In York: geschiedenis in steen. Die scheie Hoofdpijn <UN/T ENIETIEREt VERTELLING VRTJDAG 14 AUGUSTUS 1936 H A A R E E M'S DAGBESD Stad heeft middeleeuwsch aspect behouden. Romantische kustplaatsjes in Yorkshire Als zoovelen onzer ben ik gebonden aan de plaatss mijner inwoning. Ik bevind mij hier wel bij en onderga, telkens opnieuw, de bekoring die uitgaat van het lang-gekende Zoo levendig is de belangstelling voor het mij omringende gebleven, dat ik, al wandelend door onze goede Spaarnestad. nog steeds met het genoegen van een belangstellend vreemdeling van den aanblik kan genieten onzer schoonste bouwwerken: Groote Kerk en Vleeschhal. Doch éénmaal per jaar, in den vacantietijd, ontwaakt in mij, den verknoch- ten Haarlemmer, de begeerte tot verruiming van mijn blik, het verlangen mij los te kun nen maken van wat mij omringt. Dan wordt het mij bewust; dat naast de gehechtheid aan de stad mijner inwoning, een andere neiging in mij huist, in het dagelijksch leven Robin Hood's Bay. schier onbevroed, de begeerte 't alledaagsche te kunnen afschudden. Deze neiging is het, die mij er telken jare opnieuw op uit doet trekken, en die mij thans naar het uit his torisch en architectonisch oogpunt zoo be langwekkende York voerde. Een reis per trein van Haarlem naar Rotterdam, een zestien- urige zeetocht van laatstgenoemde stad naar Huil. een uurtje sporen van deze groote Engelsche haven, en mijn verplaatsing van de zoo goedgekende Spaarnestad naar het oude, doch voor mij geheel nieuwe York, was tot stand gekomen. York is als een open boek. York is als een open boek: uit het beeld, dat het heden ten dage biedt, kan men nog de gansche geschiedenis der stad lezen. Aan de bijna driehonderdjarige bezetting door de Romeinen wordt men herinnerd door resten van Romeinsche versterkingen en zelfs het plaveisel voor de kathedraal dateert nog uit dien lang vervlogen tijd. Doch vooral de mid- deleeuwsche stad is goed bewaard gebleven Er zullen wel niet veel steden zijn, die haar oude omwallingen over een lengte van 4!/2 K.M, tot heden in stand gehouden hebben. Hoe interessant is een wandeling over deze gekantelde muren, waarbij men nu eens ver dwijnt onder een donkere poort, om het vol gende oogenblik verrast te worden door het prachtige gezicht dat men uit de hoogte op de stad en den wereldberoemden Munster heeft. En dan de aan een York van eeuwen her herinnerende nauwe straatjes met hun scheef tegen elkaar aan leunende huisjes. Ook uit deze straatjes ziet men telkens de on volprezen, gothische kathedraal hoog oprij zen. Deze kerk alleen al, met haar prachtigen voorgevel en haar zoo indrukwekkend in terieur, is een bezoek aan York ten volle waard. Den minnaar van glas-in-lood wordt hier het schoonste geboden. Wat zou er over blijven van de stemming, got-hische kerk interieurs vaak eigen, zoo het licht niet bin nenviel door de oude ramen met hun fon kelende kleuren? In die oude tijden, toen het volk lezen noch schrijven kon, sierde men de kerkglazen meestal met voorstellingen uit het Oude Testament op uit het leven van Christus en de Heiligen, met het doel de geloovigen door aanschouwing te onderrichten in de Bijbel- sche geschiedenis. Bij het wonderschoone „Five Sisters"-venster, dit sieraad van York's kathedraal, wordt geheel van dit gebruik af geweken. Ook mist het volkomen de vaak gloeiende keuren, zoo eigen aan het glas der Noord-Fransche kathedralen. De vijf lancetvormige afdeelingen van het bovengenoemde venster, zijn gevuld met zil verachtig grisailleglas. Zij vormen een fijn borduurwerk, doorweven met ahorn- en