au®
BRIEVENBUS
VRIJDAG 31 J Ut I 1936
HAARDE M'S DAGBEAD
De raadselprijzen voor de maand Juli zijn
bij loting ten deel gevallen aan:
IRIS, LINDEBLOESEM, ZONDAGSKINDJE
en BROER.
die ze Woensdag 5 Augustus tusschen 2 en 4
uur bij mij mogen afhalen.
Deze raadsels zijn Ingezonden door Jon
gens en Meisjes die Onze Jeugd lezen.
Iedere maand worden onder de beste op
lossers vier boeken verloot.
AFDEELING I.
(Leeftijd 10 jaar- en ouder.)
1. (Ingez. door Mimosa.)
Mijn geheel is een Maleische schuilnaam
van 14 letters.
4 9 10 is een meisjesnaam.
13 12 12 13 is een jongensnaam,
3 5 11 7 is een lichaamsdeel.
6 5 12 is niet droog.
8 11 3 2 6 staat vaak onder optellingen.
14 is een klinker.
I 5 3 is een toiletartikel.
2. (Ingez. door Lucky Star).
Mijn geheel is een spreekwoord van 21 let
ters.
II 12 is een vorm van zijn.
17 18 19 20 21 is de baas van de herberg.
1 2 smaakt lekker bij 't ontbijt.
Een ring is soms van 13 14 15 16.
3 7 9 4 5 zit op een klos.
Op ons hoofd groeit 6 7 8 9
10 18 19 20 is niet hier.
3. (Ingez. door Puzzelgraag).
Mijn 1ste is een dier. Mijn 2de smaakt lek
ker. Mijn geheel is een vogel.
4. ('Ingez. door Lindebloesem) Strikvragen.
a. Wat krijg je, als je mijn jas omkeert?
b. Welke bieren geven de meeste schuim?
c. Van binnen blank, van buiten blank,
Kijk je er toch dwars door.
Het heeft geen kleur, het is heel teer,
Een als je 't breekt, dan doet het zeer.
5. (Ingez. door Machtenld.)
"k Ben een gereedschap voor den tuin.
En men gebruikt mij altijd schuin
Onthoofd, verander 'k in een wip
In een heel oud vreemdsoortig schip.
6. (Ingez. door Tweelingen.) Rekenraadsel
4
12
9
13
14
15
19
16
24
EEN NIEUW HUIS VOOR ONS DORP.
MALLE DRIES
door W. B. Z.
HOOFDSTUK I.
Op een regenachtigen dag maken jullie hier
maar een vroolijk, gezellig huis van. Kleur de
steenen nu eens geel, deuren en vensters groen
en het dak rood. Hek en schutting ook groen.
De achtergrond zou ik een lichter of donker
der tintje groen geven, dan je tot nu toe ge
bruikt hebt. Plak het geheele complex op een
briefkaart en knip het dan keurig uit. Denk
vooral aan het verlengstuk, dat je kunt om
buigen. zoodat het huis kan staan. Steviger
staat het echter in gleuven van een karton
nen deksel of doos.
W. B.—Z.
Vul de leege hokjes met getallen zoo in, dat
de som der cijfers in horizontale zoowel als
in verticale richting altijd 70 bedraagt.
AFDEELING II
(Leeftijd 9 jaar en jonger.)
(Ingez. door Moortje.) Verborgen steden
in Nederland.
a. De vroegere bakker schreef de boodschap
pen op een lei; de nieuwe doet het niet meer.
b. Die ring is niet van goud als hij zoo wei
nig kost.
c. Hoor niet naar die dwaze praatjes.
2. (Ingez. door Winnetou.) Rebus.
Wat staat hier?
w w
N w w w 8
w w
3. (Ingez. door Piet V.)
Ik hoor in de wei thuis. Zet een letter ach
ter me en je koopt me bij den bakker.
