTSCHLANDSENDER. 1571 M.
8.30 Kamermuziek; 9.20 Radio-tooneel;
10.20 Berichten; 10 50 Piano-recital; 11.05
Weerbericht; 11.20 Het Grenzland-orkest.
Prof. Willem van tier Pluym.
Leo Gestel de schilder en zijn
werk. Amsterdam. N.V. De
Spieghel.
Een meer dan dertigjarige vriendschap
verbindt den schilder aan aen tekstschrijver
van dit mooi uitgevoerde kwarto-album, dat
over het levenswerk van den eersten in een
vijftigtal groote lichtdrukreproducties den
lezer en beschouwer inlicht.
Leo eigenlijk Leendert Gestel die
thans precies tusschen de vijftig en zestig-
jarigen instaat, neemt niet alleen tusschen
zijn tijdgenooten een belangrijke plaats in,
doch zijn werk weerspiegelt tevens om
met Van der Pluym te spreken ..een goed
en belangrijk deel der verlangens, die gedu
rende een kwart eeuw in dit modern kunst-
gebeuren tot uiting kwam"
Onder de jongeren die in de vóór-oorlog-
sche jaren dezer eeuw in Amsterdam van
zich deden spreken en die, na de glansjaren
van Breitner en zijn groep, weer een voort
zetting van de picturale activiteit in de
hoofdstad beloofden, komt met Jan STuyters,
Weyand en de Wiegmannen ook Leo Gestel
in de voorste rij te staan. Nieuwe inzichten
deden zich gelden, nieuwe vergezichten
openden zich; in Frankrijk geldt Henri Ma
tisse's onderricht voor baanbrekend en ont
popt zich aan den anderen kant het cu-
bisme als een kunstvorm, waarin door se-
rieuse artisten interessante dingen gedaan
worden, in Duitschland zijn het Franz Mare
en Kandinsky met hun Blaue-Reitergroep die
roering brengen in den picturalen vijver.
Holland is wederom de trechter waardoor
van alles passeert, terwijl van wat bruikbaar
lijkt door de enthousiaste jongeren een de
gelijk gebruik gemaakt wordt. De levendige
en met organisatorisch en geest begaafde
Conrad Kickert sticht zijn Moderne Kunst
kring met den dan al niet meer jongen,
maar steeds voor het jonge toegankelijken
Jan Toovop als presidentieel ornament en de
Amsterdammers maken met Pablo Pi
casso, met Léger. Gleizes, Le Fauconnier,
maar ook met Mare en Kandinsky kennis
terwijl wij op de exposities vair 1912 en '13
ook Gestel met Schelfhout, Piet Mondriaan
en anderen aantreffen. Als een paar jaar la
ter. na het verdwijnen van den Modernen
Kunstkring, de Hollandsche Kunstenaars
kring wordt opgericht, treffen wij ook daar
bij Gestel aan: het internationale karakter
van Kickert's vereeniging heeft dan door de
omstandigheden een meer nationaal aspect
verkregen. Als mensch en als artist is Leo
Gestel een bewegelijke natuur. Het zijn bijna
de zwerftochten van een Ulysses, die Prof.
van der Pluym aan de hand zijner aantee-
keningen ons beschrijft. Amsterdam. Bergen,
de Beemster, weer Bergen, daarna Blaricum
en daartusschen door reizen en verblijven in
Italië, Duitschland en Vlaanderenhij
blijkt de levensblije forsche schilder, die
steeds weer verfrissching en verjonging be
geert en aan die begeerte door verplaatsing
voldoet En als artist blijft hij evenzeer voor
Iedere verjonging toegankelijk, hij zal de
waarden van een Chirico of een Permeke
even snel bevatten als hij vroeger Mare en
Le Fauconnier bewonderde en toch zichzelf
blijven in het keuren van die dingen die met
zijn eigen wezen correspondeeren. Wanl
steeds zal hem eigen blijven zijn aangebo
ren talent, zijn veelzijdige vakkundigheid,
die hem, zooals Van der Pluym vertelt, al
in zijn studietijd den bijnaam Leonardo be
zorgd hadwaaruit zijn signatuur Leo
duurzaam is te voorschijn gekomen
Het moet voor Prof. Vair der Pluym aan
trekkelijke arbeid geweest zijn zich ten be
hoeve van zijn boek de gemeenschappelijke
heiinneringen voor den geest te halen, zich
terug te denken in den tijd der hooge aspi
raties en der gespannen verwachting, toen
de dag nog niet vol was van herinnei'ing,
maar ieder uur rijk aan plan en toekomst
droom. Waar de schrijver die tijden der ver
wachting weer oproept is hij zelf meegevoerd
door het tezaam dooi"leefde en schrijft op
zijn best. door vriendschap gedragen. Waar
hij, als in den aanhef van het hoofdstuk
Vlaanderen, diepzinniger op een geestelijke
retraite van zijn bewonderden vriend wil
ingaan, is het betoog minder helder en de
frissche vorm eenigszins verzakt. Doch dit
is een kleinigheid ten opzichte van den ver-
dei"en inhoud van dit boek. waarmee een mo
numentje gezet is op den weg van een inte
ressant Hollandsch schilder uit onzen eigen
tijd, op een weg die, naar-men verwachten
mag. naar weer nieuwe horizon zich zal uit
strekken.