klimopmotieven, slechts hier en daar ver levendigd door kleine kleumoten rood en blauw. Volgens de legende hebben vijf zusters, die ruim 600 jaar geleden in York leefden en zeer bedreven waren in de borduurwerk kunst, de in fraai handwerk uitgevoerde ont werpen geleverd voor de wereldberoemde glazen. Vandaar de naam „Five Sisters"- venster. De gezusters geraakten hierdoor tot groot aanzien en werden onder het raam, dat aan haar zijn ontstaan te danken zou heb ben, begraven. Bij historisch onderzoek echter moet deze legende wijken voor de meer nuchtere waarheid. Waarschijnlijk dankt het venster, dat lang onder den naam van „The Jewish Windew" bekend stond, zijn ontstaan aan geld, afkomstig van rijke Joden, die bij de ook toen heerschende vervolgingen waren omgebracht. York in den avond. neer de nauwste straatjes zoo mysterieus aandoen en slechts hier en daar een voor uitspringende geveltop te voorschijn treedt uit de duisternis, waarin zij gedompeld zijn, dan ontwaart men eerst hoe de stad haar middeleeuwsch aspect behouden heeft. Laat dan uw schreden u voeren naar de Bootham Bar, een der oude poorten, ga onder den donkeren boog door. die de binnenstad van de nieuwe wijken scheidt, wend u om en zeg mij of hetgeen ge thans aanschouwt niet is als een schoon visioen uit de middeleeuwen. Uw oog omvat als één geheel zoowel het symbool der geestelijke als dat der wereldlijke macht: het zich fijn tegen de lucht af- teekenende silhouet der machtige kathedraal en de poort, die eens de stad tegen aavallen van buitenaf moest beveiligen. De eerste hoog oprijzend boven de laatste, als demonstreerend de heerschappij van den geest overde stof. Het Godshuis, dat door het eendrachtig streven van een gansche gemeenschap bezield door eenzelfde ideaal, kon worden tot een werk van schier verheven schoonheid, de poort, voor den geest oproe- nen woeste tooneelen van geweld. Wie wel eens een folterkamer heeft bezichtigd, die thans vaak een bezienswaardigheid van der gelijke stadspoorten uitmaakt, moet zich wel afvragen hoe het mogelijk was, dat een tijd, die uitblonk door kunstzinnigheid, tevens tooneelen te aanschouwen gaf, getuigend van een totaal gebrek aan innerlijke be schaving. Er was een misdaad gepleegd. Het doet er niet toe wat de schuldige had misdreven, want hoe groot zijn wandaad ook mocht zijn, een straf, zooals kon worden opgelegd door zijn middeleeuwsche rechters, zal den twin- tigste-eeuwer altijd tegen de borst stuiten. Of is het niet weerzinwekkend een ongeluk- kigen zondaar op het marktplein, ten aan- schouwe van jong en oud, in een ketel koud water te stoppen, dat langzaam aan^de kook werd gebracht? Zij, die zoo'n vreeselijk von nis hadden opgelegd, waren bij de voltrek king tegenwoordig en werden algemeen als vooraanstaande en geëerde burgers erkend. Lang stond ik die onbegrijpelijke tegenstel ling. die gelijktijdige uiting van het verhevene en het lage, den middeleeuwen eigen, te over peinzen. vóór mij het beeld der kathedraal en van de grimmige poort. Langzaam rees de maan. het dubbele beeld overgietend met haar zilver licht. Alles leek thans zoo vredig, en het stemde mij dankbaar te weten, dat, al moge de huidige tijd vaak aanleiding geven tot pessimistische beschouwingen, wreedheden als hierboven beschreven, door een gansche gemeenschap aanvaard, thans voorgoed tot het verledene behooren. De kuststadjes. Na York heb ik de zoo interessante vis- schersplaatsjes Robin Hood's Bay Whitby, Runswick Bay en Staithes bezocht. Zij zijn van de hoofdstad van Yorkshire gescheiden door de zoogenaamde moors, uitgestrekte