4. (Ingez. door Astertje.) Verborgen dieren.
a. Het is lang geleden, voor ik je sprak.
b. Had de room lekker gesmaakt?
c. Zullen we ze laten meespelen?
5. (Ingez. door Roodborstje.)
't Heeft een wortel en een top.
Twijg noch blad, noch bloem, noch knop,
't Mag nooit in den tuingrond staan.
Dan zou 't stellig kwijnen gaan.
Een menschenlengte van den grond,
Nu eens spits en dan wat rond.
't Draagt een sierlijk vleugelpaar,
Maar al klinkt 't ook wat raar.
Het gebruikt zijn vlerken toch nooit.
Nimmer heeft hij die ontplooid.
Zijn rug is beenig en wat stijf,
Precies zoo lang als heel zijn lijf
't Is geen plant en ft is geen visch
Je bezit het zelf gewis.
6. (Ingez. door Maaike).
Ik ben met g een water,
Een wild dier met een w
Met k een soort van balspel.
Een jongensnaam met D.
RAADSELOPLOSSINGEN
De raadseloplossingen der vorige keer zijn:
AFDEELING I.
1. Almelo.
2. De laatste loodjes wegen het zwaarst.
3. Jong geleerd, oud gedaan.
4. Hij zoekt naar het paard en hij zit er op.
5. tiet zijn niet allen koks, die lange messen
dragen.
6. De tijd gaat snel, bedenk dat wel.
AFDEELING H
1. Bok hok kok rok sok.
2. Thee kast
3. Poes,
4. Kat, hond, tijger.
5. Vacantie.
6. Viool.
Goede raadseloplossingen ontvangen van:
Lindebloesem 6 Eikeldopje 5 Kaboutertje
Slim 6 Naaistertje 5 Zonnepit 6 Beery 6 De
kleine Voetballer 6 Pinksterbloempje 5 Poe
senmoedertje 5 Pietje Bell 6 Leo Halle 6 Kin-
ai ie 6 Broer 6 Puzzelgraag 4 Merel 4 Turnster-
tje 6 Jan West 5 Iris 6 Lelietje der dalen 6
Poppenverpleegstertje 6 Sterreglans 6 Bruin
oogje 6 Oeverkevertje 6 Aapje 6 Zandkevertje'
6 Cellist 6 Moeders Schat 6 Vaders Oudste 6
Freddie 6 Doornroosje 6 Dierenvriendin 5
Cactusteekenaar 5 Kindermeisje 6 Tinterlan-
teentje 6 Zondagskindje 5 Iris 5
De kleine Figuurzager 6 Gymnast 4 Ane
moon 5 Zondagskindje 6 't Eendenhoedstertje
5 Leesgraag 5
SCHOONSCHRIFT-WEDSTRIJD.
Inzending ontvangen van:
Aapje, oud 9 jaar.
REISWEDSTRIJD.
Inzending ontvangen van:
Zondagskindje, oud 12 jaar.
RUILRUBRIEK.
C. METZ, Borneostraat 2 H.-N., heeft: 77
Hille, 41 H. K. 8 V. S., 5 Everlasting, 2 H. O.. 7
Indiantjes, 1 Weegschaal, 1 groote plaat Hille,
2 Lido, 1 Quaker, 28 Hans de torenkraai, 11
Hilmos Kilometerbons, 1 Karnemelk, 2 Schol
ten, 1 BUssink, 10 Koorns thee Rupsen en
Vlinders, 10 Kegs Vacantiereis langs de Rijn,
13 Pelikaantjes, 6 Haas-Azijn, 126 Sickesz wa
pentjes. Hiervoor gaarne terug Hille Limburg,
Ver ka de Boerderij en Roode klokjes. Ruiltijd
Vrijdagavond na 7 uur.
UIT DE NATUUR
WATERPLANTEN.
II.