Theo van Reyn.
Beeldhouwen. Amsterdam.
De Arbeiderspers N.V.
Voor de Kleine Cultuurbibliotheek van de
Arbeiderspers heeft de Haarlemsche beeld
houwer een uiteenzetting van zijn kunstvak
geschreven die even leesbaar is als instruc
tief. Dat het laatste in dit geval van het
grootste belang is valt toe te geven, doch
ook verdient speciaal deze auteur een pluim
omdat hij zich ditmaal van een zekere gron-
delooze diepzinnigheid, bij zware denkers
van professie in trek, heei't weten te spenen
en op aangenaam klare wijze van zijn vak,
zijn vakgenooten eix de vakbeoefening ver
telt. En vooral over de laatste konden wij,
geloof ik, een beetje voorlichting best ge
bruiken, want bij den leek is de kennis daar
omtrent al ongeveer evenredig aan de ma
tige belangstelling die bij het groote publiek
voor de voortbrengselen der plastiek bestaat.
Al moge dan in de laatste sinds eenigen tijd
van een groei sprake kunnen zijn.
„Dit boekje zegt de schrijver is niet
bedoeld voor hen, die menen de kunstge
schiedenis of de kunst als zodanig volkomen
te beheersen, maar voor degenen die nog de
vreugde kennen iets van een vak te willen
vernemen, dat niet het hunne is en waar
over zij nog te weinig hebben gelezen".
Bescheidener kan het al niet en de lezer
kan zich overtuigd houden dat. hem méér
gegeven wordt dan hem beloofd is, want dat
„iets" is door Van Reyn zeer royaal opgevat
en v/ie met aandacht zijn werkje onderhan
den neemt kan over het ontstaan van een
beeldhouwwerk een indruk ontvangen, die
verre van oppervlakkig is en die tot begrip
en waardeering van het werk als kunstwerk
zeer zeker een stoot zal kunnen geven.
Achtereenvolgens worden in dit werk het
boetseeren, het steenhakken, het houtsnij
den, het bronsgieten en het bakken van klei
(de ceramiek) uitvoerig als materiaalbewer
king besproken en daaraan telkens een uit
voerig historisch overzicht der beoefenaars
dier verscheidene technieken toegevoegd Een
prettige, systematische behandeling van dr
stof derhalve, die in ieder opzicht te loven
valt. ook al houdt men bij de appreciaties
van kunstwerken en kunstenaars, die dooi
den tekst gemengd zijn, in het oog dat het
een ander kunstenaar is, die ze uitspreekt
eri die dus, aesthetisch gesproken, aan eigen
inzicht en gevoeligheid gebonden zal wezen.
Maar de waardeeringsbereidheid van Theo
van Reyn Is breed genoeg om voor veel toe
gankelijk te zijn en zijn lezers zullen zich in
ieder geval over de qualiteit van het door
hem uitverkorene niet te beklagen hebben.
De tekst wordt gevolgd door een dertigtal
zeer goede reproducties, waaronder wij en
dit moge voor de ruimheid der waardeerin
gen ten bewijze strekken naast de natuur
lijke gaafheid der Venus van Cirene en de
onopzettelijk zuivere psychologie van Hou-
don's Vrouwenbuste de straffe concentratie
van Belling's Troelstramasker en de saamge-
knepen énergie van Mendes' Van Gogh-
beeldje aantreffen en. door de Permeke-ach-
tige expressiekracht van een Barlach even
zeer getroffen worden als door de omsluierde
majesteit van Rodin's Balzac.
Van de belezenheid van den schrijver geeft
dit aangename handboek telkens de bewij
zen. Ze wordt mijns inziens vaak onnoodig
uitgestald in de motto's en citaten die boven
bijna ieder hoofdstukje staan afgedrukt en
die, ontleend aan Horatius. Genesis. Lord
Byron. Michel Angelo en andere minder po
pulaire bronnen den indruk geven, dat de
heer Van Reyn de uitgaaf overweegt van een
scheurkalender voor den kring van Beeld
houwers De jongste Duitsche uitgaaf der
100.000 citaten zou daarbij wellicht nog van
dienst kunnen zijn. Doch wij willen ons niet
verder aan grapjes over deze epigraphen of
bovenschriften te buiten gaan daar wij daar
voor van het werkje een te gunstigen totaal
indruk verkregen hebben en er schrijver en
uitgeefster .gaarne succes mee toeweiischen.
J. H. DE BOIS.