heidevelden op een sterk geaccidenteerd ter rein, tevens land van 'watervallen en bos- schen, varens en mos, een paradijs voor voet gangers. Aan mijn tocht door deze liefelijke streek, zal ik steeds, waarheen het lot mij ook nog moge voeren, een schoone herinne ring bewaren. Het was een prachtige inlei ding voor de onvergetelijke impressies, opge daan in bovengenoemde kuststadjes. Een warme zomerdag te Robin Hood's Bay Omsloten door een halve cirkelvormige klip- penreeks ligt, beschut tegen den wind, het strand, met zijn steenachtigen, deels bemos- ten bodem, kwistig bezaaid met rotsblokken van allerlei grootte, slechts hier en daar over- stoven door een dunne laag grauw zand. Vóór ons strekt zich het paarlemoeren zeevlak uit. welks effenheid slechts aan den zoom afge broken wordt door de bewegelijke lijn van wit schuim, gevormd door de zich omkrullende koppen der brandingsgolven. Tallooze,_ meest zwartkoppige meeuwen scheren over 't wijde wa tervlak, dat onmerkbaar overgaat in den strakblauwen hemelkoepel. Uiterst kleine, ver dampende waterdeeltjes dansen als millioe- nen schitterende sterretjes in de heete, tril lende lucht. Doch niet immer is dit beeld zoo kalm en vredig. De Noorderstorm, die vaak c" i klippen beukt, herschept het tooneel van serene rust soms in een natuurtafereel vol woeste kracht. Eens stond, waar thans op gindsche vooruitgeschoven rots een huis zich eenzaam verheft, een klein hotel, dat door een hevigen storm totaal werd weggevaagd. Zij- die hier leven, bewonen wel een van de meest zonderlinge en romantische plaatsen, die men zich denken kan. De huisjes, van een vaak kajuitachtig karakter, stapelen zich te gen de rotsen op en een wandeling door het bekoorlijke Robin Hood's Bay is één groote klimpartij. Men vindt vele dergelijke plaatsen aan de kust van Yorkshire. Whitby. Runswick Bay, Staithes. zij allen hebben, gelijk Robin Hood's Bay, hun halfcirkelvormige baai, hun straatjes kan men slechts betreden over uit hobbelkeien bestaande trappen. Wanneer gij op den drempel van een bepaald huis staat, ziet ge neer op het roode dak van een ander, en zoo gij dan, na een groot aantal treden te zijn afgegaan, voor de deur van die lager ge legen woning staat, bemerkt gij dat ook deze zich weer hoog verheft boven nog lager staan de huizen. Om een denkbeeld te geven van het aanmerkelijk verschil in hoogte tusschen de huisjes onderling, zij vermeld dat b.v. te Whit by 199 treden de laagstgelegen straat van de boven de klippen gelegen kerk scheiden. Zoo klein als deze stadjes zijn, is het toch moeilijk er den weg te vinden. Het kan u overkomen, dat gij van plan zijt naar het strand te gaan, hetwelk ge om den hoek van gindsche woning meent te zullen bereiken. In plaats daarvan, strekt zich plot seling. tot uw verwondering, het oude markt pleintje voor u uit: Zoo zijn deze plaatsjes ware doolhoven. Aanschouwt men het zonderlinge, oude stadhuis te Whitby, dan dringt zich de ge dachte op, dat den Whitbyers door hun om geving het klimmen zoo in het bloed zit, dat zij bij den bouw naar een gelegenheid heb ben gezocht om nog wat meer aan hun nei ging te kunnen voldoen. Voor deze kleine stad toch ware een raadhuis van één verdieping ruimschoots voldoende. Inderdaad bestaat het ook slechts uit één verdieping, doch deze verheft zich op zuilen, waarvan de middelste van een dusdanigen omvang is, dat zij een wenteltrapje kan bevatten, waarlangs de vroe de vaderen zich naar boven konden begeven. Terwijl zij dan, uit de hoogte, de belangen der stad behartigden, konden hun vrouwen in- koopen doen