Vallisneria en waterpest hebben we uitvoe
rig behandeld en er zijn nog zooveel water
planten, dat wc er nog een artikeltje aan zul
len wijden, al hebben we ze dan ook nog
lang niet allemaal behandeld. Waterlelies zijn
er in verschillende kleuren en er zal wel nie
mand zijn, die ze nog nooit bloeiend heeft
gezien. Want in Groenendaal zijn ze volop
te bewonderen in wit, zachtgeel en rose. De
groote glanzende bladeren drijven op het wa
tervlak en de bloemen liggen er op lange
taaie stengels tusschen. Bij zonsonder-gang
sluiten ze zich en in de morgen gaan ze weer
open, maar ook alleen bij mooi weer want bij
regen blijft de bloem gesloten. De plomp
bloeit vroeger en de bladeren en bloemen zijn
kleiner en ronder van vorm. De gele bloemen
staan ook iets boven water in de bladeren be
houden ook in den winter hun groene kleur
al verdwijnen ze dan onder water.
Kroosvaren, of azolla is een vreemdeling uit
Amerika en vormt een dikke afsluitende laag
op het water en is niet aan te raden in een
aquarium, omdat de plantjes op den duur af
sterven en gaan rotten en de daardoor ge
vormde gassen zijn nadeelig voor je waterbe
woners.
Op stilstaand zoet water komt het eenden
kroos voor met kleine ronde blaadjes en een
worteltje naar beneden.
De sierlijke gele bloemen, die op irissen ge
lijken zijn de lischen, die langs slooten, plas
sen en drassige gronden algemeen voorkomen.
Verder zijn er de lischdodden, ook wel water
sigaren genoemd, calmus met weinig opval
lende bloemen, die hier in ons land niet rij
pen, want ze behooren thuis in Japan. De bla
deren lijken op die van de lisch, doch de
calmus is te herkennen aaai het aan een zijde
gegolfde blad. De stengel is platgedrukt met
ee.i scherpe kant en de andere kant met een
groef. De horizontale wortelstok verspreidt
een sterke geur. Aan het Spaarne en de Leid-
sche vaart zijn ze zeker te vinden.
Kikkerbeet met zijn drijvende ronde blaad
jes en overwinterend op den bodem, mag ook
niet vergeten worden. De witte bloempjes ste
ken een weing boven water uit, ga de slooten
maar eens na om de verschillende plantjes te
ontdekken, je zult zeker heel wat bekende
soorten vinden.
De hoogste stad ter wereld. Dat is de
stad Huanchaca in Bolivia in Zuid-Amerika;
ze ligt 4102 meter boven de zee.
Wist je dat? Edison koos uit verschil
lende veelbelovende jongens den 16-jarigen
Wilber Huston tot zijn opvolger.
Gekleurde sneeuw. In den winter van
1934 op 1935 viel er in Australië tot 2 maal
toe op een zekere plek gekleurde-rose-sneeuw
Op deze sneeuw viel korten tijd daarna een
wit sneeuwkleed en hierop weer een rose
sneeuwdek.
Een dure vergissing. Een slooper in Illi
nois sloopte een leegstaand huis, terwijl hij
het huis dat er naast stond had moeten
sloopen. Deze vergissing kostte den man
f 7000.
Een doofstommen theater. Dat vindt
men in Moskou waar voor doofstommen de
moeilijkste tooneelstukken in gebarentaal
worden opgevoei'd
Waaruit blijkt, dat Malle Dries de vriend
van allen is.
'tWas geen scheldnaam Malle Dries. Ten
minste zoo beschouwden wij het niet. We zou
den hem ook nooit met dien naam naroepen.
En 't was zoo wonderlijk, maar niemand in het
dorp wist, wie aan Dries het eerst dien bij
naam had gegeven. Als je over de dingen ging
nadenken, vond je het eigenlijk heel onbe
leefd, dat je tegen een man van middelbaren
leeftijd en die in al zijn doen en laten boven;
dien een echte heer was, zoo maar Dries zei.
Hij had nog wel zoo'n mooien Franschen ach
ternaam, n.l. de la Breve.
Zijn zuster, met wie hij samenwoonde, werd
altijd juffrouw Bref genoemd. Op een dorp
worden vreemde namen in den regel veor-
minkt.
De oudere menschen hielden veel van juf
frouw Bref. Was er ergens een zieke en moest
er hulp zijn, dan ging er gauw een boodschap
naar juffrouw Bref. Die stond voor ieder
klaar en ze kon alles.
De burgemeestersvrouw, de deftigste dame
van het dorp, zei tegen ieder, die het hooren
wilde: „Juffrouw de la Brève (de burgemees
tersvrouw was een der weinigen, die den naam
goed uitsprak) „juffrouw de la Brêve zou best
aan 't hof kunnen dienen, zoo keurig doet ze
alles".
De jeugd hield meer van Dries. Eii hoewel
Dries, misschien al 50 jaar was geweest, was
hij net een kind. Hij knikkerde mee, voetbal
de mee, deed mee aan allerlei katbekwaad.
Voor vreemdelingen was 't zoo'n dwaas ge
zicht, een forsch gebouwde man midden tus
schen eeai troepje spelende kinderen te zien.
In zijn doen en laten was hij werkelijk een
groot kind.
Werd er echter muziek gemaakt of gezongen,
dan was Dries de meerdere van allen. Meestal
haalde hij dan zijn prachtige harmonica voor
den dag en speelde, speelde, zoodat je alles
vergat. Zingen kon hij ook zoo mooi, dat je er
soms bedroefd van werd. De burgemeesters
vrouw, die menschen en dingen toch wel heel
zuiver aanvoelde, zei eens, dat Dries de la
Brève zong met zijn hart.
's Zomers, als er in 't aardige dorpje Bosch
hoven veel pensiongasten waren, dan stond
er 's avonds dikwijls een troepje menschen voor
't kleine huisje van juffrouw Bi-ef. Malle Dries
zat op de bank voor 't raam en speelde en
zong.
De hotelhouder van 't grootste hotel van
Boschhoven had aan Dries eens gevraagd, of
hij wou komen zingen op 't bordes van 't
hotel, dan zou hij 25 gulden krijgen. Maar
Dries schudde het hoofd en zei: „Non mon
sieur, ik zing alleen voor me zelf".
Tegen groote menschen brabbelde Dries al
tijd een beetje Fransch. Wanneer hij alleen
met zijn zuster was sprak hij vloeiend
Fransch. Zijn wiegje had dan ook op de grens
van Frankrijk gestaan. Van afkomst was hij
een Belg. Juffrouw Bref zei dikwijls: „Mijn
broer had de knapste man van België kun
nen worden, als er maar nooit oorlog was ge-
sest."
Dat was alles al heel lang geleden. De kinde
ren van Boschhoven wisten alleen van hooren
zeggen, dat er van 1914—1918 een wereldoor-
log was geweest. De ouderen herinnerden zich
echter alles nog uit dien vreeselijken tijd heel
goed. Hoewel Boschhoven kilometers van de
Belgische grens lag, wisten de ouderen best te
herinneren hoe men op die mooie Augustus-
avonden van 1914 de kanonnen kon hooren
bulderen. In menig huis waren later Belgische
vluchtelingen ondergebracht. Er waren er nog,
die voor de merkwaardigheid broodkaarten uit
dien mobilisatietijd bewaard hadden. Neder
land was slechts gemobiliseerd. Gelukkig was
het daarbij gebleven.
De ouders hadden al zoo dikwijls aan hun
kinderen verteld, dat Dries malle Dries gewor
den was door dien vreeselijken oorlog. Juf
frouw Bref had het zelf meegemaakt hoe Dries
op school eerste prijzen kreeg, omdat hij in
alles uitblonk.
Dries was gezond van lijf en leden uit den
oorlog terug gekeerd, maar in hem was iets
defect geraakt. De knapste professoren waren
erbij te pas gekomen maar geen hunner kon
van Dries weer een normaal mensch maken.