op de markt, die voor het stad huis en ook tusschen de zuilen, gehouden werd. Wekelijks is er nog markt, doch het oude stadhuis wordt niet meer gebruikt, doch is vervangen door een grooter en moderner raadhuis. Zulks was noodig, want Whitby is niet als de andere stadjes, een kleine vis- schersplaats gebleven. Aan gene zijde van het riviertje de Esk heeft zich een moderne badplaats ontwikkeld, waarvan men slechts kan zeggen dat zij is als andere badplaatsen. Al het eigene, alle romantiek ontbreekt hier. Op haar mondain gedoe, ziet uit de hoogte, de beroemde abdij neer, een ruïne slechts, die ons echter nog vergunt een denkbeeld te vor men van den schoonen aanblik, dien het bouwwerk geboden moet hebben, toen het zich nog geheel intact op de klippen verhief, de gansche omgeving beheerschend. York en de visschersplaatsen aan de kust van Yorkhshire gaven mij veel te genieten. Thans hebben de dagelijksche plichten mij weer opgeëischt. Opnieuw ben ik omringd door al het oude. hét reeds zoo lang gekende. Ik ben tevreden en een schoone herinnering rijker geworden. J. FRANSE. die telkens Uw dag vergalt zoo'n migraine, die U ongeschikt maakt voor Uw werk, die Uw geest versluier" en U het denken onmogelijk maakt, daar door behoeft Ge U niet te laten kwellen. Gebruik daarvoor nu eens één of twee "AKKERTJES" en dat ellendige gevoel zal optrekken als 'n grauwe mist voor de zon. Dan zult Ge U weer verjongd en als her boren gevoelen, vol werk- en levenslust. "AKKERTJES" bevatten een zeer bijzondere samenstelling van geneesmiddelen, bereid volgens recept van Apotheker Dumont en zijn onschadelijk. "AKKERTJES" zijn ook ongeëvenaard door hun snelle en prompte werking bij allerlei aandoeningen zooals Griep, Kou, Spierpijn, Zenuwpijn, Rheu- matische pijnen, Lendenpijn, Migraine Vrouwenpijn, Kiespijn en Lusteloosheid. Overal verkrijgbaar. Per 12 stuks 52 cent. (Adv. Ingez. Med.) Het schoonst is York in den avond. Wan neer het drukke stadsgewoel verstomt, de val lende duisternis de contouren vervaagt en alles hult in een vredig schemerlicht, wan De werkloozen-steun. Dr. H. Colijn ontvangt de wethouders der 6 gemeenten. In ons vorig nummer hebben wij medege deeld, dat de wethouders van sociale zaken van de 6 grootste gemeenten in ons land Maandag door de regeering ontvangen zullen worden om te spreken over de wijziging in den werkloozensteun. Daar de minister van sociale zaken Mr. M. Slingenberg tot het einde dezer maand afwezig is, heeft de minister president Dr. H. Colijn zich bereid verklaard de wethouders te ontvangen. VAKCURSUS VOOR BROOD- EN BANKET BAKKERIJ. Men deelt ons mede, dat uit de te Haarlem bestaande werkgevers- en Werknemersorga nisaties een commissie is gekozen die tot taak heeft voor de a.s. wintermaanden een vak cursus te organiseeren op het gebied van brood- luxebrood- en banketbakkerij voor bakkerszonen, banketbakkers en broodbakkers gezellen. De commissie heeft zich tot taak gesteld dat deze vakcursus zoo groot mogelijk wordt opgezet, bekwame leeraren zullen zoowel prac- tisch worden gegeven. Binnenkort zal per circulaire aan de belang hebbenden bekend worden gemaakt op welke voorwaarden zij als cursist kunnen toetreden. SYNAGOGEDIENSTEN. Nederl. Israël. Gemeente. Sabbath: Vrijdagavonddienst bij den In gang van Sabbath te 7.30 uur. Ochtenddienst te 8 uur. Middagdienst te 1.30 uur. Avonddienst te 9.12 uur. Werkdagen: Ochtenddienst te 7 uur. Zondag te 7.30 uur; Middag- en avonddienst te 7.45 uur. Talmoed Torah: Sabbath te 12.30 uur. Werkdagen te 7.15 uur. Zondag te 7 uur. De Middag- en de Avonddiensten