Het scheen wel, ofschoon je er uiterlijk niets
van zien kon, dat de oorlog Dries ongeneeslijk
had gewond.
HOOFDSTUK 2.
Wat juffrouw Bref van Dries vertelde.
Als juffrouw Bref hier en daar in schoon
maaktijd werd gevraagd om de kasten te
doen, de gordijnen te wasschen, de wasch voor
elkaar te maken, dan begon ze bij een kopje
koffie of thee altijd over haar broer Andries.
Ter verklaring van den deftigen naam Andries,
begon ze dan te zeggen: „Ja ziet u, hij heet
eigenlijk Andries, omdat dat zoo'n mond vol
was, noemden de vrienden en kennissen hem
Dries. Maar voor mij is hij Andries."
Juffrouw Bref was zoo vervuld over haar
Andries, dat ze misschien zelf niet wist, dat
ze bij deezlfde familie wel driemaal hetzelfde
verhaal over mallen Diies had gedaan. Nie
mand zei dit tegen juffrouw Bref. Niet alleen,
omdat men niet onbeleefd wou zijn, maar om
dat men voelde, dat juffrouw Bref er niet over
zwijgen kon.
(wordt vervolgd)
NOG EEN WERKJE VOOR EEN REGEN ACH.TIGEN DAG.
Teeken met een 2V2 centstuk 8 maantjes.
Geef er nu gezichtjes aan, zooals je op de
teekening ziet. Dan zie je meneer de maan
slaperig, boos, lachend, pruilend, in gedachten
verzonken, starend, redeneerend, in diepe
rust. Je zult er het leelijke weer heelemaal
door vergeten. Misschien verschijnt hij wel in
een van die gedaanten aan den mooien ster
renhemel.
W. B.—Z.
Brieven aan de Redactie van de Kinder-
Afdeeling moeten gezonden worden aan
Mevrouw BLOMBERG—ZEEMAN, Stuyve-
santplein 11.
NAPOLEON. Is je vriend weer terug? Ja,
daar is in het Koloniaal Museum heel wat in
teressants te zien. Ben je tegelijk met Tom L.
op de Hoeve? Ben je Zondag mee geweest naar
Schiphol? Moest je gisteravond bij de intree
zijn? Als je bij de Administratie van Haar
lem's Dagblad vraagt de krant aan je adres
op te sturen, gebeurt dat zeker.
ZONDAGSKINDJE. Dat is wel prettig
voor kleine Annie, dat vlak bij je huis een
zandvlakte is. Is de Spaarne-wandeling nog
doorgegaan? Doen de nieuwe schoenen niet
meer pijn? Is tante Nel weer vertrokken?
Kan kleine Gerda al loopen? Heb je al weer
mogen zwemmen? Hoe is het Zondag met de
wedstrijden afgeloopen? Als je al deze vragen
beantwoordt, krijg ik vast een dikken brief.
Hoe kwam je daar zoo?
TINTERLANTEENTJE. O, die stoute va
der om jullie briefjes in zijn zak te houden.
Hebben jullie Woensdag lekkere boontjes mee
naar huis gebracht van de tuintjes? Dat is
maar wat gemakkelijk voor moeder.
VADERS OUDSTE. Hartelijk gefeliciteerd
met je overgang, vooral nu er zooveel zitten -
blijvers in je klas zijn. Nu strakjes maar je
allerbeste beentje voorgezet. Geniet je nu fijn
van de welverdiende vacantie?
MOEDERS SCHAT. Ga je nog bij groot
moeder logeeren? Of zit je soms al in Loos
duinen? Heeft grootmoeder veel kleinkinde
ren? Mogen ze om beurten bij grootmoeder
komen? Of krijg jij wel eens een extra
beurtje?
CELLIST. Ben jij overgegaan? Ik geloof
het vast. Natuurlijk verveel je je niet in de
vacantie, daarvoor heb je veel te prettig speel
goed. En de muziek krijgt nu natuurlijk ook
een extra beurtje.
LELIETJE DER DALEN. Logeert nichtje
Ali nog bij je? Wat zullen jullie samen een
pret hebben gehad. Heeft ze ook wel eens op
je rolschaatsen gereden?
JAN WEST. Wel bedankt voor die mooie
kaart. Dus jij hebt een kijkje in Duitschland
genomen. Een prachtige streek hè? Jammer,
dat er een hagedis dood is. Klimmen de an
dere nu sportief tegen je laddertje op?
TURNSTERTJE. 't Was prettig, dat je
schortje voor de vacantie af was. Wanneer ga
je naar de Ulo? Gaan er meer schoolvrien
dinnetjes naar toe? Moet je nu verder loo
pen?
PUZZELGRAAG. Leuk. dat jullie al zoo
vroeg aan den Sint-Nicolaaswedstrijd beginen.
Poppen zijn altijd welkom. Hoe gaat 't nu
met Janny? Wat een pech, dat ze na het con
cours weer zoo gevallen is op haar knie.
MEREL. Wat krijgt die Betsy veel schat
ten van jullie. De heele familie is zeker aan
't breien, uitgezonderd de mannenafdeeling.
Heb je een gezellige vacantie?
POESENMOEDERTJE. Is je nichtje nog
bij jullie? Ik kan me begrijpen, dat de vacan
tie nu dubbel prettig is. Heb je boonen mee
genomen uit je tuin? 't Is wel merkwaardig,
dat ondanks het buiige weer alles toch groeit
en bloeit.
NAAISTERTJE. Zit je nu in Amsterdam?
Bij wie logeer je? Daar zul je vast wel veel
genieten. Is je blouse klaar gekomen? Hoe
lang duurt je vacantie?
BROER EN KINNIE? Is broer niet blij
met zijn raadselprjjs? Logeeren jullie nog in
't Haagje? Of ging je er maar voor een dagje
met oma naar toe? Wat ging je fijn uit met
dien prachtigen koffer. Jullie hebben Oma's
verjaardag zeker gezellig gevierd.
LINDEBLOESEM. Je strikvragen heb ik
al geplaatst. Ben je Woensdag nog naar
Kraantje Lek geweest? Ik ga zeker ook gauw
eens een kijkje nemen in het Tinholt-mu-
seum. 'k Heb er al zooveel moois van gelezen.
MACHTELD. Wat vervelend, dat je zoo
dikwijls hoofdpijn hebt. Ben je nu naar den
oogarts geweest? Boeken en schriften zou ik
nu maar rustig in de kast laten liggen.
MICHIEL DE RUYTER. Zoo jongen, ben
jij er ook weer? Dat doet me plezier. Je hebt
een drukken tijd achter den rug, maar 't is
prettig, dat de arbeid niet vergeefsch is ge
weest. Ik begrijp best, dat er van geregeld
meedoen geen sprake meer kan zijn, maar je
mag me daarom toch wel af en toe wat van
je laten hooren.
ZONDAGSKINDJE. Wat heb jij een heer
lijk schoolreisje meegemaakt. Vooral het
mooie weer was voor dezen tijd wel iets bij
zonders. 's Avonds zul je je voetjes wel ge
voeld hebben, denk ik. Is 't kiekje van Utrecht
goed uitgevallen? Je hebt op een dag wel de
mooiste gedeelten van Nederland gezien. Leuk,
dat jullie ook nog in Duitschland zijn geweest
Moeder vond het natuurlijk wat aardig van
je, dat je zoo'n lekkere dennekoek mee naar
huis nam.
W. L. Zooals je bemerken zult, heb ik die
oude gegevens maar geschrapt. Alleen voor
ouderen zijn ze interessant. Gelukkig, dat je
in allerlei werk je vreugde vindt. Ik begrijp
ten volle, wat je me schrijft. Het leven is niet
gemakkelijk voor je geweest en ik hoop van
harte, dat je zoo moedig de moeilijkheden
onder de oogen zult blijven zien.