op de Werkdagen, alsmede Talmoed Torah vinden plaats üi het Gemeentegebouw, Lange Wijn gaardstraat 14. De overige diensten worden verricht ter Synagoge, Lange Begijnestraat 11. MOTIE. De afd. Haarlem van den R.K. Volksbond heeft de volgende motie aangenomen: De Bestuursraad van den R.K. Volksbond, afdeeling Haarlem, in vergadering bijeen in gebouw „St. Bavo" op Donderdag 13 Augus tus 1936. besprekende de door de Regeering aange kondigde wijziging in de steunverleening, van oordeel, dat verbetering van de positie der gesteunden op het platteland en in de kleinere plaatsen dringend noodzakelijk is, mede van oordeel, dat verdere verlaging van den steun in edn een of anderen vorm van de grootere plaatsen, zoolang de huren, andere vaste lasten levensbehoeften niet aanwijs baar zijn verlaagd, moet gorden afgewezen in verband met den grooten noodtoestand welke nu reeds in vele gezinnen heerscht, mede van oordeel, dat het vaststellen van een garantie loon, voor hen, die meerdere jaren door werk loosheid zijn getroffen geworden en door deze maatregel tot paupers worden gedegra deerd, met groote verontwaardiging moet worden afgewezen, betuigt adhaesie aan het adres van het R.K. Werkliedenverbond, besluit deze motie te pübliceeren in de pers en ter kennis te bren gen van het R.K. Werkliedenverbond, den Minister-President en Minister van Sociale Zaken. (w. g.) J. Ph. H. CASTRICUM, Voorz. H. LEEUW, secretaris. DE HEER BEKKER JURYLID BIJ ENGELSCHE BLOEMENTENTOONSTELLING. Onze stadgenoot de heer J, F. Bekker is ter gelegenheid der groote Britsche Gladiolen Tentoonstelling in Hastings uitgenoodigd ge worden deel te nemen als jurylid aan de be oordeeling der bloemwerken op deze tentoon stelling. MUZIEK. Kathedraal en Stadspoort te York, CONCERT DER H. O. V. Het concert van 13 Aug. werd als eenige in de reeks der zomerconcerten door Frits Schuurman gedirigeerd. Of dat was omdat het door de radio uitgezonden werd of om andere redenen, weet ik niet, en dat is ook eigenlijk van weinig belang. Van veel meer belang is, dat Schuurman al zijn nog steeds toenemende kennis en kracht inzette bij de vertolking der verschillende werken. Dat bemerkten we reeds bij de Egmont-Ouverture, die als een drama in kort bestek werd opgevoerd en het vond zijn machtige bekroning bij de Vierde Symphonie van Brahms, die de tweede programmahelft in beslag nam. Het was nu Donderdag het derde zomercon- cert dat door een groote Symphonie in e kl. t. besloten werd: Tchaikowsky's en Dvorak's Vijfden waren voorafgegaan. Maar welk een verschillend karakter hebben deze drie wer ken! Het zou de moeite waard zijn er een vergelijkende studie, ook in muzikaal-technisch opzicht van te maken, doch die zou ver buiten ons bestek gaan. Het moge voldoende zijn hier op te merken, dat Brahms' werk het in geslo tenheid van de muzikale factuur verre wint en ook in noblesse der thematiek, en dat het in warmte en verscheidenheid der conceptie en expressie niet bij de andere ten achter staat. Maar Brahms versmaadde alledaagsche wen dingen. Er was een tijd dat men zijn muziek gekunsteld vond. Daar is men nu over heen. Tchaikowsky's Vijfde moge nog bij een keuze programma de meeste stemmen verwerven en dus blijken de meest populaire te zijn: de schier ademlooze stilte bij en de laaiende geestdrift gisteravond na Brahms' Vierde be wijzen dat ook het groote publiek thans zijn werken heeft leeren verstaan en genieten en dat zal bij elke volgende uitvoering nog toe nemen. We moeten ook in aanmerking nemen dat een tiental jaren geleden Brahms' Sym- phonieën nooit op de programma's van de H.O.V. voorkwamen, hoewel ze in de biblio theek aanwezig waren. Trouwens: hoeveel rijker en veelzijdiger zijn die programma's sindsdien geworden! Indien Schuurman's bedoelingen Donderdag avond alle verwezenlijkt waren hadden we van een monumentale uitvoering van Brahms' Vierde kunnen gewagen. Dit was nu nog niet het geval. Kleine vergissingen kwamen voor en de. helderheid was niet steeds volkomen. Die is bij Brahms dan ook wel heel moeilijk te bereiken. Van Anrooy heeft dat met het Resi dentieorkest bereikt, maar men moet niet vragen welk een omvangrijke voorbereiding, j iiiiiiiiiiiiiiiia Zeg het haar eerlijk! Het was in den laten avond, toen de bel in het groote. holle huis nog overging. Verwon derd, wie de late bezoeker kon wezen, ging Ans zelf naar de deur. Zij stond tegenover Mary. Een nog slanke, schoon niet meer jonge vrouw, gehuld in een eenvoudige regenjas, stond in de deuropening. „Kan ik nog even binnenkomen?" vroeg ze. Haa-r stem was mat en onrustig. Ze traden binnen in de hooge kamer, waar Ans huisde. Hier, tusschen de groote, meest oude meubels, leek Mary kleiner nog en bijna armelijk. Ze ging zitten en Ans wachtte. Het was duidelijk dat Mary iets te zeggen had en ze wist bij ondervinding dat het maar het beste was, haar te laten begaan. Het duurde lang, voor Mary woorden vond. „Weet je, Ans", zei ze eindelijk, „ik ben geen heilige geweest. Je hebt altijd veel geweten van alles wat ik heb uitgevoerd en je zult wel willen toegeven, dat er genoeg op was aan te merken. Het is een armzalig excuus, te zeg gen dat het door den dood van Fred is geko men. Neen, laten we mij maar eerlijk de schuld geven die me toekomt. En daarom, Ans, zit ik hier zoo vreeselijk mee. Jij heb wel eens, half ernstig en half in scherts, gezegd dat ik mijn trekken wel thuis zou krijgen. En nu begin ik te geiooven dat je gelijk krijgt. Nu krijg ik inderdaad mijn. straf. Maar dat is zoo erg' niet, ik heb altijd alles ge durfd en ik ben niet zoo laf dat ik niet zou willen boeten voor wat ik gedaan heb. Maar nu wordt ik gestraft in dat wat me 't liefst is. Je weet wel, dat ik alles altijd voor m'-n kind geheim heb gehouden. Nooit 'n oogen blik heb ik me geschaamd voor wat ik deed. Maar altijd heb ik gezorgd dat zij er niets van kon hooren. He-t is vaak niet eenvoudig ge weest. Dat weet jij ook wel. Ik heb altijd ge wild dat Freddy anders zou worden. Ik geloof dat we dat allemaal willen, wat de burgerij op ons aan te mei-ken heeft. En juist nu, op het oogenblik dat ze zoo groot is, dat ze al bijna op eigen beenen kan staan, merk ik Mary haperde. Het wachten was pijnlijk en Ans vulde bruuks aan: „Dat ze jo,u achterna gaat". Mary knikte zwijgend. Haar gezicht had een uitdrukking van smart aangenomen. „Eigenlijk is het onzin, dat ik bij jou kom, jij kunt me evenmin helpen als een ander. Maar ik moest toch iemand om raad vragen en jij bent de eenige die alles van me weet en me niets verweten hebt." Ans keek zwijgend het raam uit. Het was ontegenzeggelijk een moeilijk geval. Langzaam aan zette zich het idee in haar gedachten vast, dat er voor Mary maar één enkele op lossing verbleef. Het was moeilijk om het haar zoo te zeggen en toch Toen zei ze eindelijk: „En jij, weet je het zelf niet". Doch Mary schudde het hoofd en Ans hernam: „Er is maar één ding, dat je doen kunt. Dat is eerlijk zijn." Ze zweeg, even verschrikt door de uitdruk king van Mary's oogen. Doch ze vervolgde met klem: „Ja, ik weet heusch wel, wat ik zeg. Maar er is niets beters dan dit." Mary zat heel stal, ze dacht lang na en ten slotte zei