DE KLEINE FIGUURZAGER. Als je aan
allen leest, reis je weer met me mee. 't Weer
was wisselvallig, maar de natuur is toch
heerlijk mooi. Wat ben jij met een prachtig
rapport overgegaan En wat ben je een geluk
kige visscher in de vacantie. Wat voor vis-
schen heb je gevangen?
ANEMOON. Prettig, dat moeders ver
jaardag zoo vroolijk gevierd is geworden. Wat
zijn nu de vacantieplannen? Je schreef noL
al netjes met de vulpen. Feliciteer je broer
van me met zijn geslaagd examen. Zit hij nog
in den Haag? Heb je al een flinke postzegel
verzameling? Hebben de kussens een mooi
plaatsje gekregen? Blijft het Amsterdamsche
nichtje nog een poosje? Je raadsels zijn goed.
GYMNAST. Je ï'aadsel is goed. Wat zal
jij in je schik zijn met je nieuwe fiets. Heb je
er alle dagen opgezeten? Waar ben je naar
toe geweest met vader?
DE FLINKE NAAISTER. Natuuliijk heb
ik ook regen gehad. Ik dacht maar: het
meeste valt er naast. Je papier was goed ge
noeg. Bij zoo'n drukke correspondentie raakt
je postpapier veel te gauw op. Ik geloof, dat
ik je wel een kleine 7 voor schrijven zou geven
WINIFRED. Noemen ze je Freddy? I
vind het een mooien naam. Leuk, dat je neef
ook zoo heet. Wanneer is die figuren-wed
strijd in Zandvoort? Het lijkt me wel moeilijk
een leeuw te vormen, 'k Hoop, dat je er een
prijs mee verdient.
LENTEKLOKJE. Wat leuk, dat je nu in
Wijk aan Zee logeert bij de Haarlemsche fa
milie. Heel toevallig heeft niemand dezen
naam nog gevraagd. Ben je al eens een
dagje in je oude stad wezen kijken? 't Deed
me plezier te hooren, dat je het zoo goed
maakt en op school zulke flinke vorderingen
maakt. Wat zijn de verdere plannen? Schrijf
je me nog' eens?
LEESGRAAG. Nog heel hartelijk gefeli
citeerd met moeders verjaardag. Is 't een ge
zellig dagje geweest? Veel bezoek? Zijn er al
jonge eendjes? Wanneer gaan jullie naar Er
in elo? Daar is het prachtig. Maar bestel vooral
mooi weer.
'T EENDENHOEDSTERTJE. Hoe gaat 't
er nu mee? Wat heeft er aan gescheeld? Wie
gaat er nu in de vacantie ziek worden? Wie
was er in die dagen 't Eendenhoedstertje?
KAREL B. Probeer eens dat boek te krij
gen in de Kinder-Bibliotheek van 't Nut van
't Algemeen. In de Lange Veerstraat kun je
op een bord lezen, wanneer je er terecht kunt.
KORENBLOEMPJE. Ja, 'k heb in dat
weekje toch heel veel genoten. Wat prettig,
dat je over bent gegaan. En vooral nu je
zulke mooie cijfers hebt. Hoe gaat 't nu met
je ontstoken oog, de zeere arm en de ver
stuikte enkel? Gelukkig, dat op de teekening
1/3 van alle narigheid was uitgebeeld. Ik
hoop, dat je de volgende week weer invalide
af bent.
MALVA. Arm kind, wat zul je veel pijn
gehad hebben aan dien vinger. Gelukkig, dat
de nagel er nu maar af is. Begint de nieuwe
al te groeien? Als straks de vacantie voorbij
is, zal al 't leed wel geleden zijn en heb je
een mooi nieuw nageltje. Houd er den moed
maar in.
W. BLOMBERG—ZEEMAN
Stuyvesantplein 11.