ze mat: „Goed, als jij gelooft, dat dat het beste is, dan zal ik het doen. Je zult wel begrijpen, wat het voor mij beteekent." Ans knikte- toestemmend. Wat het voor Mary beteekende, wist ze maar al te goed. Zoo besloten ze en ze spraken af, dat Ans mee zou gaan. Even had Ans dit verzoek vreemd gevonden, doch zij begreep het thans. Zij wist Freddie's vertrouwen in haar „tante Ans" en ze begreep, dat het voor Mary ten slotte een beetje steun zou zijn, als zij in de buurt was. Ze gingen. Ze traden het huis foinnien en de kleine voorkamer. Daar liet Mary Ans alleen en in de achterkamer riep zij Freddy bij zich. Ans zat te wachten. Ze hoorde de' stemmen zacht murmelen in de achterkamer. Toen werd het stil. Ze hoorde een deur slaan, toen werd de tusschendeur geopend en Freddy kwam binnen. Ze zag heel bleek en groette Ans zacht. Toen zei ze zonder overgang „Het was erg mooi van moeder. Ze zei me, dat U het haar had aangeraden. Misschien was het wel wat erg veel, wat U van haar hebt geëisoht, maar ik beloof U beiden, dat ik het niet zal vergeten. U moet moeder maar nooit vertellen, dat ik het niet geloof. Het is beter dat ze denkt, dat ik niet aan haar verhaal twijfel. Ze zei het met zooveel overtuiging. hoe tallooze repetities daarvoor noodig ge weest zijn! Daarom hopen we deze Symphonie geregeld op de programma's van ons orkest terug te vinden: geleidelijk kan dan de uit voering geperfectionneei-d worden. Schuur man kent en verstaat de partituur volkomen en kon haar dus bij de leiding ontberen. Alleen bij de solowerken en de „Kikhnora"- legende van Ljadow had hij de partituren vóór zich. Lïadow's werk heeft een interessante in leiding, maar overigens een beetje te veel overeenkomst met „L'Apprenti Sorcier" van Dukas om als strikt oorspronkelijk aangevoeld te worden. Van de solowerken noem ik in de eerste plaats de „Fantasie over een Nederlandsch Volksliedje" van Hans Osieck, die zelf de solo- klavierpartij vertolkte. De blauw geruite kiel van Michiel aan het groote wiel heeft den componist stof geleverd voor een aantal va riaties. die door geestige harmonische wen dingen en vooral door praegnante rhythmiek boeien, doch een tekort aan tegenstellingen en climax vertoonen. Soms is het verband met de origineele melodie moeilijk te hooren. De solopartij is niet bijzonder brillant of op den voorgrond tredend, maar werd door den componist klaar en scherp gemarkeerd ge speeld. Osieck heeft in dit werkje niet de ultramoderne wegen ingeslagen, maar genoeg talent getoond om onze belangstelling er voor te wekken. De andere solowerken, die door de sopraan zangeres Corrie Bijster met het orkest voorge dragen werden, waren goede bekenden. De Aria uit „II Re Pastore" van Mozart hoort men tegenwoordig al heel vaak, zoodat het eigenlijk verwondering baart dat een zangeres die nog van het muziekblad zingt. Onze stadgenoote zong de Ai-ia goed in stijl, met perfecte adem- techniek, zuiver van intonatie en krachtig; alleen sommige trillers waren niet mooi. Van de twee Liederen van Grieg werd Letzter Frühling" mooi voorgedragen; in „Solvejgs Lied" daarentegen zong Corrie Bijster bijna voortdurend iets te hoog en bovendien vatte zij het geheele lied te zwaar op. Het is bedoeld als een meditatie van een vrouw, die lange jaren vergeefs op den terugkeer van haar geliefde gewacht heeft en daarbij oud is ge worden: bij de voordracht moet daarmee re kening gehouden worden. Ook dit zomerconcert was weer zeer druk bezocht en de uitvoerenden oogstten een groot succes X. DE JONG, j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 10