Haarlem, 31 Juli 1936.
ZEE-VERLICHTING.
Als er iets op zee gevaarlijk is, dan zijn
het wel die akelige zandbanken. Vooral bij
havens bezorgen ze menig kapitein een rilling
op het lijf en het is de loods, die dan uit
komst brengt. Dan gaat alles nog op rol
letjes, mar veel erger is het als een schip
een speelbal is geworden van stormweer. Eeia
zekere richtsnoer is dan ook wenschelijk en
voor een groot deel voorzien daarin -de vuur
torens. Als je nu echter aan een jongen
vraagt. „Wat is een vurutoren?" dan zeggen
de meesten: „Ja, -dat weet ik niet. Een hooge
toren met een lichtje erin, anders niet".
Neen. zoo gemakkelijk moeten jullie daar
niet over denken.
De sterkte van de moderne kustlichten
loopt in de millioenen kaarsen en eenige
mijlen ver zijn de lichten te zien.
Om de verschillende plaatsen te kunnen
onderscheiden, waar de vuurtoren staat, heeft
men een installatie geconstrueerd, waardoor
de lichtbundels met langere of kortere tus-
schenpoozen worden uitgeworpen, waardoor
de zeeman naar de bepaalde gegevens kan
vaststellen op welke hoogte hij is.
De bekendste vuurtorens van ons land zijn
de Brandaris van Terschelling, die te West
Kapelle, te Huisduinen, de hoogste van ons
land 60 M. hoog. Bij de Brandaris heeft
men door het plaatsen van z.g. vogelrekken
voorzorgsmaatregelen getroffen, opdat de
trekvogels zich niet doodvliegen tegen den
toren, als zij door het felle licht worden
verblind.
Een ander middel om den zeeman den weg
te wijzen, zijn de z.g. lichtschepen. Zooals
het lichtschip Maas, Haaks, Noord Hinder en
anderen. Deze schepen liggen stevig geankerd
eenige mijlen van de kust en dienen als
voorposten voor de kustverlichting. Behalve
van een 12 mijl verschijnend licht zijn ze
voorzien van misthoorns, klokken en sirenes.
Ook radio is er aan boord.
W. L.
POSTZECELRUBRIEK
1895 Pakketzegels
25 b
25 b
Posterijen
1 ban
3
5
10
15
25
40
50
Spoorw. en telegraaf
15
25
40
50
1 leu
2 leu
5 leu
ROEMENIë (ROMANIA)
V.
In 1895 verscheen in het Porto-type een
tweetal Pakketzegels, nl. 25 b. (roodbruin),
25 b. (rood). Grootte 30 x 35 m.M.
Ter gelegenheid van de opening van het
gebouw van het Hoofdbestuur der Posterijen
verscheen een serie zegels met afbeelding van
een postkoets bespannen met 4 paarden, in
volle draf. De waarden zijn 1 b. (bruin) 3 'o.
(bruinlila) 5 b. (geelgroen) 10 b. (rose) 15 b.
(zwart) 25 b. (blauw), 40 b. (grijsgroen) 50 b.
(oranje). Grootte der vakjes 28 x 42V2 m.M.
In de maten 42>/2 x 28 m.M. verscheen een
serie voor hetzelfde doel als de vorige, doch
nu ook voor Spoorwegen en telegraaf, die
daar ook tot de posterijen worden gerekend.
Op de zegels zien wij bovenaan een kleine af
beelding van den koning en verder een vlie
gend wiel en het embleem der telegraaf (drie
bliksemflitsen door elkaar) en geheel onder
aan een kleine afbeelding van de postkoets dei-
vorige serie. De waarden zijn 15 b. (zwart) 25
b. (blauw) 40 b. (groei;) 50 b. (oranje) 1 leu
(sepia) 2 leu (rood) 5,1 (bruinviolet). Grootte
der vakjes 42J/2x38 ml» Zie het schetsje.
Rustenburgerlaan 23.